VERKEERSBESLUIT

Logo Dalfsen

KOEPELALLEE: AANWIJZEN VERPLICHT FIETS-/BROMFIETSPAD OP DE DIJK

Burgemeester en wethouders van Dalfsen;

Overwegende dat:

de Koepelallee is gecategoriseerd als erftoegangsweg buiten de bebouwde kom waar een snelheidslimiet van 60 km/uur geldt;

de Koepelallee onderdeel uitmaakt van de fietsroute tussen Zwolle en Dalfsen en vanaf de gemeentegrens met Zwolle overgaat in de Maatgravenweg en aan Dalfser zijde ter hoogte van de aansluiting met de Westerallee overgaat in de Koepelallee (erftoegangsweg) en in zuidelijke richting aansluit op de Voetsteeg/Marshoekersteeg;

de gemeente Dalfsen en de gemeente Zwolle samen met de provincie Overijssel werken aan optimalisatie van de fietsroute tussen Dalfsen en Zwolle en deze ontwikkelen tot een regionale snelfietsroute;

op de Koepelallee, voor zover gelegen op de dijk tussen de gemeentegrens met Zwolle en de aansluiting met de Westerallee in Dalfsen, in de huidige situatie een geslotenverklaring voor gemotoriseerd verkeer van kracht is, aangegeven met verkeersborden C12 van Bijlage 1 van het RVV 1990;

aan de geslotenverklaring een uitzondering is toegekend voor landbouwverkeer en bestemmingsverkeer voor het perceel Maatgravenweg 12, middels een onderbord met daarop de tekst ‘uitgezonderd verkeer t.b.v. landbouw en Maatgravenweg 12’;

in 2001 een ruilverkavelingsproject heeft plaatsgevonden waarbij de percelen die voor de ruilverkaveling werden ontsloten via het hierboven genoemde pad op de dijk middels een nieuwe weg zijn aangesloten op de Hooiweg;

gezien het bovenstaande niet meer noodzakelijk is via het pad over de dijk het betreffende perceel te bereiken;

de huidige uitzondering voor Maatgravenweg 12 op de geslotenverklaring voor gemotoriseerd verkeer, zoals aangegeven op het onderbord, daarmee niet meer noodzakelijk is;

voor een aantal landbouwpercelen het nog wel noodzakelijk is via het pad op de dijk deze percelen te bereiken;

de huidige uitzondering voor landbouw verkeer op de geslotenverklaring voor gemotoriseerd verkeer, zoals aangegeven op het onderbord, daarom van kracht dient te blijven;

het pad op de dijk qua inrichting en uitstraling meer lijkt op een fiets-/bromfietspad dan op een weg geschikt voor gemotoriseerd verkeer;

het gezien het bovenstaande en de combinatie met de realisatie van de regionale snelfietsroute over het pad het ongewenst is dat gemotoriseerd verkeer, niet zijnde verkeer dat uitgezonderd is van de geslotenverklaring, nog langer gebruik maakt van het pad op de dijk;

de verkeersborden die de huidige geslotenverklaring aangeven aan vervanging toe zijn;

het plaatsen van de verkeersborden G12a (verplicht brom-/fietspad) beter aansluit bij het gewenste gebruik van het pad op de dijk en de functie van het pad over de dijk;

het mogelijk is een uitzondering te maken voor landbouwverkeer door het aanbrengen van een onderbord met de tekst ‘landbouw verkeer toegestaan’;

met het aanpassen van de bebording in de praktijk het verkeersgebruik van het pad op de dijk niet wijzigt;

overwogen is het pad aan te wijzen als verplicht fietspad of onverplicht fietspad, maar dat daarbij de omrijdfactor voor bromfietsers en snorfietsers te groot is;

het pad op de dijk niet op alle locaties voldoet aan de gewenste breedte voor een verplicht fiets-/bromfietspad buiten de bebouwde kom, maar dat vanwege het feit dat het huidige verkeersgebruik niet wijzigt en het feit dat geen aantoonbare ongevallen tussen (brom)fietser hebben plaatsgevonden in de afgelopen jaren, dit argument niet als dusdanig zwaar is beoordeeld om dit verkeersbesluit niet te nemen;

het bovenstaande punt over de breedte van het pad als aandachtspunt is meegegeven aan de werkgroep die aan de ontwikkeling van de snelfietsroute werkt;

de in dit besluit vermelde verkeersmaatregelen strekken tot de volgende in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen:

  • het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • het beschermen van weggebruikers en passagiers;

  • het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

  • het zo veel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.

de hierna genoemde weg, wegen c.q. weggedeelten voor een deel in beheer en onderhoud zijn bij de gemeente Dalfsen;

bij het opstellen van dit verkeersbesluit overleg is gevoerd met de gemeente Zwolle en dat de gemeente Zwolle positief staat tegenover de verkeersmaatregelen die in dit verkeersbesluit zijn opgenomen;

overleg met de politie, als bedoeld in artikel 24 van het BABW, heeft plaatsgevonden en dat de politie positief adviseert over het voorgenomen verkeersbesluit

gelet op:

  • de bepalingen van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW);

  • de bepalingen van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990);

  • de bepalingen van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW);

Besluiten:

  • 1.

    door het verwijderen van de verkeersborden C12 (gesloten voor alle motorvoertuigen) van bijlage 1 van het RVV 1990 inclusief onderbord ‘uitgezonderd verkeer t.b.v. landbouw en Maatgravenweg nr. 12’, de geslotenverklaring voor gemotoriseerd verkeer op de Koepelallee, voor zover gelegen op de dijk tussen gemeentegrens met Zwolle en de aansluiting met de Westerallee in de gemeente Dalfsen, op te heffen; 

  • 2.

    door het plaatsen van de verkeersborden G12a (verplicht fiets-/bromfietspad) van bijlage 1 van het RVV 1990 een verplicht fiets-/bromfietspad op de Koepelallee, voor zover gelegen op de dijk tussen gemeentegrens met Zwolle en de aansluiting met de Westerallee in de gemeente Dalfsen, aan te wijzen waarbij met onderborden wordt aangegeven dat het fiets-/bromfietspad in twee richtingen bereden mag worden en gebruik van het fiets-/bromfietspad door landbouwverkeer is toegestaan.

     

  • 3.

    Het besluit in werking te laten treden met ingang van de dag, nadat een termijn van zes weken na de dag waarop het besluit is bekend gemaakt is verstreken;

 

  • 4.

    Een afschrift van dit besluit te zenden aan Politie-eenheid Oost-Nederland en Veilig Verkeer Nederland Dalfsen.

Naar boven