Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | Staatscourant 2018, 59161 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | Staatscourant 2018, 59161 | Besluiten van algemene strekking |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Gelet op artikel 1.9, onderdeel d, van de Wet normering topinkomens;
Besluit:
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
Inhoudsopgave
1 |
Uitgangspunten |
|
1.1 |
Doelstelling en inkadering protocol |
|
1.2 |
Relevante wet- en regelgeving |
|
1.3 |
Procedures en termijnen |
|
2 |
Onderzoeksaanpak |
|
2.1 |
Algemeen kader |
|
2.2 |
Reikwijdte en diepgang onderzoek: basiswerkzaamheden |
|
2.3 |
Reikwijdte en diepgang onderzoek: aanvullende werkzaamheden |
|
2.4 |
Betrouwbaarheid en materialiteit |
|
2.5 |
Oordeelsvorming |
|
2.6 |
Meldingsplicht accountant |
|
2.7 |
Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA) |
|
3 |
Accountantsproducten |
|
3.1 |
Controleverklaring |
|
3.2 |
Rapport van bevindingen WNT |
|
4 |
Samenvattend overzicht specifieke werkzaamheden per type functionaris per onderscheiden situatie |
De Wet normering topinkomens (WNT) en de daarop gebaseerde regelgeving normeert de bezoldigingen en de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband van topfunctionarissen in de (semi)publieke sector. De wet verplicht tevens tot openbaarmaking van de bezoldigingen en de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband van alle topfunctionarissen en daarnaast van de bezoldiging van niet-topfunctionarissen, indien de bezoldiging het algemeen bezoldigingsmaximum te boven gaat. De WNT schrijft voor welke gegevens WNT-instellingen moeten opnemen in het financieel verslaggevingsdocument. Het is de verantwoordelijkheid van de opsteller van het financieel verslaggevingsdocument om de juiste en volledige gegevens op te nemen. Het is vervolgens de verantwoordelijkheid van de accountant om te toetsen dat die gegevens voldoen aan de WNT (artikel 1.7 WNT) met uitzondering van de gegevens die in de WNT-verantwoording moeten worden opgenomen op grond van de anticumulatiebepaling (artikel 1.6a WNT en artikel 5, lid 1 onderdeel j Uitvoeringsregeling WNT). Deze gegevens worden niet betrokken in de controle door de accountant en blijven in dit protocol buiten beschouwing. Dit protocol beschrijft limitatief de werkzaamheden en daarmee de reikwijdte en de diepgang van de accountantscontrole op de WNT-verantwoording. Dit protocol is niet van toepassing op instellingen die op grond van artikel 5b, Uitvoeringsregeling WNT zijn vrijgesteld van openbaarmakingsverplichtingen. In dit protocol wordt onderscheid gemaakt tussen:
1. De WNT-verantwoording als onderdeel van een financieel verslaggevingsdocument.1 De accountant van de WNT-instelling controleert het financieel verslaggevingsdocument op de naleving van de WNT-regelgeving en betrekt de uitkomsten hiervan in zijn oordeel in de controleverklaring bij het financieel verslaggevingsdocument als geheel.
2. De afzonderlijke verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens. Indien de WNT-instelling niet op grond van een ander wettelijk voorschrift verplicht is een financieel verslaggevingsdocument op te stellen en aan het oordeel van een accountant te onderwerpen, beperkt de controle uit hoofde van de WNT zich tot een controle van de in een aparte verantwoording op te nemen WNT-gegevens (artikel 1.7 WNT). Deze instellingen kunnen volstaan met een controleverklaring bij de verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens. De aanwijzingen van dit protocol zijn in dat geval van overeenkomstige toepassing op de controle van de afzonderlijke verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens.
Daarnaast is in de WNT in onderscheiden situaties aan de accountant een meldingsplicht opgedragen als uitvloeisel van de controle (artikel 5.2 WNT).
Voor de controle van de WNT-verantwoording 2018 is de onderstaande wet- en regelgeving relevant. Hiernaar wordt in dit protocol verwezen als ‘de WNT-regelgeving’.
Algemene regelgeving:
• Wet normering topinkomens
• Uitvoeringsbesluit WNT
• Uitvoeringsregeling WNT
• Beleidsregels WNT 2018
Sectorale regelingen:
• Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp
• Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen toegelaten instellingen volkshuisvesting 2014
• Regeling bezoldiging topfunctionarissen OCW-sectoren
• Regeling bezoldiging topfunctionarissen OS-sector
• Regeling sectorale bezoldigingsnorm topfunctionarissen zorgverzekeraars
Voor interpretatie van de wet- en regelgeving zijn verder van belang de vragen en antwoorden alsmede het verantwoordingsmodel WNT op de website www.topinkomens.nl van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).
De volgende procedures en termijnen zijn relevant.
WNT-instellingen dienen uiterlijk 1 juli 2019 hun WNT-verantwoording over het kalenderjaar 2018 via internet op een algemeen toegankelijke wijze openbaar te maken. Indien op grond van andere op de verantwoordelijke van toepassing zijnde regelgeving of een besluit een later tijdstip waarop het financieel verslaggevingsdocument openbaar moet worden gemaakt geldt, is die latere datum de uiterlijke datum van openbaarmaking.
Op grond van artikel 4.1, vijfde lid, WNT kan een minister wie het aangaat bij ministeriële regeling nadere aanwijzingen geven over het langs elektronische weg verstrekken van WNT-gegevens. Deze gegevensverstrekking valt niet onder dit protocol. De accountant heeft geen rol bij deze gegevensverstrekking.
De werkzaamheden en aandachtspunten uitgewerkt in dit controleprotocol zijn leidend voor de controle van de WNT-verantwoording door de accountant. De in paragraaf 1.2 genoemde wet- en regelgeving vormt het normenkader voor de accountant, echter alleen indien en voor zover de hierin opgenomen bepalingen de grondslag vormen voor de in dit protocol opgesomde werkzaamheden en aandachtspunten.
Bij de controle van de WNT-verantwoording staan de volgende aandachtspunten centraal:
• de toepasselijkheid van de WNT op de instelling waarover in het financieel verslaggevingsdocument verantwoording wordt afgelegd (artikelen 1.2 tot en met 1.5 WNT);
• de juiste toepassing van mogelijke specifieke sectorale regelgeving zoals genoemd in tabel C van paragraaf 2.2.3;
• de openbaarmaking van de WNT-gegevens op grond van artikel 4.1 WNT en de hierop gebaseerde artikelen 5 en 5a Uitvoeringsregeling WNT met uitzondering van de gegevens die in de WNT-verantwoording moeten worden opgenomen op grond van de anticumulatiebepaling (artikel 1.6a WNT en artikel 5, lid 1 onderdeel j Uitvoeringsregeling WNT);
• de juiste toepassing van overgangsrecht op grond van artikelen 7.3 en 7.3a WNT indien van toepassing;
• de naleving van de bepalingen voor het instellen van terugvorderingen van betalingen aan topfunctionarissen, die op grond van de WNT als onverschuldigd zijn aan te merken op grond van de artikelen 1.6 en 5.2 WNT;
• de overige in dit protocol genoemde aandachtspunten.
De accountant voert hiertoe de in paragraaf 2.2 genoemde basiswerkzaamheden uit. Indien de accountant bij zijn werkzaamheden in het kader van de controle van de jaarrekening of op grond van genoemde basiswerkzaamheden een verhoogd risico signaleert op onverschuldigde betalingen die door de instelling niet zijn onderkend of materiële fouten in de verantwoording constateert, dan voert de accountant de in paragraaf 2.3 genoemde aanvullende werkzaamheden uit.
De accountant voert de basiswerkzaamheden in deze paragraaf uit indien en voor zover de betreffende situatie zich heeft voorgedaan. De basiswerkzaamheden bestaan uit drie fasen: een risicoanalyse (2.2.1), kennisname van de interne beheersing rondom uitvoering WNT (2.2.2) en specifieke werkzaamheden per aandachtsgebied (2.2.3).
De accountant voert een initiële risicoanalyse uit en betrekt daarbij de in onderstaande tabel A genoemde aandachtspunten. Indicatoren voor een verhoogd risico zijn voor de accountant aanleiding tot het uitvoeren van de aanvullende werkzaamheden genoemd in paragraaf 2.3.
