Vaststelling bestemmingsplan ‘Havengebied Goes 1e herziening’

Burgemeester en wethouders van Goes maken, op grond van artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening, bekend dat de gemeenteraad het bestemmingsplan “Havengebied Goes 1e herziening” op 19 april 2018 gewijzigd heeft vastgesteld.

Het bestemmingsplan heeft betrekking op diverse aanpassingen van het bestemmingsplan “Havengebied Goes” uit 2016. De wijzigingen die bij de vaststelling zijn aangebracht betreffen de volgende onderwerpen: het maken van een onderscheid in bouwregels voor aanlegsteigers in twee verschillende delen van het gebied, het verschuiven van de grenzen van de bestemmingen “Groen” en “Bedrijf” ter plaatse van de te verleggen Westhavendijk, het verwijderen van de aanduiding “specifieke vorm van maatschappelijk - re-integratiebedrijf” ter plaatse van de locatie Houtkade 7, het verruimen van enkele binnenplanse afwijkingsbevoegdheden met betrekking tot het bouwen van (bedrijfs)woningen, het opnemen van regels over de vrijwaringszone molenbiotoop en het toevoegen van de in categorie 4.2 voorkomende betonmortelcentrale (SBI-code 2363, 2364) aan de Staat van Bedrijfsactiviteiten.

Het raadsbesluit en het vastgestelde bestemmingsplan zijn vanaf 3 mei 2018 gedurende zes weken digitaal te raadplegen via www.ruimtelijkeplannen.nl/web-roo/?planidn=NL.IMRO.0664.BPGS06-VG99 en tevens beschikbaar via www.goes.nl/bestemmingsplannen. Digitaal inzien kan, indien nodig, ook in het stadskantoor.

Gedurende de genoemde termijn kan een belanghebbende beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA ’s-Gravenhage. Beroep kan worden ingesteld door:

• een belanghebbende die tijdig zijn zienswijze bij de gemeenteraad kenbaar heeft gemaakt over het ontwerpbestemmingsplan;

• een belanghebbende die aantoont dat hij redelijkerwijs niet in staat is geweest om tijdig zijn zienswijze bij de gemeenteraad kenbaar te maken;

• een belanghebbende die door de wijziging die bij de vaststelling in het bestemmingsplan is aangebracht in een nadeligere positie wordt gebracht.

Het bestemmingsplan treedt in werking daags na afloop van de hiervoor genoemde beroepstermijn, tenzij bij de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een verzoek om voorlopige voorziening, zoals bedoeld in artikel 8.4 van de Wet ruimtelijke ordening, is gedaan. Als een verzoek om voorlopige voorziening is ingediend, treedt het bestemmingsplan pas in werking nadat op het verzoek is beslist.