ARTIKEL I
De Regeling communicatie en afmetingen rijksbinnenwateren wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1 worden onder vervanging van de punt aan het einde van onderdeel d door
een puntkomma twee onderdelen toegevoegd, luidende:
- e. ADN:
-
Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen
over de binnenwateren;
- f. vaste tank:
-
een met het schip verbonden tank, waarbij de tankwanden kunnen worden gevormd ofwel
door de scheepsromp zelf ofwel door wanden die onafhankelijk zijn van de scheepsromp.
B
Artikel 2 komt als volgt te luiden:
Artikel 2
-
1. De schipper of kapitein van de volgende schepen en samenstellen, meldt zich alvorens
een vaarweggedeelte dat deel uitmaakt van bijlage 1 binnen te varen bij de dichtstbijzijnde
IVS-post, op het in bijlage 1 aangegeven, bij de betreffende IVS-post behorende, marifoonkanaal:
-
a. een schip dat gevaarlijke stoffen vervoert waarop de Regeling vervoer over de binnenwateren
van gevaarlijke stoffen van toepassing is;
-
b. een tankschip, met uitzondering van bunkerschepen en bilgeboten zoals gedefinieerd
onder 1.2.1 van het reglement dat als bijlage bij het ADN is gevoegd;
-
c. een schip dat containers vervoert;
-
d. een schip met een lengte van meer dan 110 m;
-
e. een hotelschip, bedoeld in artikel 5.2 van de Binnenvaartregeling;
-
f. een zeeschip, behoudens de kapitein van een zeeschip dat direct van zee komt en zich
reeds overeenkomstig artikel 2 van het Besluit meldingsformaliteiten en gegevensverwerkingen
scheepvaart en de daarop berustende bepalingen heeft gemeld;
-
g. een schip dat een LNG-systeem aan boord heeft;
-
h. bijzonder transport als bedoeld in artikel 1.21, eerste lid, van het Binnenvaartpolitiereglement;
-
i. een drijvend voorwerp of drijvende inrichting, waarbij het verplaatsen daarvan klaarblijkelijk
geen hinder of gevaar voor de scheepvaart en geen schade aan de kunstwerken kan veroorzaken.
-
2. Bij de melding bedoeld in het eerste lid worden vermeld:
-
a. naam van het schip; en bij samenstellen van alle schepen van het samenstel;
-
b. uniek Europees scheepsidentificatienummer of IMO-identificatienummer voor zeeschepen;
van het schip en bij samenstellen van alle schepen van het samenstel;
-
c. soort vaartuig of samenstel en bij samenstellen soort vaartuig voor alle schepen,
overeenkomstig bijlage 4;
-
d. laadvermogen; van het schip en bij samenstellen van alle schepen van het samenstel;
-
e. lengte en breedte van het schip; en bij samenstellen lengte en breedte van het samenstel
en van alle schepen van het samenstel;
-
f. aanwezigheid van een LNG-systeem aan boord;
-
g. voor een schip dat gevaarlijke stoffen vervoert waarop de Regeling vervoer over de
binnenwateren van gevaarlijke stoffen van toepassing is:
-
1° de VN-nummers of stofnummers;
-
2° de officiële benaming voor het vervoer van de gevaarlijke stoffen, voor zover van
toepassing, aangevuld met de technische benaming;
-
3° de klasse, classificatiecode en eventueel de verpakkingsgroep;
-
4° de totale hoeveelheid van de gevaarlijke stoffen, waarop deze gegevens betrekking
hebben;
-
5° het aantal blauwe lichten/kegels;
-
h. voor een schip dat stoffen vervoert waarop de Regeling vervoer over de binnenwateren
van gevaarlijke stoffen niet van toepassing is, en die niet in containers worden vervoerd:
soort en hoeveelheid lading;
-
i. aantal containers aan boord naar grootte en beladingstoestand (beladen of onbeladen)
en de respectievelijke plaats van containers overeenkomstig het stuwplan en het containertype;
-
j. containernummer van de container met gevaarlijke stoffen;
-
k. aantal personen aan boord;
-
l. positie, vaarrichting;
-
m. diepgang, indien de bevoegde autoriteit hierom vraagt;
-
n. route met opgave van de vertrek- en bestemmingshaven;
-
o. haven waar is geladen;
-
p. haven waar wordt gelost.