Risico |
Indicatoren verhoogd risico |
|
---|---|---|
1 |
Het risico dat een topfunctionaris niet in de WNT verantwoording wordt opgenomen. |
• (Tijdelijke) vacatures topfuncties. • Wijzigingen ‘in de top van de organisatiestructuur’. |
2 |
Het risico dat een overige functionaris in dienstbetrekking niet in de WNT verantwoording wordt opgenomen. |
• Onverwachte verschillen tussen verantwoorde functionarissen ten opzichte van vorig jaar. • Ervaringen voorgaand jaar. |
3 |
Het risico dat een topfunctionaris een onverschuldigde betaling inzake bezoldigingen heeft ontvangen. |
• Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum minus de werkelijke bezoldiging is kleiner dan minimale materialiteit. |
4 |
Het risico dat een topfunctionaris een onverschuldigde betaling inzake vergoeding einde dienstverband heeft ontvangen. |
• Het individueel toepasselijke maximum met betrekking tot de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband minus de werkelijke (totale) ontslaguitkeringen is kleiner dan minimale materialiteit. |
De instelling is verantwoordelijk voor de naleving van de WNT. Om aan deze verantwoordelijkheid invulling te geven wordt verwacht dat de instelling ten minste beschikt over de in onderstaande tabel B genoemde maatregelen van administratieve organisatie / interne beheersing (AO/IB). De accountant neemt hiervan kennis en betrekt eventuele tekortkomingen hierin bij de verdere uitvoering van zijn werkzaamheden. Vastgestelde tekortkomingen in de interne beheersing kunnen voor de accountant aanleiding zijn tot het uitvoeren van de aanvullende werkzaamheden genoemd in paragraaf 2.3.
Verwachte maatregel van interne beheersing WNT |
Risico bij afwezigheid maatregel |
|
---|---|---|
1 |
Bij het opstellen of aanpassen van arbeidsovereenkomsten of contracten met topfunctionarissen wordt aantoonbaar door de instelling gecontroleerd of de daarin gemaakte afspraken passen binnen de van toepassing zijnde maxima. |
Overeenkomsten met topfunctionarissen voldoen niet aan de WNT. |
2 |
Bij het opstellen of aanpassen van afspraken over ontslagvergoedingen of afvloeiingsregelingen met topfunctionarissen wordt aantoonbaar door de instelling gecontroleerd of deze afspraken of regelingen passen binnen het individueel toepasselijke maximum met betrekking tot de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband. |
Afspraken voldoen niet aan de WNT. |
3 |
Een andere functionaris dan de topfunctionaris van of namens de instelling (niet zijnde de controlerend accountant) controleert ten minste één keer per jaar of de werkelijke bezoldiging / ontslagvergoeding per topfunctionaris in overeenstemming is met a) de overeengekomen afspraken en b) de van toepassing zijnde maxima en legt de wijze waarop hij dit heeft gedaan alsmede de uitkomsten van deze controle vast. |
Werkelijke bezoldiging / ontslagvergoeding wijkt af van de gemaakte afspraken en voldoen mogelijk niet aan de WNT. |
4 |
De instelling beschikt per topfunctionaris over een overzicht met alle betalingen aan en ontvangsten van die topfunctionaris gedurende het kalenderjaar (zowel in salarisadministratie als daarbuiten). |
Materiële bedragen blijven buiten het beeld van de WNT toetsing met een verhoogd risico op onverschuldigde betalingen. |
De accountant voert ongeacht de uitkomsten van fase 1 (paragraaf 2.2.1) en fase 2 (paragraaf 2.2.2) in ieder geval de in deze paragraaf genoemde werkzaamheden uit, uitgezonderd de werkzaamheden die betrekking hebben op een situatie die zich bij de instelling in het betreffende jaar niet heeft voorgedaan.2 Onderstaande opsomming van werkzaamheden is limitatief in die zin dat de accountant met deze werkzaamheden kan volstaan voor de controle van de WNT-verantwoording indien hij op grond van fase 1 en 2 geen aanvullende werkzaamheden dient uit te voeren (zie paragraaf 2.3). Deze paragraaf is ingedeeld naar aandachtsgebied. Indien dit relevant is voor de uit te voeren werkzaamheden is aangegeven voor welk type functionaris(sen) de genoemde werkzaamheden gelden. In de bijlage is een samenvatting opgenomen waarin per type functionaris per aandachtsgebied is aangegeven waar in deze paragraaf de specifieke werkzaamheden zijn te vinden.
1. De instelling stelt vast op grond van welke bepaling(en) de WNT op de instelling van toepassing is. De accountant controleert de juistheid van deze vaststelling.
2. De instelling stelt vast of, en zo ja welke, nadere sectorale regelgeving op de instelling van toepassing is. De accountant controleert de juistheid van deze vaststelling.
3. De accountant stelt vast of de instelling het toepasselijke bezoldigingsmaximum in overeenstemming met de toepasselijke WNT-regelgeving heeft bepaald. Indien op de instelling sectorale regelgeving van toepassing is met een klassenindeling, controleert de accountant tevens of de klassenindeling voor 2018 door de instelling is gebaseerd op gegevens van de juiste peildatum of referentieperiode (zie tabel C), de juistheid van de door de instelling vastgestelde klasse en aanvullende verantwoordingseisen (zie tabel C). Indien voor een instelling of functionaris op grond van een afzonderlijk daartoe strekkend besluit van de minister een hoger bezoldigingsmaximum wordt toegestaan dan zonder dit besluit van toepassing zou zijn, gaat de accountant bij zijn controle uit van dit hogere maximum.
Sector |
Aspect |
Peildatum |
(Aanvullende) in WNT-verantwoording te vermelden gegevens |
---|---|---|---|
OCW – Cultuurfondsen |
n.v.t. |
n.v.t. |
Het bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is |
OCW – Onderwijs |
Totale baten |
Gemiddelde over 2014–2016 |
Klasse, complexiteitspunten per criterium en het bijbehorende bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is |
Aantal bekostigde leerlingen, deelnemers of studenten |
Gemiddelde van aantal per 1-10-2014, 1-10-2015 en 1-10-2016 |
||
Gewogen aantal onderwijssoorten of -sectoren |
1 oktober 2016 |
||
Ontwikkelings-samenwerking |
n.v.t. |
n.v.t. |
Het bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is |
Woningcorporaties |
Aantal verhuureenheden in eigendom of beheer |
31 december 2016, op basis van telregels volgens bijlage 3 bij de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting |
Klasse en het bijbehorende bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is |
Aantal inwoners per gemeente |
CBS gegevens bevolkingscijfers per 1 januari 2017 |
||
Zorg |
Kennisintensiteit |
Als vaststelling plaats vindt in 2018: situatie 2017 |
Totaalscore en daarbij behorende klasse; het bijbehorende bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is |
Aantal taken |
Als vaststelling plaats vindt in 2018: situatie 2015, 2016 of 2017 |
||
Aantal relevante financieringsstromen |
Als vaststelling plaats vindt in 2018: situatie 2017 |
||
Omzet |
Als vaststelling plaats vindt in 2018: situatie 2017 |
||
Zorgverzekeraars |
Aantal verzekerden |
1 januari 2017 |
Het bezoldigingsmaximum dat op de instelling van toepassing is |
4. De accountant controleert de volledigheid van verantwoorde topfunctionarissen en de juistheid van naam en functie(s) aan de hand van formele bronnen, zoals statuten, Handelsregister, organogram en notulen. Alleen indien de accountant uit hoofde van andere werkzaamheden beschikt over aanwijzingen dat de werkelijke situatie afwijkt van deze formele bronnen voert de accountant een aanvullende beoordeling uit op basis van die aanwijzingen om te bepalen of aanvullende werkzaamheden nodig zijn.
5. De accountant stelt vast dat de WNT-verantwoording geen gegevens over gewezen topfunctionarissen bevat en geen gegevens bevat van functionarissen die op grond van artikel 1.1 sub b. onderdeel 6 nog vier jaar als topfunctionaris worden aangemerkt3.
6. De accountant controleert de volledigheid van verantwoorde overige functionarissen met een (fictieve) dienstbetrekking met een bezoldiging4 hoger dan het algemeen bezoldigingsmaximum in de WNT-verantwoording door middel van een analyse van de in het kader van de jaarrekeningcontrole gecontroleerde salarisadministratie over het verantwoorde kalenderjaar. De accountant kan op grond van professional judgement bepaalde functionarissen buiten beschouwing laten, zoals werknemers met 0-urencontracten, oproepkrachten e.d.
