De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Handelende in overeenstemming met de Ministers van Defensie en van Infrastructuur
en Waterstaat;
Gelet op de artikelen 2.6.2, zevende, achtste en negende lid, 2.6.9, derde lid, en
2.7.3, eerste lid, van het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening;
BESLUIT:
ARTIKEL I
De Regeling algemene regels ruimtelijke ordening wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan de begripsomschrijving van ‘GML-bestand bij deze regeling’ wordt onder vervanging
van de punt aan het slot van onderdeel h door ‘, of’ een onderdeel toegevoegd, luidende:
2. In de alfabetische opsomming wordt ingevoegd:
- secundaire radar:
-
radar die voor het waarnemen van luchtvaartuigen afhankelijk is van door het luchtvaartuig
met een transponder uitgezonden signalen;.
3. De definitie van ‘radarrekenmodel’ met de bijbehorende begripsomschrijving komt te
luiden:
- radarrekenmodel:
-
rekenmodel voor het bepalen van verstoring van radars, dat voor primaire radars is
beschreven in het rapport Radar and Radar Environment Modeling in PERSEUS, de verstoring
van secundaire radars wordt vastgesteld door middel van een Off Boresight Error (OBE)
berekening;.
B
Artikel 2.5 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, eerste volzin, wordt ‘De beoordeling van de mate waarin’ vervangen
door ‘De mate waarin’.
2. In het tweede lid, onderdeel d, vervalt ‘door het bouwwerk dan wel de windturbine’.
3. Het derde lid komt te luiden:
-
3. De gemeente die het bestemmingsplan voorbereidt, zorgt ervoor dat het rapport, bedoeld
in het eerste lid, ter beoordeling aan de Minister van Defensie wordt voorgelegd.
C
Artikel 2.6 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid wordt na ‘radardetectiegebied’ ingevoegd ‘van een primaire radar’.
2. In het vierde lid wordt na ‘referentiewaarde’ ingevoegd ‘ingeval van een primaire
radar’.
3. Onder vernummering van het vijfde en zesde lid tot zesde en zevende lid wordt een
lid ingevoegd, luidende:
4. In het zevende lid (nieuw) wordt ‘tot en met het vijfde lid’ vervangen door ‘tot
en met het zesde lid’.
D
In de alfabetische opsomming in bijlage 6 als bedoeld in artikel 2.1, zesde lid, van
de Regeling algemene regels ruimtelijke ordening wordt ingevoegd:
Antennelocatie Huisduinen
|
6.3
|
E
De kaart in bijlage 6.3 wordt vervangen door de kaart opgenomen in bijlage A bij deze
regeling.
F
In de alfabetische opsomming in bijlage 7 als bedoeld in artikel 2.1, zevende lid,
van de Regeling algemene regels ruimtelijke ordening wordt ingevoegd:
rondom Antennelocatie Huisduinen
|
6.3
|
G
In de alfabetische opsomming in bijlage 8, categorie radarstations, wordt ingevoegd:
H
De kaart in bijlage 8.4 wordt vervangen door de kaart opgenomen in bijlage B bij deze
regeling.
I
In de alfabetische opsomming in bijlage 9 wordt ingevoegd:
J
In de alfabetische opsomming in bijlage 10 wordt ingevoegd:
Met een maximale bouwhoogte van 92 meter ten opzichte van NAP (De Kooy)
|
8.4
|
K
Bijlage 16 wordt als volgt gewijzigd:
1. De overzichtskaart wordt vervangen door de overzichtskaart opgenomen in bijlage C
bij deze regeling.
2. De detailkaarten 18 en 20 worden vervangen door de detailkaarten 18 en 20 opgenomen
in bijlage D bij deze regeling.
3. De detailkaarten 23 en 25 worden vervangen door de detailkaarten 23 en 25 opgenomen
in bijlage E bij deze regeling.
4. Detailkaart 24 vervalt.
5. De detailkaarten 43 en 43c worden vervangen door de detailkaarten 43, 43c en 43d
opgenomen in bijlage F bij deze regeling.
