Toestemming Evenementen Vuurwerk Nationaal Vuurwerk 2018, Rotterdam

Toestemming BPR art 1.23 2^e lid

Toestemming Evenementen

Vuurwerk Nationaal Vuurwerk 2018

De Havenmeester van Rotterdam, werkzaam bij Havenbedrijf Rotterdam N.V.,

tevens Rijkshavenmeester regio Rotterdam-Rijnmond,

Overwegende:

• het verzoek van Dream Fireworks, kantoorhoudende Gronaustraat 1240 te Enschede, (hierna aanvrager) tot het houden van een (vuurwerk) evenement waarbij één of meer schepen betrokken zijn op de vaarweg de Nieuwe Maas te Rotterdam;

• dat bij dit evenement, dat plaats vindt op maandag 31 december 2018 tussen 19.00 uur en 19.30 uur en dinsdag 1 januari tussen 00:00 uur en 00:30 uur, vuurwerk zal worden afgestoken vanaf een schip (ponton) op de Nieuwe Maas gelegen ter hoogte van het gebied tussen Kilometerraai 1000.9 en 1001.1;

• dat er voor dit evenement op een ponton wordt opgebouwd vanaf vrijdag 28 december 2018 liggende aan de Nieuwe Maas ter hoogte van het Leuvehoofd;

• dat het belang van dit evenement past binnen het evenementenbeleid van de gemeente Rotterdam;

• dat deze gebeurtenis de veilige of het vlotte verloop van de scheepvaart in gevaar zou kunnen brengen, maar de veiligheid en het vlotte verloop van het scheepvaartverkeer wordt geacht voldoende te zijn verzekerd als de voorschriften in deze toestemming worden nageleefd;

Gelet op:

• artikel 1, onder e, van de Beschikking aanwijzing bevoegde autoriteiten Binnenvaartpolitiereglement;

• artikel 1.23, tweede lid, van het Binnenvaartpolitiereglement;

• artikel 7, derde lid, van de Scheepvaartverkeerswet.

besluit:

Artikel 1.

• toestemming te verlenen aan de aanvrager, voor het houden van een (vuurwerk)evenement waarbij een of meer schepen of drijvende voorwerpen zijn betrokken. Deze toestemming geldt voor dit evenement gehouden op de Nieuwe Maas te Rotterdam tussen Kilometerraai 1000.9 en 1001.1, ten tijde van het Nationaal Vuurwerk op maandag 31 december 2018 van 19.00 uur tot 19.30 uur en op dinsdag 1 januari tussen 00:00 uur en 00:30 uur.

Voorschriften:

Artikel 2.

Aan deze toestemming worden de volgende voorschriften verbonden:

• tijdens het evenement geldt dat de aanvrager er voor zorg dient te dragen dat het evenement de veiligheid van het overige scheepvaartverkeer op de Nieuwe Maas niet zal belemmeren;

• aanvrager dient er voor zorg te dragen, dat er op de deelnemende vaartuigen permanent wordt uitgeluisterd op de betreffende sectorkanalen van Vessel Traffic Services (VTS);

• door de deelnemende vaartuigen wordt geen gebruik gemaakt van de sectorkanalen van Vessel Traffic Services voor organisatorische doeleinden;

• aanvang en einde evenement worden gemeld aan de Duty Officer Verkeersafhandeling van de divisie Havenmeester aan boord P1;

• aanwijzingen van de bevoegde autoriteit vanaf het aanwezige patrouillevaartuig van de divisie Havenmeester Rotterdam dienen stipt en direct te worden opgevolgd;

• tijdens de opbouw van het vuurwerk op het ponton aan het Leuvehoofd / Boompjes te Rotterdam en het afsteken op het ponton of het schip dat het ponton voortstuwt slechts (deskundige) personen aanwezig zijn, wiens aanwezigheid in verband met het voorstuwen van het ponton of de opbouw of afsteken van het vuurwerk noodzakelijk zijn;

• de aanvrager dient er voor zorg te dragen dat de personen betrokken bij de uitvoering van werkzaamheden tijdens de opbouw en het afsteken van het vuurwerk kennis hebben genomen van de inhoud van deze toestemming;

• de aanvrager dient er voor zorg te dragen dat het vuurwerk dat wordt afgestoken vanaf het ponton niet wordt gericht op overige scheepvaart;

• het ponton dan wel de duwboot dienen, als het vuurwerk, zijnde gevaarlijke goederen als bedoeld in voorschrift 7.1.5.0 van de Europese overeenkomst voor het internationale vervoer van gevaarlijke goeder over de binnenwateren (ADN) vervoert dan wel wordt opgebouwd of wordt afgestoken, zowel stilliggend als varend, de seinvoering overeenkomstig het Binnenvaartpolitiereglement artikel 3.14. lid 3 te voeren.

Artikel 3.

De bevoegde autoriteit kan deze toestemming, wijzigen of intrekken indien:

• een van de volgende omstandigheden zich voordoet:

  • a. deelnemende schepen (zoals pontons, duw- en sleepboten e.d.) zover van toepassing niet voldoen aan de daarvoor geldende wettelijke voorschriften (zoals benoemd, in onder andere, Wet vervoer gevaarlijke stoffen, Binnenvaartpolitiereglement, Binnenvaartwet);

  • b. indien niet wordt voldaan aan de voorwaarden gesteld in het Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland kenmerk 999997163_9999505834;

  • c. er sprake is van slecht zicht (1.500 meter en minder) dan wel van andere ongunstige klimatologische omstandigheden;

  • d. door niet voorziene omstandigheden de nautische veiligheid niet kan worden gewaarborgd;

  • e. er gevaren moet worden bij een windkracht van meer dan 6 BFT (10,8 m/s), gemeten op de Verkeer Centrale Rotterdam;

  • f. er een calamiteit plaatsvindt;

• één of meer van de belangen die worden beschermd door het Binnenvaartpolitiereglement dat wenselijk maakt;

• de verbonden voorschriften of beperkingen waaronder zij is verleend, niet zijn of worden nageleefd;

• zich na de verlening een zodanig feit of omstandigheid voordoet dat, indien het feit of de omstandigheid ten tijde van de verlening bekend was geweest, de toestemming niet of niet onder die voorschriften of beperkingen zou zijn verleend

• op grond van een verandering van de (veiligheid)omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de toestemming, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de toestemming is vereist;

• ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

• degene voor wie de toestemming geldt, dit verzoekt

Artikel 4.

• De bevoegde autoriteit zal indien van (ten dele) wijziging, of (ten dele) intrekking sprake is de aanvrager zo spoedig mogelijk hierover informeren.

Artikel 5.

Dit besluit wordt in de Staatscourant geplaatst en treedt in werking op de dag na publicatie van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 6.

Deze toestemming is geldig op maandag 31 december 2018 en dinsdag 1 januari 2019.

R.J. de Vries DE HAVENMEESTER VAN ROTTERDAM, Rijkshavenmeester regio Rotterdam-Rijnmond.

Bezwaarclausule

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is genomen een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Havenmeester van Rotterdam ter attentie van de Afdeling Juridisch Advies, postbus 6622, 3002 AP Rotterdam. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend zijn en ten minste te bevatten:

• naam en adres van de indiener;

• datum bezwaarschrift;

• de gronden van het bezwaar;

• een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt.

U kunt, indien u een bezwaarschrift heeft ingediend, een verzoek om een voorlopige voorziening (o.a. schorsing) indienen bij: Rechtbank Rotterdam, sector Bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM te Rotterdam. Voor een dergelijk verzoek is griffierecht verschuldigd.