Duur van het dienstverband: aanvangs- en einddatum functievervulling
7. De accountant controleert de volledigheid en juistheid van de duur van het dienstverband, ofwel de opgegeven aanvangs- en einddatum van de functievervulling in het kalenderjaar van iedere functionaris met een (fictieve) dienstbetrekking in de WNT-verantwoording aan de hand van de arbeidsovereenkomst of het benoemingsbesluit respectievelijk de beëindigings- of vaststellingsovereenkomst en middels aansluiting op de salarisadministratie. Bij topfunctionarissen met een einde dienstverband in het verantwoorde kalenderjaar gaat de accountant tevens na of de in de WNT-verantwoording vermelde datum einde dienstverband is aangepast, indien er sprake is van eerdere vrijstelling van werkzaamheden die niet kwalificeert als een onvrijwillige periode waarin de topfunctionaris vooruitlopend op de beëindiging van de dienstbetrekking geen taken meer vervult (artikel 4 Uitvoeringsregeling WNT en artikel 10 Beleidsregels WNT 2018).
8. De accountant controleert de volledigheid en juistheid van de duur van het dienstverband, ofwel de aanvangs- en einddatum van de functievervulling van iedere functionaris zonder een (fictieve) dienstbetrekking in de verantwoording aan de hand van achterliggende overeenkomsten inclusief een eventuele beëindigings- of vaststellingsovereenkomst en middels aansluiting op de voor de uitoefening van de functie gedeclareerde bedragen. Bij topfunctionarissen met een einde dienstverband in het verantwoorde kalenderjaar gaat de accountant tevens na of de in de WNT-verantwoording vermelde datum einde dienstverband is aangepast, indien er sprake is van eerdere vrijstelling van werkzaamheden die niet kwalificeert als een onvrijwillige periode, waarin de topfunctionaris vooruitlopend op de beëindiging van de dienstbetrekking geen taken meer vervult (artikel 4 Uitvoeringsregeling WNT en artikel 10 Beleidsregels WNT 2018).
Omvang dienstverband: deeltijdfactor in fte
9. De accountant controleert de juistheid van de omvang van het dienstverband, ofwel de deeltijdfactor in fte van iedere leidinggevende topfunctionaris met een (fictieve) dienstbetrekking aan de hand van aansluiting op de salarisadministratie en de overeenkomst en van iedere overige functionaris aan de hand van aansluiting op de salarisadministratie. De accountant stelt vast dat de in de WNT-verantwoording opgenomen deeltijdfactor nooit lager dan 0,025 fte en nooit hoger dan 1,0 fte is.
10. De accountant controleert de juistheid van de omvang van het dienstverband, ofwel de deeltijdfactor in fte, van iedere leidinggevende topfunctionaris zonder (fictieve) dienstbetrekking vanaf de 13e maand waarin de topfunctie wordt vervuld aan de hand van de voor deze functie met betrekking tot het kalenderjaar gedeclareerde uren en het aantal uren bij een voor de instelling gebruikelijk voltijds dienstverband.5 Indien een topfunctionaris bij een groepsmaatschappij van de WNT-instelling op de loonlijst staat wordt de deeltijdfactor bepaald aan de hand van de gemaakte afspraken over tijdsbesteding, de registratie van de tijdbesteding en/of het percentage van de loonkosten dat voor de betreffende functionaris aan de WNT-instelling wordt doorbelast. De accountant stelt vast dat de in de WNT-verantwoording opgenomen deeltijdfactor nooit lager dan 0,025 fte en nooit hoger dan 1,0 fte is.
(Fictieve) dienstbetrekking
11. De accountant controleert van iedere leidinggevende topfunctionaris met een (fictieve) dienstbetrekking en iedere leidinggevende topfunctionaris zonder (fictieve) dienstbetrekking vanaf kalendermaand 13 of de verantwoordingsregel ‘Dienstbetrekking (ja/nee)’ juist is ingevuld in overeenstemming met de controle-informatie uit de hiervoor genoemde werkzaamheden onder punt 7 tot en met 10.
Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum of drempelbedrag
12. De accountant controleert per toezichthoudende topfunctionaris of het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum juist in de WNT-verantwoording is opgenomen aan de hand van het toepasselijke bezoldigingsmaximum uit punt 3, de aanvangs- en einddatum van de functievervulling in het kalenderjaar uit punt 7 of 8 en de in artikel 2.2 of artikel 3.2 van de wet genoemde factor (15% voor de voorzitter, 10% voor de overige leden van het toezichthoudende orgaan).
13. De accountant controleert per leidinggevende topfunctionaris met een (fictieve) dienstbetrekking respectievelijk per leidinggevende topfunctionaris zonder (fictieve) dienstbetrekking vanaf de 13e kalendermaand of het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum juist in de WNT-verantwoording is opgenomen aan de hand van het toepasselijke bezoldigingsmaximum uit punt 3, de aanvangs- en einddatum van de functievervulling in het kalenderjaar uit punt 7 respectievelijk punt 8 en de deeltijdfactor uit punt 9 respectievelijk punt 10.
14. De accountant controleert per leidinggevende topfunctionaris zonder een (fictieve) dienstbetrekking in het tijdvak kalendermaand 1 tot en met 12 of het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum juist in de WNT-verantwoording is opgenomen in overeenstemming met artikel 4 van het Uitvoeringsbesluit WNT aan de hand van het aantal kalendermaanden uit punt 18 en de gegevens met betrekking tot het gemiddeld uurtarief uit punt 17.
15. De accountant controleert per verantwoorde overige functionaris of het individueel toepasselijke drempelbedrag bezoldiging juist in de WNT-verantwoording is opgenomen aan de hand van het algemeen bezoldigingsmaximum en de deeltijdfactor uit punt 9.
Bezoldiging
16. De accountant controleert per (top)functionaris met een (fictieve) dienstbetrekking de juistheid van de verantwoorde bezoldiging en de splitsing hiervan in ‘beloningen en belastbare onkostenvergoedingen’ enerzijds en ‘de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn’ anderzijds aan de hand van de salarisadministratie over het kalenderjaar. Van de bezoldiging in de zin van de WNT maakt ook deel uit de werkgeverspremie of -bijdrage overgangsregeling VPL c.q. inkoop voorwaardelijk pensioen, ongeacht of de betrokken functionaris al dan niet aanspraak heeft op voorwaardelijk pensioen op grond van de overgangsregeling6. Voor deze controle wordt onder juistheid tevens verstaan de volledigheid voor zover deze is vast te stellen op basis van de salarisadministratie. De accountant mag hierbij uitgaan van een juiste fiscale behandeling van bezoldigingscomponenten door de instelling, tenzij de accountant beschikt over concrete aanwijzingen dat de instelling fiscaal onjuist handelt (bijvoorbeeld uit verrichte controlewerkzaamheden ten behoeve van de jaarrekeningcontrole of uitkomsten van recente belastingcontroles). In geval de accountant beschikt over dergelijke aanwijzingen, beoordeelt de accountant of deze omstandigheden, in combinatie met de uitkomsten van de werkzaamheden uit paragraaf 2.2.1 Risicobeoordeling en paragraaf 2.2.2 Kennisname van interne beheersing rondom uitvoering WNT, en de van toepassing zijnde materialiteit, aanleiding geven tot een verhoogd risico op onverschuldigde betalingen. Indien de accountant een dergelijk verhoogd risico constateert, voert hij de aanvullende werkzaamheden van paragraaf 2.3 uit.
17. De accountant controleert per topfunctionaris zonder een (fictieve) dienstbetrekking de juistheid van de verantwoorde bezoldiging aan de hand van de ontvangen en eventueel nog te ontvangen declaraties voor de vervulling van deze functie met betrekking tot het kalenderjaar en voor de uitvoering van de topfunctie in de eerste twaalf kalendermaanden de juistheid van de verantwoording met betrekking tot het gemiddelde uurtarief aan de hand van de gedeclareerde of geregistreerde uren. Voor deze controle wordt onder juistheid tevens verstaan de volledigheid voor zover deze op basis van de genoemde declaraties of geregistreerde uren kan worden vastgesteld.
