Besluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat van 28 juni 2018, nr. IenW/BSK-2018/136007, tot wijziging van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland op het terrein van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu 2015 in verband met de subsidiëring van activiteiten in het kader van het programma CIRCO en het programma Nederland Circulair en subsidiebeschikkingen betreffende elektrisch vervoer aan de bijlage, het vervallen van de regelingen ten aanzien van ruimte uit de bijlage en enige redactionele wijzigingen

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 10:3, 10:4, eerste lid, 10:9, eerste lid, en 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht;

Gezien de schriftelijke instemming van de algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemende Nederland van het toenmalige Ministerie van Economische Zaken van 7 december 2016, kenmerk MD201655INSTHH, en de schriftelijke instemming van de algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat van 16 november 2017, kenmerk MD201735INSTHH;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland op het terrein van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu 2015 wordt als volgt gewijzigd:

A

In de artikelen 1, 2 en 3 wordt ‘het Ministerie van Economische Zaken’ vervangen door ‘het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat’.

B

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt ‘de Minister van Infrastructuur en Milieu’ vervangen door ‘de Minister van Infrastructuur en Waterstaat’ en wordt ‘DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU’ vervangen door ‘DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT’.

2. In het derde lid wordt ‘de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu’ vervangen door ‘de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat’ en wordt ‘DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU’ vervangen door ‘DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT’.

C

In artikel 7 wordt ‘het Ministerie van Infrastructuur en Milieu 2015’ vervangen door ‘het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat’.

D

De bijlage wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift wordt ‘het Ministerie van Infrastructuur en Milieu 2015’ vervangen door: het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

2. In onderdeel A – spoor en weg wordt in de alfabetische rangschikking ingevoegd:

  • Incidentele subsidiebeschikkingen met betrekking tot de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van elektrisch vervoer voortvloeiend uit de Europese en nationale regels voor elektrisch vervoer en de Green Deal Elektrisch Vervoer 2016-2020, voor zover deze voor 26 oktober 2017 was opgedragen aan de Minister van Economische Zaken.

3. In onderdeel C – milieu wordt in de alfabetische rangschikking ingevoegd:

  • Incidentele besluiten programma CIRCO en programma Nederland Circulair.

4. Onderdeel D – ruimte vervalt.

ARTIKEL II

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

  • 2. Dit besluit, met uitzondering van artikel I, onderdeel D, onder 3, werkt terug tot en met 26 oktober 2017.

  • 3. Artikel I, onderdeel D, onder 3, werkt terug tot en met 1 april 2017.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende tegen dit besluit binnen zes weken na de dag, waarop dit is bekendgemaakt, een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, ter attentie van de Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, sector Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, Postbus 20906, 2500 EX Den Haag. Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • a. de naam en het adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een vermelding van de datum en het nummer of het kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt; en

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich niet met het besluit kan verenigen.

TOELICHTING

Inleiding

Het mandaatbesluit geeft de bevoegdheid aan de algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat om namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat besluiten te nemen.

Met ingang van 26 oktober 2017 is het kabinet Rutte-III benoemd. Daarbij hebben naamswijzigingen van ministeries en departementale herindelingen plaatsgevonden. Deze vormen de aanleiding voor de wijzigingen in het onderhavige besluit, met uitzondering van artikel I, onderdeel D, onder 3.

Onderdeel C van de bijlage bij het Besluit mandaat, volmacht en machtiging algemeen directeur Rijksdienst voor Ondernemend Nederland op het terrein van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu 2015 (hierna: het algemene mandaatbesluit) is gewijzigd in verband met het besluit om de uitvoering van het Programma Nederland Circulair en het daarop aansluitende programma CIRCO te mandateren aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (hierna: RVO.nl). De redenen daarvoor worden hieronder uiteengezet.

Naamwijzigingen ministeries en departementale herindeling

Met het kabinet Rutte-III hebben naamswijzigingen van ministeries en departementale herindelingen plaatsgevonden. Voor het algemene mandaatbesluit heeft dat ook gevolgen. De toenmalige ministeries van Infrastructuur en Milieu en Economische Zaken zijn omgedoopt tot respectievelijk Infrastructuur en Waterstaat en Economische Zaken en Klimaat. Daarnaast is een Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit ingesteld. Er is van de gelegenheid gebruikgemaakt om deze naamswijzigingen door te voeren via artikel I, onderdelen A, B, C en D, onder 1, van dit besluit.

Departementale herindelingen liggen ten grondslag aan de wijzigingen in artikel I, onderdeel D, onder 2 en 4, van dit besluit. Enerzijds is de verantwoordelijkheid voor het dossier elektrisch vervoer overgegaan van het toenmalige Ministerie van Economische Zaken naar het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Aangezien de toenmalige Minister van Economische Zaken ten aanzien van elektrisch vervoer enige incidentele (subsidie)besluiten heeft genomen, worden deze (in algemene zin) toegevoegd aan (onderdeel A van de bijlage bij) het algemene mandaatbesluit, opdat RVO.nl deze besluiten kan blijven uitvoeren en zo nodig kan wijzigen. Voor de formulering is aangesloten bij het koninklijk besluit tot departementale herindeling.

Anderzijds vallen ruimtelijke ordening en ruimtelijke ontwikkeling niet (meer) onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, maar onder die van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Dat heeft tot gevolg dat geen mandaat meer verleend kan worden door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat ten aanzien van de regelingen op het gebied van ruimte, genoemd in onderdeel D van de bijlage bij het algemene mandaatbesluit.

CIRCO

De activiteiten van het programma CIRCO zijn erop gericht Nederlandse maakbedrijven bekend en vertrouwd te maken met de principes van het ontwerpen voor een circulaire economie, zodat deze bedrijven bij het ontwikkelen van nieuwe producten, diensten of businessmodellen structureel overwegen deze principes toe te passen. Onder maakbedrijven wordt daarbij verstaan het geheel van economische activiteiten waarbij grootschalig en machinaal materialen tot nieuwe producten worden verwerkt. Het programma CIRCO is gestart in 2014, als onderdeel van Nederland Circulair (zie nader hieronder). Het programma helpt bedrijven bij het circulair maken van hun producten en businesscases via circulair ontwerp. Circulair ontwerp – gericht op lange levensduur, goede herbruikbaarheid, repareerbaarheid en recyclebaarheid – is een belangrijk onderdeel van het rijksbrede programma ‘Nederland Circulair in 2050’. In 2017 en 2018 zijn en worden daarom nog eens 500 bedrijven en 100 ontwerpers getraind, waarbij een toegesneden aanpak zal worden gevolgd die overeenkomt met de aard en behoeften van de vijf prioriteiten uit het rijksbrede programma. Ervaringen uit de praktijk en tools komen beschikbaar voor alle bedrijven in Nederland.

Nederland Circulair

De activiteiten van het programma Nederland Circulair zijn gericht op het ondersteunen van bedrijven om ze meer en sneller te laten werken aan de circulaire economie in Nederland. De focus van de activiteiten ligt bij inspiratie, matchmaking en activering, met specifieke aandacht voor startende bedrijven (de zogenoemde ‘start-ups’), kennisontwikkeling en -borging en het uitbouwen van het netwerk tot een breed gedragen beweging. Het programma Nederland Circulair bestaat uit de volgende onderdelen:

  • faciliteren van circulair ondernemende start-ups, veelal kleine of middelgrote bedrijven;

  • inspiratie verlenen over circulair Nederland, onder meer door de zeer uitgebreide en interactieve website www.circulairondernemen.nl door te ontwikkelen, die ook een zeer grote selectie van circulaire projecten en bedrijven in Nederland bevat, en het organiseren van bijeenkomsten voor bedrijven;

  • matchmaking, oftewel het activeren en ondersteunen van individuele bedrijven en groepen van bedrijven die circulair willen ondernemen door vraagarticulatie en ondersteuning op maat;

  • leren van en in de praktijk door het organiseren van communities of practice, het uitbrengen van een kenniskaart circulaire economie en het uitbrengen van een stand van zaken van circulaire economie in Nederlandse subsidieregelingen.

Administratieve lasten en andere gevolgen

Dit wijzigingsbesluit brengt geen administratieve lasten of bedrijfseffecten met zich mee. Behalve het feitelijk nemen van de besluiten voert RVO.nl al alle taken uit ten aanzien van het programma CIRCO, het programma Nederland Circulair en de subsidiebeschikkingen omtrent elektrisch vervoer.

Inwerkingtreding

Er is voor gekozen om de inwerkingtreding van dit besluit zo snel mogelijk te laten plaatsvinden. Hiermee wordt het mogelijk gemaakt dat RVO.nl direct bevoegd is om te handelen namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat. Hiermee wordt afgeweken van de voor regelgeving geldende vaste verandermomenten en van de invoeringstermijn.

Voor de belanghebbenden bij het programma CIRCO en het programma Nederland Circulair is het van belang dat de afgifte van beschikkingen zo snel en efficiënt mogelijk gebeurt. Aangezien RVO.nl nu al werkzaamheden verricht ten aanzien van de genoemde programma’s en regelingen, zijn belanghebbenden erbij gebaat dat RVO.nl zo spoedig mogelijk namens de minister kan handelen. Daarom wordt gebruikgemaakt van de uitzondering op de systematiek van de vaste verandermomenten, genoemd in aanwijzing 4.17, vierde lid, aanhef en onderdeel a, van de Aanwijzingen voor de regelgeving.

Ten aanzien van de programma’s CIRCO en Nederland Circulair wordt het mandaat verleend met terugwerkende kracht tot en met 1 april 2017. In de praktijk handelt RVO.nl vanaf die datum namens de toenmalige Minister van Infrastructuur en Milieu. Daarvoor was een besluit ondertekend, maar door dat is per abuis niet gepubliceerd en derhalve (gezien de inwerkingtredingsbepaling die voorschrijft dat inwerkingtreding plaatsvindt met ingang van de dag volgend op de datum van publicatie in de Staatscourant) nooit in werking getreden. Met het onderhavige besluit is dit hersteld.

Aan de overige wijzigingen, die voortvloeien uit de naamswijziging van ministeries en de departementale herindeling, wordt terugwerkende kracht verleend tot het moment waarop die zijn gerealiseerd, te weten 26 oktober 2017. Aangezien het hier slechts technische wijzigingen betreft, is dit niet bezwaarlijk en worden geen partijen benadeeld.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

Naar boven