-
3. In afwijking van het eerste lid, melden de volgende schepen de in het tweede lid
genoemde gegevens, behoudens die genoemd onder l en m, op elektronische wijze, wanneer
zij zich op een scheepvaartweg genoemd in bijlage 9 van het Binnenvaartpolitiereglement
bevinden:
-
a. schepen en samenstellen met containers aan boord, en
-
b. schepen en samenstellen waarvan ten minste één schip is bestemd voor het vervoer van
goederen in vaste tanks, met uitzondering van bunkerschepen en bilgeboten zoals gedefinieerd
onder 1.2.1 van het reglement dat als bijlage bij het ADN is gevoegd.’
C
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding 1. geplaatst.
2. In het eerste lid wordt ‘artikel 2’ vervangen door ‘artikel 2, tweede lid’ en wordt
‘onder c en h, mogen’ vervangen door ‘onder l en m, kunnen’.
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
D
Na artikel 3 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 3a
Voor zover de schipper, een andere plaats of een andere persoon zich via elektronische
weg meldt, geschiedt dit overeenkomstig de meest recente Standaard voor het elektronisch
melden in de binnenvaart, zoals gepubliceerd door de Centrale Commissie voor de Rijnvaart.
E
In artikel 4 wordt ‘artikel 2’ vervangen door ‘artikel 2, eerste lid’ en wordt ‘dichtsbijzijnde’
vervangen door ‘dichtstbijzijnde’.
F
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt als volgt te luiden:
-
1. Indien de in artikel 2, tweede lid, genoemde gegevens tijdens de vaart wijzigen,
wordt dit door de schipper of de kapitein van een schip als bedoeld in artikel 2,
eerste lid, onmiddellijk aan de dichtstbijzijnde IVS-post medegedeeld, of indien sprake
is van een schip als bedoeld in artikel 2, derde lid, via elektronische weg.
2. In het tweede lid wordt ‘artikel 2’ vervangen door ‘artikel 2, eerste lid’.
G
In artikel 6 wordt ‘artikel 2, onder a, b, c en d’ vervangen door ‘artikel 2, tweede
lid, onder a, b en c’ en wordt de eerste aanhaling van ‘artikel 2’ vervangen door
‘artikel 2, eerste lid’.
H
Na artikel 6 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 6a
De bevoegde autoriteit kan een meldplicht vaststellen en wat deze inhoudt voor bunkerschepen
en bilgeboten zoals gedefinieerd onder 1.2.1 van het reglement dat als bijlage bij
het ADN is gevoegd, evenals schepen voor dagtochten.
I
In artikel 8 wordt ‘artikel 2’ vervangen door ‘artikel 2, eerste lid’.