Aantal kalendermaanden functievervulling
18. De accountant controleert per topfunctionaris zonder een (fictieve) dienstbetrekking in het tijdvak kalendermaand 1 tot en met 12 de juistheid en volledigheid van het verantwoorde aantal kalendermaanden functievervulling in kalenderjaar aan de hand van de gegevens uit punt 8.
Jaar waarin dienstverband is beëindigd
19. De accountant controleert per verantwoorde topfunctionaris met een uitkering wegens beëindiging dienstverband de juistheid van het verantwoorde jaar waarin dienstverband is beëindigd aan de hand van de controle-informatie uit punt 7 of 8.
Individueel toepasselijke maximum met betrekking tot uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband
20. De accountant controleert per verantwoorde functionaris met een uitkering wegens beëindiging dienstverband de juistheid van het verantwoorde individueel toepasselijke maximum met betrekking tot uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband aan de hand van het laagste van het wettelijk maximum van artikel 2.10 respectievelijk 3.7 van de WNT enerzijds en de totale bezoldiging over de twaalf maanden voorafgaand aan het einde dienstverband anderzijds. De accountant stelt vast dat bij de bepaling van het individueel toepasselijke maximum voor leidinggevende topfunctionarissen is uitgegaan van de gemiddelde deeltijdfactor over de twaalf maanden voorafgaand aan het einde dienstverband, en bij de bepaling van het individueel toepasselijke maximum voor toezichthoudende topfunctionarissen van een factor van 0,15 (voorzitter) respectievelijk 0,10 (leden).
Totale uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband en betalingen in het kalenderjaar
21. De accountant controleert per verantwoorde topfunctionaris met een uitkering wegens beëindiging dienstverband de juistheid en volledigheid van het totaal van uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband en het gedeelte daarvan dat in het kalenderjaar is betaald door middel van aansluiting op de salarisadministratie over het kalenderjaar en de op het einde dienstbetrekking betrekking hebbende (vaststellings)overeenkomst(en). De accountant mag hierbij uitgaan van een door de instelling juiste fiscale behandeling van in de afspraken en betalingen begrepen onbelaste kostenvergoedingen, tenzij de accountant beschikt over concrete aanwijzingen dat de instelling op dit punt fiscaal onjuist handelt (bijvoorbeeld uit verrichte werkzaamheden ten behoeve van de controle van de jaarrekening of uitkomsten van recente belastingcontroles). In geval de accountant beschikt over dergelijke aanwijzingen, beoordeelt de accountant of deze omstandigheden, in combinatie met de uitkomsten van de werkzaamheden uit paragraaf 2.2.1 Risicobeoordeling en paragraaf 2.2.2 Kennisname van interne beheersing rondom uitvoering WNT, en de van toepassing zijnde materialiteit, aanleiding geven tot een verhoogd risico op onverschuldigde betalingen en daarmee noodzaken tot het uitvoeren van aanvullende werkzaamheden (zie hiervoor verder paragraaf 2.3).
Vergelijkende gegevens
22. De accountant stelt vast dat van alle over het kalenderjaar verantwoorde WNT-gegevens tevens vergelijkende gegevens zijn opgenomen over het voorafgaande kalenderjaar en dat deze vergelijkende gegevens gelijk zijn aan de gegevens uit de definitieve WNT-verantwoording van het voorafgaande kalenderjaar, dan wel op grond van een juiste toepassing van foutherstel zoals bedoeld in artikel 5d Uitvoeringsregeling WNT zijn aangepast. Bij niet-topfunctionarissen die in het kalenderjaar worden verantwoord maar in het voorafgaande kalenderjaar terecht niet zijn verantwoord, zijn vergelijkende gegevens niet van toepassing.
Gelieerde instellingen
22a. De accountant gaat na of er rechtspersonen zijn die zich kwalificeren als gelieerde rechtspersonen van de WNT-instelling, zoals bedoeld in artikel 1.1 onderdeel m WNT en de nadere uitleg van het begrip gelieerdheid op www.topinkomens.nl en richt zich hierbij op rechtspersonen die deel uitmaken van de groep, zoals bedoeld in artikel 2:24 BW waartoe de WNT-instelling behoort. Van de accountant wordt niet verwacht actief te onderzoeken of er gelieerde instellingen zijn die niet tot de groep behoren. Van de accountant wordt wel verwacht dat als hem feiten en omstandigheden bekend zijn dat zich buiten de groep instellingen bevinden, die als WNT-gelieerde instelling kwalificeren, deze gelieerde instellingen in de hierna genoemde werkzaamheden worden betrokken.
Voor iedere geïdentificeerde gelieerde rechtspersoon gaat de accountant na of een topfunctionaris van de WNT-instelling ook bezoldiging ontvangt van die gelieerde rechtspersoon. Indien dat het geval is, voert de accountant in aanvulling op de werkzaamheden onder artikel 23 tot en met 25 van dit protocol de volgende toetsing uit: het totaal van de bezoldiging van de WNT-instelling plus de bezoldiging bij die gelieerde rechtspersoon of rechtspersonen bedraagt niet meer dan het voor de instelling geldende WNT-maximum bij een voljaars, voltijds functievervulling.
Meerdere functies bij dezelfde WNT-instelling
22b. De accountant gaat voor een topfunctionaris na of die bij dezelfde rechtspersoon een ander dienstverband heeft of werkzaamheden verricht in een functie anders dan als topfunctionaris, waarvoor hij bezoldiging ontvangt. Indien dat het geval is, voert de accountant in aanvulling op de werkzaamheden onder artikel 23 tot en met 25 van dit protocol de volgende toetsing uit: het totaal van de bezoldigingen voor alle functies bij de WNT-instelling bedraagt niet meer dan het voor de instelling geldende WNT-maximum bij een voljaars, voltijds functievervulling. Bij deze toetsing blijven buiten beschouwing de werkzaamheden als arts, tandarts of apotheker als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg, de werkzaamheden in een specialisme van die beroepen als bedoeld bij of krachtens artikel 14 van die wet alsmede de werkzaamheden als klinisch chemicus of als klinisch fysicus van degene die bij of krachtens artikel 34 van die wet gerechtigd is die titel te voeren.
Motivering overschrijding
23. De accountant stelt aan de hand van de uit de WNT-controle verkregen informatie vast of bij iedere overschrijding van het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum een motivering in het verslaggevingsdocument is opgenomen. Voor zover het topfunctionarissen betreft, stelt hij daarbij tevens vast dat deze motivering inhoudelijk in overeenstemming is met de daarvoor geldende wettelijke bepalingen inzake:
a. toepasselijk overgangsrecht (zie punt 24), of
b. een ‘optische’ overschrijding als gevolg van een nabetaling in het jaar van een post met betrekking tot een eerder jaar, binnen de ruimte van dat jaar (artikel 3, tweede lid, Uitvoeringsregeling WNT).
Overgangsrecht
De werkelijke bezoldiging kan hoger zijn dan het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum. Een dergelijke overschrijding is uitsluitend toegestaan op grond van de onder punt 23 genoemde situaties. In alle andere gevallen van overschrijding is sprake van een onverschuldigde betaling. Het overgangsrecht kent een periode, waarin bestaande bezoldigingsafspraken worden gerespecteerd (fase A) en (aansluitend) een periode van een stapsgewijze afbouw in een aantal jaren (fase B). De accountant controleert van iedere topfunctionaris waarbij de werkelijke bezoldiging hoger ligt dan het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum,
• indien in 2018 sprake is van fase A, of de overschrijding volledig is gebaseerd op bestaande bezoldigingsafspraken die in het kalenderjaar door het overgangsrecht werden beschermd, respectievelijk;
• indien in 2018 sprake is van fase B, of in 2018 de minimaal vereiste afbouw juist is bepaald en toegepast.
De accountant kan voor controle van de minimaal vereiste afbouw volstaan met aansluiting op de rekentool die BZK hiervoor op www.topinkomens.nl beschikbaar heeft gesteld gecombineerd met een controle dat de instelling de rekentool juist heeft ingevuld, tenzij de accountant over aanwijzingen beschikt dat de tool voor de te controleren situatie niet geschikt is of dat de uitkomsten niet in overeenstemming kunnen zijn met de bepalingen van de WNT. Het staat de accountant vrij om op een andere wijze te controleren of de minimaal vereiste afbouw in overeenstemming is met de bepalingen van de WNT.
Onverschuldigde betalingen
24. De accountant stelt voor alle geconstateerde onverschuldigde betalingen die niet zijn terugbetaald vóór 1 juli van het jaar volgend op het jaar van ontstaan vast dat over deze onverschuldigde betalingen rente is berekend vanaf 1 januari van het jaar volgend op het jaar van ontstaan tot en met de dag voorafgaand aan de dag van terugbetaling, in overeenstemming met artikel 1.6 lid 3 WNT.
De accountant stelt voorts van alle geconstateerde onverschuldigde betalingen vast of deze:
a) vóór de datum van het afgeven van de controleverklaring zijn terugbetaald; hetzij
b) een vordering aangaande deze onverschuldigde betaling juist en volledig onder vermelding van de naam van de topfunctionaris en, indien van toepassing, van de organisatie die de topfunctionaris ter beschikking heeft gesteld, zijn opgenomen in de WNT-verantwoording inclusief een toelichting op de vordering uit hoofde van de onverschuldigde betaling
Groepsverantwoording
25. Indien een WNT-instelling onderdeel is van een groep waar ook andere WNT-instellingen deel van uitmaken, kan een WNT-instelling, in plaats van het opnemen van de vereiste WNT-verantwoording in haar eigen jaarrekening, verwijzen naar de WNT-verantwoording in de jaarrekening van een groepsmaatschappij, mits daarin tevens de WNT-gegevens van de WNT-instelling zijn opgenomen en dat in die verantwoording per functionaris is vermeld (indien van toepassing) dat de betreffende WNT-gegevens (tevens) betrekking hebben op de verwijzende WNT-instelling.
Als de WNT-instelling verwijst naar de WNT-verantwoording in de jaarrekening van een groepsmaatschappij, dan is de handelswijze als volgt:
a) De accountant van de groepsmaatschappij betrekt de WNT-gegevens van de (verwijzende) WNT-instelling in de werkzaamheden uit hoofde van dit protocol.
b) De accountant van de WNT-instelling neemt kennis van de controleverklaring bij de jaarrekening van die groepsmaatschappij en de strekking daarvan voor wat betreft de WNT.
c) Indien de controleverklaring bij de jaarrekening van de groepsmaatschappij waarin de WNT-verantwoording is opgenomen een beperking bevat met betrekking tot WNT-gegevens die (mede) betrekking heeft of hebben op de (verwijzende) WNT-instelling:
• zet de (verwijzende) WNT-instelling deze omstandigheden in haar WNT-verantwoording uiteen, en
• neemt de accountant van de (verwijzende) WNT-instelling een paragraaf ter benadrukking van aangelegenheden op in de controleverklaring bij de jaarrekening van de (verwijzende) WNT-instelling waarin naar deze toelichting wordt verwezen.
d) Indien de WNT-verantwoording in de jaarrekening van de groepsmaatschappij niet de gegevens van de (verwijzende) WNT-instelling bevat of deze geheel ontbreken, of als uit de controleverklaring bij de jaarrekening van de groepsmaatschappij niet blijkt dat de WNT in de werkzaamheden is betrokken, dan concludeert de accountant van de (verwijzende) WNT-instelling dat niet is voldaan aan de voorwaarden om geen WNT-verantwoording in de eigen jaarrekening op te nemen. De accountant merkt het ontbreken van de WNT-gegevens aan als een fout in de WNT-verantwoording van de (verwijzende) WNT-instelling.
Foutherstel
27. De accountant stelt vast dat de instelling fouten in de WNT-verantwoording die na vaststelling van het financieel verslaggevingsdocument zijn geconstateerd, heeft hersteld conform de procedure die daartoe is vastgelegd in artikel 5d van de Uitvoeringsregeling WNT.
Indicator verhoogd risico |
Aanvullende werkzaamheden |
|
---|---|---|
1.1 |
(Tijdelijke) vacatures topfuncties. |
Vaststellen of de wijze waarop feitelijke vervanging of waarneming tijdens de vacatureperiode is geregeld aanleiding geeft om de vervangende of waarnemende persoon of personen als topfunctionaris aan te merken. |
1.2 |
Wijzigingen ‘hoog in organisatiestructuur’. |
Vaststellen dat de instelling heeft beoordeeld welke gevolgen die wijzigingen hebben op wie als topfunctionaris kwalificeert en de redelijkheid hiervan toetsen, bijvoorbeeld aan de hand van nieuwe functieprofielen of een nieuw directiestatuut. |
2.1 |
Onverwachte verschillen tussen verantwoorde overige functionarissen ten opzichte van vorig jaar. |
Van de instelling een verklaring of uitleg vragen voor de onverwachte verschillen en deze toetsen op aannemelijkheid en beoordelen of de basiswerkzaamheden uit paragraaf 2.2.3 het risico voldoende afdekken. Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan worden weggenomen overeenkomstig paragraaf 2.3.3. |
2.2 |
Controlecorrecties voorgaand jaar. |
Beoordelen of de oorzaken van correcties voorgaand jaar ook voor het verslagjaar gelden. Zo ja, beoordelen of de basiswerkzaamheden uit paragraaf 2.2.3 het risico voldoende afdekken. Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan worden weggenomen overeenkomstig paragraaf 2.3.3. |
3 |
Het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum minus de werkelijke bezoldiging is kleiner dan minimale materialiteit. |
Beoordelen of de in paragraaf 2.2.2 onder punt 4 genoemde maatregel van interne beheersing en/of de basiswerkzaamheden uit paragraaf 2.2.3 dit risico voldoende beperken. Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan worden weggenomen overeenkomstig paragraaf 2.3.3. |
4 |
Het individueel toepasselijke maximum met betrekking tot de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband minus de werkelijke (totale) ontslaguitkeringen is kleiner dan minimale materialiteit. |
Beoordelen of de in paragraaf 2.2.2 onder punt 4 genoemde maatregel van interne beheersing en/of de basiswerkzaamheden uit paragraaf 2.2.3 dit risico voldoende beperken. Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan worden weggenomen overeenkomstig paragraaf 2.3.3. |
Maatregel van interne beheersing WNT |
Aanvullende werkzaamheden accountant bij afwezigheid maatregel |
|
---|---|---|
1 |
Bij het opstellen of aanpassen van arbeidsovereenkomsten of contracten met topfunctionarissen wordt aantoonbaar door de instelling gecontroleerd of de daarin gemaakte afspraken passen binnen de van toepassing zijnde maxima. |
Arbeidsovereenkomst toetsen aan de toepasselijke WNT-regelgeving. |
2 |
Bij het opstellen of aanpassen van afspraken over ontslagvergoedingen of afvloeiingsregelingen met topfunctionarissen wordt aantoonbaar door de instelling gecontroleerd of deze afspraken of regelingen passen binnen het individueel toepasselijke maximum met betrekking tot de uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband. |
Afspraken / regelingen toetsen aan de toepasselijke WNT-regelgeving. |
3 |
Een andere functionaris dan de topfunctionaris van of namens de instelling (niet zijnde de controlerend accountant) controleert ten minste één keer per jaar of de werkelijke bezoldiging / ontslagvergoeding per topfunctionaris in overeenstemming is met a) de overeengekomen afspraken en b) de van toepassing zijnde maxima en legt de wijze waarop hij dit heeft gedaan alsmede de uitkomsten van deze controle vast. |
Controleren of de bezoldiging / ontslagvergoeding in overeenstemming is met de overeengekomen afspraken en toetsen aan de toepasselijke WNT-regelgeving. |
4 |
De instelling beschikt per topfunctionaris over een overzicht met alle betalingen aan en ontvangsten van die topfunctionaris gedurende het kalenderjaar. |
Beoordelen of andere feiten en omstandigheden dit risico verminderen. Zo niet, dan beoordelen of het risico met extra controlewerkzaamheden kan worden weggenomen cf. paragraaf 2.3.3. |
Indien de in paragraaf 2.3.1 en 2.3.2 genoemde aanvullende werkzaamheden de genoemde risico’s niet voldoende kunnen verminderen beoordeelt de accountant:
a) of extra controlewerkzaamheden mogelijk zijn om de genoemde risico’s alsnog voldoende te verminderen, en zo ja:
b) of deze extra controlewerkzaamheden op economisch verantwoorde wijze door hem kunnen worden uitgevoerd.
