Onderwerp: Verkeersbesluit verkeersmaatregelen woonwijk Marsch Kruserbrink

Logo Hardenberg

De teamleider Infrastructuur, Gebouwen en Gronden van de afdeling Openbaar Gebied van de bestuursdienst Ommen-Hardenberg,

gelet op artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994, waarin is bepaald dat de plaatsing of verwijdering van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens en onderborden voor zover daardoor een gebod of een verbod ontstaat of wordt gewijzigd, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

gelet op artikel 12 van deze algemene maatregel van bestuur, het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer, waarin de verkeerstekens worden genoemd, waarvan de plaatsing of verwijdering dient te geschieden krachtens verkeersbesluit;

gelet op het delegatie- en mandaatbesluit "Nadere regeling delegatie en mandaat 2001" van de gemeente Hardenberg van 2001; het besluit onder mandaat en -volmacht Algemeen Directeur Bestuursdienst Ommen Hardenberg betreffende aan hem gemandateerd en in volmacht gegeven bevoegdheden van het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Hardenberg, waarbij de bevoegdheid tot het nemen van verkeersbesluiten als bedoeld in artikel 18, eerste lid, onder d van Wegenverkeerswet 1994 aan hem is gedelegeerd.

Overwegende:

- dat de nieuwe woonwijk Marsch-Kruserbrink zijn voltooiing nadert;

- dat de woonwijk bestaat uit nieuw aangelegde wegen (Voermanstraat, Blauwververstraat, Barbierstraat) en heringerichte wegen (Marslaan, Prengerlaan en Kruserbrink);

- dat al deze wegen binnen de bestaande 30 km/uur zone liggen, waar volgens Duurzaam Veilig verblijven centraal staat;

- dat in de stedenbouwkundige visie van het centrum Hardenberg een hoofdfietsroute gepland is vanaf de Marslanden naar het station/scholen Burgemeester Schuitestraat;

- dat deze hoofdfietsroute loopt via de Amaliabrug, de Koehierdersteeg, de Prengerlaan, de Sportlaan en de Stationstraat;

- dat in verband met de aantrekkelijkheid van de fietsroute het gewenst is om een rechtstreekse verbinding te maken vanaf de Amaliabrug op de Prengerlaan;

- dat het aanleggen van een vrijliggend (brom)fietspad vanaf het huidige fietspad voor de Voorveghter naar de Prengerlaan daarvoor de beste optie is;

- dat hiervoor een gedeelte van het huidige fietspad voor de Voorveghter vervangen wordt door een bromfietspad;

- dat de aansluiting van het bestaande fietspad op de bromfietspad vormgegeven wordt als een gelijkwaardige (fiets)kruispunt;

- dat het bromfietspad in het verlengde van het kruispunt Prengerlaan-Badhuisplein aansluit op de Prengerlaan;

- dat de Prengerlaan en de Sportlaan gezien de functie als hoofdfietsroute binnen een 30 km/uur zone ingericht worden als fietsstraat;

- dat binnen een 30 km/uur zone in principe alle wegen gelijkwaardig zijn en er geen voorrangsregelingen toegepast worden;

- dat volgens het CROW (Ontwerpwijzer Fietsverkeer) hierop voor hoofdfietsroutes een uitzondering gemaakt kan worden;

- dat het vanwege de aantrekkelijkheid van de hoofdfietsroute en het comfort gewenst is deze hoofdfietsroute in de voorrang te leggen ten opzichte van de kruisende wegen;

- dat gezien de opzet en het karakter van de wijk het niet gewenst is om doorgaand verkeer door de wijk laten rijden;

- dat hierom bijvoorbeeld in de Marslaan een knip is aangebracht;

- dat door de inrichting van zowel de Prengerlaan en de Sportlaan als fietsstraat deze wegen ook voor doorgaand gemotoriseerd verkeer een aantrekkelijke route kan worden;

- dat gezien de verkeersveiligheid en de verkeerscirculatie dit niet gewenst;

- dat het instellen van éénrichtingsverkeer op de Prengerlaan hierom gewenst is;

- dat het éénrichtingsverkeer gaat gelden op de Prengerlaan, vanaf de voormalige zwembadlocatie tot aan de Sportlaan;

- dat de nieuwe woonwijk Marsch Kruserbrink gelegen is in het centrum van Hardenberg, op de grens tussen het betaald parkeren gebied en de het vergunninghouders gebied;

- dat de zonegrenzen liggen ter hoogte van de kruisingen van de Barbierstraat, de Blauwververstraat, de Voermanstraat en de Sportlaan met de Marslaan en op de Prengerlaan ter hoogte van de voormalige zwembadlocatie;

- dat deze zonegrenzen worden aangeduid met de juiste bebording en zonegrens markering;

- dat de bovengenoemde maatregelen reeds zijn uitgevoerd of binnenkort uitgevoerd worden;

- dat het treffen van de bovengenoemde verkeersmaatregelen op basis van artikel 2 van de Wvw 1994 strekken tot:

o het verzekeren van de veiligheid op de weg;

o het in stand houden van de weg en de bruikbaarheid daarvan;

- dat overeenkomstig artikel 24 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer overleg heeft plaatsgevonden met de verkeersadviseur van politie-eenheid Oost Nederland, district IJsselland, daartoe gemandateerd door de Korpschef en hij akkoord is met de voorgestelde maatregelen;

- dat de bebordingstekeningen met de titel “20180522 - bebordingstekening Marsch-Kruserbrink” en de titel “20180522 - bebordingstekening uitbreiding Marsch-Kruserbrink” behorende bij dit verkeersbesluit zijn bijgevoegd in de bijlage.

Besluit:

  • 1.

    het instellen van een vrijliggend bromfietspad vanaf de Amaliabrug tot aan de Prengerlaan, door middel van het plaatsen van bord G12a uit bijlage 1 van het RVV 1990:

    • a.

      ter hoogte van het kruispunt van het bromfietspad met de Vechtvoorde;

    • b.

      ter hoogte van het kruispunt van het bromfietspad met de Prengerlaan;

  • 2.

    het opheffen/inkorten van het bestaande fietspad voor de Voorveghter langs, door middel van het verplaatsen van bord G11 uit bijlage 1 van het RVV 1990, vanaf het kruispunt van het bestaande fietspad met de Vechtvoorde naar een locatie ter hoogte van het toekomstige kruispunt met aan te leggen bromfietspad;

  • 3.

    het instellen van voorrangsregelingen op de Prengerlaan en de Sportlaan, door middel van het plaatsen van borden B3, B6 en haaientanden uit bijlage 1 van het RVV 1990 op de volgende kruispunten:

    • a.

      het kruispunt Badhuisplein-Prengerlaan;

    • b.

      het kruispunt Voermanstraat-Prengerlaan;

    • c.

      het kruispunt Blauwververstraat-Prengerlaan;

    • d.

      het kruispunt Barbierstraat-Prengerlaan;

    • e.

      het kruispunt Sportlaan-Prengerlaan;

    • f.

      het kruispunt Sportlaan-Marslaan;

  • 4.

    het instellen van éénrichtingsverkeer op de Prengerlaan, door middel van het plaatsen van borden C2, C3 en C4 uit bijlage 1 van het RVV 1990 op de volgende locaties:

    • a.

      ter hoogte van de voormalige zwembadlocatie (bord C3);

    • b.

      het kruispunt Voermanstraat-Prengerlaan (bord C2 en C3);

    • c.

      ter hoogte van de uitrit van het parkeerterrein achter de woningen Blauwververstraat (bord C4);

    • d.

      het kruispunt Blauwververstraat-Prengerlaan (bord C2 en C3);

    • e.

      ter hoogte van de uitrit van het parkeerterrein achter de woningen Barbierstraat (bord C4);

    • f.

      het kruispunt Barbierstraat-Prengerlaan (bord C2 en C3);

    • g.

      het kruispunt Sportlaan-Prengerlaan (bord C2);

    • h.

      fietsers en bromfietsers van dit éénrichtingverkeer uit te zonderen door het aanbrengen van onderborden OB54.

  • 5.

    een afschrift van dit besluit te zenden aan:

    • a.

      de teamleider van het team Infrastructuur, Gebouwen en Gronden;

    • b.

      de teamchef van de politie. Eenheid Oost-Nederland, district IJsselland;

    • c.

      de teamleider van het team Buitendienst;

  • 6.

    dit besluit op de gebruikelijke wijze in de digitale Staatscourant en het weekblad De Toren bekend te maken.

Hardenberg, mei 2018

Hoogachtend,

namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hardenberg,

L.J. Luijben

Teamleider OG-Infrastructuur, gebouwen en gronden

Afdeling Openbaar Gebied

Bezwaarprocedure

Als u het niet eens bent met dit besluit, kunt u een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hardenberg. U kunt uw bezwaarschrift ook digitaal indienen via het digitale loket op www.hardenberg.nl. U hebt hiervoor wel een DigiD nodig.

Volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb) moet u het bezwaarschrift indienen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is verzonden. Onderteken uw bezwaarschrift en vermeld:

• uw naam en adres;

• de datum waarop u uw bezwaarschrift hebt geschreven;

• een omschrijving van het besluit waartegen uw bezwaar is gericht of een kopie van dit besluit (deze brief);

• de redenen voor uw bezwaar.

Daarnaast kunt u volgens artikel 8.81 van de Awb de Voorzieningenrechter van Rechtbank Overijssel verzoeken om een voorlopige voorziening te treffen, als er sprake is van zogenoemde ‘onverwijlde spoed’. U kunt alleen een voorlopige voorziening aanvragen, als u ook binnen zes weken een bezwaarschrift indient. U kunt uw verzoek om een voorlopige voorziening richten aan:

Rechtbank Overijssel, de voorzieningenrechter van de sector bestuursrecht

Postbus 10067

8000 GB Zwolle

Naar boven