Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2018, 60576 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2018, 60576 | Besluiten van algemene strekking |
De Minister voor Medische Zorg,
Gelet op artikel 69, derde lid, van de Zorgverzekeringswet en artikel 3, tweede lid, van de Wet op de zorgtoeslag;
Besluit:
De Regeling zorgverzekering wordt als volgt gewijzigd:
A
Bijlage 4 van de Regeling zorgverzekering komt als volgt te luiden:
Bijlage horende bij artikel 6.3.1, negende lid, van de Regeling zorgverzekering en artikel 3, tweede lid, van de Wet op de zorgtoeslag
Land |
Woonlandfactor |
---|---|
België |
0,7392 |
Bosnië-Herzegovina |
0,0672 |
Bulgarije |
0,0735 |
Cyprus |
0,1363 |
Denemarken |
0,9951 |
Duitsland |
0,8701 |
Estland |
0,2262 |
Finland |
0,7161 |
Frankrijk |
0,8316 |
Griekenland |
0,2490 |
Hongarije |
0,1381 |
Ierland |
0,8667 |
IJsland |
0,9802 |
Italië |
0,5470 |
Kaapverdië |
0,0177 |
Kroatië |
0,1674 |
Letland |
0,0672 |
Liechtenstein |
0,9720 |
Litouwen |
0,2399 |
Luxemburg |
0,7358 |
Macedonië |
0,0565 |
Malta |
0,3574 |
Marokko |
0,0193 |
Montenegro |
0,0821 |
Noorwegen |
1,3729 |
Oostenrijk |
0,6632 |
Polen |
0,1691 |
Portugal |
0,2616 |
Roemenië |
0,0814 |
Servië |
0,0714 |
Slovenië |
0,3377 |
Slowakije |
0,2405 |
Spanje |
0,4001 |
Tsjechië |
0,2412 |
Tunesië |
0,0292 |
Turkije |
0,0874 |
Verenigd Koninkrijk |
0,7741 |
Zweden |
0,8213 |
Zwitserland |
0,8000 |
Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins
Artikel 6.3.1, eerste lid, van de Regeling zorgverzekering (Rzv) bepaalt dat de voor een persoon, bedoeld in artikel 69, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet (hierna te noemen: verdragsgerechtigde) verschuldigde bijdrage wordt berekend door de grondslag van de bijdrage te vermenigvuldigen met een verhoudingsgetal dat wordt berekend uit de verhouding tussen de gemiddelde uitgaven voor zorg voor een persoon ten laste van de sociale ziektekostenverzekering (hierna te noemen: zorgkosten) in het woonland van deze persoon en de gemiddelde uitgaven voor zorg voor een persoon uit hoofde van de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Wet langdurige zorg (Wlz) in Nederland. Dit is de woonlandfactor.
Artikel 69, derde lid, van de Zvw bevat de grondslag voor het bij ministeriële regeling vaststellen van de woonlandfactor ten behoeve van de bijdrage van verdragsgerechtigden.
De woonlandfactor wordt ook gehanteerd bij het vaststellen van de zorgtoeslag die verdragsgerechtigden kunnen ontvangen als tegemoetkoming voor hun verdragsbijdrage. Ingevolge artikel 3, tweede lid, van de Wet op de zorgtoeslag (Wzt) dient de woonlandfactor jaarlijks uiterlijk in november bij ministeriële regeling te worden vastgesteld.
Met deze regeling wordt de woonlandfactor vastgesteld die geldt voor het jaar 2019. Per land staat de factor vermeld in bijlage 4 van de Rzv. De woonlandfactoren zijn berekend door het CAK.
Het CAK heeft mij daarover op 18 oktober 2018 geadviseerd. De berekeningswijze van de woonlandfactoren is anders dan in voorgaande jaren.
De aanleiding daarvoor is dat de gehanteerde bronnen om de gemiddelde zorgkosten in andere landen te bepalen drastisch zijn verminderd. Dit komt met name door de overgang naar de integrale afrekening van zorgkosten binnen de Europese Unie op basis van werkelijke kosten, waar voorheen deels op basis van vaste bedragen werd afgerekend. De lidstaten van de Europese Unie zijn daardoor niet meer verplicht om de Rekencommissie van de Administratieve Commissie van informatie over de gemiddelde zorgkosten te voorzien.
De World Health Organization (WHO) publiceert jaarlijks op haar website de gemiddelde zorgkosten van de aangesloten landen, meer specifiek de indicator ‘Government schemes and compulsory contributory health care financing schemes’. Ten opzichte van de huidige bronnen zijn de gegevens van de WHO een stabiele, onafhankelijke, toegankelijke en betrouwbare bron van informatie over zorgkosten in vrijwel alle landen. Het gebruik van gegevens van de WHO heeft ook als voordeel dat de woonlandfactoren kunnen worden geactualiseerd naar de meest recente cijfers en dat voor alle landen hetzelfde referentiejaar geldt.
De berekening van de woonlandfactoren is dit jaar gebaseerd op de woonlandfactoren die zijn vastgesteld aan de hand van de kosten uit het meest recente jaar voorafgaand aan 2015, en een indexatie op basis van gegevens van de WHO over de zorgkosten1.
Dit houdt in dat de eerder vastgestelde woonlandfactoren worden bijgesteld aan de hand van de verhouding tussen de ontwikkeling van de gemiddelde zorgkosten in het woonland en in Nederland in de periode tot en met 2015 volgens de gegevens van de WHO.
De berekening vindt plaats volgens de formule:
woonlandfactor 2019 = woonlandfactor 2018 x (wijzigingsfactor zorgkosten woonland tot en met 2015 / wijzigingsfactor zorgkosten Nederland in dezelfde periode).
Hierbij geeft de wijzigingsfactor de verhouding aan van de gemiddelde zorgkosten in het jaar dat gebruikt werd bij het berekenen van de eerder vastgestelde woonlandfactor en het berekeningsjaar 2015. Zo leidt een verhoging van de kosten met 10% tot een wijzigingsfactor van 1,1 en een kostenverlaging van 5% tot een wijzigingsfactor van 0,95.
Voor de toepasbaarheid op de lange termijn zal deze nieuwe berekeningswijze volgend jaar geëvalueerd worden.
De woonlandfactoren voor het jaar 2019 zijn bepaald op basis van de woonlandfactoren voor 2018 of, indien de woonlandfactor 2018 gebaseerd was op de zorgkosten in het jaar 2015, de woonlandfactoren voor 2017 en gegevens van de WHO2 over de gemiddelde zorgkosten die te vinden zijn op de WHO-website, meer specifiek de indicator ‘Government schemes and compulsory contributory health care financing schemes’. De meest recente gegevens van de WHO hebben betrekking op het jaar 2015.
Het berekeningsjaar voor de woonlandfactoren voor 2019 is voor alle landen gelijk getrokken naar 2015. Dat is gedaan door de woonlandfactoren voor 2018 dan wel 2017 te indexeren naar de ontwikkeling van de zorgkosten vanaf het vorige berekeningsjaar tot en met 2015.
Voor een deel van de landen was 2015 al het berekeningsjaar voor de woonlandfactor voor 2018. Daarbij zijn de gemiddelde zorgkosten voor Nederland bepaald op basis van de nota’s die Nederland bij de Rekencommissie van de Europese Unie heeft ingediend. Voor de landen die eerst per 2019 overgaan naar het berekeningsjaar 2015 worden de gemiddelde zorgkosten voor Nederland bepaald op basis van de gegevens van de WHO.
In 2015 is het zorgstelsel in Nederland aanzienlijk gewijzigd met de introductie van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Wlz. De manier waarop die stelselwijziging tot uitdrukking komt in de nota's voor de rekencommissie verschilt van de gegevens van de WHO. Teneinde voor alle landen deze stelselwijziging op uniforme wijze in de ontwikkeling van de zorgkosten te verdisconteren, is voor de landen die al eerder waren overgegaan op het berekeningsjaar 2015, bij de berekening van de woonlandfactoren voor 2019 uitgegaan van de ontwikkeling van de zorgkosten sinds het aan 2015 voorafgaande berekeningsjaar. Dat betekent dat voor deze landen de woonlandfactor 2017 is geïndexeerd in plaats van de woonlandfactor 2018.
De verschillende benodigde componenten voor de berekening van de landenfactoren zijn exact overgenomen uit de gebruikte bronnen. Er zijn geen afrondingen voor de komma uitgevoerd; cijfers achter de komma zijn wel afgerond.
De woonlandfactor is als volgt afgerond tot vier cijfers achter de komma (bijvoorbeeld 0,3543):
– indien het vijfde cijfer achter de komma 0 tot en met 4 is, is afgerond naar beneden;
– indien het vijfde cijfer achter de komma 5 tot en met 9 is, is afgerond naar boven.
In onderstaande tabel staat de berekening van de woonlandfactoren:
Te indexeren jaar |
Met berekeningsjaar |
Te indexeren woonlandfactor |
Wijzigingsfactor |
Indexcijfer |
Woonlandfactor 2019 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Woonland |
Nederland |
||||||
België |
2018 |
2014 |
0,7193 |
0,86 |
0,84 |
1,03 |
0,7392 |
Bosnië-Herzegovina |
2017 |
2014 |
0,0645 |
0,87 |
0,84 |
1,04 |
0,0672 |
Bulgarije |
2017 |
2014 |
0,0743 |
0,83 |
0,84 |
0,99 |
0,0735 |
Cyprus |
2018 |
2014 |
0,1384 |
0,82 |
0,84 |
0,98 |
0,1363 |
Denemarken |
2017 |
2014 |
0,9715 |
0,86 |
0,84 |
1,02 |
0,9951 |
Duitsland |
2017 |
2014 |
0,8372 |
0,87 |
0,84 |
1,04 |
0,8701 |
Estland |
2017 |
2014 |
0,2109 |
0,90 |
0,84 |
1,07 |
0,2262 |
Finland |
2018 |
2014 |
0,7120 |
0,84 |
0,84 |
1,01 |
0,7161 |
Frankrijk |
2017 |
2014 |
0,8245 |
0,84 |
0,84 |
1,01 |
0,8316 |
Griekenland |
2017 |
2011 |
0,3590 |
0,57 |
0,83 |
0,69 |
0,2490 |
Hongarije |
2017 |
2014 |
0,1310 |
0,88 |
0,84 |
1,05 |
0,1381 |
Ierland |
2018 |
2014 |
0,8326 |
0,87 |
0,84 |
1,04 |
0,8667 |
IJsland |
2017 |
2014 |
0,8594 |
0,95 |
0,84 |
1,14 |
0,9802 |
Italië |
2018 |
2012 |
0,5569 |
0,85 |
0,86 |
0,98 |
0,5470 |
Kaapverdië |
2018 |
2014 |
0,0175 |
0,85 |
0,84 |
1,01 |
0,0177 |
Kroatië |
2017 |
2014 |
0,1674 |
0,84 |
0,84 |
1,00 |
0,1674 |
Letland |
2017 |
2014 |
0,0915 |
0,61 |
0,84 |
0,73 |
0,0672 |
Liechtenstein |
2017 |
2014 |
0,9473 |
1,14 |
1,11 |
1,03 |
0,9720 |
Litouwen |
2017 |
2014 |
0,2235 |
0,90 |
0,84 |
1,07 |
0,2399 |
Luxemburg |
2018 |
2014 |
0,7497 |
0,82 |
0,84 |
0,98 |
0,7358 |
Macedonië |
2017 |
2014 |
0,0529 |
0,89 |
0,84 |
1,07 |
0,0565 |
Malta |
2018 |
2014 |
0,3269 |
0,91 |
0,84 |
1,09 |
0,3574 |
Marokko |
2018 |
2002 |
0,0125 |
3,93 |
2,54 |
1,54 |
0,0193 |
Montenegro |
2017 |
2014 |
0,0763 |
0,90 |
0,84 |
1,08 |
0,0821 |
Noorwegen |
2018 |
2014 |
1,4015 |
0,82 |
0,84 |
0,98 |
1,3729 |
Oostenrijk |
2017 |
2014 |
0,6476 |
0,86 |
0,84 |
1,02 |
0,6632 |
Polen |
2018 |
2014 |
0,1606 |
0,88 |
0,84 |
1,05 |
0,1691 |
Portugal |
2018 |
2014 |
0,2521 |
0,87 |
0,84 |
1,04 |
0,2616 |
Roemenië |
2017 |
2012 |
0,0630 |
1,12 |
0,86 |
1,29 |
0,0814 |
Servië |
2017 |
2014 |
0,0750 |
0,80 |
0,84 |
0,95 |
0,0714 |
Slovenië |
2017 |
2014 |
0,3243 |
0,87 |
0,84 |
1,04 |
0,3377 |
Slowakije |
2017 |
2014 |
0,2352 |
0,86 |
0,84 |
1,02 |
0,2405 |
Spanje |
2017 |
2014 |
0,3767 |
0,89 |
0,84 |
1,06 |
0,4001 |
Tsjechië |
2017 |
2014 |
0,2386 |
0,85 |
0,84 |
1,01 |
0,2412 |
Tunesië |
2018 |
2006 |
0,0216 |
1,53 |
1,13 |
1,35 |
0,0292 |
Turkije |
2018 |
2013 |
0,0894 |
0,82 |
0,84 |
0,98 |
0,0874 |
Verenigd Koninkrijk |
2018 |
2014 |
0,6789 |
0,95 |
0,84 |
1,14 |
0,7741 |
Zweden |
2018 |
2014 |
0,8104 |
0,85 |
0,84 |
1,01 |
0,8213 |
Zwitserland |
2017 |
2014 |
0,6824 |
0,98 |
0,84 |
1,17 |
0,8000 |
Aangezien de gegevens van de WHO voor alle landen in dollars zijn genoteerd, spelen de valutaverschillen voor de indexatie op basis van deze gegevens geen rol3. Dit betekent dat bij de bepaling van de woonlandfactor op basis van de nieuwe berekeningswijze het niet langer nodig is om vreemde valuta om te rekenen naar euro’s.
Voor enkele landen zal de woonlandfactor in sterke mate stijgen. Voor Marokko (54%) en Tunesië (35%) ligt de oorzaak in het gebruik van meer actuele gegevens. De meest recente informatie over zorgkosten voor deze landen is oud, namelijk voor Marokko uit het jaar 2002 en voor Tunesië uit het jaar 2006. Door de toepassing van de hierboven beschreven indexering wordt ineens de periode van 2002 respectievelijk 2006 naar 2015 overbrugd. Voor het Verenigd Koninkrijk (14%) ligt de oorzaak voor een belangrijk deel in de hogere zorgkosten per persoon in het Verenigd Koninkrijk.
De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2018-60576.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.