Als aan beide punten wordt voldaan, voert de accountant die extra controlewerkzaamheden uit. Voor de invulling van de werkzaamheden geeft dit protocol geen nadere aanwijzingen. Dit zal de accountant op grond van de feitelijke omstandigheden zelf moeten bepalen. Als aan één van beide punten niet wordt voldaan, dan betrekt de accountant deze omstandigheid in zijn oordeel (zie paragraaf 2.5 Oordeelsvorming).
De accountant voert de controle uit in overeenstemming met de in dit protocol genoemde werkzaamheden. Bij de risicobeoordeling en de evaluatie van bevindingen hanteert de accountant de materialiteit uit onderstaande tabel F.
Topfunctionarissen |
Overige functionarissen met dienstbetrekking |
|
---|---|---|
Volledigheid vermelding topfunctionarissen op naam |
0% |
n.v.t. |
Volledigheid vermelding niet-topfunctionarissen met dienstbetrekking op functie (niet op naam) |
n.v.t. |
1% van de personeelskosten met een maximum van € 189.000. |
Juistheid en volledigheid bezoldiging (per persoon/functie) |
Het verschil tussen het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum en de werkelijke bezoldiging, met een minimum van € 5.000 en een maximum van € 10.000. |
Het verschil tussen het individueel toepasselijke drempelbedrag bezoldiging en de werkelijke bezoldiging, met een minimum van € 5.000 en een maximum van € 10.000. |
Juistheid en volledigheid verantwoorde uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband (per persoon/functie) |
Het verschil tussen het individueel toepasselijke maximum met betrekking tot uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband en de werkelijke uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband, met een minimum van € 5.000 en een maximum van € 10.000. |
n.v.t. |
De materialiteit is alleen bedoeld voor de risicobeoordeling door de accountant en de evaluatie van zijn bevindingen op grond van dit controleprotocol. Het is niet toegestaan om de materialiteit te gebruiken als acceptabele foutmarge door de instelling voor het opstellen van de WNT-verantwoording. Het bestuur van de WNT-instelling is verantwoordelijk voor de naleving van de WNT-regelgeving, waaronder de juistheid en volledigheid van de WNT-verantwoording.
De instelling is verantwoordelijk voor het corrigeren van fouten en afwijkingen die bij de controlewerkzaamheden worden geconstateerd. De accountant toetst of de correcties zijn doorgevoerd. Voor zover het niet-materiële fouten en afwijkingen betreft dringt de accountant erop aan dat de instelling deze voor vaststelling van de controleverklaring corrigeert, of indien sprake is van constatering na vaststelling van de controleverklaring, dat de instelling in de volgende jaren de juiste vergelijkende cijfers presenteert.
Fouten en afwijkingen die niet door de instelling zijn gecorrigeerd in de WNT-verantwoording worden door de accountant vertaald in de strekking van de controleverklaring rekening houdend met de materialiteit. Daarbij hanteert de accountant tabel G in paragraaf 2.5 als uitgangspunt.
De accountant betrekt in zijn evaluatie de geconstateerde afwijkingen van de WNT-regelgeving en eveneens eventuele andere aangetroffen afwijkingen in het gecontroleerde financieel verslaggevingsdocument. De accountant hanteert tabel G voor de evaluatie van de uitkomsten van de controle van de WNT-verantwoording, los van de oordeelsvorming over de verdere inhoud van het financieel verslaggevingsdocument. Materiële fouten brengt de accountant tot uitdrukking in de controleverklaring. Niet-materiële fouten of tekortkomingen boven de in tabel G genoemde rapportagedrempel neemt de accountant op in een rapport van bevindingen gericht aan de instelling en aan de minister van BZK.
Fouten in de WNT-verantwoording en onzekerheden in de controle |
Invloed WNT-bevindingen op rapportageverplichting accountant |
||
---|---|---|---|
Geen |
Rapport van bevindingen WNT |
Oordeel met beperking in controleverklaring |
|
Niet vermelden van een topfunctionaris of het ontbreken van de naam van een topfunctionaris |
n.v.t. |
n.v.t. |
Ja |
Niet vermelden van een overige functionaris met dienstbetrekking |
< materialiteit uit paragraaf 2.4 |
n.v.t. |
>= materialiteit uit paragraaf 2.4 |
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in onverschuldigde betalingen |
n.v.t. |
< materialiteit uit par. 2.4 |
>= materialiteit uit paragraaf 2.4 |
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in bezoldiging of uitkering wegens beëindiging van het dienstverband |
€ 1.000 |
tussen € 1.000 en materialiteit uit paragraaf 2.4 |
>= materialiteit uit paragraaf 2.4 |
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in een individueel toepasselijk maximum |
€ 1.000 |
€ 1.000 |
N.v.t. |
Ontbreken van een motivering bij overschrijding van het individueel toepasselijke maximum |
N.v.t. |
Ja |
N.v.t. |
Ongecorrigeerde fouten in duur en/of omvang dienstverband |
Onjuiste vermelding |
Ontbreken |
|
Resterende onzekerheden die niet op economisch verantwoorde wijze kunnen worden weggenomen (paragraaf 2.3.3) |
N.v.t. |
N.v.t. |
Ja |
Bijzondere omstandigheden |
Rapport van bevindingen WNT |
Paragraaf ter benadrukking van aangelegenheden |
|
De WNT-verantwoording bevat een vordering uit hoofde van een onverschuldigde betaling welke op het moment van vaststellen van de jaarrekening nog niet is terugontvangen door de instelling |
Ja |
N.v.t. |
|
De WNT-instelling verwijst naar een andere jaarrekening voor de eigen WNT-gegevens en de controleverklaring bij die andere jaarrekening bevat een beperking m.b.t. de WNT-gegevens van de (verwijzende) instelling (paragraaf 2.2.3, punt 26) |
N.v.t. |
Ja (in de controleverklaring bij de jaarrekening van de verwijzende instelling) |
Onzekerheden met betrekking tot de WNT-verantwoording die adequaat in de WNT-verantwoording zijn toegelicht leiden niet tot een aangepaste controleverklaring of tot een rapport van bevindingen.
Indien de accountant in overeenstemming met artikel 1.7 WNT een opdracht aanvaardt tot controle van een aparte verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens, voert hij deze controle uit aan de hand van de in dit controleprotocol genoemde werkzaamheden. De accountant voert geen jaarrekeningcontrole uit en wordt niet geacht de afwezigheid van een jaarrekeningcontrole te compenseren met andere werkzaamheden.
De accountant hanteert tabel H voor de evaluatie van de uitkomsten van de controle van de WNT-verantwoording. Materiële fouten brengt de accountant tot uitdrukking in de controleverklaring. Niet-materiële fouten boven de in tabel H genoemde rapportagedrempel neemt de accountant op in een rapport van bevindingen gericht aan de instelling en aan de minister van BZK.
Geconstateerde tekortkoming in de WNT-verantwoording |
Invloed WNT-bevindingen op rapportageverplichting accountant |
|||
---|---|---|---|---|
Geen |
Rapport van bevindingen WNT |
Oordeel met beperking in controleverklaring |
Afkeurend oordeel in controleverklaring |
|
Niet vermelden van een topfunctionaris of het ontbreken van de naam van een topfunctionaris |
n.v.t. |
n.v.t. |
N.v.t. |
Ja |
Niet vermelden van een overige functionaris met dienstbetrekking |
< materialiteit uit paragraaf 2.4 |
n.v.t. |
>= materialiteit uit paragraaf 2.4 |
N.v.t. |
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in onverschuldigde betalingen |
n.v.t. |
< materialiteit uit par. 2.4 |
N.v.t. |
>= materialiteit uit paragraaf 2.4 |
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in bezoldiging of uitkering wegens beëindiging van het dienstverband |
< € 1.000 |
tussen € 1.000 en materialiteit uit paragraaf 2.4 |
>= materialiteit uit paragraaf 2.4 |
N.v.t. |
Ongecorrigeerde fouten plus kwantificeerbare onzekerheden in een individueel toepasselijk maximum |
< € 1.000 |
>= € 1.000. |
N.v.t. |
N.v.t. |
Ontbreken van een motivering bij overschrijding van het individueel toepasselijke maximum |
N.v.t. |
Ja |
N.v.t. |
N.v.t. |
Ongecorrigeerde fouten in duur en/of omvang dienstverband |
Onjuiste vermelding |
Ontbreken |
N.v.t. |
N.v.t. |
Resterende onzekerheden die niet op economisch verantwoorde wijze kunnen worden weggenomen (paragraaf 2.3.3) |
N.v.t. |
N.v.t. |
Ja |
N.v.t. |
Rapport van bevindingen WNT |
Paragraaf ter benadrukking van aangelegenheden |
Oordeelsonthouding |
||
De WNT-verantwoording bevat een vordering uit hoofde van een onverschuldigde betaling welke op het moment van vaststellen van de WNT-verantwoording nog niet is terugontvangen door de instelling |
Ja |
N.v.t. |
N.v.t. |
|
De WNT-instelling verwijst naar een andere jaarrekening voor de eigen WNT-gegevens en de controleverklaring bij die andere jaarrekening bevat een beperking m.b.t. de WNT-gegevens van de (verwijzende) instelling (paragraaf 2.2.3, punt 26) |
N.v.t. |
N.v.t. |
Ja (in de controleverklaring bij de WNT-verantwoording van de verwijzende instelling) |
N.v.t. |
Onzekerheden met betrekking tot de WNT-verantwoording die adequaat in de WNT-verantwoording zijn toegelicht leiden niet tot een aangepaste controleverklaring of tot een rapport van bevindingen.
In de kalenderjaren 2014 en 2015 is de vaststelling door de WNT-instelling van de toepasselijke klasse uit hoofde van de voor die jaren geldende Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg- en welzijnssector geen onderdeel geweest van accountantscontrole. Dit is in de betreffende jaren tot uitdrukking gebracht in de controleverklaring. Vanaf 2016 is de toepassing van een klassenindeling op grond van de Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp wel onderdeel van de accountantscontrole. Bij de WNT-verantwoording 2018 kan in de volgende situaties de klassenindeling 2014 of 2015 relevant zijn voor het oordeel van de accountant:
a) Indien in 2018 overgangsrecht van toepassing is als gevolg van bestaande rechten die in 2014 of 2015 zijn overeengekomen binnen de in dat jaar toepasselijke norm welke is gebaseerd op de (niet gecontroleerde) klassenindeling van dat jaar;
b) Indien in 2018 over 2014 of 2015 foutenherstel wordt verantwoord met een wijziging van onverschuldigde betalingen;
c) Indien in 2018 sprake is van afbouw van overgangsrechten naar de voor 2014 geldende WNT-1 norm.
In deze situaties neemt de accountant in zijn controleverklaring een paragraaf inzake overige aangelegenheden op met melding van het feit dat de klassenindeling van 2014 of 2015 niet is gecontroleerd, in overeenstemming met de door de NBA hiervoor beschikbaar gestelde tekst.
De WNT-regelgeving bevat de volgende expliciet omschreven situaties waarvan de accountant een melding moet doen bij de minister van BZK.
a) Op basis van artikel 5.2, eerste lid, WNT, meldt de accountant een onverschuldigde betaling aan de minister van BZK, indien een vordering uit hoofde van een op grond van de WNT onverschuldigde betaling op het tijdstip waarop de accountant zijn oordeel geeft over het financieel verslaggevingsdocument door de betrokken topfunctionaris nog niet (geheel) is terugbetaald.
b) Op basis van artikel 5.2, tweede lid, WNT, meldt de accountant de ontbrekende gegevens of het ontbreken van de motivering, aan de minister van BZK, indien het financieel verslaggevingsdocument niet de juiste in artikel 5, eerste tot en met zesde lid, artikel 5a, eerste tot en met vierde lid en lid 5b van de Uitvoeringsregeling WNT voorgeschreven gegevens of motivering bevat.
De accountant voldoet aan deze verplichtingen door:
1. alle gevallen aan de minister van BZK te melden waarin op grond van paragraaf 2.5.1 van dit protocol een controleverklaring met een beperking met betrekking tot de WNT wordt verstrekt;
2. alle gevallen aan de minister van BZK te melden waarin op grond van paragraaf 2.5.2 van dit protocol een controleverklaring met een beperking, een verklaring van oordeelsonthouding of een afkeurende verklaring met betrekking tot de WNT wordt verstrekt, schriftelijk de minister van BZK hierop te wijzen;
3. in alle gevallen waarin op grond van paragraaf 2.5.1 of paragraaf 2.5.2 van dit protocol een rapport van bevindingen WNT wordt opgesteld, dit rapport aan de minister van BZK te zenden.
Een melding aan de minister van BZK door de accountant geschiedt onverwijld nadat deze de controleverklaring heeft afgegeven via het webformulier dat beschikbaar is gesteld op de website www.topinkomens.nl.
De Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (Wet DBA) is per 1 mei 2016 in werking getreden. De accountant mag voor de beoordeling van een arbeidsrelatie het oordeel van de instelling volgen, tenzij hij concrete aanwijzingen heeft voor de onjuistheid van dit oordeel. Voordat de overheid tot controle op de naleving overgaat en conclusies heeft getrokken, hoeft de accountant hier niet zelfstandig op te controleren.
Indien de belastinginspecteur achteraf tot een naheffingsaanslag voor de loonheffingen overgaat, geldt voor de toepassing van de WNT voor de periode waarover de naheffingsaanslag wordt opgelegd alsnog dat de topfunctie ‘in dienstbetrekking’ is vervuld. De regels voor foutherstel zijn hierop van toepassing. De accountant hoeft in zijn oordeel geen rekening te houden met het risico van een eventuele naheffingsaanslag, boetes etc. en hoeft alleen uit te gaan van de bezoldigingsbedragen, net als in de verantwoording.
In de controleverklaring bij het financieel verslaggevingsdocument wordt:
• in de ‘oordeelsparagraaf’ in het geval van een goedkeurende verklaring vermeld dat de jaarrekening (ook) in overeenstemming is met de bepalingen van en krachtens de WNT;
• in de paragraaf ‘verantwoordelijkheid bestuur’ vermeld dat de jaarrekening (ook) in overeenstemming is met de bepalingen van en krachtens de WNT;7
• in de paragraaf ‘verantwoordelijkheid accountant’ verwezen naar dit controleprotocol.5
De wijze waarop in de controleverklaring bij het financieel verslaggevingsdocument rekening wordt gehouden met het niet in de controle betrekken van de gegevens die in de WNT-verantwoording moeten worden opgenomen op grond van de anticumulatiebepaling (artikel 1.6a WNT en artikel 5, lid 1 onderdeel j Uitvoeringsregeling WNT) vindt plaats in overeenstemming met de door de NBA gepubliceerde voorbeeldteksten controleverklaringen voor instellingen waarop de WNT van toepassing is.
De controleverklaring bij de verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens wordt opgesteld in overeenstemming met de door de NBA gepubliceerde voorbeeldtekst controleverklaring bij WNT-verantwoordingen van niet-controleplichtige instellingen.
In het rapport van bevindingen WNT vermeldt de accountant:
• dat het rapport is opgesteld met als doel te voldoen aan de rapportageverplichtingen op grond van het Controleprotocol WNT 2018;
• dat het rapport uitsluitend is bestemd voor de instelling, de minister van BZK, de minister wie het aangaat zoals bedoeld in artikel 1.1 sub o. WNT en de personen die krachtens artikel 5.1 WNT zijn belast met het toezicht op de naleving van de wet, en niet aan anderen beschikbaar mag worden gesteld;
• de WNT-bevindingen die op grond van paragraaf 2.5.1 of paragraaf 2.5.2 van dit protocol in het rapport van bevindingen dienen te worden opgenomen.
Aandachtsgebied |
Leidinggevende topfunctionaris met dienstbetrekking |
Leidinggevende topfunctionaris zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand |
Leidinggevende topfunctionaris zonder dienstbetrekking kalendermaand 1–12 |
[Vervallen] |
Toezichthoudende topfunctionaris |
Uitkering wegens beëindiging van het dienstverband |
Overige functionarissen (= niet-topfunctionaris) |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam |
X |
X |
X |
X |
X |
– |
|
Functiegegevens |
X |
X |
X |
X |
X |
X |
|
Duur van het dienstverband (aanvang- en einddatum functievervulling) |
7 |
8 |
8 |
7/8 |
– |
7 |
|
Omvang van het dienstverband (deeltijdfactor in fte) |
9 |
10 |
– |
– |
9/10 |
9 |
|
[Vervallen] |
|||||||
(Fictieve) dienstbetrekking |
11 |
11 |
– |
– |
– |
– |
|
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum |
13 |
13 |
14 |
12 |
– |
– |
|
Individueel toepasselijke drempelbedrag bezoldiging |
– |
– |
– |
– |
– |
15 |
|
Totale bezoldiging |
16 |
17 |
17 |
16/17 |
– |
16/17 |
|
Aantal kalendermaanden waarin functievervulling |
– |
– |
18 |
– |
– |
– |
|
Jaar waarin het dienstverband is beëindigd |
19 |
||||||
Individueel toepasselijke maximum m.b.t. uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband |
20 |
||||||
Totale uitkeringen wegens beëindiging van het dienstverband |
21 |
||||||
waarvan betaald in 2018 |
21 |
Speciale verantwoordingsonderwerpen |
Werkzaamheden |
Legenda |
---|---|---|
Vergelijkende gegevens |
22 |
• De cijfers in de cellen verwijzen naar de specifieke werkzaamheden per aandachtsgebied in paragraaf 2.2.3. • Cellen met ‘–’ zijn niet van toepassing, omdat de betreffende punten geen onderdeel zijn van de WNT-verantwoording. • Cellen met ‘X’ zijn wel onderdeel van de WNT-verantwoording, maar geen aandachtsgebied voor de accountantscontrole. |
Motivering overschrijding |
23 |
|
Overgangsrecht |
24 |
|
Onverschuldigde betalingen |
25+22a+22b |
|
Groepsverantwoording |
26 |
|
Foutherstel |
27 |
Deze regeling bevat het controleprotocol voor de accountantscontrole op de naleving van de Wet normering Topinkomens (WNT) en de daarop berustende bepalingen met betrekking tot het verantwoordingsjaar 2018. Het controleprotocol geeft aanwijzingen voor de controle van het financieel verslaggevingsdocument (of de verantwoording van uitsluitend de WNT-gegevens) door de accountant op de naleving van de WNT en de daarop berustende bepalingen. De geldende wet- en regelgeving, waarop het controleprotocol berust, is opgenomen in paragraaf 1.2 van dit protocol.
Bij het opstellen van het controleprotocol WNT 2017, dat zag op de controle van het verantwoordingsjaar 2017, heeft in nauw overleg tussen het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Nederlandse Beroepsorganisatie voor Accountants (NBA) een grondige herziening plaatsgevonden, die zijn achtergrond vond in de behoefte om de controlelast voor accountants en daarmee de administratieve lasten binnen de grenzen van de WNT te verminderen en om het controleprotocol qua opzet en structuur te uniformeren op basis van de Schrijfwijzer Accountantsprotocollen van de NBA. Met dit herziene controleprotocol WNT 2017 is bij de controle over het verantwoordingsjaar 2017 ervaring opgedaan.
Hoewel voor de controle over het verantwoordingsjaar 2017 een grondige herziening van het controleprotocol heeft plaatsgevonden blijft het jaarlijks opnieuw vaststellen van het controleprotocol noodzakelijk, omdat zich elk jaar wijzigingen voordoen die effect hebben op het controleprotocol. Wijzigingen in het voorliggende controleprotocol WNT 2018 vloeien voort uit de bepalingen van de Evaluatiewet WNT die per 1 januari 2018 van kracht zijn geworden en uit voortschrijdend inzicht, dat is opgedaan bij de controle op 2017.
Naast enkele aanpassingen van redactionele en verduidelijkende aard zijn de volgende inhoudelijke veranderingen doorgevoerd:
• Anticumulatiebepaling: de naleving van de anticumulatiebepaling maakt geen onderdeel meer uit van de controle van de accountant. De NBA heeft aangegeven bij de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties niet de mogelijkheid te hebben de controle op deze specifieke bepaling te kunnen uitvoeren. De WNT-toezichthouders kunnen hier wel zelfstandig onderzoek naar doen en zo nodig handhavend optreden.
• Gelieerde instelling: bij de herziening van het controleprotocol WNT in 2017 is abusievelijk geen passage opgenomen over de werkzaamheden die de accountant dient te verrichten indien bij een WNT-instelling sprake is van een gelieerde instelling. Een dergelijke passage is alsnog in het controleprotocol WNT 2018 opgenomen.
• Als gevolg van het vervallen van het begrip ‘gewezen topfunctionaris’ zijn de passages die hierop betrekking hebben geschrapt.
• Meerdere functies bij WNT-instelling: er is beschreven welke aanvullende werkzaamheden de accountant moet verrichten als een topfunctionaris andere werkzaamheden verricht of een ander dienstverband heeft bij dezelfde instelling als waar hij topfunctionaris is.
• Berekening rente: in de Evaluatiewet WNT is bepaald dat over onverschuldigde betalingen rente wordt berekend. Dit is opgenomen in het controleprotocol (onder nr. 24).
Het oogmerk van de grondige herziening van het controleprotocol WNT 2017 was om de administratieve lasten terug te brengen. Daartoe zijn de administratieve lasten ten gevolge van het controleprotocol in beeld gebracht. Hierover heeft het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR) advies uitgebracht. Het advies van de ATR is verwerkt in de definitieve versie van de regeling.
De wijzigingen die zijn doorgevoerd in het controleprotocol WNT 2018 hebben de volgende effecten voor de administratieve lasten:
• Kennisnamekosten: accountants die de WNT controleren moeten kennisnemen van de doorgevoerde veranderingen. Deze kosten zijn naar verwachting zeer gering en hebben derhalve een verwaarloosbare impact op de administratieve lasten.
• Het schrappen van het begrip ‘gewezen topfunctionaris” vermindert de werkzaamheden voor de WNT-instellingen en daarmee voor de accountant. Dit heeft daarmee een positief effect op de administratieve lasten. Hoeveel gewezen topfunctionarissen er waren bij de ca. 6.000 WNT-instellingen is niet bekend, waardoor dit effect niet kwantificeerbaar is.
• Indien sprake is van bezoldiging van een topfunctionaris bij een gelieerde instelling brengt dit werkzaamheden voor de accountant met zich mee. Het begrip gelieerde instelling en daarop betrekking hebbende regels zijn in 2018 hetzelfde als in 2017. In het controleprotocol 2017 is abusievelijk niet opgenomen op welke wijze de accountant dit moet controleren. Deze omissie, die in het controleprotocol 2018 wordt rechtgezet, laat onverlet dat een WNT-instelling, waarbij sprake is van gelieerdheid, zich hierover moet verantwoorden en de accountant de naleving moet controleren. Op het punt van de administratieve lasten is er geen verschil tussen de controle op het kalenderjaar 2018 en het kalenderjaar 2017. Door het controleprotocol is verduidelijkt voor de accountant nu duidelijker welke werkzaamheden van hem worden verwacht.
De effecten op de administratieve lasten als gevolg van de bovenstaande wijzigingen zijn miniem.
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2019 en is van toepassing op WNT-verantwoordingen over het kalenderjaar 2018. Daarmee treedt deze regeling inwerking op een vast verandermoment. De publicatie vindt conform de gebruikelijke procedure meer dan twee maanden voor inwerkingtreding plaats.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
In geval het boekjaar gelijk is aan het kalenderjaar maakt de WNT-verantwoording over 2018 deel uit van het verslaggevingsdocument 2018. In geval het boekjaar niet gelijk is aan het kalenderjaar maakt de WNT-verantwoording over 2018 deel uit van het verslaggevingsdocument over het boekjaar wat in 2018 is aangevangen.
Op grond van overgangsrecht artikel 7.3b lid 1 kan vóór 1-1-2019 geen sprake zijn van een topfunctionaris zoals
bedoeld in artikel 1.1. sub b. onderdeel 6.
Zie ‘Stappenplan indien de deeltijdfactor niet is vastgelegd’ in de vraag ‘Hoe wordt de deeltijdfactor bepaald’ op www.topinkomens.nl, onderdeel veel gestelde vragen en antwoorden.
Premie inkoop voorwaardelijk pensioen (pensioenfonds ABP) en VPL-premie (pensioenfonds SPW) maken onderdeel uit van het bezoldigingsbegrip, zoals voortvloeit uit artikel 2, eerste lid, onderdelen q en r, Uitvoeringsregeling WNT.
De afzonderlijke verwijzing naar de WNT blijft achterwege indien de WNT-regelgeving expliciet wordt vermeld in de regels die voor de desbetreffende sector respectievelijk instelling gelden voor verantwoording en accountantscontrole en in de controleverklaring naar die regels wordt verwezen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2018-59161.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.