6. De detailkaarten 45 en 46 worden vervangen door de detailkaarten 45, 45a, 45b en
46 opgenomen in bijlage G bij deze regeling.
7. De detailkaarten 47 en 84 worden vervangen door de detailkaarten 47, 47a en 84 opgenomen
in bijlage H bij deze regeling.
8. Detailkaart 71 wordt vervangen door detailkaart 71 opgenomen in bijlage I bij deze
regeling.
9. Detailkaart 85 wordt vervangen door detailkaart 85 opgenomen in bijlage J bij deze
regeling.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.
TOELICHTING
De Regeling algemene regels ruimtelijke ordening (hierna: Rarro) geeft uitwerking
aan enkele bepalingen in het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (hierna:
Barro). Het Barro voorziet in de juridische borging van het nationaal ruimtelijk beleid.
Het bevat regels die de beleidsruimte van andere overheden ten aanzien van de inhoud
van ruimtelijke plannen inperken, daar waar nationale belangen dat noodzakelijk maken.
De wijzigingen van de Rarro in deze regeling betreffen regulier noodzakelijk onderhoud
en bestaan uit de toevoeging van een antennelocatie van Defensie, alsmede een nieuwe
Defensieradar, het toevoegen van de secundaire surveillance radar (SSR) aan het verstoringsonderzoek,
en
een actualisatie van reserveringsgebieden voor de uitbreiding en aanleg van hoofdwegen.
Voor een nadere toelichting op de wijzigingen wordt verwezen naar het artikelsgewijze
deel van de toelichting.
De wijzigingen met betrekking tot de militaire radarstations (artikel I, onderdelen
A, onder 2 en 3, B, C, D, E, F, G, H, I, en J) zijn vastgesteld in overeenstemming
met de Minister van Defensie. De wijzigingen met betrekking tot de reserveringsgebieden
voor hoofdwegen (artikel I, onderdeel K) zijn vastgesteld in overeenstemming met de
Minister van Infrastructuur en Waterstaat.
Artikel I
Onderdeel A
Artikel 2.1, twaalfde lid, van de Rarro bepaalt dat van alle aangewezen terreinen,
gebieden, zones en objecten de geometrische plaatsbepalingen worden vastgelegd in
GML-bestanden bij die regeling. Omwille van de kenbaarheid zijn die bestanden benoemd
in artikel 1.1 van de Rarro, dat om die reden is aangevuld.
Onderdelen B en C
Mede vanwege de toename van windparken en hoogbouw maken de militaire en de civiele
verkeersleiding steeds vaker gebruik van elkaars radardata (‘Multi-radar’) om dekkingsverlies
van radars naar aanleiding van nieuwe bouwplannen te kunnen mitigeren. Om de bescherming
van de militaire secundaire radars mogelijk te maken, is het toetsen hiervan toegevoegd
aan het verstoringsonderzoek.
Onderdelen D, E en F
Per abuis was de bestaande antennelocatie Huisduinen niet eerder toegevoegd aan het
overzicht van zend- en ontvangstinstallaties buiten militaire luchtvaartterreinen.
Vanwege een naamsverwarring met het naastgelegen antennepark Huisduinen was dit bij
eerdere actualisaties van de Rarro niet gebeurd. Nu is voorzien in de aanwijzing van
zowel het antennepark Huisduinen als de antennelocatie Huisduinen.
Onderdelen G, H, I en J
Deze onderdelen hebben betrekking op de toevoeging van de nieuwe militaire radar op
maritiem vliegkamp De Kooy. De toevoeging van de radar op De Kooy (MASS - Military
Approach en Surveillance System) maakt het mogelijk dat veel grote windparken in Noordwest
Nederland worden gerealiseerd. Zonder deze radar zouden bijvoorbeeld de windparken
rond de Afsluitdijk en in het IJsselmeer een ontoelaatbare verstoring van de radarbeelden
van de luchtverkeersleiding teweeg brengen. De komst van de radar op De Kooy is daarmee
een voorwaarde om de afspraken uit het Energieakkoord van 2013 te kunnen waarmaken.
Onderdeel K
onder 1
De overzichtskaart is opnieuw vastgesteld in verband met de toevoeging van de detailkaarten
43d, 45a, 45b en 47a.
onder 2
Door de wijziging van de detailkaarten 18 en 20 is de bestaande reservering voor één
rijstrook aan de oostzijde van de A10 ten noorden van knooppunt Watergraafsmeer uitgebreid
tot een reserveringsgebied van één rijstrook aan beide kanten van de A10 tussen de
knooppunten Watergraafsmeer en Coenplein. Eén van de genoemde bereikbaarheidsmaatregelen
in het bestuurlijk overleg MIRT is namelijk een verbetering van de doorstroming op
de A10.
onder 3 en 4
Door het vervallen van detailkaart 24 en het aanpassen van de detailkaarten 23 en
25 is het reserveringsgebied bij de A1 tussen Amersfoort en knooppunt Eemnes vervallen,
omdat het Tracébesluit voor het project A27/A1 onherroepelijk is.
onder 5
Wijziging van de detailkaarten 43 en 43c en toevoeging van kaart 43d betekent een
uitbreiding van de reserveringsgebieden van de A15 bij Sliedrecht tot een reservering
voor één rijstrook aan beide zijden van de A15 tussen Papendrecht–Gorinchem als onderdeel
van de afspraken uit het Bestuurlijk Overleg MIRT 2017.
onder 6
Detailkaart 45 is gewijzigd en de detailkaarten 45a en 45b zijn toegevoegd ten behoeve
van de als onderdeel van de MIRT-Verkenning A4 Burgerveen-N14 verlenging van het reserveringsgebied
voor één rijstrook aan beide zijden van de A4 in noordelijke richting vanaf de aansluiting
met de N11 tot de Venneperweg bij Nieuw-Vennep.
Op detailkaart 46 zijn bij de kruisingen N14-Prins Bernhardlaan/Noordsingel en N14-Mgr.
Van Steelaan/ Heuvelweg reserveringen opgenomen voor één rijstrook aan beide zijden
van de weg. Dit is onderdeel van de planuitwerking A4 Haaglanden-N14.
onder 7
De wijziging van de detailkaarten 47 en 84 en de toevoeging van detailkaart 47a betreft
de verlenging van de reservering voor één rijstrook aan beide zijden van de A4 in
verband met de scope uitbreiding van de MIRT planstudie A4-N14 vanaf de aansluiting
met de N223 bij Den Hoorn in zuidelijke richting. De reservering aan de oostzijde
is verlengd tot de gemeente Schiedam. Aan de westzijde is de reservering uitgebreid
van Den Hoorn tot de aansluiting op de N470 bij Schipluiden.
onder 8
Detailkaart 71 is gewijzigd ten behoeve van een beperkte uitbreiding van het reserveringsgebied
van de A58 bij knooppunt de Baars (kaart 71) voor een klein gedeelte van een reservering
voor één rijstrook naar een reservering voor twee rijstroken. Dit is eerder per abuis
niet goed op detailkaart 71 verwerkt.
onder 9
Detailkaart 85 betreft het knooppunt Zaarderheiken (A67-A73) dat onderdeel uitmaakt
van de projectscope van de MIRT-verkenning A67. In 2017 is een reservering opgenomen
in verband met het voornemen om ten zuiden van knooppunt Zaarderheiken (A67-A73) een
extra rijstrook te realiseren in noordelijke richting. Bij de planuitwerking blijkt
ook een reservering voor één rijstrook voor de zuidwestboog van het knooppunt Zaarderheiken
noodzakelijk.
Artikel II
De inwerkingtredingsdatum is in overeenstemming met het stelsel van vaste verandermomenten.
Omdat er geen directe gevolgen voor burgers, bedrijven of medeoverheden zijn, is geen
invoeringstermijn gehanteerd.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren