De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
Gelet op de artikelen 62, vierde lid, 63, tweede lid, en 63a, tweede lid, van het
Besluit stimulering duurzame energieproductie;
Besluit:
ARTIKEL I
De Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame energieproductie wordt als volgt
gewijzigd:
A
Aan artikel 1 wordt onder vervanging van de punt aan het eind van artikel 1 door een
puntkomma een begripsbepaling toegevoegd, luidende:
- – verificatieprotocol:
-
verificatieprotocol duurzaamheid vaste biomassa voor energietoepassingen als bedoeld
in artikel 4 van de Regeling conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor energietoepassingen.
B
Artikel 7 komt te luiden:
Artikel 7
-
1. Dit artikel is van toepassing op een subsidieontvanger die een daartoe bij een openstellingsregeling
aangewezen categorie productie-installatie bedrijft:
-
a. voor de productie van industriële stoom door middel van verbranding van houtpellets
in een ketel;
-
b. waarin vaste of gasvormige biomassa wordt omgezet in hernieuwbare elektriciteit of
hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte;
-
c. voor de productie van elektriciteit door middel van kolen waarin biomassa mee wordt
gestookt, of
-
d. voor de productie van hernieuwbare warmte, of hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare
warmte door middel van verbranding van houtpellets met een brander in een ketel, een
oven of een fornuis.
-
2. Een subsidieontvanger maakt gebruik van vaste biomassa die per levering vergezeld
gaat van de benodigde conformiteitsverklaringen van een erkende conformiteitsbeoordelingsinstantie
afhankelijk van de van toepassing zijnde duurzaamheidseisen, bedoeld in artikel 2
van de Regeling conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor energietoepassingen,
en ten aanzien van elke aard van vaste biomassa.
-
3. Van de totale massa vaste biomassa die in een kalenderjaar voor subsidie in aanmerking
komt, is ten hoogste 30% aangemerkt als gecontroleerde biomassa als bedoeld in onderdeel
12.6 van bijlage B, van de Regeling conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor energietoepassingen.
C
Na artikel 7 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 7a
De private conformiteitsbeoordelingsverklaring, bedoeld in artikel 63a, eerste lid,
van het besluit wordt afgegeven door een erkende conformiteitsbeoordelingsinstantie
als bedoeld in artikel 1 van het Besluit conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor
energietoepassingen op basis van verificatie overeenkomstig paragraaf 2.6 van het
verificatieprotocol.
D
Artikel 7b wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘aan de duurzaamheidscriteria, bedoeld in artikel 7,’ vervangen
door ‘aan artikel 7’.
2. Onder vernummering van het tweede en derde lid tot derde en vierde lid, wordt een
lid ingevoegd, luidende:
-
2. De verklaring, bedoeld in het eerste lid, wordt opgesteld overeenkomstig paragraaf
2.6 van het verificatieprotocol door een erkende conformiteitsbeoordelingsinstantie
als bedoeld in artikel 1 van het Besluit conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor
energietoepassingen.
3. In het derde lid (nieuw), aanhef en onderdelen a tot en met e, en het vierde lid
(nieuw), wordt ‘de duurzaamheidscriteria’ telkens vervangen door ‘de duurzaamheidseisen’.
ARTIKEL II
In de artikelen 32, derde lid, en 34, vierde lid, van de Regeling aanwijzing categorieën
duurzame energieproductie 2015 wordt ‘aan de duurzaamheidseisen voor vaste biomassa,
bedoeld in artikel 7 van de Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame energieproductie’
telkens vervangen door ‘aan artikel 7 van de algemene uitvoeringsregeling’.
ARTIKEL III
In de artikelen 30, derde lid, en 32, derde lid, van de Regeling aanwijzing categorieën
duurzame energieproductie najaar 2016 wordt ‘aan de duurzaamheidseisen voor vaste
biomassa, bedoeld in artikel 7 van de Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame
energieproductie’ telkens vervangen door ‘aan artikel 7 van de algemene uitvoeringsregeling’.
ARTIKEL IV
In artikel 30, derde lid, van de Regeling aanwijzing categorieën duurzame energieproductie
najaar 2017 wordt ‘aan de duurzaamheidseisen voor vaste biomassa, bedoeld in artikel
7 van de Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame energieproductie’ vervangen
door ‘aan artikel 7 van de algemene uitvoeringsregeling’.
ARTIKEL V
In de artikelen 30, derde lid, en 32, derde lid, van de Regeling aanwijzing categorieën
duurzame energieproductie voorjaar 2016 wordt ‘aan de duurzaamheidseisen voor vaste
biomassa, bedoeld in artikel 7 van de Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame
energieproductie’ telkens vervangen door ‘aan artikel 7 van de algemene uitvoeringsregeling’.
ARTIKEL VI
In de artikelen 30, derde lid, en 32, derde lid, van de Regeling aanwijzing categorieën
duurzame energieproductie voorjaar 2017 wordt ‘aan de duurzaamheidseisen voor vaste
biomassa, bedoeld in artikel 7 van de Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame
energieproductie’ telkens vervangen door ‘aan artikel 7 van de algemene uitvoeringsregeling’.
ARTIKEL VII
In de artikelen 36, derde lid, en 38, tweede lid, van de Regeling aanwijzing categorieën
duurzame energieproductie voorjaar 2018 wordt ‘aan de duurzaamheidseisen voor vaste
biomassa, bedoeld in artikel 7 van de Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame
energieproductie’ telkens vervangen door ‘aan artikel 7 van de algemene uitvoeringsregeling’.
ARTIKEL VIII
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2019.
TOELICHTING
1. Inleiding
Onderhavige wijzigingsregeling wijzigt de Algemene uitvoeringsregeling stimulering
duurzame energieproductie (hierna: de regeling) en een aantal openstellingsregelingen.
De wijziging houdt verband met de inwerkingtreding van het Besluit conformiteitsbeoordeling
vaste biomassa voor energietoepassingen en de Regeling conformiteitsbeoordeling vaste
biomassa voor energietoepassingen (hierna het Besluit conformiteitsbeoordeling, respectievelijk
de Regeling conformiteitsbeoordeling) per 1 januari 2018.
2. Achtergrond
Het Besluit conformiteitsbeoordeling en de Regeling conformiteitsbeoordeling dienen
ter uitvoering van het Energieakkoord voor duurzame groei (hierna: Energieakkoord).
In het Energieakkoord is afgesproken dat de stimulering van het bij- en meestoken
van vaste biomassa in kolencentrales wordt gekoppeld aan duurzaamheideisen die onder
de Wet milieubeheer zijn vastgesteld. Hiertoe zijn door de bij dit onderdeel van het
Energieakkoord betrokken milieuorganisaties, energiebedrijven en de rijksoverheid
duurzaamheidseisen overeengekomen. De betrokkenheid van de milieuorganisaties en energiebedrijven
heeft ertoe geleid dat de duurzaamheidseisen zodanig zijn geformuleerd dat het belang
van het milieu en de uitvoerbaarheid van de duurzaamheidseisen zoveel mogelijk gewaarborgd
zijn. In het Besluit conformiteitsbeoordeling en de Regeling conformiteitsbeoordeling
is een publiekrechtelijk systeem opgenomen in aanvulling op het privaatrechtelijk
stelsel van geaccrediteerde certificerings- en verificatie-instanties voor de duurzaamheid
van vaste biomassa voor energietoepassingen. Alleen voor biomassa waarvoor door erkende
conformiteitsbeoordelingsinstanties de nodige conformiteitsverklaringen zijn afgegeven,
wordt subsidie verleend.