J
In bijlage 1 komt de tabel onder ‘Overzicht IVS90 Objecten’ als volgt te luiden:
|
Objectnaam
|
VHF
|
|
WADDENGEBIED
|
|
|
Den Helder, Verkeerscentrale
|
62
|
|
Schiermonnikoog, Zeeverkeerspost
|
05
|
|
Terschelling, Verkeerscentrale Brandaris:
|
|
|
VTS-Terschelling
|
02
|
|
Sector Terschelling (buiten VTS-gebied)
|
05
|
|
Sector Texel
|
05
|
|
Sector Ameland
|
27
|
|
Centrale Meldpost Waddenzee
|
04
|
|
NOORD OOST
|
|
|
Aadorpsluis
|
22
|
|
Bedieningscentrum Holterbroek Zwolle
|
20
|
|
Beukersluis Wanneperveen
|
20
|
|
Blokzijlsluis
|
–
|
|
Centrale Meldpost IJsselmeergebied Lelystad
|
01
|
|
Delden sluis
|
18
|
|
Delfzijl Groningen Sea Ports
|
66
|
|
Doesburg sluis
|
20
|
|
Post Lauwersoog
|
85
|
|
Eefde sluis
|
22
|
|
Eilandbrug Kampen
|
84
|
|
Farmsum (zee)sluis
|
26
|
|
Gaarkeuken sluis
|
18
|
|
Hengelo sluis
|
22
|
|
Houtribsluizen Lelystad
|
20
|
|
Ketelbrug Swifterband
|
18
|
|
Post Hoogezand / Rengersbrug
|
22
|
|
Post Hoogkerk / Kinderverlatenbrug
|
22
|
|
Naviduct / Krabbersgatsluis Enkhuizen
|
22
|
|
Lorentzsluizen Kornwerderzand
|
18
|
|
Meppelerdiepbrug Zwartsluis
|
22
|
|
Centrale post Kaapbruggen Meppel
|
22
|
|
Havens Meppel
|
22
|
|
Nijkerkersluis
|
18
|
|
Noordersluis Lelystad
|
84
|
|
Oostersluis Groningen
|
20
|
|
Pr. Bernhardsluis Deventer
|
18
|
|
Pr. Margrietsluis Lemmer
|
20
|
|
Ramspolbrug Ens
|
20
|
|
Robbengatsluis Lauwersoog
|
84
|
|
Roggebotsluis Dronten
|
22
|
|
Spooldersluis Zwolle
|
22
|
|
Stevinsluis Den Oever
|
20
|
|
Tsjerk Hiddessluizen Harlingen
|
22
|
|
ROTTERDAM-DUITSLAND
|
|
|
Algerabrug Krimpen a d IJssel
|
22
|
|
CBS Lobith
|
19
|
|
Dordrecht Reg. Verkeers Centrale
|
71
|
|
Grote Merwedesluis Gorinchem
|
18
|
|
Verkeerspost Nijmegen
|
64
|
|
Pr. Bernhardsluis Tiel
|
18
|
|
Rotterdam: Centrale Meldkamer Havenmeester
|
14
|
|
Rotterdam: Erasmusbrug
|
14
|
|
Rotterdam: Meld- en Volgsysteem Botlek
|
14
|
|
Sint Andries sluis (vanuit Lith)
|
68
|
|
Verkeerspost Tiel
|
64
|
|
Weurt sluis
|
18
|
|
Wilhelminasluis Andel
|
22
|
|
MIDDEN NEDERLAND
|
|
|
’s Molenaarsbrug Alphen a d Rijn
|
18
|
|
Abtswoudsebrug
|
18
|
|
Amerongen sluis/stuw
|
20
|
|
Driel sluis/stuw
|
20
|
|
Hagestein sluis/stuw
|
18
|
|
Hefbrug Gouwsluis Alphen a d Rijn
|
18
|
|
Hooghkamerbrug Leiden
|
22
|
|
Hoornbrug Rijswijk
|
18
|
|
Julianasluis Gouda
|
18
|
|
Koninginnensluis Vreeswijk
|
84
|
|
Koopvaardersschutsluis Den Helder
|
22
|
|
Noordersluis Utrecht
|
84
|
|
Oranjesluizen Schellingwoude
|
18
|
|
Post De Waard/Spanjaardsbrug Leiden
|
22
|
|
Pr. Beatrixsluis Nieuwegein
|
20
|
|
Pr. Irenesluis Wijk bij Duurstede
|
22
|
|
Ravenswaaij/Marijkesluis
|
20
|
|
Rijnlandsluizen Spaarndam
|
18
|
|
Schellingwoude post
|
66
|
|
Vianen sluis
|
22
|
|
Waaiersluis Gouda
|
–
|
|
Wijk bij Duurstede, post
|
66
|
|
Willem 1 sluis Amsterdam
|
20
|
|
Zuidersluis Nieuwegein
|
84
|
|
ZUID OOST
|
|
|
Borgharen Post + sluis Bosscherveld + St. Servaesbrug (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
20
|
|
Born sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
22
|
|
Maasbracht sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
20
|
|
Heel sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
18
|
|
Linne sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
22
|
|
Roermond sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
22
|
|
Belfeld sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
18
|
|
Sambeek sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
