Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 28 november 2018, kenmerk 1444892-183913-LZ, houdende wijziging van de Regeling langdurige zorg

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 49e, eerste lid, van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling langdurige zorg wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 5.10 wordt ‘de artikelen 8.2, 8.4, 8.6 en 8.8’ vervangen door ‘de artikelen 8.2, 8.4, 8.6, 8.8 en 8.10’.

B

Artikel 8.7 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 20.947 miljoen’ vervangen door ‘€ 21.082 miljoen’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Van het bedrag, bedoeld in het eerste lid, is € 18.878 miljoen bestemd voor zorg in natura en € 2.204 miljoen bestemd voor persoonsgebonden budgetten. Daarbij is rekening gehouden met overhevelingen door de Wlz-uitvoerders tussen de deelkaders voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten tot en met 15 november 2018.

C

Artikel 8.8 komt te luiden:

Artikel 8.8

De bedragen die in 2018 beschikbaar zijn voor de verstrekking van persoonsgebonden budgetten zijn voor de hiernavolgende regio’s de achter die regio’s opgenomen bedragen:

Groningen:

85.200.000

Friesland:

117.000.000

Drenthe:

85.061.197

Zwolle:

77.203.741

Twente:

95.200.000

Apeldoorn, Zutphen en omstreken:

48.109.515

Midden IJssel:

17.550.000

Arnhem:

127.140.000

Nijmegen:

79.406.382

Utrecht:

150.920.244

Flevoland:

32.178.801

´t Gooi:

63.518.059

Noord-Holland Noord:

67.534.619

Kennemerland:

38.946.039

Zaanstreek/Waterland:

30.153.025

Amsterdam:

79.627.133

Amstelland en de Meerlanden:

18.925.923

Zuid-Holland Noord:

44.625.762

Haaglanden:

99.580.947

Westland Schieland Delfland:

52.894.148

Midden-Holland:

31.948.428

Rotterdam:

84.756.946

Zuid-Hollandse Eilanden:

52.138.180

Waardenland:

50.622.980

Zeeland:

44.543.899

West-Brabant:

95.391.513

Midden-Brabant:

72.894.702

Noordoost Brabant:

99.500.422

Zuidoost Brabant:

90.220.674

Noord- en Midden-Limburg:

74.732.751

Zuid-Limburg:

96.130.079

D

Na artikel 8.8 worden twee artikelen toegevoegd, luidende:

Artikel 8.9

  • 1. Het bedrag, bedoeld in artikel 49e, eerste lid, van de Wet marktordening gezondheidszorg, bedraagt voor het jaar 2019: € 22.744 miljoen.

  • 2. Van het bedrag, bedoeld in het eerste lid, is € 20.321 miljoen bestemd voor zorg in natura en € 2.423 miljoen bestemd voor persoonsgebonden budgetten. Daarbij is geen rekening gehouden met overhevelingen door de Wlz-uitvoerders tussen de deelkaders voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten.

Artikel 8.10

De bedragen die in 2019 beschikbaar zijn voor de verstrekking van persoonsgebonden budgetten zijn voor de hiernavolgende regio’s de achter die regio’s opgenomen bedragen:

Groningen:

96.853.820

Friesland:

125.410.939

Drenthe:

97.991.324

Zwolle:

86.912.919

Twente:

104.838.357

Apeldoorn, Zutphen en omstreken:

54.529.352

Midden IJssel:

21.398.481

Arnhem:

143.915.556

Nijmegen:

85.846.180

Utrecht:

163.743.471

Flevoland:

34.612.859

’t Gooi:

68.165.627

Noord-Holland Noord:

74.061.461

Kennemerland:

44.073.598

Zaanstreek/Waterland:

32.966.679

Amsterdam:

85.058.137

Amstelland en de Meerlanden:

20.863.960

Zuid-Holland Noord:

49.213.812

Haaglanden:

109.491.131

Westland Schieland Delfland:

57.785.121

Midden-Holland:

34.478.039

Rotterdam:

90.428.264

Zuid-Hollandse Eilanden:

58.513.950

Waardenland:

54.965.209

Zeeland:

49.576.279

West-Brabant:

104.393.602

Midden-Brabant:

78.342.188

Noordoost Brabant:

107.187.995

Zuidoost Brabant:

99.582.299

Noord- en Midden-Limburg:

80.778.640

Zuid-Limburg:

107.020.751

E

Artikel 9.3e wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. In het eerste lid (nieuw) vervalt ‘, en zijn de artikelen 9.3 en 9.3a van overeenkomstige toepassing’.

3. Na het eerste lid wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:

  • 2. De artikelen 9.3 en 9.3a zijn van overeenkomstige toepassing.

F

In bijlage A wordt na ‘7VV’, ‘8VV’, ‘6 LG’, ‘6B GGZ’ en ‘7B GGZ’ telkens ‘*’ ingevoegd.

G

Bijlage B wordt als volgt gewijzigd:

1. Na ‘Apeldoorn, Zutphen en omstreken: Apeldoorn, Brummen, Epe, Heerde, Lochem, Zutphen’ wordt ingevoegd: ‘Midden IJssel: Deventer, Olst-Wijhe, Raalte, Voorst.

2. Aan het einde van bijlage B komt ‘Midden IJssel: Deventer, Olst-Wijhe, Raalte, Voorst’ te vervallen.

3. Onder het kopje Utrecht komt ‘Vianen,’ te vervallen.

4. Onder het kopje Waardenland komen ‘Leerdam,’ en ‘Zederik,’ te vervallen en wordt na ‘Sliedrecht’ ‘Vijfheerenlanden’ toegevoegd.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge

TOELICHTING

Algemeen

In deze regeling is een aantal wijzigingen van de Regeling langdurige zorg (Rlz) opgenomen. Het betreft voor 2018 en 2019 respectievelijk de wijziging en de vaststelling van het Wlz-kader, de verdeling van dit Wlz-kader over de deelkaders voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten, en de verdeling van het pgb-kader over de zorgkantoorregio’s.

Het beschikbaar gestelde Wlz-kader 2018 is gewijzigd naar aanleiding van de opgave van de Nationale Zorgautoriteit (NZa) van 26 november 2018. Hierin zijn de wijzigingen van het Wlz-kader 2018 zoals vermeld in de definitieve kaderbrief Wlz 20191 verwerkt. Ook is het Wlz-kader 2018 gecorrigeerd voor de bruteringseffecten die ontstaan doordat Wlz-uitvoerders bij de NZa verzoeken indienen voor overhevelingen tussen de regionale deelkaders voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten. De verdeling van het totale Wlz-kader 2018 over de deelkaders voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten is in lijn hiermee ook gewijzigd. Daarnaast is de verdeling van het pgb-kader 2018 over de zorgkantoorregio’s in lijn gebracht met de hierboven genoemde opgave van de NZa van 26 november 2018. In deze opgave zijn de overhevelingen door de Wlz-uitvoerders tussen de regionale deelkaders 2018 voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten tot en met 15 november 2018 verwerkt.

Het Wlz-kader 2019 sluit aan bij het vastgestelde kader in de hierboven genoemde definitieve kaderbrief Wlz 2019. Daarbij is dus geen rekening gehouden met overhevelingen door de Wlz-uitvoerders tussen de deelkaders voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten. Het Wlz-kader 2019 kan gedurende het jaar 2019 nog wijzigen. Dit gebeurt aan de hand van adviezen van de NZa. Deze kunnen aanleiding geven tot het toevoegen van herverdelingsmiddelen aan het Wlz-kader 2019. Ook kan de verdeling van het Wlz-kader 2019 over de deelkaders voor zorg in natura en persoonsgebonden budgetten en de verdeling van het pgb-kader over de zorgkantoorregio’s gedurende 2019 nog wijzigen.

Het deelkader voor zorg in natura over 2019 bevat ook het geoormerkt kwaliteitsbudget verpleeghuiszorg à € 600 miljoen. Deze middelen zijn bestemd voor de implementatie van het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg.

Als laatste zijn een aantal technische wijzigingen opgenomen.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdelen A, B, C en D

Met onderdeel B en C worden de plafondbedragen voor 2018 gewijzigd en met onderdeel D worden de plafondbedragen voor 2019 opgenomen.

Met onderdeel A wordt een verwijzing naar artikel 8.10 opgenomen in artikel 5.10.

Onderdeel E

Deze wijziging is technisch van aard. Het is ter verbetering van de leesbaarheid van het artikel.

Onderdeel F

Deze wijziging is technisch van aard. In artikel 2.2, eerste lid, onderdeel a, is bepaald dat onder bepaalde omstandigheden bovenop de daar bepaalde zorgprofielen een verzekerde recht kan hebben op meer zorg. Onder de in artikel 2.2, eerste lid, onderdeel a, opgenomen zorgprofielen bevinden zich 7VV, 8VV, 6 LG, 6B GGZ en 7B GGZ. In bijlage A is met een * aangegeven bovenop welke zorgprofielen onder omstandigheden recht kan zijn op meer zorg. Abusievelijk zijn voornoemde zorgprofielen niet van * voorzien, zodat uit bijlage A niet valt op te maken dat deze zorgprofielen ook recht kunnen geven op meer zorg.

Met deze wijziging wordt alsnog een * opgenomen achter voornoemde zorgprofielen en wordt bijlage A in lijn gebracht met artikel 2.2, eerste lid, onderdeel a.

Onderdeel G

De wijziging van bijlage B houdt verband met het samenvoegen per 1-1-2019 van de gemeenten Leerdam, Vianen en Zederik tot de nieuwe gemeente Vijfheerenlanden. De nieuwe gemeente gaat onderdeel uitmaken van de provincie Utrecht en betreft een uitgestrekt landelijk gebied met veertien woonkernen en ruim 50.000 inwoners. Van de drie gemeenten valt Vianen nu onder Zilveren Kruis zorgkantoor Utrecht. De gemeenten Leerdam en Zederik vallen onder VGZ Zorgkantoor Waardenland. Op verzoek van beide zorgkantoren zal de nieuwe gemeente per 1-1-2019 onder het zorgkantoor Waardenland vallen.

Daarnaast zijn er nog een aantal technische wijzigingen aangebracht in bijlage B.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2019.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge


X Noot
1

Kamerstuk 34 104, Nr. 241

Naar boven