Verkeersbesluit aanwijzen van een verplicht (brom-)fietspad langs de Kortgeenseweg, Emelissedijk en Colijnsplaatseweg, het instellen van een voorrangsweg op de Kortgeenseweg, Emelissedijk en Colijnsplaatseweg tussen Kortgene en Colijnsplaat en het aanwijzen van een verplichte rijrichting op de kruispunten Kortgeenseweg, Molendijk, Hoofdstraat en Provincialeweg en Colijnsplaatseweg met Noordlangeweg, gemeente Noord-Beveland

Logo Waterschap Scheldestromen

 

 

Het adjunct afdelingshoofd Wegen van waterschap Scheldestromen, gelet op de bepalingen van de Wegenverkeerswet 1994, het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW), het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb),

 

Overwegingen ten aanzien van het besluit

- dat de Kortgeenseweg, Emelissedijk en Colijnsplaatseweg tussen Kortgene en Colijnsplaat gebiedsontsluitingswegen zijn;

- dat de snelheidslimiet op deze wegen 80 km/uur bedraagt;

- dat over deze wegen gemiddeld 1.800 motorvoertuigen per etmaal rijden;

- dat fietsers en bromfietsers ook over de rijbaan van deze wegen moeten rijden;

- dat de Kortgeenseweg, Emelissedijk en Colijnsplaatseweg worden heringericht, waarbij voorzien is in een eenzijdig in twee richtingen te berijden vrijliggend (brom-)fietspad van 3,0 meter breed;

- dat ter hoogte van het kruispunt Kortgeenseweg, Molendijk, Hoofdstraat en Provincialeweg en het kruispunt Kortgeenseweg met toe- en afritten van de N255 zone 60 km/uur wordt ingesteld om voor (brom-)fietsers te voorzien in lagere snelheid ter hoogte van oversteeklocaties met wegen waar 80 km/uur geldt om zo te voorzien in een veiligere oversteek voor langzaam verkeer;

- dat ter hoogte van de kruispunten Kortgeenseweg met toe- en afritten van de N255, Emelissedijk en Vroegrijk, Colijnsplaatseweg en Emelissedijk, Colijnsplaatseweg en Zuidlangeweg en Colijnsplaatseweg en Noordlangeweg (brom-)fietsers in de voorrang zitten, omdat het (brom-)fietspad onderdeel uitmaakt maakt van de doorgaande route tussen Kortgene en Colijnsplaat;

- dat ter hoogte van het kruispunt Kortgeenseweg, Molendijk, Hoofdstraat en Provincialeweg (brom-)fietsers voorrang moeten verlenen aan gemotoriseerd verkeer, omdat hier twee gelijkwaardige wegen elkaar kruisen en het voor de langzame verkeersdeelnemers veiliger is als ze voorrang moeten verlenen aan gemotoriseerd verkeer;

- dat ter hoogte van het kruispunt Kortgeenseweg en Prinsendijk (brom-)fietsers voorrang moeten verlenen aan gemotoriseerd verkeer, omdat door een perceelsontsluiting het doorgaande (brom-)fietspad voor ongeveer 20 meter is onderbroken en is opengesteld voor landbouwverkeer en bestemmingsverkeer. Ter plaatse van dit kruispunt is er afslaand landbouwverkeer mogelijk en het is dan ook veiliger dat de langzame verkeersdeelnemers voorrang moeten verlengen aan gemotoriseerd verkeer;

- dat ter hoogte van de kruispunten Kortgeenseweg, Molendijk, Hoofdstraat en Provincialeweg en Colijnsplaatseweg met de Noordlangeweg middengeleiders worden aangebracht om oversteken van de rijbaan voor (brom-) fietsers in twee etappen mogelijk te maken. Door het toepassen van een verplichte rijrichting moet gemotoriseerd verkeer de middengeleiders aan de juiste zijde passeren;

- dat de Kortgeenseweg, Emelissedijk en Colijnsplaatseweg tussen Kortgene en Colijnsplaat een voorrangsweg wordt;

- dat gelet op het voorgaande, met het onderhavige verkeersbesluit de volgende doelstellingen worden beoogd:

-- het verzekeren van de veiligheid op de weg;

-- het beschermen van de weggebruikers en passagiers;

-- het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast of hinder;

- dat ter zake ingevolge artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de korpschef van de politie Zeeland – West-Brabant, namens deze de beleidsadviseur verkeer (positief advies d.d. 12-09-2018);

- dat de maategel is voorgelegd aan de gemeente Noord-Beveland en de gemeente Noord-Beveland d.d. 16-08-2018 heeft aangegeven akkoord te zijn met het verkeersbesluit;

 

BESLUIT

 

  • 1.

    tot het aanwijzen van een verplicht (brom-)fietspad langs de Kortgeenseweg, Emelissedijk en Colijnsplaatseweg tussen Kortgene en Colijnsplaat, gemeente Noord-Beveland, door het plaatsen van de borden G12a/G12b in combinatie met onderbord OB505 en OB502, zoals opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990;

  • 2.

    tot het regelen van de voorrang bij de aansluitingen van het (brom-)fietspad ter hoogte van de Molendijk, Provincialeweg, de Prinsendijk, de toe- en afritten van de N255, de Vroegrijk, de Emelissedijk, de Zuidlangeweg, de Noordlangeweg en de aansluiting op de Colijnsplaatseweg, door het plaatsen van borden B06, al dan niet in combinatie met OB503 en OB04, zoals opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990, ondersteund door haaientanden op het wegdek van de zijweg of van het (brom-)fietspad;

  • 3.

    tot het instellen van een voorrangsweg voor de Kortgeenseweg, Emelissedijk en Colijnsplaatseweg door het aanbrengen van bord B01 en het verwijderen van borden B03, B04 en B05, zoals opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990;

  • 4.

    tot het instellen van 60 km/uur zone op het kruispunt Kortgeenseweg, Molendijk, Hoofdstraat en Provincialeweg en het kruispunt Kortgeenseweg met toe- en afritten van de N255, door het plaatsen van borden A01(30) en A02(30), zoals opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990;

  • 5.

    tot het instellen van een verplichte rijrichting ter hoogte van de kruispunten Kortgeenseweg, Molendijk, Hoofdstraat en Provincialeweg en Colijnsplaatseweg met de Noordlangeweg door op de aan te brengen middengeleiders het bord D02 te plaatsen;

  • 6.

    tot het instellen van een gesloten verklaring voor alle motorvoertuigen op een wegvak van circa 20 meter ter hoogte van de Prinsendijk door het toepassen van bord C12 met OB 108, zoals opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990;

Middelburg, 22 oktober 2018

het dagelijks bestuur van waterschap Scheldestromen

Namens deze,

ing. R. de Nood

adjunct afdelingshoofd Wegen

 

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekend gemaakt een bezwaarschrift worden ingediend.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het dagelijks bestuur van waterschap Scheldestro-men, Kanaalweg 1, 4337 PA Middelburg.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

 

  • 1.

    de naam en het adres van de indiener;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    vermelding van de datum en het nummer of kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt;

  • 4.

    een opgave van redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

 

Indien een bezwaarschrift is ingediend is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West Brabant, Team Bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 PA Breda.

 

Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

 

  • 1.

    de naam en het adres van de verzoeker;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en datum en nummer of kenmerk van dat besluit;

  • 4.

    de gronden van het verzoek (motivering).

 

Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden gevoegd.

Naar aanleiding van het verzoek kan de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de Rechtbank wijst de verzoeker na de indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.

Naar boven