Beleidsregel van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 2 december 2018, nr. WJZ/ 18260671, tot wijziging van de Beleidsregel verlagen subsidie POP

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, handelende na overleg met Gedeputeerde Staten van de provincies Friesland, Groningen, Drenthe, Overijssel, Gelderland, Flevoland, Utrecht, Noord-Holland, Zuid-Holland, Noord-Brabant, Zeeland en Limburg,

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

ARTIKEL I

De Beleidsregel verlagen subsidie POP wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3.3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het eerste lid wordt toegevoegd ‘overeenkomstig het kortingspercentage in Bijlage 4, deel II.’

2. Het tweede lid alsmede de aanduiding ‘1.’ voor het eerste lid vervallen.

B

In artikel 3.6 wordt ‘overeenkomstig het kortingspercentage in Bijlage 4, deel I.’ vervangen door ‘waarbij voor de kortingspercentages wordt aangesloten bij de kortingspercentages zoals opgenomen in Bijlage 4, deel I.’.

C

Artikel 3.7 komt te luiden:

Artikel 3.7. verslag omtrent de voortgang

Indien een subsidieontvanger een op grond van de Regeling POP3 subsidies van de onderscheiden provincies of de beschikking tot subsidieverlening voorgeschreven verslag omtrent de voortgang niet of niet tijdig aanlevert of het verslag voldoet niet aan de eisen die daaraan worden gesteld, wordt de vast te stellen subsidie verlaagd overeenkomstig het kortingspercentage in Bijlage 4, deel I.

D

Artikel 3.8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. Na ‘herhaalde niet-naleving’ wordt ingevoegd ‘als bedoeld in artikel 35, derde lid, vijfde alinea, van verordening 640/2014,’.

b. De aanduiding ‘%’ wordt telkens vervangen door ‘procentpunt’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Indien sprake is van een herhaalde niet-naleving wordt, indien op grond van onderhavige beleidsregel of Bijlage 4 een maximum wordt gesteld aan de op te leggen correctie of sanctie, dit maximum naar rato verhoogd overeenkomstig het eerste lid.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Indien bij een eerste niet-naleving geen correctie of sanctie werd opgelegd, wordt bij een herhaling van dezelfde niet-naleving een sanctie opgelegd overeenkomstig het eerste lid.

E

Artikel 3.9 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Indien meerdere aanbestedingsfouten in één en dezelfde opdracht worden geconstateerd is slechts de hoogste van de van toepassing zijnde correcties van toepassing.

F

Bijlage 4 komt als volgt te luiden:

Bijlage 4. Tabel correctie en sanctieregels POP niet-oppervlakte gebonden

Vooraf:

  • 1. Een correctie wil zeggen dat de door de begunstigde verantwoorde kosten verlaagd worden omdat de kosten om welke reden dan ook niet subsidiabel zijn (er zijn niet-subsidiabele kosten opgevoerd of kosten kunnen niet subsidiabel gesteld worden om andere redenen). Een sanctie betekent een verlaging naar aanleiding van een geconstateerde niet naleving van subsidievoorwaarden.

  • 2. Algemeen = 10% kortingsregel: indien bij een betalingsaanvraag, bedoeld in artikel 63 van uitvoeringsverordening 809/2014, het uit te betalen bedrag lager is dan het aangevraagde bedrag en het verschil bedraagt meer dan 10% van het uit te betalen bedrag, vindt een extra korting van de uitbetaling plaats ter hoogte van het verschil, tenzij artikel 1.4 van toepassing is (overmacht of uitzonderlijke omstandigheden / ‘geen schuld’). De extra korting kan ten hoogste leiden tot het tot nul verlagen van het uit te betalen bedrag.

  • 3. Bevindingen kunnen op ieder moment binnen het subsidie-traject gedaan worden. In onderstaande tabel wordt voor de inzichtelijkheid gebruik gemaakt van de onderverdeling in afwijkingen die gevonden zijn bij een betalingsverzoek (BV) een Controle ter Plaatse (CP) of ‘overig’ (O), maar indien tijdens een controle ter plaatse wordt geconstateerd dat er bv. sprake is van projectuitgaven die zijn gedaan buiten de projectperiode (BV1), dan is de bij BV1 genoemde sanctie wél van toepassing.

  • 4. Indien er door een op te leggen correctie en/of sanctie sprake is van een (deels) onverschuldigde betaling, wordt het onverschuldigd betaalde bedrag, verhoogd met wettelijke rente, binnen 18 maanden teruggevorderd, tenzij:

    a. het van de begunstigde in het kader van een eenmalige betaling voor een steunregeling of steunmaatregels terug te vorderen bedrag, exclusief rente, niet hoger is dan 100 EUR, of

    b. de terugvordering onmogelijk is als gevolg van erkende insolventie van de debiteur of van de personen die juridisch aansprakelijk zijn voor de onregelmatigheid.

  • 5. Indien een geconstateerde afwijking een kennelijke fout van de aanvrager betreft, dan zal de fout ambtshalve gecorrigeerd worden en wordt geen sanctie opgelegd.

Onderwerp

Omschrijving afwijking

Correctie (van een betalingsaanvraag)

Sanctie (%, bedrag, anders) boven evt. correctie

Bron (Modelregeling POP3 subsidies resp. EU-regelgeving)

I. Uitvoering of financiering project (deels) niet conform regels, muv. regels inzake aanbesteding (voor aanbesteding: zie deel II van deze tabel)

       

(Iha) Vastgesteld bij betalingsverzoek (BV)

BV1a

Uitgaven zijn buiten projectperiode gemaakt

100% van de kosten die buiten de projectperiode gemaakt zijn

– telt mee voor 10% korting regel (zie bij ‘Vooraf’ punt 2)

Artikel 1.12 lid 2 en 3

 

BV2

Gedeclareerde kosten zijn al volledig gedekt vanuit ander fonds of andere subsidie

100% tav. kosten die al gedekt zijn

– telt mee voor 10% korting regel

Artikel 1.8 sub b

Artikel 1.13 lid 1 sub b

 

BV3a

Totaal van subsidiabele kosten is niet goed berekend

Uitbetaling nav juiste berekening (correctie = 100% van verschil)

 

EU (voorschriften inzake goed financieel beheer).

 

BV4

Vervallen

     
 

BV5

Uitgaven zijn niet subsidiabel (zoals bijvoorbeeld declaratie van debetrente, terugvorderbare BTW, niet subsidiabel gestelde kosten, declaratie van kosten die niet tot project behoren)

100% tav kosten die niet subsidiabel zijn

– telt mee voor 10% korting regel

Artikel 1.13 + subsidiebeschikking

 

BV6

Gedeclareerde bedragen komen niet overeen met overlegde bewijsstukken

100% tav niet afdoende onderbouwde kosten, dat wil zeggen kosten waarvan bewijsstukken ontbreken, onvolledig of niet correct zijn

– telt mee voor 10% korting regel

EU (voorschriften ten aanzien van goed financieel beheer).

 

BV7

Ontbreken van onafhankelijke waarde beoordeling van grond

Kosten aankoop grond niet vergoed (100% correctie op die post)

– telt mee voor 10% korting regel

Artikel 1.11 lid 3

 

BV8

Vervallen

     
 

BV9

Gedeclareerde kosten zijn naar het oordeel van de subsidieverstrekker en gelet op de omstandigheden van het geval niet redelijk. Dit is onder meer het geval indien gedeclareerde kosten voor aankoop grond hoger zijn dan de marktwaarde, blijkend uit onafhankelijke waarde beoordeling

100% van het verschil tussen gedeclareerde kosten en redelijk geachte kosten

– telt mee voor 10% korting regel

Artikel 1.13 lid 1 sub k

(Iha) Vastgesteld bij controle ter plaatse (CP)

CP1a

Ontbreken projectadministratie

a. Geheel

b. deels

100% tav de projectkosten waarvan de subsidiabiliteit niet kan worden vastgesteld omdat administratie ontbreekt

Korting van de uiteindelijk vast te stellen subsidie met 5%, met maximum van 1.500 euro. Indien de omstandigheden daar aanleiding toe zijn, kan het sanctie% lager vastgesteld worden

Artikel 1.17 lid 1 sub g

 

CP2a

Project is nog niet of later gestart dan vereist, zonder dat aanpassing projectplan is aangevraagd

-

Korting van de uiteindelijk vast te stellen subsidie met 5%, tenzij 5% gelet op de omstandigheden van het geval niet redelijk is

Artikel 1.17 lid 1 sub e

 

CP3a

Doelstelling(en) van het project niet of niet geheel gerealiseerd

 

Subsidie wordt verlaagd tot 0 indien doelstelling(en) van het project in het geheel niet gerealiseerd is/zijn. Indien de doelstelling(en) van het project deels bereikt is/ zijn, wordt de verleende subsidie verlaagd tot het % van inhoudelijke doelbereiking die gerealiseerd is, met daar boven een sanctie van 5% op de uiteindelijk vast te stellen subsidie, tenzij 5% gelet op de omstandigheden van het geval niet redelijk is

Artikel 1.27, lid 5 aanhef en sub a, b en c.

 

CP4

Investering is – nadat herstelmogelijkheid geboden is – niet gebruiksklaar op moment van indienen eindafrekeningsverzoek.

-

Subsidie wordt ingetrokken (100% sanctie), tenzij dit gelet op de omstandigheden van het geval niet redelijk is

Artikel 1.17 lid 1 sub c

 

CP5a

Medewerking met controle wordt geweigerd

De betrokken steun- of betaalaanvraag wordt afgewezen, behalve in gevallen van overmacht en uitzonderlijke omstandigheden

 

Artikel 59 lid 7 Vo (EU) 1306/2013 jo. Artikel 1.17 lid 1 sub k

 

CP6

Projectresultaat niet gedurende 5 jaar in stand gehouden

 

Naar rato van aantal jaren waarin op grond van de verrichte controle ter plaatse niet wordt voldaan aan de instandhoudingsplicht: 20% (4 jaar wel voldaan)–100% (geen volledig jaar voldaan) terugvordering van de uitbetaalde subsidie, indien niet langer wordt voldaan aan projectdoelstelling; 10–50% indien deels nog wordt voldaan aan project doelstelling

Artikel 1.17 lid 1 sub d

Overig (O)

O1a

Voortgangsverslag is niet tijdig of niet volledig ingediend

Indien ook na gegeven herstelmogelijkheid het verslag niet of niet volledig ingediend wordt: korting bedraagt 1% van de uiteindelijk vast te stellen subsidie, met max. van 1.500 EUR

Artikel 1.17 lid 1 sub h

 

O2a

Milieuvereisten zijn niet nageleefd, waardoor voor het project benodigde vergunning(en) wordt/worden ingetrokken

100% van de subsidie voor het onderdeel waarvoor geen vergunning is verleend

Telt mee voor 10% kortingsregel

 
 

O3

Er is sprake van ongeoorloofde staatssteun

100% van de subsidie voor het onderdeel waarvoor sprake is van ongeoorloofde staatssteun

EU- staatssteun regelgeving

 

O4a

Vereisten voor gelijke behandeling zijn niet nageleefd

5% van de uiteindelijk vast te stellen subsidie, tenzij de omstandigheden van het geval aanleiding zijn tot een lagere sanctie

EU

 

O5a

Publicatievereisten zijn niet nageleefd

* tijdens het project

* na afronding van het project

maximaal 5% van de uiteindelijk vast te stellen subsidie, afhankelijk van de ernst van de afwijking van publicatievereisten gedurende de looptijd van het project

Artikel 1.17 lid 1 sub b

II Aanbestedingsregels niet nageleefd

       
 

A1.1a

De opdracht is niet gepubliceerd volgens de juiste procedures én ook niet op andere wijze openbaar gemaakt.

Hieronder valt ook de uitvoeringsopdracht waarbij de oproep tot mededinging is beperkt tot de opdrachtnemer(s) van de voorafgaande opdracht tot projectdefiniëring

 

100% van de opdracht

 
 

A1.2a

In geval van EU- aanbestedingsplichtige opdracht: De opdracht is niet gepubliceerd volgens de juiste procedures, maar de opdracht is wel op een dusdanige wijze openbaar gemaakt dat gegadigden in andere lidstaten tijdig hebben/hadden kunnen reageren

 

25% van de opdracht

 
 

A2.1a

In geval van EU- aanbestedingsplichtige opdrachten: Kunstmatige splitsing van opdracht en daardoor niet gepubliceerd volgens de juiste procedures én ook niet op andere wijze openbaar gemaakt

 

100% van de opdracht

 
 

A2.2a

In geval van EU- aanbestedingsplichtige opdrachten: Kunstmatige splitsing van opdracht, maar de opdracht is wel op een dusdanige wijze openbaar gemaakt dat gegadigden in andere lidstaten tijdig hebben/hadden kunnen reageren

 

25% van de opdracht

 
 

A3a

Niet-naleving van de termijnen voor de ontvangst van inschrijvingen en/of voor ontvangst van verzoeken tot deelname. De geboden termijn was korter dan de minimaal toegestane

 

* 25% van de opdracht indien de geboden tijd 0–50% is van de tijd die beschikbaar gesteld had moeten worden bedraagt,

* 10% indien 51–70% van de tijd geboden wordt;

* 5% indien 71–99% van de tijd geboden wordt

 
 

A4a

Onvoldoende tijd voor potentiële inschrijvers/gegadigden om aanbestedingsstukken te verkrijgen. De geboden tijd was korter dan de minimaal toegestane

 

* 25% van de opdracht indien geboden tijd 0–50% van de tijd die beschikbaar gesteld had moeten worden bedraagt,

* 10% indien 51–80% en

* 5% indien 81–99%.

 
 

A5a

De verlenging van termijnen voor inschrijving en/of voor ontvangst van verzoeken tot deelname is niet (correct) gepubliceerd.

Hieronder valt ook de situatie dat gevraagde nadere informatie niet (tijdig) aan alle inschrijvers is verstrekt

 

10% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A6.1a

Er is ten onrechte gebruik gemaakt van de procedure van gunning door onderhandelingen na voorafgaande bekendmaking van een aankondiging van een opdracht, omdat het geen geval betreft als bedoeld in art. 30, lid 1 van richtlijn 2004/18

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A6.2a

In geval van een nationaal openbaar aan te besteden opdracht: opdracht is gegund zonder te zijn gepubliceerd op TenderNed

 

25% van de opdracht indien er 1 offerte is opgevraagd, 10% bij 2 offertes en 5% bij 3 of meer offertes

 
 

A6.3a

Bij meervoudig onderhandse opdracht zijn te weinig offertes opgevraagd

 

10% bij 2 te weinig en 5% bij 1 te weinig

 
 

A7a

De aanbestedende dienst heeft een opdracht op het gebied van defensie en beveiliging vallende onder richtlijn 2009/81/EC toegekend via concurrentiegerichte dialogen of onderhandelingsprocedure zonder aankondiging van de opdracht terwijl de omstandigheden het gebruik van deze procedures niet rechtvaardigen

 

100% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A8a

In de aankondiging stonden niet alle selectiecriteria en/of in de aankondiging of het bestek stonden niet alle gunningscriteria (incl. de weging) of zijn deze onvoldoende beschreven

 

25% van de opdracht indien ze niet waren vermeld en 5% indien ze onvoldoende waren beschreven

 
 

A9a

In de aankondiging of aanbestedingsstukken waren onwettige selectie- en/of gunningscriteria opgenomen waardoor ondernemingen ontmoedigd zijn om in te schrijven.

Hieronder valt ook het gebruik van subjectieve criteria voor bepaling type aanbestedingsprocedure en ondernemer(s) die worden toegelaten tot de aanbestedingsprocedure

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A10a

Selectiecriteria, gunningscriteria, geschiktheidseisen en/of uitsluitingsgronden zijn niet relevant voor en/of staan niet in verhouding tot de opdracht. Dat wil zeggen dat kan worden aangetoond dat de vereisten niet relevant zijn voor en/of niet in verhouding staan tot de opdracht waardoor de gelijke toegang van inschrijvers niet kan worden gegarandeerd of ze hebben geleid tot ongerechtvaardigde belemmeringen in de openstelling van de aanbesteding.

Hieronder valt ook het gebruik van niet-proportionele criteria voor bepaling type aanbestedingsprocedure en ondernemer(s) die worden toegelaten tot de aanbestedingsprocedure

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A11a

De voorwaarden waren discriminerend c.q. te specifiek, waardoor de gelijke behandeling van inschrijvers niet kan worden gegarandeerd of bij de start van de aanbesteding ongerechtvaardigde belemmeringen zijn opgeworpen

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A12a

De omschrijving in de aankondiging en/of het bestek was dermate gebrekkig dat de potentiële inschrijvers\gegadigden het voorwerp van de opdracht niet konden vaststellen.

Hieronder valt ook ten onrechte samenvoeging

 

10% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A13a

Selectiecriteria zijn na de opening c.q. start van de aanbesteding aangepast waardoor ten onterechte inschrijvers zijn geaccepteerd.

De selectiecriteria zijn tijdens de selectieprocedure aangepast waardoor inschrijvers zijn geaccepteerd die niet zouden zijn geaccepteerd als de gepubliceerde selectiecriteria zouden zijn gevolgd

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A14a

Selectiecriteria zijn na de opening c.q. start van de aanbesteding aangepast waardoor ten onterechte inschrijvers zijn afgewezen.

De selectiecriteria zijn tijdens de selectieprocedure aangepast waardoor inschrijvers zijn afgewezen die niet zouden zijn afgewezen als de gepubliceerde selectiecriteria zouden zijn gevolgd

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A15a

Bij de beoordeling zijn onwettige gunnings- en/of selectiecriteria gebruikt, zijnde criteria die niet zijn toegestaan (bijv.: het gebruik van selectiecriteria als gunningscriteria, het niet naleven van criteria die in het bestek of de aankondiging van de opdracht stonden, het onjuist of discriminerend toepassen van gunningscriteria en bij een NOP/CDP/GOPA1 is niet het minimum aantal gegadigden uitgenodigd en het gebruik van niet-relevante en/of onredelijke uitsluitingsgronden en/of geschiktheidseisen)

 

25% van de opdracht

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A16a

Gebrek aan transparantie en/of gelijke behandeling tijdens de beoordeling. Dat wil zeggen de audit trail van met name de weging is onduidelijk/ongerechtvaardigd/ontbreekt en/of het beoordelingsrapport ontbreekt of bevat niet alle voorgeschreven onderdelen

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A17a

Aanpassing van een offerte tijdens de beoordeling. Dat wil zeggen dat de aanbestedende dienst tijdens de beoordeling heeft toegestaan dat een inschrijver/ gegadigde zijn offerte mocht aanpassen

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A18a

Er vonden tijdens de gunning onderhandelingen met de indiener(s) van een offerte plaats met als gevolg dat de oorspronkelijke voorwaarden zoals vastgelegd in het bestek of de aankondiging substantieel zijn veranderd

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A19a

In het kader van een onderhandelingsprocedure met vooraankondiging zijn de oorspronkelijke voorwaarden van de opdracht substantieel gewijzigd, om zodoende een nieuwe opdracht te kunnen publiceren dan wel waardoor een nieuwe opdracht had moeten worden gepubliceerd

 

25% van de opdracht.

De correctie kan worden verlaagd naar 5%, afhankelijk van de zwaarte van de onregelmatigheid

 
 

A20a

Afwijzing van, gezien de opdracht, abnormaal lage inschrijver(s) zonder dat de aanbestedende dienst schriftelijk om uitleg heeft gevraagd over de door hem noodzakelijk geachte verduidelijkingen over de samenstelling van de desbetreffende offerte(s)

 

25% van de opdracht

 
 

A21a

Door een rechter is vastgesteld dat er sprake was van een belangenconflict bij de begunstigde of de aanbestedende dienst

 

100% van de opdracht

 
 

A22a

Substantiële verandering van bestanddelen van de opdracht zoals vastgelegd in de aankondiging of het bestek.

Tot de essentiële elementen c.q. onderdelen van de gegunde opdracht zijn met name de contractwaarde, de aard van de werkzaamheden, de uitvoeringstermijn, de betalingsvoorwaarden en de gebruikte materialen. Maar het is van belang om per geval te bepalen of iets een essentieel onderdeel is of niet

 

25% van de waarde van de opdracht plus de extra waarde van de opdracht a.g.v. de wezenlijke verandering

 
 

A23a

De opdracht is toegekend volgens de aanbestedingsregels, maar werd gevolgd door een vermindering van te verrichten werk zonder dat daar een evenredige vermindering van de waarde van het contract tegenover stond.

(Deze correctie wordt ook toegepast indien het bedrag van de verlaging wordt gebruikt om andere werkzaamheden uit te voeren)

 

100% van de waarde van het verminderde werk.

Vermeerderd met 25% van het eindbedrag van het fysieke eindvoorwerp c.q. de opdracht

 
 

A24a

De oorspronkelijke opdracht is wel juist aanbesteed, maar de aanvullende diensten, leveringen of werken (waardoor het oorspronkelijk contract substantieel veranderde, zijn niet (juist) aanbesteed én er was geen sprake van extreme urgentie a.g.v. onvoorziene gebeurtenissen of van onvoorziene omstandigheden voor aanvullende diensten, leveringen of werken

 

100% van aanvullende dienst

 
 

A24.1a

De totale waarde van de aanvullende opdracht(en) is lager dan de van toepassing zijnde Europese drempel en maximaal 50% van de waarde van de originele opdracht

 

25% van de aanvullende opdracht(en)

 
 

A24.2a

In andere gevallen dan bedoeld in A24.1

 

100% van de aanvullende opdracht(en)

 
 

A25a

De oorspronkelijke opdracht is wel juist aanbesteed, maar de totale waarde van de onvoorzienbare aanvullende dienst(en), levering(en) of werk(en) is meer dan 50% van het oorspronkelijke contract

 

100% van het deel van de aanvullende opdracht(en) dat boven de 50% van de waarde van het oorspronkelijke contract uitkomt

 
 

A26a

Indien de onregelmatigheid slechts van formele aard is, zonder (mogelijke) financiële gevolgen

 

0%.

 
X Noot
1

Zijnde respectievelijk een niet-openbare procedure, de concurrentiegerichte dialoog procedure en een gunning door onderhandelingsprocedure met aankondiging.

ARTIKEL II

Deze beleidsregel treedt in werking per 1 januari 2019.

Deze beleidsregel zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 2 december 2018

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

TOELICHTING

Algemeen

De onderhavige wijziging strekt tot aanpassing van hoofdstuk 3 en Bijlage 4 van de Beleidsregel verlagen subsidie POP (hierna: Beleidsregel) inzake de niet-oppervlakte gebonden POP subsidies. Dit hoofdstuk en deze bijlage betreffen de verlaging van POP-subsidies die betrekking hebben op de niet-oppervlakte gebonden subsidies in het kader van het Plattelandsontwikkelingsprogramma 2014–2020 (POP3). Het gaat om subsidies die op basis van provinciale subsidieregelingen worden verstrekt.

In 2017 en 2018 is ervaring opgedaan met de toepassing van de Beleidsregel. Op basis van die ervaring is geconcludeerd dat enkele technische aanpassingen van de Beleidsregel wenselijk zijn. Daarnaast is gebleken dat sommige voorschriften achterhaald zijn en zijn er voorschriften die niet tot het beoogde resultaat blijken te leiden. Op grond van deze ervaringen is besloten de Beleidsregel aan te passen.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

Onderdeel A (aanbestedingen)

In de richtsnoer van de Europese Commissie inzake correcties bij aanbestedingsfouten1 is bepaald dat indien bij een opdracht meerdere aanbestedingsfouten zijn geconstateerd, de kortingspercentages niet cumuleren en enkel de hoogste dient te worden toegepast. Het tweede lid van artikel 3.3 vervalt zodat aanbestedingsfouten niet langer dubbel worden gesanctioneerd. Daarnaast is ter verduidelijking een verwijzing naar Bijlage 4, deel II opgenomen.

Onderdeel B (overige verplichtingen)

Artikel 3.6 betreft een vangnetbepaling, gericht op verplichtingen waarvoor op grond van de andere bepalingen in deze Beleidsregel en bijlage 4 geen correctie of sanctie wordt opgelegd. De wijziging van dit artikel benadrukt dat bij de niet naleving van overige verplichtingen, waarvoor dus geen correctie of sanctie is opgenomen in de Beleidsregel, moet worden aangesloten bij de kortingspercentages uit de tabel in Bijlage 4, deel I.

Onderdeel C (verslag omtrent de voortgang)

Artikel 3.7 ziet op de situatie dat een verplicht voorgeschreven voortgangsverslag niet of niet tijdig wordt aangeleverd. Hetgeen in artikel 3.7 met betrekking tot kortingspercentages is bepaald sluit niet aan bij onderdeel O1 van de tabel uit Bijlage 4, deel 1. Deze discrepantie is met de doorgevoerde aanpassing opgelost. Daarnaast is de tekst met betrekking tot herhaalde niet-naleving geschrapt omdat die al in artikel 3.8 geregeld is. Ten slotte wordt aangepast dat het kortingspercentage wordt toegepast op de ‘vast te stellen subsidie’ in plaats van op de ‘toegekende subsidie’ om te zorgen dat de sanctie te allen tijde daadwerkelijk tot een verlaging leidt. Deze laatste aanpassing is ook bij diverse sancties in Bijlage 4 doorgevoerd.

Onderdeel D (herhaalde niet-naleving)

In het eerste lid wordt verhelderd dat onder ‘herhaalde niet-naleving’ een herhaalde niet-naleving als bedoeld in artikel 35, derde lid, vijfde alinea, van verordening 640/2014 wordt verstaan. Daarnaast wordt gecorrigeerd dat de kortingspercentages worden verhoogd met procentpunten in plaats van procenten. Een verhoging in procenten leidt namelijk tot een zeer beperkte verhoging met een zeer beperkte sanctie als gevolg. Verder wordt het oude tweede lid vervangen door een bepaling op grond waarvan de begrenzing van een sanctie, opgenomen in de Beleidsregel of de bijlage, er niet langer toe kan leiden dat een herhaalde niet naleving niet tot een extra verhoging leidt. Deze onwenselijke situatie is nu hersteld. Ten slotte wordt de tekst van het oude tweede lid opgenomen in een nieuw derde lid, waarbij dit artikellid nu op zowel correcties als sancties betrekking heeft.

Onderdeel E (cumulatie)

Artikel 3.9 ziet op cumulatie van sancties. In de richtsnoer van de Europese Commissie inzake correcties bij aanbestedingsfouten is bepaald dat indien bij een opdracht meerdere aanbestedingsfouten zijn geconstateerd, de hoogste correctie geldt. Dit nieuwe tweede lid maakt duidelijk dat cumulatie van correcties niet aan de orde is in geval van meerdere aanbestedingsfouten in één en dezelfde aanbestede opdracht. Binnen één betalingsaanvraag is cumulatie van correcties ingeval van een combinatie van een aanbestedingsfout met andere fouten wel mogelijk.

Onderdeel F (Bijlage 4)

Bijlage 4 bestaat uit een aantal opmerkingen ‘vooraf’ en uit een tabel. Op beiden onderdelen worden wijzigingen aangebracht.

De opmerkingen ‘vooraf’ worden als volgt gewijzigd. De aanpassing in punt 2 betreft een verduidelijking van de 10% regel. Bovendien wordt toegevoegd dat toepassing van de 10% regel er maximaal toe kan leiden dat een betalingsverzoek op nihil wordt vastgesteld. Ook wordt verhelderd dat een betalingsaanvraag bij niet-oppervlaktegebonden subsidies een betalingsaanvraag is als bedoeld in artikel 63 van uitvoeringsverordening 809/2014. Daarnaast wordt de onjuiste opmaak van punt 4, welk punt abusievelijk bij de opmaak gesplitst was in een vierde, vijfde en zesde lid, gecorrigeerd. Verder wordt een nieuw punt 5 toegevoegd ter verduidelijking dat in geval van een kennelijke fout ambtshalve correctie plaats zal vinden en geen correctie of sanctie zal worden opgelegd. Dit in overeenstemming met artikel 64, tweede lid, aanhef en onderdeel b, van verordening 1306/2014 en artikel 4 van Verordening 809/2014.

De tabel in Bijlage 4 wordt op meerdere punten aangepast. De aanpassingen betreffen herstel van onjuistheden, verduidelijkingen en aanpassingen als gevolg van de onderhavige wijziging van de Beleidsregel. Met name wordt hersteld dat bij gevonden onjuistheden bij aanbestedingen geen sprake is van de correctie van een betalingsaanvraag, maar van het opleggen van een sanctie. De ten opzichte van de vorige versie aangepaste onderdelen worden in de tabel aangeduid door toevoeging van een ‘a’. ‘BV1a’ wil dus zeggen dat er in de betreffende regel één of meerdere aanpassingen doorgevoerd zijn ten opzichte van de omschrijving bij BV1 in de eerder vigerende tabel.

Artikel II

De onderhavige wijziging van de Beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten


X Noot
1

‘Richtsnoeren voor het vaststellen van financiële correcties voor door de structuurfondsen en het cohesiefonds medegefinancierde uitgaven, in geval van niet-naleving van de regels inzake overheidsopdrachten’ van de Europese Commissie van 29 november 2007 (Cocof 07/0037/03).

Naar boven