Ontheffing Regeling valschermspringen 2010

Datum: 1 februari 2018

Nummer: ILT-2017/98158

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Defensie;

Gelezen het verzoek om ontheffing ontvangen op 1 december 2017 van Skydive Rotterdam, contactpersoon: M. van Beveren, tel.: 010-4159450, e-mail:jump@skydiverotterdam.com;

Overwegende dat het doel van de vluchten is het uitvoeren van paradroppings buiten de daglichtperiode op 3 maart en 24 maart 2018 met een Cessna Caravan met registratie PH-LBR;

Gelet op artikel 3, tweede lid, van de Regeling valschermspringen 2010;

BESLUIT:

Artikel 1

  • 1. Op 3 maart en 24 maart 2018 wordt aan Skydive Rotterdam ontheffing verleend van de verplichting om valschermsprongen uitsluitend uit te voeren binnen de daglichtperiode, bekendgemaakt in de luchtvaartgids, zoals gesteld in artikel 3, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling valschermspringen 2010, onder de volgende voorschriften en beperkingen:

    • a. De toegestane parasprongen vinden uitsluitend plaats binnen het vaste springgebied Rhoon, zijnde een cirkel met een straal van 2 nautische mijlen, waarvan het middelpunt is gelegen op positie 51°51'08"N – 004°26'10"E.

    • b. De maximale springhoogte bedraagt FL 120.

    • c. De paravluchten worden minimaal 5 dagen voorafgaand aan de vlucht als ‘Bijzondere vlucht’ afgestemd met de Operationele Helpdesk van LVNL via www.lnvl-ohd.nl.

    • d. Vóór aanvang van de vlucht wordt gecoördineerd met de Operationele Helpdesk van LVNL, tel.: 020-4062201 (0700-1700 LT); e-mail: ops_helpdesk@lvnl.nl.

    • e. Na 23.00 uur lokale tijd worden er geen paravluchten meer uitgevoerd.

    • f. De paravluchten worden uitgevoerd onder IFR-vliegregels, met een IFR-gecertificeerd vliegtuig en door een gezagvoerder met een geldige Instrument (IR) bevoegdheid voor een Cessna Caravan.

    • g. Indien luchtverkeerstechnische redenen daartoe noodzaken, kan de betrokken luchtverkeersleidingsdienst (LVNL) de vlucht doen uitstellen, dan wel annuleren.

    • h. De vluchten worden uitgevoerd volgens de regels, gesteld in Deel SPO of Deel NCO van Verordening (EU) nr. 965/2012 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures voor vluchtuitvoering.

  • 2. Aan de valschermspringers van of te gast bij Skydive Rotterdam wordt ontheffing verleend van het verbod in artikel 3, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling valschermspringen 2010 om te springen buiten de daglichtperiode, mits:

    • a. de springbak deugdelijk is verlicht en

    • b. de omgeving van tevoren is gecontroleerd op obstakels.

Artikel 2

De parasprongen kunnen uitsluitend worden uitgevoerd als Luchthaven Rotterdam The Hague Airport en de betrokken luchtverkeersleidingsdienst LVNL dit toelaten.

Artikel 3

De overige bepalingen in de Regeling valschermspringen 2010 zijn onverminderd van toepassing.

Artikel 4

Indien de vluchten geen doorgang vinden, meldt Skydive Rotterdam dit aan zowel de Operationele Helpdesk van LVNL, als aan de Inspectie Leefomgeving en Transport (via een e-mail aan aviation-approvals@ilent.nl met als referentie het kenmerk van deze beschikking).

Artikel 5

Deze beschikking treedt in werking met ingang van 3 maart 2018 en vervalt met ingang van 25 maart 2018, tenzij deze voortijdig wordt ingetrokken.

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, namens deze, DE SENIOR INSPECTEUR ILT/VERGUNNINGEN, A. Schurink-v.d. Klugt

Bezwaar

Tegen dit besluit kunt u binnen een termijn van zes weken na dagtekening, ingaande de dag na verzending van deze brief, bezwaar indienen. Het bezwaar moet minimaal bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

  • de gronden van het bezwaar;

  • uw handtekening.

Het bezwaar kan onder vermelding van ‘bezwaar’ en het kenmerk van deze brief worden gestuurd naar het volgende adres:

Inspectie Leefomgeving en Transport

Postbus 16191

2500 BD Den Haag

Is er sprake van onverwijlde spoed? Dan kunt u de rechtbank in het rechtsgebied van uw woonplaats verzoeken om een voorlopige voorziening te treffen.

Meer informatie over de voorlopige voorziening vindt u op www.rechtspraak.nl.

TOELICHTING BIJ BESCHIKKING ILT-2017/98158

Op grond van artikel 3, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling valschermspringen 2010 (hierna: de Regeling) mogen parachutesprongen uitsluitend worden uitgevoerd in de daglichtperiode. Artikel 3, tweede lid, geeft de Minister van Infrastructuur en Waterstaat de mogelijkheid om ontheffing te verlenen van deze verplichting. In de nota van toelichting bij de Regeling is toegelicht dat dit tweede lid het mogelijk maakt om ook buiten de daglichtperiode een parachutesprong te maken, indien daarvoor door de Minister een ontheffing is verleend. Bij gebruikmaking van deze ontheffingsmogelijkheid blijven de overige bepalingen van de Regeling onverkort van toepassing.

De Inspectie Leefomgeving en Transport heeft de aanvraag beoordeeld op twee aspecten.

  • 1. Een veilige uitvoering van de vluchten en de parachutesprongen. Hierbij gaat het om de veiligheid van het luchtverkeer, de veiligheid van de parachutespringer en de veiligheid van personen op de grond.

  • 2. Daarnaast is de aanvraag beoordeeld op vermijdbare geluidhinder. Hierbij is onder andere gekeken of de gewenste dagen en tijdstippen passen binnen de hinderbeperkingen die er in de Omzettingsregeling luchthaven Rotterdam The Hague Airport zijn opgelegd ten aanzien van parachutespringen.

Op basis van de verkregen informatie is de Inspectie van mening dat de paravluchten op een veilige manier kunnen worden uitgevoerd, mits de beperkende voorwaarden in de beschikking worden nageleefd.

Die beperkende voorwaarden betreffen bepalingen die te maken hebben met de springlocatie, het doel, de hoogte, de tijdstippen, de uitrustingseisen van het vliegtuig en de kwalificatie van de gezagvoerder.

Op grond van SERA, het Besluit luchtverkeer 2014 en de Vrijstellingsregeling hierop is het niet toegestaan om VFR-nachtvluchten uit te voeren ten behoeve van het uitvoeren van parachutesprongen. Zodoende is de verplichting opgenomen dat de vluchten onder IFR-vliegregels worden uitgevoerd.

De parachutesprongen passen binnen de hinderbeperkingen die er in de Omzettingsregeling luchthaven Rotterdam The Hague Airport zijn opgelegd ten aanzien van parachutespringen. Omwonenden die toch geluidoverlast ervaren, nemen contact op met de DCMR milieudienst Rijnmond. Om die omwonenden van de juiste en actuele informatie te voorzien dient de aanvrager de relevante informatie vooraf te delen met de DCMR milieudienst Rijnmond.

Naar boven