Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 12 november 2018, nr. 2018-0000172048, tot vaststelling van de premiepercentages werknemers- en volksverzekeringen, het maximumpremieloon werknemersverzekeringen en de opslag kinderopvangtoeslag voor 2019

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Handelende in overeenstemming met de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Financiën;

Gelet op de artikelen 11, eerste en tweede lid, 17, eerste lid, 18, eerste en tweede lid, 27, 31, 36 en 95, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen en 1.10, derde lid, van de Wet kinderopvang;

Besluit:

Artikel 1. Premiepercentage algemene ouderdomsverzekering

Het premiepercentage voor de algemene ouderdomsverzekering, bedoeld in artikel 11, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen, is voor het jaar 2019 17,90%.

Artikel 2. Premiepercentage nabestaandenverzekering

Het premiepercentage voor de nabestaandenverzekering, bedoeld in artikel 11, tweede lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen, is voor het jaar 2019 0,10%.

Artikel 3. Maximum premieloon

Het bedrag, bedoeld in artikel 17, eerste lid, eerste zin, van de Wet financiering sociale verzekeringen, bedraagt voor het jaar 2019 voor een loontijdvak van een jaar: € 55.927.

Artikel 4. Premiepercentage Algemeen Werkloosheidsfonds

Het premiepercentage, bedoeld in artikel 27 van de Wet financiering sociale verzekeringen, is voor het jaar 2019 3,60%.

Artikel 5. Premie Uitvoeringsfonds voor de overheid

Het premiepercentage, bedoeld in artikel 31 van de Wet financiering sociale verzekeringen, is voor het jaar 2019 0,78%.

Artikel 6. Basispremie Arbeidsongeschiktheidsfonds

Het premiepercentage, bedoeld in artikel 36 van de Wet financiering sociale verzekeringen, is voor het jaar 2019 6,46%.

Artikel 7. Opslag tot dekking kinderopvangtoeslag

De premieopslag, bedoeld in artikel 1.10, eerste lid, van de Wet kinderopvang, is voor het jaar 2019 0,50%.

Artikel 8. Minimumloonsomgrens WW sector Grootwinkelbedrijf

In bijlage 1, onderdeel 19, Grootwinkelbedrijf, van de Regeling Wfsv wordt ‘€ 6.156.392’ vervangen door ‘€ 6.280.751’.

Artikel 9. Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.

  • 2. Artikel 8 werkt terug tot en met 1 januari 2018.

Artikel 10. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tot vaststelling premiepercentages werknemers- en volksverzekeringen, maximumpremieloon werknemersverzekeringen en opslag kinderopvangtoeslag 2019.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 12 november 2018

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

TOELICHTING

Algemeen

Deze regeling stelt de premiepercentages vast die gelden voor de premieheffing voor de Algemene Ouderdomswet (AOW) en Algemene nabestaandenwet (Anw), het Algemeen Werkloosheidsfonds (AWf), het Uitvoeringsfonds voor de overheid (Ufo) en het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof) en de opslag op de basispremie Aof voor de kinderopvangtoeslag. Daarnaast wordt het maximumpremieloon vastgesteld voor de heffing van de premies werknemersverzekeringen. Tot slot wordt de loongrens voor indeling in de sector grootwinkelbedrijf geïndexeerd.

In deze regeling worden in tegenstelling tot voorgaande jaren niet vastgesteld de premieloongrenzen voor tijdvakken korter dan het premiejaar, en voor werknemers met recht op vakantiebonnen, vakantietoeslagbonnen of daarmee overeenkomende aanspraken. De maximumpremieloonbedragen, die als grondslag gelden voor de premies en opslag geregeld in de artikelen 4 tot en met 7, worden voor de andere loontijdvakken door herleiding bepaald. Deze bedragen zullen door de Belastingdienst worden bekendgemaakt.

Ook wordt in deze regeling geen percentage vastgesteld voor de vervangende sectorpremie. Op grond van artikel 28, eerste lid, van de Wfsv wordt met ingang van het premiejaar 2019 door UWV een gemiddeld premiepercentage vastgesteld voor de premie die ten gunste komt van de sectorfondsen. Dit gemiddelde premiepercentage wordt als vervangende premie geheven over socialeverzekeringsuitkeringen, zoals die op grond van de Werkloosheidswet, de Ziektewet, de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Wet arbeid en zorg, de toeslag op grond van de Toeslagenwet en over het loon van een werknemer in een dienstbetrekking op grond van de Wet sociale werkvoorziening.

Artikelsgewijs

Artikel 1

Het premiepercentage voor de AOW bedraagt op grond van artikel 11, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv) ten hoogste 18,25%. Het kabinet heeft besloten het premiepercentage AOW conform de Macro Economische Verkenningen te handhaven op het niveau van 17,90%.

Artikel 2

Het premiepercentage voor de Anw wordt op hetzelfde niveau vastgesteld als in 2018 op 0,10%. Hiermee wordt het vermogensoverschot langzaam afgebouwd.

Artikel 3

Het maximumpremieloon, bedoeld in artikel 17, eerste lid, van de Wfsv wordt jaarlijks op grond van artikel 18 herzien met ingang van 1 januari naar de mate waarin het minimumloon per dag wordt herzien en blijft gedurende het gehele kalenderjaar van kracht. Het jaarbedrag wordt als heel bedrag vastgesteld, afgerond naar beneden, zonder decimalen achter de komma. Vanaf 2013 wordt het maximumbijdrageloon voor de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet door de Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport vastgesteld op hetzelfde bedrag als het maximumpremieloon voor de werknemersverzekeringen.

Artikel 4

De AWf-premie wordt vastgesteld op 3,60% en daarmee 0,75 procentpunt hoger vastgesteld dan in 2018. De AWf-premie stijgt onder andere door de invoering van de compensatieregeling voor de betaalde transitievergoeding bij langdurige arbeidsongeschiktheid. Voor het compenseren van de lagere gemiddelde sectorfondspremie ten opzichte van de raming in de MEV stijgt de AWf-premie met 0,35 procentpunt. Voor het compenseren van de werkgeverspremies op Caribisch Nederland stijgt de AWf-premie met (afgerond) 0,01 procentpunt.

Artikel 5

Het premiepercentage voor het Uitvoeringsfonds voor de overheid blijft gehandhaafd op het niveau van 0,78%.

Artikel 6

De basispremie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds is voor 2019 6,46% en daarmee 0,19 procentpunt hoger vastgesteld dan in 2018.

Artikel 7

Het percentage van de opslag voor de dekking van de uitgaven voor de kinderopvangtoeslag, die met ingang van het kalenderjaar 2015 een opslag op de basispremie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds is, blijft gehandhaafd op het niveau van 0,50%.

Artikel 8

De wijziging in dit artikel betreft de jaarlijkse indexering van de loongrens voor de sector Grootwinkelbedrijf aan de hand van de ontwikkeling van de contractlonen. De loongrens wordt met terugwerkende kracht per 1 januari 2018 gewijzigd op basis van de gemiddelde contractloonontwikkeling van bedrijven over 2018 zoals die in de Macro Economische Verkenning 2019 van het Centraal Planbureau (CPB) is opgenomen.

Den Haag, 12 november 2018

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

Naar boven