Bekendmaking m.e.r.-beoordelingsbesluit Bemaling Verdiepte ligging Rijnlandroute Kuip WE  

Logo Hoogheemraadschap van Rijnland

Het college van dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Rijnland maakt als bevoegd gezag, gelet op artikel 7.17 van de Wet Milieubeheer het volgende bekend:

Op 2 maart 2018 heeft het college een verzoek tot een m.e.r.-beoordeling van Comol5 V.O.F. ontvangen. Het verzoek betreft het onttrekken van 3,125 miljoen m3 grondwater in een periode van 8 à 10 maanden waarvan, afhankelijk van het zoutgehalte van het onttrekkingswater en de toegestane zoutvracht op het boezemsysteem van Rijnland, het spanningswater wordt geretourneerd of wordt geloosd op het oppervlaktewater. De bemalingswerkzaamheden zijn benodigd voor het aanleggen van de verdiepte ligging van de Rijnlandroute, Kuip WE.

Ter onderbouwing is bij het verzoek een rapport bijgesloten betreffende de bouwput- en retourbemaling met een beschouwing van de mogelijke milieueffecten.

Voor deze activiteit dient een watervergunning te worden aangevraagd op grond van de Keur Rijnland 2015. Ingevolge artikel 7.2 van de Wet Milieubeheer en categorie D 15.2 van het Besluit milieu-effectrapportage is het voornemen van Comol5 V.O.F m.e.r.-beoordelingsplichtig. Ten behoeve van de besluitvorming over de aangevraagde watervergunning dient het college van dijkgraaf en hoogheemraden daarom te beslissen of er voor de voorgenomen activiteit een milieueffectrapport (MER) moet worden opgesteld vanwege mogelijke belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu. Deze mogelijke gevolgen zijn conform artikel 7.17 lid 3 van de Wet Milieubeheer beoordeeld aan de hand van:

 

  • 1.

    de kenmerken van de activiteit;

  • 2.

    de plaats waar de activiteit wordt verricht;

  • 3.

    de kenmerken van het potentiële effect van de activiteit.

 

Beoordeling

Omdat de activiteit naar verwachting niet leidt tot belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu heeft het college van dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Rijnland besloten dat Comol5 V.O.F voor deze activiteit geen MER hoeft op te stellen.

 

Bezwaar

Op grond van artikel 6:3 van de Algemene Wet Bestuursrecht wordt deze beoordeling beschouwd als een voorbereidingsbesluit (voor de watervergunning) waartegen geen bezwaar of beroep kan worden ingediend, tenzij aangetoond kan worden dat deze beoordeling los van de voor te bereiden watervergunning een belanghebbende rechtstreeks in zijn belang treft. U kunt uw bezwaren te zijner tijd kenbaar maken in het kader van de procedure die gevolgd wordt naar aanleiding van de aanvraag om een watervergunning.

 

Inzage

De relevante stukken liggen met ingang van 26 juni 2018 gedurende 6 weken ter inzage bij het Hoogheemraadschap van Rijnland (Archimedesweg 1 te Leiden) en aan de linkerkant van deze bekendmaking. Het kantoor is geopend op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur.

Leiden, 25 juni 2018

Naar boven