TOELICHTING
Inleiding
Met deze wijziging van de Regeling zorgverzekering wordt het geneesmiddel ipilimumab
(merknaam: Yervoy) in de sluis geplaatst. Daarnaast wordt met deze wijziging de indicatietekst
voor de geneesmiddelen nivolumab en pembrolizumab geactualiseerd.
Ipilimumab
Sluis
Met het oog op het nemen van maatregelen die een beheerste instroom in het basispakket
mogelijk maken, is per 1 juli 2018 in artikel 2.4a van het Besluit zorgverzekering
(Bzv) de bevoegdheid om dure intramurale geneesmiddelen (tijdelijk) uit te sluiten
nadrukkelijk geregeld (Stb. 2018, 131). De toepassing van deze bevoegdheid wordt "de sluis" genoemd. Zolang een geneesmiddel
in de sluis is geplaatst, is het uitgesloten van het basispakket en wordt het niet
vergoed uit hoofde van de zorgverzekering.
Een intramuraal geneesmiddel komt in aanmerking voor de sluis in de volgende twee
gevallen:
-
• het verwacht macrokostenbeslag van de verstrekking van het geneesmiddel voor de behandeling
van één nieuwe indicatie of van meerdere nieuwe (toekomstige) indicaties samen bedraagt
€ 40 miljoen of meer per jaar. Alle nieuwe indicaties worden in de sluis geplaatst;
-
• de verwachte kosten van de verstrekking van het geneesmiddel voor de behandeling
van een nieuwe indicatie zijn € 50.000 of meer per jaar en het verwachte macrokostenbeslag
van die verstrekkingen bedraagt € 10 miljoen of meer per jaar. Ook deze indicatie
wordt in de sluis geplaatst.
Onder een nieuwe indicatie valt niet alleen een indicatie waarvoor het geneesmiddel
wordt geregistreerd, maar ook 'off-label' gebruik van het geneesmiddel dat wordt geprotocolleerd
of gestandaardiseerd door de beroepsgroep. Plaatsing in de sluis geschiedt uiterlijk
binnen een maand na registratie respectievelijk vaststelling van het protocol of de
standaard voor de eerstvolgende nieuwe indicatie.
Terwijl het geneesmiddel in de sluis is geplaatst, kan eventuele opname in het basispakket
worden beoordeeld. Hierover kan Zorginstituut Nederland (hierna: Zorginstituut) adviseren.
De sluis maakt het mogelijk maatregelen te treffen om de verstrekking van het geneesmiddel
op betaalbare wijze via het basispakket toegankelijk te maken en te houden. Dit kunnen
financiële maatregelen zijn, in het bijzonder het sluiten van een financieel arrangement
met de leverancier van het geneesmiddel, alsmede maatregelen om gepast gebruik van
het geneesmiddel te bevorderen en te borgen.
Nieuwe indicaties
Ipilimumab is een intramuraal geneesmiddel dat op dit moment beschikbaar is voor de
behandeling van inoperabel of gemetastaseerd melanoom in een gevorderd stadium:
Op 15 november 2018 heeft het Committee for Medicinal Products for Human Use (hierna:
CHMP) een positieve opinie afgegeven over het gebruik van ipilimumab is in combinatie
met nivolumab voor de eerstelijnsbehandeling van gevorderd niercelcarcinoom met intermediair/ongunstig
risicoprofiel bij volwassenen (hierna: niercelcarcinoom). Het oordeel van de CHMP
is aan de Europese Commissie voorgelegd in het kader van toelating tot de Europese
markt.
Daarnaast wordt op basis van gegevens die het Zorginstituut heeft verkregen in het
kader van de Horizonscan verwacht dat in 2020 ipilimumab in combinatie met nivolumab
wordt geregistreerd als eerstelijnsbehandeling van volwassen patiënten met gemetastaseerd
niet-kleincellig longcarcinoom (hierna: niet-kleincellig longcarcinoom).
Toepassing sluis
De verstrekking van het geneesmiddel ipilimumab bij de behandeling van bovengenoemde
nieuwe indicaties komt in aanmerking voor plaatsing in de sluis. Dit was reeds aangekondigd
in de brief aan de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2017/2018, 29 477, nr. 475).
De prijs per behandeling van ipilimumab in Nederland verschilt per indicatie op basis
van de dosering en het behandelschema. Voor de behandeling van niercelcarcinoom wordt
viermaal 1 mg/kg ipilimumab om de drie weken toegediend. Voor een gemiddelde, individuele
patiënt betekent dit een prijs per behandeling van € 34.000.
Op basis van gegevens uit de Horizonscan van het Zorginstituut komen 367 tot 565 patiënten
in aanmerking komen voor deze combinatiebehandeling. Dit betekent dat het totale kostenbeslag
van de inzet van ipilimumab bij deze indicatie kan uitkomen op € 12 tot € 19 miljoen
op jaarbasis.
Bij de combinatiebehandeling van niet-kleincellig longcarcinoom is de dosering van
ipilimumab om de zes weken 1 mg/kg. De gemiddelde behandelduur bij deze indicatie
in de klinische praktijk is vooralsnog onbekend. In de uitgevoerde studie ontvingen
patiënten één tot achttien toedieningen ipilimumab (mediaan: drie toedieningen) en
werden patiënten niet langer behandeld dan twee jaar. Indien het daadwerkelijk aantal
toedieningen per jaar in de klinische praktijk ligt tussen voorgenoemde mediaan in
de klinische studie (drie) en het maximaal mogelijke aantal toedieningen per jaar
(negen), variëren de jaarlijkse behandelkosten per patiënt van € 25.500 tot € 76.500.
Voor een inschatting van het aantal patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom zijn
de gegevens die bekend zijn bij het Zorginstituut in het kader van de Horizonscan
gepreciseerd op basis van gegevens van het Integraal Kankercentrum Nederland en de
pakketadviezen van het Zorginstituut voor nivolumab en pembrolizumab. Op basis hiervan
komen jaarlijks circa 5.500 patiënten met gemetastaseerd niet-kleincellig longcarcinoom
in aanmerking voor een eerstelijnsbehandeling. Uit recent gepubliceerde onderzoeksgegevens
blijkt dat een gerichtere inzet van de combinatiebehandeling met ipilimumab en nivolumab
mogelijk is op basis van een biomarker.1 Deze biomarker wordt in de klinische praktijk echter nog niet standaard geëvalueerd
bij patiënten. Indien dit wel het geval zou zijn wanneer deze combinatiebehandeling
beschikbaar komt als eerstelijnsbehandeling bij niet-kleincellig longcarcinoom, komen
op basis van de onderzoeksgegevens circa 2.400 van de eerdergenoemde 5.500 patiënten
in aanmerking voor behandeling. Het kostenbeslag van de inzet van ipilimumab bij de
behandeling van deze 2.400 patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom bedraagt € 61
tot € 184 miljoen op jaarbasis. Indien deze combinatiebehandeling uiteindelijk wordt
ingezet bij een groter deel van de 5.500 patiënten, kan het kostenbeslag oplopen tot
meer dan het dubbele. Daarnaast kan het kostenbeslag verder oplopen indien in de klinische
praktijk sprake is van een gemiddelde behandelduur langer dan een jaar.
Het verwachte kostenbeslag voor de inzet van ipilimumab bij de combinatiebehandelingen
van niercelcarcinoom en niet-kleincellig longcarcinoom tezamen is tenminste € 73 tot
€ 203. Daarmee voldoet de verstrekking van ipilimumab voor deze combinatiebehandelingen
aan de criteria voor toepassing van de sluis.
Consequentie van de toepassing van de sluis op is dat de verstrekking van ipilimumab
voor deze nieuwe indicaties geen deel uitmaakt van het basispakket.
Nivolumab
Deze toepassing van de sluis ziet uitsluitend op de verstrekking van ipilimumab bij
de combinatiebehandelingen van niercelcarcinoom en niet-kleincellig longcarcinoom.
Nivolumab als onderdeel van deze combinatiebehandelingen wordt niet in de sluis geplaatst.
Voor dit geneesmiddel is reeds een financieel arrangement afgesloten waarmee het financieel
risico voor de inzet bij bovengenoemde indicaties is afgedekt tot en met 2019 (Stcrt. 2016, 9512). Aangezien dat financieel arrangement per 2020 afloopt, is de verstrekking van nivolumab
bij genoemde combinatiebehandelingen vanaf dat moment uitgesloten van het basispakket.
Deze uitsluiting kan ongedaan gemaakt worden zodra de financiële risico’s voor nivolumab
per 2020 voldoende zijn afgedekt.
Vervolg
De leverancier is reeds geïnformeerd over de toepassing van de sluis op de combinatiebehandelingen
met ipilimumab. De volgende stap is advisering door het Zorginstituut over opname
in het basispakket. Ten behoeve van de advisering wordt de leverancier verzocht een
dossier in te dienen bij het Zorginstituut. In het advies kan het Zorginstituut ingaan
op het sluiten van een financieel arrangement of het bevorderen van gepast gebruik.
Wanneer het advies is uitgebracht en er – voor zover van toepassing – sprake is van
succesvolle onderhandelingen over een financieel arrangement en van waarborgen voor
gepast gebruik, kan besloten worden de verstrekking van ipilimumab voor de combinatiebehandeling
van niercelcarcinoom en/of niet-kleincellig longcarcinoom alsnog in het basispakket
op te nemen.
Nivolumab, pembrolizumab en atezolizumab
Naar aanleiding van de plaatsing in de sluis van ipilimumab bij de combinatiebehandeling
van niercelcarcinoom en niet-kleincellig longcarcinoom, wordt de Rzv geactualiseerd
voor de geneesmiddelen nivolumab en pembrolizumab. In de afgelopen jaren zijn deze
geneesmiddelen in de sluis geplaatst op grond van de algemene bevoegdheid in artikel
2.4 van het Bzv tot het uitzonderen van zorg van het basispakket. Daarna zijn financiële
arrangementen afgesloten op basis waarvan deze geneesmiddelen tot eind 2019 zijn toegelaten
tot het basispakket. De arrangementen voor deze geneesmiddelen hebben betrekking op
een bredere inzet dan de indicaties naar aanleiding waarvan deze geneesmiddelen indertijd
in de sluis zijn geplaatst. Met de onderhavige wijziging van de Rzv wordt de tijdelijke
toelating tot en met 2019 van nivolumab en pembrolizumab op dezelfde wijze vormgegeven
als atezolizumab, namelijk voor de indicaties waarvoor een financieel arrangement
is afgesloten. Op die manier omvat de tijdelijke toelating ook de desbetreffende indicaties
waarvoor deze geneesmiddelen in de periode tot en met 2019 zijn of worden geregistreerd
dan wel ‘off-label’ zijn of worden gebruikt. Deze actualisatie van de Rzv raakt niet
de indicaties waarvoor nivolumab en pembrolizumab die reeds in het basispakket opgenomen
waren voorafgaand aan de toepassing van de sluis. Die indicaties betreffen volgens
de registratie van genoemde geneesmiddelen bepaalde behandelingen van ‘(inoperabel
of gemetastaseerd) melanoom’.
De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins