Verkeersmaatregel Fregatweg

Logo Maastricht

Ruimte / Mobiliteit / 2018-04915

Gemeente Maastricht

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Overwegende, dat de Fregatweg een gebiedsontsluitingsweg is in Maastricht;

dat de kruising Hoekerweg-Fregatweg een belangrijke verbinding is;

dat de voorrangssituatie van de kruising is aangepast om extra verkeer op te vangen;

dat het verkeer op de Hoekerweg voorrang heeft op de Fregatweg;

dat er hierdoor wachtrijen ontstaan voor het verkeer op de Fregatweg, vooral tijdens de ochtendspits;

dat fietsers geen voorrang hebben bij het oversteken van de Hoekerweg;

dat het voor fietsers soms lastig oversteken is, vooral tijdens de ochtendspits;

dat het gewenst is om de doorstroming te verbeteren op dit kruispunt;

dat voor het verbeteren van de doorstroming gekozen is voor het realiseren van een rotonde op de kruising Fregatweg-Hoekerweg;

dat een rotonde een veilige verkeersoplossing is met een relatief hoge afwikkelingscapaciteit;

dat in de nieuwe situatie de fietsers op de rotonde, in navolging van de richtlijnen, voorrang krijgen op de automobilisten;

dat deze maatregelen worden genomen om de veiligheid op de weg te verzekeren en de weggebruikers en passagiers te beschermen;

dat deze maatregelen worden genomen voor het in stand houden van weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

dat deze maatregelen worden genomen voor het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;

dat plaatsing van de in dit besluit genoemde verkeerstekens geschiedt zoals weergegeven in de tekening;

dat betreffende straat in beheer en onderhoud is bij de gemeente Maastricht;

BESLUITEN

 

  • 1.

    in te trekken het bepaalde ten aanzien van de Fregatweg in hun besluit van 17 september 2014, Ruimte / Mobiliteit en Milieu / 2014-34282;

  • 2.

    door het verwijderen van de borden B1 en B6 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderborden en haaientanden, het zuidelijke deel van de Fregatweg, aansluitend op de Hoekerweg op te heffen als voorrangsweg ten opzichte van het noordelijke deel van de Fregatweg;

  • 3.

    door het plaatsen van de borden C2 van Bijlage I van het RVV 1990 de inrit bij het spoor, ten westen van de rotonde, aan te wijzen als eenrichtingsweg gesloten voor alle verkeer vanaf de rotonde;

  • 4.

    door het plaatsen van de borden D1 en B6 van Bijlage I van het RVV 1990 en haaientanden de kruising Fregatweg-Hoekerweg aan te wijzen als rotonde waarbij het verkeer op de rotonde voorrang heeft op de aansluitende wegen;

  • 5.

    door het plaatsen van de borden G11 van Bijlage I van het RVV 1990 het vrijliggende pad op de rotonde aan te wijzen als verplicht fietspad;

  • 6.

    door het verwijderen van de borden G12a van Bijlage I van het RVV 1990en het plaatsen van de borden G11 van Bijlage I van het RVV 1990 de vrijliggende paden aan weerszijden van de Fregatweg te wijzigen van fiets/bromfietspad naar verplicht fietspad;

  • 7.

    door het in stand houden van de borden B1 en B6 van Bijlage I van het RVV 1990 en haaientanden de Fregatweg aan te wijzen als voorrangsweg, vanaf de aansluiting met de Kotterweg in noordelijke richting;

  • 8.

    door het in stand houden van de borden D2 van Bijlage I van het RVV 1990 op de middengeleiders van de Fregatweg aan te geven dat alle bestuurders het bord voorbij dienen te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft;

  • 9.

    door het in stand houden van de dubbele doorgetrokken asstreep als bedoeld in artikel 76 lid 1 van het RVV 1990, een inhaalverbod in te stellen op de Fregatweg.

 

Maastricht, 22 mei 2018

Namens het college van burgemeester en wethouders van Maastricht,

Wethouder Duurzaamheid, Mobiliteit en Kenniseconomie,

voor deze,

Teammanager Mobiliteit,

E. Westbroek

Dit besluit is op de in de gemeente gebruikelijke wijze ter openbare kennis gebracht van 31 mei 2018 tot en met 12 juli 2018, waarvan mededeling is gedaan in de Staatscourant van 31 mei 2018.

 

Bezwaar en voorlopige voorziening

Op grond van het bepaalde in de artikelen 8:1 juncto artikel 7:1 juncto artikel 6:4 van de Awb kan, door degenen wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen een termijn van zes weken, ingaande op de dag na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt c.q. is verzonden of uitgereikt, bij ons college een bezwaarschrift worden ingediend.

U kunt het bezwaarschrift digitaal of schriftelijk indienen.

Als u het bezwaarschrift digitaal wilt indienen, kunt u dit doen via www.gemeentemaastricht.nl/bezwaar. U vindt hier een formulier waarmee u bezwaar kunt maken.

U kunt het bezwaarschrift ook per post indienen.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

. de naam en het adres van de indiener;

. de dagtekening;

. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

. de gronden van het bezwaar.

Wij verzoeken u in het bezwaarschrift ook uw telefoonnummer en (zo mogelijk) uw

e-mailadres te vermelden.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het college van Burgemeester en wethouders van Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht.

Het indienen van bezwaar heeft geen schorsende werking. Om de inwerkingtreding van het besluit en de gevolgen daarvan op te schorten kan om een voorlopige voorziening worden verzocht. Het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, bestuursrecht, postbus 950 te 6040 AZ te Roermond.

Van de verzoeker van een voorlopige voorziening wordt een griffierecht geheven. U wordt door de griffie van de rechtbank geïnformeerd over de hoogte van het griffierecht en de wijze van betaling.

U kunt ook digitaal een voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaardenl

Bijlage

Naar boven