22
|
|
Grave sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
20
|
|
Lith sluis (vanuit Bediencentrale Maasbracht)
|
22
|
|
Marksluis Oosterhout (vanuit CB Tilburg)
|
18
|
|
Sluis 1 Oosterhout (vanuit CB Tilburg)
|
18
|
|
Sluis Empel (vanuit CB Tilburg)
|
85
|
|
Sluis Hintham (vanuit CB Tilburg)
|
85
|
|
Sluis Schijndel (vanuit CB Tilburg)
|
18
|
|
Sluis 13 Someren (vanuit CB Tilburg)
|
18
|
|
Sluis 16 Weert (vanuit CB Tilburg)
|
18
|
|
Sluis 15 Nederweert (vanuit CB Tilburg)
|
20
|
|
Panheel sluis (vanuit CB Tilburg)
|
84
|
|
ZUID WEST
|
|
|
Bergse Diepsluis Tholen
|
18
|
|
Bruggen Kanaal door Walcheren
|
22
|
|
Grevelingensluis Bruinisse
|
20
|
|
Hansweert Sluizen
|
22
|
|
Krammersluizen Bruinisse
|
22
|
|
Kreekraksluizen Rilland
|
20
|
|
Roompotsluis Veere
|
18
|
|
Terneuzen sluizen + bruggen Sluiskil en Sas van Gent
|
69
|
|
Veere sluis
|
18
|
|
Vlissingen sluis
|
18
|
|
Volkeraksluizen Willemstad
|
64
|
|
Wemeldinge Centrale Meldpost
|
68
|
|
Zandkreeksluis Kats
|
18
|
|
Zeelandbrug
|
18
|
K
Bijlage 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. De rij onder Regionale Verkeerscentrale Dordrecht, Operationele voormelding beginnende
met Wie schepen met een diepgang van 5,5 meter of meer bestemd voor de Dordtsche Kil en 7
meter of meer bestemd voor de Oude Maas, komt te luiden als volgt:
|
Wie
|
Wat
|
Bij wie
|
Hoe
|
Wanneer
|
Opmerkingen
|
|
Schepen met een diepgang van 5,5 meter of meer bestemd voor de Dordtsche Kil en 7
meter of meer bestemd voor de Oude Maas
|
* naam
* lengte
* breedte
* diepgang
* lading
* IMO-klasse
* hoeveelheid
* ETD
* agent
|
Regionale Verkeerscentrale Dordrecht
|
Telefonisch
Fax
E-mail
HAMIS
VHF 71
|
– bij vertrek havengebied Moerdijk
– bij vertrek havengebied Dordrecht
– bij vertrek ATD
Tenminste 4 uur voor vertrek
|
Indien de te verstrekken gegevens reeds bekend zijn bij het HCC worden deze via IVS/VBS
doorgegeven aan RVC Dordrecht
|
2. De rij onder Regionale Verkeerscentrale Dordrecht, Vertrekkende en verhalende schepen,
beginnende met Wie Zeeschepen met een lengte van 60 m of meer, komt te luiden als volgt:
|
Wie
|
Wat
|
Bij wie
|
Hoe
|
Wanneer
|
Opmerkingen
|
|
Zeeschepen met een lengte van 60 m of meer
|
* naam
* lengte
* breedte
* diepgang
* lading
* IMO-klasse
* hoeveelheid
* ETD
* agent
|
Regionale Verkeerscentrale Dordrecht
|
Telefonisch
Fax
E-mail
HAMIS
VHF 71
|
– bij vertrek havengebied Moerdijk
– bij vertrek havengebied Dordrecht
– bij vertrek ATD
Tenminste 4 uur voor vertrek/ of aanvang
|
Indien de te verstrekken gegevens reeds bekend zijn bij het HCC worden deze via IVS/VBS
doorgegeven aan RVC Dordrecht
|
3. De rij onder Administratieve voormelding Waddenzee buiten de VTS-gebieden, beginnende
met Wie – schepen met gevaarlijke ladingen – bijzondere transporten – bovenmaatse
schepen, komt te luiden als volgt:
|
Wie
|
Wat
|
Bij wie
|
Hoe
|
Wanneer
|
Opmerkingen
|
|
– schepen met gevaarlijke ladingen
– bijzondere transporten
– bovenmaatse schepen
|
* scheepsnaam en call-sign
* nationaliteit
* scheepstype en tonnage
* lengte, breedte en diepgang
* Lloydsnummer
* haven van bestemming
* ETA
* geplande vaarroute
* soort lading
(naam en hoeveelheid van stoffen; klasse, cijfers en voorzover bekend stofnummer en
VN-nummer
* bevestiging dat ladingplan aan boord is
* aantal personen aan boord
|
Centrale Meldpost Waddenzee
|
Telefonisch
Fax
|
• 24 uur voor het binnenvaren van de Waddenzee.
• Bij onvoorziene omstandigheden binnen VHF-bereik kanaal 4.
|
|
L
Bijlage 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. De rij onder Zuid-Holland, beginnende met – van km. 7.0 tot km 19.7 wordt vervangen door:
|
– van km 7.0 tot km 16.9
|
110
|
11,50
|
1,5011
|
|
– van km 13.2 tot km 16.9
|
135
|
11,50
|
1,5011a
|
|
– van km 16,9 tot km 19,7
|
180
|
11,50
|
4,7011
|
2. De rij onder Noord-Brabant, beginnende met – Amer – Sluis I komt als volgt te luiden:
|
– Amer – sluis I
|
135
|
11,50
|
3,3013
|
3. De rij onder Noord-Brabant, beginnende met Donge komt als volgt te luiden:
4. De rij onder Zeeland, beginnende met ‘– gehele kanaal’, komt als volgt te luiden:
|
– gehele kanaal
|
200
|
23,50
|
4,7514
|
5. De rij onder Limburg, Sluis Belfeld, beginnende met – oostsluis <=137,50 m : > 137,50 m, komt als volgt te luiden:
|
– oostsluis
|
|
|
|
|
<= 137,50 m:
> 137,50 m
|
137,50
193
|
15,50
13,50
|
3,00
3,00
|
6. Na de rij onder Limburg, beginnende met Bosscheveld – Smeermaas, worden drie rijen ingevoegd, luidende:
|
Belgische grens nabij Loozen tot en met sluis 15
|
68
|
7,25
|
2,10
|
|
Sluis 15 – Randwegbrug
|
95
|
9,60
|
2,10
|
|
Randwegbrug – sluis 13
|
|
|
|
|
<= 68
>68
|
68
80
|
7,25
5,20
|
1,90
1,90
|
7. De rijen onder Limburg, beginnende met ‘Noordervaart’ en ‘Sluis Hulzen’ komen te vervallen.
8. Voetnoot 13 komt als volgt te luiden:
13 Bij een waterstand van NAP + 0,70 m of zoveel minder als de waterstand minder is
dan NAP + 0,70 m.
9. Na voetnoot 11 wordt een voetnoot ingevoegd, luidende:
11a Uitsluitend ledige schepen.
M
Na bijlage 3 wordt de bijlage I bij deze regeling als bijlage 4 toegevoegd.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 december 2018, met uitzondering van
artikel I, onderdelen J, K en L, die in werking treden met ingang van 1 oktober 2018.
TOELICHTING
Algemeen deel
1. Inleiding
Bij Besluit 2017-I-11 heeft de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) de verplichting
om reis- en ladinggegevens elektronisch te melden uitgebreid naar de tankvaart. In
de Nederlandse regelgeving wordt deze verplichting op de Aktewateren geïmplementeerd
door middel van een wijziging van het Rijnvaartpolitiereglement 1995. In verband met
het streven de voorschriften van de CCR in het Rijnvaartpolitiereglement zoveel mogelijk
uniform in de Nederlandse regelgeving op te nemen, worden, zoals gebruikelijk, deze
voorschriften ook overgenomen in de regelgeving voor de overige wateren. Dat gebeurt
met de onderhavige wijziging van de Regeling communicatie en afmetingen rijksbinnenwateren
(hierna: Rcar).
Voorts worden met deze wijziging enkele andere technische wijzigingen aangebracht
in de Rcar. Zo worden foutieve verwijzingen gecorrigeerd en correcties aangebracht
in bijlage 3 over de toegestane afmetingen van een schip op bepaalde vaarwegen.
2. Hoofdlijnen
De elektronische meldplicht wordt uitgebreid tot alle schepen en samenstellen waarvan
ten minste één schip is bestemd voor het vervoer van goederen in vaste tanks. De bij
de melding te verstrekken gegevens komen overeen met de gegevens die al sinds de jaren
negentig door schippers moeten worden gemeld. Voor een aantal tankschepen geldt een
uitzondering op de elektronische meldplicht. Een elektronische meldplicht voor bepaalde
bunkerschepen en bilgeboten zou de exploitatie van deze schepen, die doorgaans slechts
op korte vaarweggedeelten worden ingezet, onevenredig zwaar belasten. De voor dit
scheepstype in het kader van de meldplicht over te dragen gegevens moeten namelijk
regelmatig gewijzigd worden. De vrijstelling van de meldplicht mag echter uitsluitend
betrekking hebben op de bunkerschepen en bilgeboten die in de binnenvaart gangbaar
zijn. Deze schepen worden gekenmerkt door een beperkt laadvermogen. De bunkerschepen
en bilgeboten met een groot laadvermogen, die met name in zeehavens en daar op geografisch
grotere zones worden ingezet, vallen wel onder de meldplicht.
Daarnaast moeten alle containerschepen voldoen aan de meldplicht opgenomen in artikel
2 van de Rcar. De tot op heden gehanteerde minimumeis van 20 containers is losgelaten.
Nieuw is ten slotte dat de schepen die vloeibaar aardgas (LNG) als brandstof gebruiken
de aanwezigheid van een LNG-installatie aan boord moet melden.
De schepen moeten de vereiste software installeren om elektronisch te kunnen melden.
Deze kan evenwel gratis worden gedownload via de website van BICS (www.bics.nl). Deze verplichting om elektronisch te melden wordt van kracht met ingang van 1 december
2018. Indien via elektronische weg gemeld wordt, wordt dit gedaan overeenkomstig de
meest recente Standaard voor het elektronisch melden in de binnenvaart, zoals gepubliceerd
door de Centrale Commissie voor de Rijnvaart. Artikel 3a biedt de mogelijkheid dat
in plaats van een melding door de schipper, de melding ook kan plaatsvinden namens
de schipper of kapitein vanaf een andere plaats (bijvoorbeeld het kantoor van de rederij)
en door een andere persoon. De verantwoordelijkheid van een tijdige en correcte melding
blijft daarbij bij de schipper.
Ten slotte worden met de onderhavige regeling enkele technische wijzigingen doorgevoerd,
waarop nader wordt ingegaan in de artikelsgewijze toelichting.
3. Gevolgen voor burgers en bedrijfsleven
De verplichting om bepaalde gegevens te melden, is een bestaande verplichting. Nieuw
is dat de melding nu elektronisch gedaan moet worden. Derhalve is geen sprake van
een toename van administratieve lasten. Ook is geen sprake van een toename van de
nalevingskosten ten gevolge van de elektronische meldplicht aangezien de hiervoor
benodigde programmatuur kosteloos door Rijkswaterstaat wordt verstrekt en de benodigde
apparatuur al op de vaartuigen aanwezig is.
4. Advisering en consultatie
De verplichting voor de tankvaart om elektronisch te melden vloeit voort uit Besluit
2017-I-11 van de CCR. Het daarvoor aangepaste Rijnvaartpolitiereglement 1995 geldt
echter slechts op de Aktewateren, kort gezegd de Rijn, Waal en Lek. Om een geharmoniseerd
stelsel op de Nederlandse wateren te waarborgen, wordt deze verplichting met de onderhavige
regeling ook toegepast op de overige wateren. Van internetconsultatie is daarom afgezien,
omdat de wijzigingsregeling voortvloeit uit de implementatie van het CCR-besluit en
elektronisch melden voor de tankvaart op grond daarvan reeds verplicht wordt gesteld
op een belangrijk deel van de Nederlandse vaarwegen. De overige wijzigingen zijn actualisaties
van telefoonnummers en correcties van verkeerde afmetingen, die geen ingrijpende verandering
teweeg brengen in de rechten en plichten van burgers.