3. Wijzigingen
Door de inwerkingtreding van het Besluit conformiteitsbeoordeling en de Regeling conformiteitsbeoordeling
kan de bijlage met de duurzaamheidseisen in de regeling komen te vervallen. Zie daartoe,
artikel I, onderdeel E. Daarvoor in de plaats komt een nieuw artikel 7. In dit artikel
is geregeld dat alle vaste biomassa die wordt gebruikt voor de subsidiabele energieproductie
moet zijn voorzien van de benodigde conformiteitsverklaringen. Onderdeel C13.6 van
de bijlage 4 die bij onderhavige wijzigingsregeling wordt ingetrokken, betreft de
verhouding van verschillende duurzaamheidswaarderingen van vaste biomassa bij vermenging.
In verband met het administratieve karakter van deze duurzaamheidseis is deze niet
onder de Wet milieubeheer vastgesteld. Deze eis die onontbeerlijk is in het geheel
van duurzaamheidseisen dat in het kader van het Energieakkoord is overeengekomen,
is opgenomen in artikel 7 (nieuw), derde lid, van de regeling.
Op grond van artikel 63a van het Besluit stimulering duurzame energieproductie kan
in de beschikking tot subsidieverlening de verplichting opgelegd worden dat de subsidieontvanger
een private conformiteitsbeoordelingsverklaring overlegt over de reductie van broeikasgassen
en de volledigheid van de benodigde conformiteitsbeoordelingen. Deze conformiteitsbeoordelingsverklaring
komt overeen met de zogenaamde conformiteitsjaarverklaring zoals deze in het verificatieprotocol
van de Regeling conformiteitsbeoordeling is opgenomen.
Ten aanzien van de subsidieontvangers die subsidie ontvangen voor het verstoken van
vaste biomassa zonder dat in de verleningsbeschikking is bepaald dat de conformiteitsbeoordelingsverklaring,
bedoeld in artikel 63a van het Besluit stimulering duurzame energieproductie, moet
worden overgelegd, geldt dat er jaarlijks een duurzaamheidsverslag moet worden overgelegd.
Dit duurzaamheidsverslag voldoet aan dezelfde eisen als de conformiteitsjaarverklaring.
Zie hiertoe de wijziging van artikel I, onderdeel D. Het is gerechtvaardigd deze aanvullende
eis te stellen ten aanzien van de subsidies die reeds zijn verleend, aangezien de
subsidies alsmede de verplichtingen uitvloeisel zijn van het Energieakkoord en de
subsidieontvangers zijn vertegenwoordigd bij de besprekingen over de uitvoering van
het akkoord en met deze uitvoering is ingestemd.
Onderhavige wijzigingsregeling wijzigt in de artikelen II tot en met VII een aantal
openstellingsregelingen, zodat deze in lijn worden gebracht met de gewijzigde regeling.
4. Notificatie technische voorschriften
De ontwerpregeling is ingevolge richtlijn (EU) 2015/1535 van het Europees Parlement
en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied
van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij
voorgelegd aan de Europese Commissie. Het gaat hier om een kennisgeving die betrekking
heeft op technische specificaties of andere eisen die verbonden zijn met fiscale of
financiële maatregelen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel f, onder iii,
van richtlijn (EU) 2015/1535. Voor deze kennisgeving geldt geen stand still-periode
(artikel 7, vierde lid, van die richtlijn).
5. Regeldruk
In het Besluit van 1 november 2017, houdende regels inzake de conformiteitsbeoordeling
van vaste biomassa voor energietoepassingen door erkende conformiteitsbeoordelingsinstanties
(Besluit conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor energietoepassingen) zijn de
totale bedrijfseffecten en nalevingskosten voor het bedrijfsleven, de bestuurslasten
en de milieueffecten beschreven in de nota van toelichting bij het besluit onder 8.
Ook de vereiste conformiteitsbeoordelingsverklaring, bedoeld in artikel 63a van het
Besluit stimulering duurzame energieproductie is niet aanvullend bovenop de bestaande
regelgeving. Daarom zijn de effecten op de administratieve lasten per saldo nihil.
6. Inwerkingtreding
De regeling treedt in werking op 1 januari 2019. Dit is in overeenstemming met het
kabinetsbeleid inzake de vaste verandermomenten.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes