Tijdelijke Verkeersmaatregel Brusselseweg

Logo Maastricht

Ruimte / Mobiliteit / 2018-31933

Gemeente Maastricht

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Overwegende dat de ombouw van de rotonde Brusselseweg naar kruising in oktober 2018 van start gaat;

dat de rotonde wordt afgesloten voor al het verkeer;

dat er omleidingsroutes worden ingesteld;

dat de maatregelen in 2 fasen worden uitgevoerd;

dat fase 1 wordt uitgevoerd tussen 15 oktober 2018 en 9 november 2018;

dat in fase 1 de rotonde volledig wordt afgesloten voor alle verkeer;

dat zowel het gemotoriseerde verkeer als het langzame verkeer wordt omgeleid;

dat fase 2 wordt uitgevoerd tussen 9 november 2018 en 23 november 2018;

dat in fase 2 de verbinding van oost naar west en vice versa weer beschikbaar komt voor gemotoriseerd verkeer;

dat de verbinding van noord naar zuid en vice versa afgesloten blijft tijdens deze fase;

dat de afsluiting van kracht blijft tot het kruispunt definitief is ingericht (naar verwachting eind november 2018);

dat deze maatregelen worden genomen om de veiligheid op de weg te verzekeren en de weggebruikers en passagiers te beschermen;

dat plaatsing van de in dit besluit genoemde verkeerstekens geschiedt zoals weergegeven in de tekeningen NBT-68-TD-218011, NBT-68-TD-218012, NBT-68-TD-218013, NBT-68-TD-218014, NBT-68-TD-218015, NBT-68-TD-218016; NBT-68-TD-218017 en NBT-68-TD-218018;

dat betreffende straat in beheer en onderhoud is bij de gemeente Maastricht;

dat te nemen verkeersmaatregelen besproken zijn met de Districtchef van politiedistrict Maastricht;

gelet op het bepaalde in de artikelen 15 en 18 van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 12 van het “Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer” en paragraaf 4 van de Uitvoeringsvoorschriften BABW inzake verkeerstekens;

BESLUITEN

 

  • 1.

    In te trekken het bepaalde ten aanzien van de tijdelijke verkeersmaatregelen Brusselseweg in hun besluit van 21 augustus 2018, Ruimte / Mobiliteit / 2018-26356;

  

Fase 1

 

  • 1.

    door het plaatsen van de borden A1 van Bijlage I van het RVV 1990 een maximum snelheid in te stellen van 30 km/uur voor:

    • 1.

      de Cabergerweg, net voor de aansluiting met de Noorderbrug;

    • 2.

      de Noorderbrug, ten westen van de aansluiting met de Belvédérelaan;

    • 3.

      de Fort Willemweg, ten westen van de aansluiting met de Cabergerweg;

  • 2.

    door het plaatsen van de borden C1 van Bijlage I van het RVV 1990 gesloten te verklaren in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee de rotonde Brusselseweg/Fagotstraat/Frans van de Laarstraat;

  • 3.

    door het plaatsen van het bord C1 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderbord gesloten te verklaren in beide richtingen voor alle motorvoertuigen de Henri Jonaslaan, ten zuiden van de Zoetmanstraat;

  • 4.

    door het plaatsen van de borden C2 en C3 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderborden eenrichtingsverkeer in te stellen, gesloten voor motorvoertuigen, voor de aansluiting van de Fons Olterdissenstraat met de Fagotstraat, gesloten in de richting van de Fagotstraat;

  • 5.

    door het plaatsen van het bord C7b van Bijlage I van het RVV 1990 en onderbord met de tekst “Uitgezonderd bestemmingsverkeer” een geslotenverklaring in te stellen voor autobussen en vrachtauto’s voor de Spinetlaan, ten oosten van de Prestantstraat;

  • 6.

    door het plaatsen van de borden D2 en D3 van Bijlage I van het RVV 1990 alle bestuurders te gebieden het bord voorbij te gaan aan een van de zijden die de pijl(en) aangeeft;

  • 7.

    door het plaatsen van de borden F1 van Bijlage I van het RVV 1990 een verbod in te stellen voor motorvoertuigen om elkaar onderling in te halen voor de Noorderbrug ten westen van de aansluiting met de Belvédérelaan;

 

Fase 2

 

  • 1.

    door het plaatsen van de borden A1 van Bijlage I van het RVV 1990 een maximum snelheid in te stellen van 30 km/uur voor de Fagotstraat en de Fort Willemweg ter hoogte van de aansluiting met de Brusselseweg;

  • 2.

    door het plaatsen van de borden B1 van Bijlage I van het RVV 1990 de Fagotstraat/Fort Willemweg aan te wijzen als voorrangsweg;

  • 3.

    door het plaatsen van de borden B6 van Bijlage I van het RVV 1990 aan te geven dat de fietsers komende van de Brusselseweg voorrang dient te verlenen aan het verkeer op de Fagotstraat/Fort Willemweg;

  • 4.

    door het plaatsen van de borden C1 van Bijlage I van het RVV 1990 gesloten te verklaren in beide richtingen voor alle motorvoertuigen de Brusselseweg ten noorden en ten zuiden van de Fagotstraat/Fort Willemweg;

  • 5.

    door het plaatsen van het bord C12 van Bijlage I van het RVV 1990 een geslotenverklaring in te stellen voor alle motorvoertuigen voor de parallelweg van de Brusselseweg vanaf de Furniusstraat;

  • 6.

    door het plaatsen van de borden D2 en D3 van Bijlage I van het RVV 1990 alle bestuurders te gebieden het bord voorbij te gaan aan een van de zijden die de pijl(en) aangeeft;

  • 7.

    door het plaatsen van de borden D5 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderbord het verkeer komende van de Brusselseweg te gebieden de rijrichting te volgen die op het bord is aangegeven met uitzondering van lijnbussen;

  • 8.

    door het plaatsen van het bord D6 van Bijlage I van het RVV 1990 het verkeer komende van de Fagotstraat en de Fort Willemweg te gebieden één van de rijrichtingen te volgen die op het bord is aangegeven;

  • 9.

    door het plaatsen van de borden G11 van Bijlage I van het RVV 1990 de vrijliggende paden ten oosten en ten westen van de Brusselseweg ter hoogte van de aansluiting met de Fagotstraat/Fort Willemweg aan te wijzen als verplicht fietspad.

Maastricht, 8 oktober 2018

Namens het college van burgemeester en wethouders van Maastricht,

Wethouder Duurzaamheid, Mobiliteit en Kenniseconomie,

voor deze,

Teammanager Mobiliteit,

E. Westbroek

Dit besluit is op de in de gemeente gebruikelijke wijze ter openbare kennis gebracht van 18 oktober 2018 tot en met 29 november 2018, waarvan mededeling is gedaan in de Staatscourant van 18 oktober 2018.

 

Bezwaar en voorlopige voorziening

Op grond van het bepaalde in de artikelen 8:1 juncto artikel 7:1 juncto artikel 6:4 van de Awb kan, door degenen wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen een termijn van zes weken, ingaande op de dag na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt c.q. is verzonden of uitgereikt, bij ons college een bezwaarschrift worden ingediend.

U kunt het bezwaarschrift digitaal of schriftelijk indienen.

Als u het bezwaarschrift digitaal wilt indienen, kunt u dit doen via www.gemeentemaastricht.nl/bezwaar. U vindt hier een formulier waarmee u bezwaar kunt maken.

U kunt het bezwaarschrift ook per post indienen.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

. de naam en het adres van de indiener;

. de dagtekening;

. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

. de gronden van het bezwaar.

Wij verzoeken u in het bezwaarschrift ook uw telefoonnummer en (zo mogelijk) uw

e-mailadres te vermelden.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het college van Burgemeester en wethouders van Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht.

Het indienen van bezwaar heeft geen schorsende werking. Om de inwerkingtreding van het besluit en de gevolgen daarvan op te schorten kan om een voorlopige voorziening worden verzocht. Het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, bestuursrecht, postbus 950 te 6040 AZ te Roermond.

Van de verzoeker van een voorlopige voorziening wordt een griffierecht geheven. U wordt door de griffie van de rechtbank geïnformeerd over de hoogte van het griffierecht en de wijze van betaling.

U kunt ook digitaal een voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

Bijlage

 

Naar boven