5. Uitvoering en handhaving
De voorschriften van het Binnenvaartpolitiereglement en de daarop gebaseerde regelgeving
worden strafrechtelijk gehandhaafd. De uitvoering en handhaving van deze wijziging
passen binnen de capaciteit van de handhavingsdiensten.
6. Inwerkingtreding
Het besluit 2017-I-11 van de CCR treedt in werking met ingang van 1 december 2018.
Vanwege de wens tot uniformering wordt aangesloten bij deze inwerkingtreding. Aansluiten
bij de vaste verandermomenten (een inwerkingtreding op 1 januari 2019 zo snel mogelijk
volgend op de implementatie op de Aktewateren) zou tot gevolg hebben dat gedurende
de maand december een verschillend regime op de Rijn, Waal en Lek enerzijds, en op
de overige wateren anderzijds zou gelden. Dat is onwenselijk.
De technische wijzigingen, opgenomen in de artikel I, onderdelen J, K en L treden
in overeenstemming met de vaste verandermomenten van regelgeving in werking met ingang
van 1 oktober 2018.
Artikelsgewijs deel
Artikel I, onderdelen A t/m I en M
Deze wijzigingen houden verband met de invoering van de elektronische meldplicht,
waarop wordt ingegaan in het algemeen deel van deze toelichting.
Artikel I, onderdelen J en K (wijziging van Bijlagen 1 en 2)
Tot op heden waren in bijlage 1 en 2 telefoonnummers van verkeersposten en verkeerscentrales
opgenomen. Omdat deze telefoonnummers vaak wijzigen, is besloten deze uit de regelgeving
te schrappen. De actuele telefoonnummers zijn op internet te vinden, onder andere
op de site vaarweginformatie bij het desbetreffende object of in het overzicht met de bedientijden van
alle objecten. Verder is in bijlage 1, de indeling van de sluizen en bruggen in Noord-Brabant
en Midden-Limburg aangepast aan de ingebruikname van de bediencentrale Tilburg en
Maasbracht.
Artikel I, onderdeel L (wijziging van Bijlage 3)
In bijlage 3 worden enkele wijzigingen aangebracht. Allereerst worden de toegestane
afmetingen op de Hollandsche IJssel gewijzigd. Uit onderzoek is gebleken dat een verantwoorde
verruiming mogelijk is.
Ten tweede wordt een verkeerde verwijzing naar een voetnoot hersteld. Voor het Kanaal
door Zuid-Beveland werd onterecht verwezen naar voetnoot 15, terwijl dit voetnoot
14 moet zijn. Met deze regeling wordt deze fout hersteld.
Ten derde komen twee rijen in bijlage 3 te vervallen, namelijk de rijen beginnende
met ‘Noordervaart’ en ‘Sluis Hulzen’. De Noordervaart is onttrokken aan het openbaar
scheepvaartverkeer. Daardoor wordt sluis Hulsen niet meer bediend. Door de Noordervaart
te onttrekken aan het scheepvaartverkeer vervalt de bediening en het onderhoud aan
de scheepvaartgerelateerde elementen. Voor het onttrekkingsbesluit is contact geweest
met de omgeving en de belangen zijn in kaart gebracht en afgewogen. Door de Noordervaart
te sluiten, ontstaan mogelijkheden om het kanaal anders in te richten, waar de omgeving
belang bij heeft.
Ten vierde worden drie rijen toegevoegd die betrekking hebben op het traject Belgische
grens tot en met sluis 13. Deze rijen zijn bij de vorige wijziging abusievelijk weggevallen.
Ten slotte worden enkele verkeerde afmetingen en verwijzingen gecorrigeerd.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga