Regeling van de Minister van Justitie en Veiligheid van 29 januari 2018, nr. DGPol/ARBVW 2018-20185875, tot wijziging van de Regeling vergoeding schade persoonlijk eigendom in verband met de driejaarlijkse indexering van bedragen aan de prijsontwikkeling

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Gelet op artikel 69, vijfde lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 3, derde lid, van de Regeling vergoeding schade persoonlijk eigendom wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 221,72’ vervangen door: € 226,85

2. In onderdeel b wordt ‘€ 110,85’ vervangen door: € 113,41

3. In onderdeel c wordt ‘€ 110,85’ vervangen door: € 113,41

4. In onderdeel d wordt ‘€ 55,43’ vervangen door: € 56,71

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 oktober 2017.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

TOELICHTING

Het komt voor dat aan persoonlijk eigendom van politieambtenaren tijdens de uitoefening van hun werkzaamheden schade wordt toegebracht. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan brillen, horloges of kleding. In artikel 3, vierde lid, van de Regeling vergoeding schade persoonlijk eigendom, is aangegeven dat de hoogte van de bedragen, genoemd in het derde lid van dat artikel, iedere drie jaar worden herzien. Deze regeling bevat de aanpassing van deze bedragen overeenkomstig de indexcijfers van de prijs- en loonontwikkeling.

Bij de aanpassing van de bedragen wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de prijsontwikkeling van brilmonturen, horloges, sieraden en zonnebrillen. De bedragen worden aangepast aan de door het Centraal Planbureau in het Centraal Economisch Plan (CEP) gepubliceerde afgeleide consumentenprijsindex. Omdat de bedragen iedere drie jaar worden herzien wordt voor deze wijziging rekening gehouden met de consumentenprijsindex over de jaren 2015, 2016 en 2017. Voor het jaar 2015 bedroeg deze index 0,4%, voor 2016 0,3% en voor 2017 was dat 1,6%.

De nieuwe vergoedingen luiden derhalve als volgt:

  • brilmonturen: € 226,85 (was € 221,72)

  • horloges: € 113,41 (was € 110,85)

  • sieraden: € 113,41 (was € 110,85)

  • zonnebrillen: € 56,71 (was € 52,43)

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

Naar boven