Besluit van de raad van bestuur van de kansspelautoriteit van 2 augustus 2018, kenmerk 01.039.119, inzake wijziging van de voorschriften verbonden aan de vergunning tot het organiseren van de staatsloterij

De raad van bestuur van de kansspelautoriteit;

Gezien de wens de voorschriften verbonden aan de vergunning voor de staatsloterij beter te laten aansluiten bij het huidige beleid en de bestaande praktijk met betrekking tot de afdracht aan de Staat;

Gelet op artikel 10, eerste en derde lid, van de Wet op de kansspelen;

Besluit:

Enig Artikel

Het besluit van 22 december 2017 met kenmerk 01.022.265 wordt met terugwerkende kracht ingetrokken.

De raad van bestuur van de kansspelautoriteit, namens deze, R.E. Heijungs Hoofd afdeling Toezicht & Consument

Bezwaar

U kunt tegen deze beslissing bezwaar maken door een gemotiveerd bezwaarschrift in te dienen binnen zes weken na de bekendmaking van deze beslissing. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar het volgende adres:

Kansspelautoriteit

Afdeling Juridische Zaken

Postbus 298

2501 CG Den Haag

U kunt uw bezwaarschrift ook door uw gemachtigde laten indienen. Als de gemachtigde geen advocaat is, moet u een machtiging bijvoegen bij uw bezwaarschrift.

Zorg ervoor dat uw bezwaarschrift in elk geval het volgende bevat:

  • Uw naam en adres;

  • De datum waarop u het bezwaarschrift schrijft;

  • Een kopie van de beslissing;

  • De gronden van uw bezwaar;

  • Uw handtekening of de handtekening van uw gemachtigde

Voor meer informatie kunt u op rijksoverheid.nl de brochure ‘Bezwaar en beroep tegen een beslissing van de overheid’ downloaden.

TOELICHTING

Met ingang van 1 januari 2018 heeft de Kansspelautoriteit de voorschriften met betrekking tot de afdracht in de vergunning voor de staatsloterij geschrapt.1 Dit was bedoeld om de afdracht van een staatsdeelneming aan de staat niet langer vast te leggen in de vergunning van de Kansspelautoriteit, maar via het instrumentarium van het staatsdeelnemingenbeleid (zoals het geval is bij Holland Casino, en ook bij de staatsloterij vóór 2005).

De Staatssecretaris van Financiën heeft deze wijziging nader toegelicht in een Algemeen Overleg over het Jaarverslag Beheer Staatsdeelnemingen 2016 op 17 januari 2018. Hij benadrukte hierbij dat de minimumhoogte van de afdracht, traditioneel 15% van de brutospelopbrengst op jaarbasis, niet ter discussie staat, en zou worden vastgelegd via het instrumentarium van het staatsdeelnemingenbeleid, zoals de statuten of een aandeelhoudersovereenkomst.

De Kansspelautoriteit heeft geconstateerd dat de hierboven genoemde voorziening voor de afdracht nog niet is getroffen. Daarmee is de reden voor het besluit van 22 december 2017 niet meer aan de orde.

Tegen die achtergrond heeft de Kansspelautoriteit ambtshalve besloten haar beschikking van 22 december 2017 in te trekken. Hiermee herleven de voorschriften met betrekking tot de afdracht (B.1 t/m B.3) zoals die zijn vastgesteld bij besluit van 22 augustus 2017.2 De Kansspelautoriteit kan het schrappen van de bepalingen B.1 tot en met B.3 opnieuw overwegen op het moment dat de bedoelde voorziening gereed en in werking is.


X Noot
1

Besluit van de raad van bestuur van de kansspelautoriteit van 22 december 2017, kenmerk 01.022.265, inzake wijziging van de voorschriften verbonden aan de vergunning tot het organiseren van de staatsloterij.

X Noot
2

Besluit van de raad van bestuur van de kansspelautoriteit van 22 augustus 2017, kenmerk 01.014.103, inzake wijziging van de voorschriften verbonden aan de vergunning tot het organiseren van de staatsloterij.

Naar boven