Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rijkswaterstaat | Staatscourant 2018, 18733 | Onteigeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rijkswaterstaat | Staatscourant 2018, 18733 | Onteigeningen |
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Ingevolge artikel 72a, eerste lid, van de onteigeningswet kan onteigening van onroerende zaken plaatsvinden onder meer voor aanleg en verbetering van wegen, bruggen, spoorwegwerken en kanalen, alsmede daarop rustende zakelijke rechten. Daaronder wordt mede begrepen werken ter uitvoering van een tracébesluit als bedoeld in artikel 9, eerste lid, van de Tracéwet.
Het verzoek tot aanwijzing ter onteigening
De Minister van Infrastructuur en Milieu, thans de Minister van Infrastructuur en Waterstaat (hierna: verzoeker) heeft Ons bij brief van 17 juli 2017, kenmerk RWS-2017/26938 verzocht, om ten name van de Staat over te gaan tot het aanwijzen ter onteigening van de onroerende zaken in de gemeenten Rotterdam en Lansingerland. De onteigening wordt verzocht om de realisering mogelijk te maken van een nieuw weggedeelte in rijksweg A16, vanaf de bestaande rijksweg A13 ter hoogte van de N209/Doenkade en Rotterdam The Hague Airport tot de bestaande A16 in het knooppunt Terbregseplein, alsmede voor de reconstructie van rijksweg A13 vanaf de kruising met de Berkelse Zweth (A13 km. 14,64) tot 50 meter na de kruising met de Otterdijk (A13 km. 17,12), de reconstructie van rijksweg A20 vanaf de kruising met de Terbregseweg (A20 km. 35,44) tot aan de kruising met de Prins Alexanderlaan (A20 km. 37,13) en de reconstructie van rijksweg A16 vanuit het knooppunt Terbregseplein richting Breda tot aan de kruising met het Lagelandsepad (A16 km. 16,61), met bijkomende werken in de gemeenten Rotterdam en Lansingerland.
Planologische grondslag
De onroerende zaken waarop het verzoek betrekking heeft, liggen in de gemeenten Rotterdam en Lansingerland. Voor de realisering van het werk in deze gemeenten heeft de Minister van Infrastructuur en Milieu, in overeenstemming met de Staatssecretaris vanEconomische Zaken, op 29 juni 2016 het Tracébesluit A16 Rotterdam vastgesteld. Dit besluit is bij uitspraak van 2 augustus 2017, nummer 201607369/1/R6, van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State onherroepelijk geworden.
Toepassing uniforme openbare voorbereidingsprocedure
Overeenkomstig artikel 63, tweede lid, van de onteigeningswet en artikel 3:11, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) hebben het ontwerp koninklijk besluit en de in artikel 63 van de onteigeningswet bedoelde stukken vanaf 7 september 2017 tot en met 18 oktober 2017 in de gemeenten Lansingerland en Rotterdam en bij Rijkswaterstaat Corporate Dienst te Utrecht ter inzage gelegen.
Overeenkomstig artikel 3:12 van de Awb heeft Onze Minister van Infrastructuur en Milieu thans de Minister van Infrastructuur en Waterstaat (Onze Minister) van het ontwerp koninklijk besluit en van de terinzagelegging van de onteigeningsstukken openbaar kennis gegeven in de Heraut en De Havenloods Noord en in de Staatscourant van 6 september 2017, nr. 50480.
Verder heeft Onze Minister het ontwerp koninklijk besluit overeenkomstig artikel 3:13 van de Awb, voorafgaand aan de terinzagelegging toegezonden aan belanghebbenden, waaronder de verzoeker. Daarbij zijn de belanghebbenden gewezen op de mogelijkheid om schriftelijk of mondeling zienswijzen over het ontwerpbesluit naar voren te brengen en op de mogelijkheid over de zienswijzen te worden gehoord.
Overwegingen
Noodzaak en urgentie
De regio Rotterdam is één van de economische kerngebieden van Nederland. Het is ook één van de meest dichtbevolkte gebieden met belangrijke economische activiteiten. Het is ook één van de meest dichtbevolkte gebieden met belangrijke economische activiteiten. Naast het grootste havencomplex van Europa en de Greenport Westland tussen Den Haag en Rotterdam biedt de Rotterdamse regio ruimte aan zakelijke diensten en bedrijvigheid. De afgelopen jaren is al fors geïnvesteerd in de bereikbaarheid van deze regio.
Ondanks reeds eerder gedane investeringen zal de bereikbaarheid van de Rotterdamse regio via de weg, zelfs bij een lage economische ontwikkeling, na 2020 nog steeds structurele problemen kennen. De doorstroming op de A20 en de A13 is op dit moment al onvoldoende, hetgeen leidt tot veel vertraging. Zonder maatregelen zullen de verkeersintensiteiten op de A13 en A20 en op vrijwel alle wegvakken nog verder toenemen. De reistijden op zowel de A13 als A20 zijn nu, en zonder maatregelen ook in de toekomst, (ruim) boven de streefwaarden, met vertragingen en filevorming tot gevolg. Omdat er op A13 en A20 door gebrek aan parallel gelegen verbindingen verder geen goede alternatieven zijn, zoekt veel verkeer een alternatieve route via het onderliggende wegennet. De verkeersintensiteiten op het onderliggend wegennet zijn hierdoor relatief fors en deze zullen nog verder toenemen. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de bereikbaarheid van Rotterdam, maar ook voor de leefbaarheid in de stad en diverse wijken. Deze zal vooral in de woongebieden langs de A13 (Overschie) en langs delen van de A20 bij het niet nemen van maatregelen verslechteren.
Om de zojuist genoemde knelpunten op te lossen heeft het Ministerie van Infrastructuur en Milieu het voornemen om een nieuw weggedeelte tussen de bestaande A13 bij Rotterdam The Hague Airport en de bestaande aansluiting tussen de A16 en A20 in het knooppunt Terbregseplein te realiseren. Met het doortrekken van de A16 tussen deze punten ontstaat een nieuwe en parallelle verbinding aan de A13 en A20. Deze kan voor een deel de rol van de bestaande A13 en A20 voor het lange afstandsverkeer overnemen. In de nieuwe situatie kan het bedoelde lange afstandsverkeer het nieuwe weggedeelte van de A16 volgen en zo de route via het Kleinpolderplein en Terbregseplein vermijden. Verkeer met herkomst of bestemming Rotterdam kan gebruik (blijven) maken van de bestaande A13 en A20 via en tussen genoemde knooppunten. Dit zal leiden tot een betere spreiding en doorstroming van het verkeer op deze wegen, tot minder druk op het onderliggend wegennet en tot verbetering van de leefbaarheid in de gebieden rond de A13 en A20.
Om de werken en werkzaamheden tijdig te kunnen realiseren wenst de Staat de eigendom te verkrijgen, vrij van lasten en rechten, van de onroerende zaken die in het onteigeningsplan zijn begrepen.
De verzoeker heeft met de eigenaren overleg gevoerd om deze onroerende zaken minnelijk in eigendom te verkrijgen. Dit overleg heeft vooralsnog niet tot (volledige) overeenstemming geleid. Omdat het ten tijde van het verzoek naar het oordeel van de verzoeker niet aannemelijk was dat het overleg op afzienbare termijn tot vrijwillige eigendomsoverdracht zou leiden, heeft de Minister van Infrastructuur en Milieu een verzoek ingediend tot aanwijzing ter onteigening van deze onroerende zaken, om de tijdige verwezenlijking van het plan van het werk zeker te stellen.
Uit de Ons bij het verzoek overgelegde zakelijke beschrijving blijkt dat de aanbestedingsprocedure van het werk is gestart. Gunning zal naar verwachting in mei 2018 plaatsvinden, waarna de feitelijke werkzaamheden begin 2019 starten. Openstelling van de weg vindt uiterlijk eind 2024 plaats. Daarmee is aannemelijk dat zal worden voldaan aan de door Ons voor de aanvang van de werken en werkzaamheden gehanteerde termijn van ten hoogste vijf jaar na de datum van dit aanwijzingsbesluit.
Zienswijzen
Binnen de termijn dat het ontwerp koninklijk besluit ter inzage heeft gelegen, is/zijn daarover zienswijzen naar voren gebracht door:
1. BP Europe SE – BP Nederland, huurder van de onroerende zaak met het grondplannummer 5.129, verder te noemen: reclamante 1;
2. W.J. Neeleman, eigenaar van de onroerende zaak met het grondplannummer 57.3, verder te noemen: reclamant 2;
3. M.W. van der Heijden, eigenaar van de onroerende zaken met het grondplannummers 59.7, 59.8 en 59.9, verder te noemen: reclamant 3.
Overeenkomstig artikel 63, vierde lid, van de onteigeningswet heeft Onze Minister reclamanten in de gelegenheid gesteld te worden gehoord in een op 2 november 2017 te Lansingerland gehouden hoorzitting. Reclamant 1 heeft van deze gelegenheid gebruik gemaakt.
Overwegingen naar aanleiding van de zienswijzen
Wij hebben hetgeen reclamanten in hun zienswijzen naar voren brengen samengevat in de hierna volgende passages. Daarbij hebben wij tevens Onze overwegingen bij de zienswijzen weergegeven.
De zienswijze van reclamante 1
1.1
Reclamante betoogt dat zij in hoofdlijnen overeenstemming heeft bereikt met verzoeker over de schadeloosstelling en de voorwaarden van levering. Reclamante is nog met verzoeker in overleg over een geschikte vervangende locatie. Ook zullen de gemaakte afspraken nog in een overeenkomst vastgelegd moeten worden. Omdat de formele afronding van de gemaakte afspraken nog niet zal zijn voltooid, voordat de termijn voor het indienen van zienswijzen is verstreken, wil reclamante haar rechten in een eventuele (bezwaar- of beroeps)procedure betreffende het koninklijk besluit zeker stellen.
Ad 1.1
Uit de overgelegde stukken en verstrekte informatie is Ons gebleken dat partijen nog geen volledige overeenstemming hebben bereikt. In een overleg van 28 september 2017 hebben partijen in principe overeenstemming bereikt over de hoogte van de schadeloosstelling. Daarbij zijn nog drie aandachtspunten geconstateerd. Bij e-mail van 11 oktober 2017 bericht een vertegenwoordiger van reclamante de verwerver dat zij op hoofdlijnen akkoord is. Wel brengt betrokkene nog twee zaken naar voren, namelijk wat betreft de saneringskosten en de inspanningsverplichting voor het vinden van een vervangende locatie. De verwerver reageert per e-mailbericht van 12 oktober 2017 en gaat op de genoemde punten in. Op dezelfde datum laat de vertegenwoordiger per e-mailbericht weten dat reclamante akkoord gaat met het voorstel wat betreft de saneringskosten en de inspanningsverplichting voor het vinden van een vervangende locatie. De verwerver heeft hierop op 31 oktober 2017 de voicemail van de vertegenwoordiger van reclamante ingesproken en onder meer laten weten dat de overeenkomst over de beëindiging van de huur van de locatie voor 7 november 2017 in concept wordt toegezonden. Bij e-mail van 6 november 2017 is de conceptovereenkomst door verzoeker aan de vertegenwoordiger toegezonden.
Van de juridische levering van de van reclamante benodigde onroerende zaak is daarom thans nog geen sprake. Verzoeker kan daardoor nog niet beschikken over deze voor de realisering van het werk van reclamante benodigde onroerende zaak. Hierbij merken Wij op, dat volgens de onteigeningspraktijk het bereiken van een grote mate van overeenstemming niet in alle gevallen automatisch tot spoedige ondertekening van een overeenkomst en probleemloze eigendomsoverdracht leidt. De urgentie van de uitvoering van het werk laat evenwel geen vertraging toe in de aanwijzing ter onteigening van de benodigde onroerende zaken. Dientengevolge blijft deze aanwijzing noodzakelijk.
Gelet op het vorenstaande geeft de zienswijze van reclamante 1 Ons geen aanleiding om het verzoek tot aanwijzing ter onteigening geheel of gedeeltelijk af te wijzen.
De zienswijze van reclamant 2
2.1
Reclamant betoogt dat er meer grond van hem onteigend wordt, dan voor de aanleg van de weg noodzakelijk is. Een groot deel van de oppervlakte waarvoor onteigend wordt, dient voor verfraaiing en voor inpassing van de rijksweg in de natuurlijke omgeving. Reclamant betoogt tevens dat de twee geplande singels breder zijn dan noodzakelijk. Ook kan de nieuwe brug over de binnenboezem van de polder Schieveen ten behoeve van de secundaire weg, dichter bij de rijksweg aangelegd worden.
2.2
Reclamant betoogt dat er minder compensatie voor gedempte waterberging en verharding gerealiseerd wordt dan nodig is. Volgens berekeningen van reclamant wordt er ongeveer 10.000 m2 verharding gerealiseerd voor de singels en moet dit dus ook gecompenseerd worden. Dit is veel meer dan de beoogde compensatie van 1.835 m2. Voorts betoogd reclamant dat het perceel dat hij in eigendom heeft in een ander peilgebied ligt en dat er in dat peilgebied nagenoeg geen compensatie nodig is.
Ad 2.1 en 2.2
Deze onderdelen zien op de noodzaak tot de aanleg van het werk ter plaatse van de onroerende zaak van reclamant en de keuze uit mogelijke alternatieven. Daarmee is dit onderdeel planologisch van aard. De planologische aspecten van het te maken werk kunnen in het kader van de administratieve onteigeningsprocedure niet zelfstandig worden beoordeeld, maar konden in de procedure op grond van de Tracéwet aan de orde gesteld worden. Reclamant heeft van deze mogelijkheid gebruik gemaakt en beroep ingesteld tegen het Tracébesluit A16 Rotterdam. Bij uitspraak van 2 augustus 2017, nummer 201607369/1/R6, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State het beroep van reclamant ongegrond verklaard. Uit de hiervoor genoemde uitspraak van de Afdeling en in het bijzonder het gestelde over het beroep van reclamant onder D.8.6 blijkt dat reclamant deze punten aan de orde heeft gesteld.
2.3
Reclamant betoogt dat het onteigenen van grond van zijn bedrijf een jaarlijks terugkerende inkomstenderving veroorzaakt. De prijs die verzoeker voor de te onteigenen grond betaalt is volgens reclamant veel te laag.
Ad 2.3
Het betoog van reclamant heeft betrekking op de hoogte van de schadeloosstelling en is daarmee financieel van aard. Wij merken hierover op dat de onteigening ingevolge artikel 40 van de onteigeningswet plaatsvindt op basis van een volledige schadeloosstelling voor alle schade die de onteigende partij rechtstreeks en noodzakelijk lijdt door het verlies van zijn onroerende zaak. Artikel 41 van de onteigeningswet ziet daarnaast op de te vergoeden waardevermindering van het overblijvende. De samenstelling en de hoogte van de schadeloosstelling staan Ons in het kader van de administratieve onteigeningsprocedure niet ter beoordeling, maar komen bij het ontbreken van minnelijke overeenstemming aan de orde in het kader van de gerechtelijke onteigeningsprocedure. In het kader van de administratieve onteigeningsprocedure wordt evenmin getreden in de vraag of alle schadecomponenten in de schadeloosstelling zijn opgenomen. Ook dit aspect komt bij het ontbreken van minnelijke overeenstemming in de gerechtelijke onteigeningsprocedure aan de orde. Wel kan de geboden schadeloosstelling als onderdeel van de toetsing van de kwaliteit van het gevoerde minnelijk overleg bezien worden.
Hierbij overwegen Wij dat, Ons uit de overgelegde stukken en hetgeen in de hoorzitting aan de orde is geweest is gebleken dat verzoeker er niet in is geslaagd om met reclamant (inhoudelijk) in overleg te treden over de hoogte van de schadeloosstelling. Reclamant heeft het overleg afgehouden en wenste de uitkomst van zijn beroep bij de Afdeling tegen het Tracébesluit af te wachten. Hij heeft tevens geen toestemming gegeven voor een taxatieopname. In verband daarmee heeft verzoeker zijn aanbiedingen van 15 februari 2017 en 19 mei 2017, gebaseerd op een zichttaxatie.
Met betrekking tot de door reclamant veronderstelde inkomstenderving heeft verzoeker tijdens de hoorzitting kenbaar gemaakt, dat hij op basis van een advies van de taxatiecommissie, bij zijn biedingen uit is gegaan van de aanname dat reclamant met behulp van de geboden schadeloosstelling tot aankoop van vervangende grond kan overgaan en dat hij in verband daarmee geen toekomstige inkomensschade hoeft te lijden. Reclamant heeft dit in een uiteindelijk op 28 september 2017 gevoerd overleg betwist. De verwerver heeft reclamant daarop voorgesteld om de taxatiecommissie een opname van zijn bedrijf te laten doen, zodat deze commissie zich een beter beeld kan vormen van de impact die de grondaankoop op de bedrijfsvoering zal hebben. De verwerver heeft dit ook per e-mailbericht van 6 oktober 2017 aan reclamant laten weten. Een opname door de taxatiecommissie heeft echter tot op heden niet kunnen plaatsvinden, zodat voor verzoeker niet duidelijk is of reclamant inderdaad schade zal lijden door jaarlijks terugkerende inkomstenderving. Mede ten gevolge van de geschetste gang van zaken zijn partijen niet tot een inhoudelijke discussie over de hoogte van de schadeloosstelling gekomen. Dit kan echter naar Ons oordeel verzoeker niet worden tegengeworpen.
Gelet op het vorenstaande geeft de zienswijze van reclamant 2 Ons geen aanleiding om het verzoek tot aanwijzing ter onteigening geheel of gedeeltelijk af te wijzen.
De zienswijze van reclamant 3
3.1
Reclamant betoogt dat hij de woning aan de Schieveensedijk 51 heeft verhuurd en dat hij zijn percelen grasland heeft verpacht. Reclamant heeft er geen zicht op of de Minister van Infrastructuur en Milieu aan deze huurder en pachter het ontwerp koninklijk besluit heeft toegezonden. Mocht dit niet zo zijn, dan is er gehandeld in strijd met artikel 72a, lid 3 en artikel 63, lid 1 van de onteigeningswet en met afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht.
Ad 3.1
Wij kunnen reclamant niet volgen in zijn betoog. Ten aanzien van de pachter is Ons uit het overgelegde logboek en de onderliggende stukken gebleken dat de verwerver reclamant en/of zijn adviseur bij e-mailberichten herhaaldelijk gevraagd heeft om gegevens van de pachter van de onroerende zaken met de grondplannummers 59.7, 59.8 en 59.9 te verstrekken. Per e-mailbericht van 21 november 2016 informeert de verwerver de secretaresse van reclamant over een op de gronden uit te voeren bodemonderzoek. De verwerver deelt mee dat verzoeker, indien er als gevolg van dat onderzoek gewas- en/of structuurschade zal optreden, een taxateur zal inschakelen om deze schade op te nemen, zodat de pachter schadeloos kan worden gesteld. In verband daarmee deelt de verwerver mee dat verzoeker graag de contactgegevens van deze persoon ontvangt.
De verwerver doet reclamant 1 vervolgens per e-mailbericht van 22 december 2016 een aanbod gericht op de minnelijke verwerving van de onroerende zaken met bovengenoemde grondplannummers met het uitgangspunt dat deze vrij en onbezwaard, dus vrij van pacht of gebruiksrechten, worden geleverd. Verzoeker bevestigt dit bod, met hetzelfde uitgangspunt, bij brief van 15 februari 2017. Daarbij vraagt verzoeker reclamant om hem, indien van toepassing, op de hoogte te stellen van eventuele derde belanghebbenden die op wat voor wijze ook rechten kunnen doen gelden met betrekking tot de betrokken onroerende zaken. Reclamant schakelt hierop een adviseur in die zich bij brief van 10 maart 2017 bij verzoeker meldt met het verzoek om een overleg in te plannen. De adviseur verschaft geen informatie over de pachter en deelt mee dat na de te plannen afspraak een inhoudelijke reactie zal volgen op de brief van 15 februari 2017. Bij brief van 23 mei 2017 doet verzoeker reclamant een tweede bieding gericht op de aankoop van de onroerende zaken met bovengenoemde grondplannummers. Daarbij vraagt verzoeker reclamant opnieuw om hem, indien van toepassing, op de hoogte te stellen van eventuele derde belanghebbenden. Omdat hier geen reactie op komt vraagt de verwerver de adviseur van reclamant per e-mailbericht van 9 juni 2017 nogmaals om de gegevens van de pachter of gebruiker van de gronden bekend te maken. In reactie hierop laat de adviseur van reclamant de verwerver per e-mailbericht van 12 juni 2017 weten dat hij de naam en contactgegevens van de pachter bij reclamant na zal vragen. De verwerver stuurt de adviseur in verband met het uitblijven van een reactie per e-mailbericht van 29 juni 2017 een rappel. Verzoeker ontvangt hierop echter voor de indiening van het verzoek om onteigening op 17 juli 2017 geen reactie.
Op 13 oktober 2017 voeren de verwerver en de adviseur van reclamant overleg. De verwerver herinnert de adviseur aan het toesturen van de gegevens van de pachter en per e-mailbericht van 20 oktober 2017 vraagt de verwerver de adviseur daar opnieuw om. Ook hier reageert de adviseur dan wel reclamant niet op.
Ten aanzien van het gestelde met betrekking tot de huurder is Ons het volgende gebleken. De woning Schieveensedijk 51, is gevestigd op de onroerende zaak Overschie, sectie A, nummer 2454. Op de bij de onteigeningstukken gevoegde situatietekening blad 1 is de woning Schieveensedijk 51 aangegeven. In combinatie met de grondtekening blad 1 blijkt dat de onroerende zaak Overschie A 2454 niet in de onteigening is betrokken. De huurder van genoemde woning is naar Ons oordeel dan ook niet aan te merken als belanghebbende in de administratieve onteigeningsprocedure. Voor het overige heeft verzoeker desgevraagd kenbaar gemaakt dat niet is gebleken dat de huurder van de woning enige rechten kan doen gelden op de in de onteigening betrokken onroerende zaken van reclamant 3, danwel op enige andere onroerende zaken die in de onteigening betrokken zijn. Ook gelet daarop is de huurder niet als belanghebbende in de administratieve onteigeningsprocedure aan te merken.
Gelet op het voorgaande zij Wij van oordeel, dat indien en voor zover in deze aangelegenheid al ten onrechte verzuimd is de pachter van de onroerende zaken van reclamant danwel de huurder een kennisgeving toe te zenden als bedoeld in artikel 72a, lid 3 en artikel 63, lid 1 van de onteigeningswet juncto artikel 3:13 van de Awb, dit niet het gevolg is van een gebrek aan onderzoek van de zijde van verzoeker, maar veroorzaakt wordt door het nalaten van reclamant de door verzoeker bij hem opgevraagde informatie (tijdig) te verstrekken. Overigens vermeldt reclamant ook niet in zijn zienswijze wie de beweerdelijke pachter en/of huurder is.
Voor het overige verwijzen Wij naar hetgeen Wij hiervoor onder Toepassing uniforme openbare voorbereidingsprocedurehebben overwogen. Daaruit blijkt dat Onze Minister van het ontwerp koninklijk besluit en van de terinzagelegging van de onteigeningsstukken vanaf 7 september 2017 tot en met 18 oktober 2017 in de gemeenten Lansingerland en Rotterdam en bij Rijkswaterstaat Corporate Dienst te Utrecht, openbaar kennis heeft gegeven in de Heraut, De Havenloods Noord en in de Staatscourant van 6 september 2017, nr.50480. Daarbij zijn mogelijk belanghebbenden gewezen op de mogelijkheid om schriftelijk of mondeling zienswijzen over het ontwerpbesluit naar voren te brengen en op de mogelijkheid over de zienswijzen te worden gehoord. De beweerdelijke huurder en/of pachter hebben in ieder geval kennis kunnen nemen van de voorgenomen procedure en hierin kennelijk geen aanleiding gezien om zich als belanghebbende te melden.
3.2
Reclamant betoogt dat de noodzaak voor onteigening ontbreekt, omdat niet voldoende is onderzocht of de onroerende zaken langs minnelijke weg kunnen worden verkregen. Reclamant ontving structureel te lage biedingen, omdat er door verzoeker geen rekening werd gehouden met het beoogde bedrijventerrein Schieveen op de te verwerven gronden.
Ad 3.2
Het betoog van reclamant ziet in hoofdzaak op de hoogte en de samenstelling van de aangeboden schadeloosstelling en is daarmee financieel van aard. Wij wijzen op hetgeen Wij hierover in het algemeen hebben opgemerkt in reactie op de zienswijze van reclamant 2 onder 2.3.
Anders dan reclamant betoogt, zien Wij gelet op de overgelegde stukken en de verstrekte informatie, geen reden om te oordelen dat er ten aanzien van reclamant niet of onvoldoende is onderzocht of de onroerende zaken langs minnelijke weg kunnen worden verkregen en dat de biedingen op onjuiste gronden zijn gebaseerd. In een proces gericht op de minnelijke verwerving van gronden mag vooreerst van een onteigenende partij worden verwacht dat deze een aanbod tot schadeloosstelling doet gericht op deze verwerving. Van de te onteigenen partij mag echter ook worden verwacht dat deze daartegenover zijn eis wat betreft de hoogte van de schadeloosstelling kenbaar maakt. Op basis van wederzijdse taxaties, die in het verdere overleg kunnen worden ingebracht en uitgewisseld, kan vervolgens verder worden onderhandeld, in welk kader beide partijen eventueel tot wijziging van hun standpunten met betrekking tot de schadeloosstelling kunnen komen. Wij verwijzen hierbij naar Onze besluiten van 14 november 2014, nr. 2014002189, Stct. van 12 december 2014, nr. 34042 en van 17 november 2016, nr. 2016002009, Stct. van 19 december 2016, nr. 66606.
Dit in aanmerking nemend is Ons gebleken dat verzoeker er niet in is geslaagd om voorafgaand aan de indiening van het verzoek om onteigening met reclamant inhoudelijk overleg te voeren over de hoogte van de schadeloosstelling. Verzoeker heeft vanaf oktober 2016 getracht om met reclamant een afspraak te maken voor een taxatieopname op de onroerende zaken van reclamant door de taxatiecommissie. Na afstemming met reclamant is op 10 november 2016 een zichttaxatie verricht door de taxatiecommissie vanaf de openbare weg de Schieveensedijk. Verzoeker heeft vervolgens bij brief van 15 februari 2017 een aanbieding uitgebracht gebaseerd op deze zichttaxatie vanaf de openbare weg. Op verzoek van reclamant heeft op 11 april 2017 in aanwezigheid van reclamant en zijn zoon, de door reclamant ingeschakelde adviseur, verzoeker en de leden van de taxatiecommissie een perceelopname plaatsgevonden. Bij brief van 23 mei 2017 heeft verzoeker op basis van de taxatie van 11 april 2017 een aangepaste bieding op onteigeningsbasis uitgebracht. Beide biedingen zijn uitgesplitst. Verzoeker heeft reclamant en/of zijn adviseur zowel mondeling en per e-mail herhaaldelijk gevraagd om te reageren op deze biedingen. Reclamant heeft hier niet op gereageerd en voorafgaand aan het verzoek om onteigening niet kenbaar gemaakt welke prijs hij voor de verkoop van de onroerende zaken wenst te ontvangen. Op 17 juli 2017 heeft verzoeker bij het uitblijven van het zicht om op afzienbare termijn met reclamanten tot overeenstemming te komen een verzoek ingediend om de administratieve onteigeningsprocedure te starten.
Na de start van de administratieve onteigeningsprocedure heeft de adviseur tijdens een overleg op 13 oktober 2017 een eerste inhoudelijke reactie gegeven op de bieding van 23 mei 2017. Daaruit blijkt dat reclamant zich op het standpunt stelt dat er ten onrechte geen rekening is gehouden met de ontwikkeling van een bedrijventerrein op of in de nabijheid van zijn onroerende zaken. Naar aanleiding daarvan voert de verwerver nader overleg met de taxatiecommissie. Per e-mailbericht van 27 oktober 2017 laat de verwerver de adviseur gemotiveerd weten dat de taxatiecommissie het standpunt van reclamant met betrekking tot de ontwikkeling van het bedrijventerrein niet deelt en dat de commissie haar eerder uitgebrachte taxatieadvies aan verzoeker handhaaft. Op basis daarvan ziet verzoeker, geen aanleiding om de aanbieding zoals die bij brief van 23 mei 2017 is uitgebracht te herzien. De stelling dat van reclamant dat verzoeker bij de berekening van de schadeloosstelling ten onrechte geen rekening werd gehouden met het beoogde bedrijventerrein Schieveen staat Ons in het kader van de administratieve onteigeningsprocedure echter niet ter beoordeling, maar komt bij het uitblijven van minnelijke overeenstemming aan de orde in het kader van de gerechtelijke onteigeningsprocedure.
3.3
Reclamant betoogt dat de urgentie voor de onteigening ontbreekt. Het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (hierna: NSL), waarin ook het tracé van de A16 is opgenomen, voldoet niet aan de daarvoor gestelde eisen. Reclamant verwijst hiervoor naar het vonnis van 7 september 2017 van de voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag (ECLI:NL:RBDHA:2017:10171). Nu het NSL niet meer als onderbouwing kan fungeren voor de vaststelling of het onderhavige project al dan niet leidt tot overschrijding van de grenswaarden, zal de luchtkwaliteit op de locatie opnieuw moeten worden onderzocht en vervolgens moeten worden ingepast in een nieuw luchtkwaliteitsplan. Het is daardoor niet aannemelijk dat de planning wordt gehaald en de werkzaamheden binnen vijf jaar na het beoogd te nemen koninklijk besluit van start gaan.
Ad 3.3
Naar aanleiding van het betoog van reclamant wijzen op de eerder genoemde de uitspraak van de Afdeling van 2 augustus 2017, nr. 201607369/1/R6, waarbij het besluit van de Minister van Infrastructuur en Milieu van 29 juni 2016 tot vaststelling van het Tracébesluit A16 Rotterdam naar aanleiding van een beroep van de Vereniging tegen Milieubederf in en om het Nieuwe-Waterweggebied is vernietigd onder de bepaling dat de rechtsgevolgen van dit besluit geheel in stand blijven en alle overige ingestelde beroepen niet-ontvankelijk dan wel ongegrond zijn verklaard. Ook reclamant heeft beroep ingesteld tegen het genoemde besluit en in dat kader beroepsgronden aangevoerd over het aspect luchtkwaliteit. Deze gronden zijn door de Afdeling ongegrond verklaard. Zoals uit overweging 52.1 van de uitspraak blijkt, heeft de Afdeling de onder meer door reclamant 3 aangevoerde beroepsgronden begrepen als te zijn gericht tegen de toepassing van het NSL als zodanig. De beroepsgronden worden in zoverre door de Afdeling gezien als strekkend tot het betoog, dat het NSL als zodanig onrechtmatig is en hier niet had mogen worden toegepast. De conclusie van de Afdeling, opgenomen onder overweging 52.5 van de uitspraak, luidt echter dat er geen grond bestaat voor het oordeel dat het NSL niet kan worden toegepast omdat zich strijd voordoet met hoger recht dan wel een algemeen rechtsbeginsel. De Afdeling komt derhalve tot de conclusie dat er geen grond bestaat voor het oordeel dat de Minister het tracébesluit niet met toepassing van artikel 5.16, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wet milieubeheer heeft mogen vaststellen.
In de door reclamant aangehaalde uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag van 7 september 2017 heeft deze rechter beoordeeld of het NSL “passende en doeltreffende maatregelen” bevat om de periode van overschrijding van de grenswaarden (zoals die gelden met betrekking tot de luchtkwaliteit) “zo kort mogelijk” te houden. Deze beoordeling heeft geleid tot de conclusie dat het NSL niet voldoet aan Richtlijn 2008/50/EG van het Europees parlement en de Raad van 20 mei 2008 betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa. De Rechtbank Den Haag heeft echter in zijn tussenuitspraak in de bodemprocedure van 27 december 2017 (ECLI:NL:RBDHA:2017:15380) anders geoordeeld. Volgens de rechtbank levert het niet nu reeds behalen van de normen van de Wereldgezondheidsorganisatie geen strijd op met de artikelen 2 en 8 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De rechtbank oordeelt voorts dat de Staat zijn verplichting om op 11 juni 2011 en 1 januari 2015 aan de grenswaarden voor fijnstof (PM10) en stikstofdioxide (NO2) te voldoen heeft geschonden, maar dat niet gebleken is dat de partijen die door eisers in deze zaak worden vertegenwoordigd en de individuele eisers hierdoor schade hebben geleden. Met betrekking tot de verplichting van de Staat om na de uiterste data waarop de grenswaarden gehaald moesten worden, de periode van overschrijding zo kort mogelijk te houden, oordeelt de rechtbank dat de Staat deze verplichting niet heeft geschonden. In verband hiermee zijn de vorderingen van eisers afgewezen. Gelet hierop kunnen Wij reclamant niet volgen in zijn stelling dat het NSL niet meer als onderbouwing kan fungeren voor de vaststelling of het onderhavige project al dan niet leidt tot overschrijding van de grenswaarden en evenmin in zijn stelling dat het in verband daarmee niet aannemelijk is dat de planning wordt gehaald en de werkzaamheden binnen vijf jaar na het beoogd te nemen koninklijk besluit van start gaan.
Gelet op het vorenstaande geeft de zienswijze van reclamant 3 Ons geen aanleiding om het verzoek tot aanwijzing ter onteigening geheel of gedeeltelijk af te wijzen.
Overige overwegingen
Uit de bij het verzoek overgelegde stukken blijkt, dat de in het onteigeningsplan begrepen onroerende zaken bij de uitvoering van het overgelegde plan van het werk niet kunnen worden gemist.
Ons is niet gebleken van feiten en omstandigheden die overigens de toewijzing van het verzoek in de weg staan. Het moet in het belang van een vlotte en veilige doorstroming van het verkeer noodzakelijk worden geacht dat de Staat de vrije eigendom van de door Ons ter onteigening aan te wijzen onroerende zaken verkrijgt.
Wij zullen, gelet op het hierboven gestelde, het verzoek van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat tot het nemen van een besluit krachtens artikel 72a van de onteigeningswet toewijzen.
BESLISSING
Gelet op de onteigeningswet,
op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 11 december 2017, nr. RWS-2017/46516, Rijkswaterstaat Corporate Dienst;
gelezen het verzoek van de Minister van Infrastructuur en Milieu bij brief van 17 juli 2017, kenmerk RWS-2017/26938;
de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, advies van 7 maart 2018, No.W17.17.0393/IV;
gezien het nader rapport van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 16 maart 2018, RWS-2018/8730, Rijkswaterstaat Corporate Dienst;
Hebben Wij goedgevonden en verstaan:
Voor de realisering van een nieuw weggedeelte in rijksweg A16, vanaf de bestaande rijksweg A13 ter hoogte van de N209/Doenkade en Rotterdam The Hague Airport tot de bestaande A16 in het knooppunt Terbregseplein, alsmede voor de reconstructie van rijksweg A13 vanaf de kruising met de Berkelse Zweth (A13 km. 14,64) tot 50 meter na de kruising met de Otterdijk (A13 km. 17,12), de reconstructie van rijksweg A20 vanaf de kruising met de Terbregseweg (A20 km. 35,44) tot aan de kruising met de Prins Alexanderlaan (A20 km. 37,13) en de reconstructie van rijksweg A16 vanuit het knooppunt Terbregseplein richting Breda tot aan de kruising met het Lagelandsepad (A16 km. 16,61), een en ander met bijkomende werken, in de gemeenten Rotterdam en Lansingerland, ten name van de Staat ter onteigening aan te wijzen de onroerende zaken in de gemeenten Rotterdam en Lansingerland aangeduid op de grondtekeningen die ingevolge artikel 63 van de onteigeningswet in de gemeenten Rotterdam en Lansingerland en bij Rijkswaterstaat Corporate Dienst te Utrecht ter inzage hebben gelegen en die zijn vermeld op de bij dit besluit behorende lijst.
Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in de Staatscourant zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Afdeling advisering van de Raad van State.
Wassenaar, 21 maart 2018
Willem-Alexander
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
LIJST VAN DE TE ONTEIGENEN ONROERENDE ZAKEN
ONTEIGENINGSPLAN: A16 ROTTERDAM
VERZOEKENDE INSTANTIE: MINISTERIE VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU
Van de onroerende zaak, kadastraal bekend, gemeente Overschie |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Grondplan nr. |
Te onteigenen grootte |
Als |
Ter grootte van |
Sectie en nr. |
Ten name van |
||||
ha |
a |
ca |
ha |
a |
ca |
||||
1.82 |
Geheel |
Wonen erf – tuin |
00 |
37 |
60 |
A 2342 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Opstalrecht nutsvoorzieningen: Hoogheemraadschap van Delfland, Delft. |
||
1.84 |
Geheel |
Wonen erf – tuin |
00 |
20 |
75 |
A 2104 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Opstalrecht nutsvoorzieningen: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
1.157 |
Geheel |
Bedrijvigheid (nutsvoorziening) wegen |
03 |
04 |
90 |
A 2474 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Gasunie Grid Services B.V., Groningen. |
||
3.9 |
00 |
04 |
91 |
Water |
00 |
39 |
70 |
A 2074 |
Hoogheemraadschap van Delfland, Delft. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
3.10 |
00 |
01 |
08 |
Terrein (grasland) |
00 |
08 |
40 |
A 2073 |
Hoogheemraadschap van Delfland, Delft. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
3.16 |
00 |
02 |
50 |
Wonen erf – tuin |
00 |
15 |
35 |
A 2713 |
Hoogheemraadschap van Delfland, Delft. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
voorlopig |
|||||||||
5.72 |
00 |
00 |
04 |
Wegen |
02 |
77 |
06 |
B 6108 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
5.76 |
00 |
00 |
57 |
||||||
5.143 |
01 |
22 |
56 |
||||||
5.75 |
Geheel |
Wegen |
00 |
02 |
58 |
B 5625 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
5.82 |
00 |
05 |
33 |
Terrein (grasland) |
00 |
08 |
30 |
A 2674 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: De Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Gev. te Amsterdam, Amsterdam. |
voorlopig |
|||||||||
5.83 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
01 |
04 |
78 |
A 2677 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.85 |
Geheel |
Wegen |
00 |
00 |
31 |
A 2658 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.86 |
Geheel |
Water |
00 |
00 |
28 |
A 2670 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij, Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.87 |
Geheel |
Wegen |
00 |
51 |
56 |
A 2660 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.88 |
Geheel |
Wegen |
00 |
00 |
25 |
A 2662 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
||
voorlopig |
|||||||||
5.89 |
Geheel |
Water |
00 |
00 |
27 |
A 2668 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij, Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.92 |
Geheel |
Wegen |
00 |
56 |
57 |
A 2664 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.93 |
Geheel |
Water |
00 |
00 |
32 |
A 2666 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij, Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.96 |
Geheel |
Wegen |
00 |
65 |
03 |
A 2672 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: gemeente Rotterdam, Rotterdam; Nederlandse Aardolie Maatschappij, Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.97 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
06 |
89 |
A 2680 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.145 |
00 |
44 |
63 |
Bedrijvigheid (industrie) wegen |
04 |
30 |
50 |
B 6107 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
5.148 |
03 |
80 |
95 |
Wegen |
03 |
88 |
20 |
B 5448 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
5.149 |
Geheel |
Wegen |
00 |
74 |
92 |
B 5447 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
5.150 |
Geheel |
Wegen |
02 |
22 |
30 |
B 5436 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
||
6.109 |
00 |
03 |
57 |
Wegen |
00 |
45 |
85 |
A 2076 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gasunie Grid Services B.V., Groningen. |
6.111 |
00 |
06 |
38 |
Terrein (grasland) |
01 |
25 |
70 |
A 2196 |
Eigendom belast met erfpacht: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Erfpacht: Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, ’s-Graveland. Einddatum recht: 28-2-2044. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
6.114 |
00 |
07 |
17 |
Terrein (grasland) |
01 |
17 |
00 |
A 2198 |
Eigendom belast met erfpacht: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Erfpacht: Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, ’s-Graveland. Einddatum recht: 28-2-2044. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
6.115 |
Geheel |
Wegen |
00 |
96 |
85 |
A 2476 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
6.120 |
00 |
05 |
62 |
Wegen |
00 |
91 |
45 |
A 2559 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.121 |
Geheel |
Wegen |
00 |
68 |
40 |
A 2479 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
6.125 |
Geheel |
Wegen |
00 |
28 |
90 |
B 6106 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
6.126 |
00 |
44 |
40 |
Bedrijvigheid (industrie) terrein (industrie) |
00 |
86 |
20 |
A 2633 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
6.127 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
58 |
00 |
A 1730 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
6.129 |
01 |
02 |
64 |
Bedrijvigheid (agrarisch) terrein (grasland) |
01 |
21 |
45 |
A 2631 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
6.130 |
Geheel |
Wegen |
00 |
02 |
62 |
B 5632 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
6.133 |
00 |
00 |
22 |
Bouwwerken – waterwerken |
00 |
00 |
85 |
B 6102 |
Eigendom belast met opstal: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Opstal: De Staat (Rijksvastgoedbedrijf), ’s-Gravenhage. |
6.134 |
00 |
13 |
28 |
Terrein (akkerbouw) |
00 |
43 |
55 |
A 2632 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
6.135 |
00 |
00 |
78 |
Wegen |
01 |
25 |
45 |
B 6103 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.136 |
03 |
87 |
84 |
Wonen terrein (grasland) |
03 |
94 |
05 |
A 2624 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
voorlopig |
|||||||||
6.145 |
00 |
03 |
38 |
Terrein (grasland) |
00 |
05 |
15 |
A 2623 |
Eigendom belast met erfpacht: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Erfpacht: Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, ’s-Graveland. Einddatum recht: 28-2-2044. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
voorlopig |
|||||||||
6.147 |
00 |
09 |
18 |
Terrein (grasland) |
09 |
47 |
75 |
A 2622 |
Eigendom belast met erfpacht: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Erfpacht: Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, ’s-Graveland. Einddatum recht: 28-2-2044. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
6.149 |
00 |
28 |
29 |
Terrein (grasland) |
01 |
81 |
50 |
A 2625 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
6.150 |
00 |
02 |
64 |
Berging – stalling (garage – schuur) erf – tuin |
01 |
21 |
60 |
A 2249 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
6.154wt |
00 |
00 |
84 |
Terrein (grasland) |
00 |
20 |
26 |
A 2675 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: De Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Gev. te Amsterdam, Amsterdam. |
6.156 |
00 |
00 |
46 |
||||||
voorlopig |
|||||||||
6.160 |
01 |
31 |
84 |
Terrein (grasland) |
01 |
45 |
34 |
A 2676 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: De Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Gev. te Amsterdam, Amsterdam. |
voorlopig |
|||||||||
6.161 |
00 |
08 |
40 |
Terrein (grasland) |
01 |
82 |
30 |
A 2391 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.162 |
Geheel |
Water |
00 |
04 |
60 |
A 806 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
||
6.163 |
01 |
06 |
00 |
Terrein (grasland) |
01 |
84 |
10 |
A 798 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.164 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
70 |
62 |
A 2678 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
6.166 |
Geheel |
Terrein (akkerbouw) |
01 |
81 |
40 |
A 807 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: De Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Gev. te Amsterdam, Amsterdam. |
||
6.170 |
00 |
01 |
19 |
Water |
00 |
01 |
81 |
A 1597 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
6.171 |
00 |
01 |
48 |
Water |
00 |
02 |
12 |
A 2671 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
6.172 |
Geheel |
Water |
00 |
00 |
30 |
A 2659 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
6.173 |
00 |
37 |
92 |
Terrein (grasland) |
01 |
53 |
70 |
A 819 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.175 |
Geheel |
Terrein (akkerbouw) |
01 |
49 |
00 |
A 817 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
6.176 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
57 |
54 |
A 2661 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
6.179 |
00 |
00 |
28 |
Water |
00 |
03 |
95 |
A 1748 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.180 |
00 |
01 |
59 |
Terrein (grasland) |
00 |
05 |
40 |
A 2663 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
voorlopig |
|||||||||
6.181 |
Geheel |
Water |
00 |
01 |
43 |
A 2669 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
6.182 |
00 |
26 |
12 |
Berging – stalling (garage – schuur) terrein (grasland) |
01 |
55 |
40 |
A 821 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.184 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
01 |
48 |
30 |
A 816 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
6.185 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
64 |
63 |
A 2665 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
6.188 |
00 |
00 |
30 |
Water |
00 |
04 |
60 |
A 1744 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.189 |
00 |
00 |
28 |
Water |
00 |
02 |
35 |
A 1743 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.190 |
Geheel |
Water |
00 |
01 |
15 |
A 1746 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
6.191 |
Geheel |
Water |
00 |
01 |
63 |
A 2667 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
6.196 |
00 |
00 |
27 |
Terrein (grasland) |
01 |
64 |
60 |
A 2369 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.197 |
00 |
42 |
16 |
Terrein (grasland) |
01 |
64 |
90 |
A 2370 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
6.200 |
00 |
03 |
49 |
Terrein (grasland) |
00 |
80 |
58 |
A 2606 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Gasbedrijf Delfland, Delft (2x); Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
6.203 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
00 |
21 |
A 2679 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
6.211 |
00 |
07 |
05 |
Wegen |
00 |
82 |
51 |
A 2546 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Gasunie Grid Services B.V., Groningen. |
6.213 |
01 |
56 |
36 |
Wegen |
01 |
62 |
65 |
A 2473 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Gasunie Grid Services B.V., Groningen. |
6.215 |
00 |
17 |
05 |
Wegen |
00 |
96 |
85 |
A 2478 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.217 |
03 |
11 |
97 |
Bedrijvigheid (industrie) terrein (grasland) |
06 |
93 |
65 |
A 2102 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
6.219 |
00 |
36 |
89 |
Wonen terrein (grasland) |
00 |
49 |
70 |
A 2247 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
6.222 |
02 |
67 |
72 |
Terrein (grasland) |
02 |
74 |
87 |
A 2673 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Gemeente Rotterdam, Rotterdam; Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
6.225 |
00 |
18 |
01 |
Terrein (grasland) |
00 |
90 |
60 |
A 2077 |
Eigendom belast met erfpacht: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Erfpacht: Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, ’s-Graveland. Einddatum recht: 28-2-2044. |
6.227wt |
00 |
04 |
48 |
Terrein (grasland) |
01 |
84 |
00 |
A 799 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: De Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Gev. te Amsterdam. |
6.228 |
01 |
60 |
87 |
||||||
34.3 |
Geheel |
Terrein (overige agrarisch) |
00 |
09 |
06 |
A 2695 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel, Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
53.7 |
00 |
15 |
50 |
Terrein (grasland) |
01 |
44 |
75 |
A 2078 |
Elk 1/2 eigendom: Richard van Breugelen, Rotterdam; Helena Adriana Maria de Wolf, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
56.5 |
00 |
09 |
14 |
Wonen erf – tuin |
00 |
40 |
20 |
A 2693 |
Nicolaas Petrus Jozef Olsthoorn, Rijswijk ZH. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: De Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Gev. te Amsterdam, Amsterdam. |
voorlopig |
|||||||||
57.3 |
00 |
33 |
08 |
Terrein (grasland) |
02 |
45 |
20 |
A 2200 |
Willem Jan Neeleman, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
58.5 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
20 |
70 |
A 2702 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
59.7 |
00 |
22 |
01 |
Terrein (grasland) |
01 |
18 |
65 |
A 2262 |
Maarten W van de Heijden, Brasschaat (België). Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Gasunie Grid Services B.V., Groningen. |
59.8 |
00 |
93 |
72 |
Terrein (grasland) |
03 |
42 |
72 |
A 2246 |
Maarten W van de Heijden, Brasschaat (België). Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
59.9 |
01 |
01 |
50 |
Bedrijvigheid (agrarisch) terrein (grasland) |
02 |
95 |
95 |
A 2455 |
Maarten W van de Heijden, Brasschaat (België). Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
62.37 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
00 |
56 |
A 2710 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. Opstalrecht nutsvoorzieningen: Hoogheemraadschap van Delfland, Delft. |
||
62.39 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
63 |
65 |
A 2712 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. Opstalrecht nutsvoorzieningen: Hoogheemraadschap van Delfland, Delft. |
||
Van de onroerende zaak, kadastraal bekend, gemeente Schiebroek |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Grondplan nr. |
Te onteigenen grootte |
Als |
Ter grootte van |
Sectie en nr. |
Ten name van |
||||
ha |
a |
ca |
ha |
a |
ca |
||||
1.186 |
00 |
05 |
56 |
Wegen |
00 |
11 |
75 |
A 150 |
Eigendom belast met opstal: De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Opstal: Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
2.67 |
01 |
56 |
06 |
Terrein (grasland) |
05 |
95 |
23 |
A 125 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Energie Delfland N.V., Delft. |
5.124 |
Geheel |
Wegen |
00 |
21 |
75 |
A 152 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.126 |
00 |
37 |
96 |
Wegen |
00 |
50 |
75 |
A 153 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
5.129 |
Geheel |
Wonen erf – tuin |
07 |
68 |
65 |
B 330 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.131 |
00 |
66 |
80 |
Wegen |
01 |
64 |
30 |
B 65 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
5.132 |
00 |
57 |
35 |
Wonen erf – tuin |
01 |
70 |
55 |
B 332 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
5.155 |
04 |
45 |
66 |
Wegen |
09 |
44 |
65 |
E 335 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
voorlopig |
|||||||||
5.160 |
01 |
98 |
02 |
Wegen |
01 |
98 |
05 |
A 154 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
5.163 |
01 |
72 |
60 |
Terrein (grasland) |
04 |
19 |
55 |
A 56 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
11.46 |
00 |
11 |
52 |
Water |
00 |
47 |
15 |
B 83 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
11.49 |
00 |
10 |
19 |
Water |
00 |
19 |
10 |
B 69 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
11.93 |
00 |
00 |
68 |
||||||
11.52 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
00 |
05 |
B 331 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
11.53 |
Geheel |
Water |
00 |
04 |
55 |
B 89 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
||
11.94 |
00 |
03 |
26 |
Terrein (grasland) |
00 |
05 |
15 |
B 333 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
39.35 |
00 |
50 |
26 |
Terrein (akkerbouw) |
04 |
73 |
35 |
A 109 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
39.37 |
02 |
02 |
45 |
Terrein (akkerbouw) |
02 |
10 |
81 |
A 111 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
41.27 |
00 |
05 |
47 |
Openbaar vervoer |
00 |
54 |
00 |
A 106 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Opstalrecht nutsvoorzieningen: Kabelexploitatiemaatschappij West-Holland B.V., Dordrecht. |
41.28 |
00 |
00 |
64 |
||||||
44.11 |
00 |
12 |
04 |
Openbaar vervoer |
01 |
40 |
05 |
A 97 |
Railinfratrust B.V., Utrecht. |
44.13wt |
00 |
00 |
01 |
||||||
44.14wt |
00 |
00 |
05 |
||||||
69.44 |
00 |
09 |
08 |
Wegen |
00 |
24 |
45 |
A 143 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.46wt |
00 |
01 |
06 |
Recreatie – sport erf – tuin |
02 |
65 |
30 |
A 156 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.50wt |
00 |
00 |
33 |
voorlopig |
|||||
69.87 |
00 |
35 |
73 |
||||||
69.49wt |
00 |
01 |
96 |
Bedrijvigheid (kas) erf – tuin |
00 |
55 |
00 |
A 14 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.54 |
03 |
07 |
41 |
Terrein (grasland) |
03 |
18 |
20 |
B 124 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.55 |
01 |
38 |
59 |
Wegen |
33 |
48 |
55 |
B 292 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.60 |
00 |
08 |
44 |
Wegen |
00 |
09 |
05 |
B 111 |
Eigendom belast met opstal: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Opstal: Arie Steenwijk, Rotterdam. |
69.65 |
01 |
26 |
58 |
Terrein (grasland) |
12 |
03 |
71 |
B 104 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.96 |
00 |
02 |
88 |
||||||
69.73 |
01 |
07 |
89 |
Terrein (grasland) |
01 |
34 |
25 |
B 279 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.77 |
01 |
79 |
30 |
Recreatie – sport erf – tuin |
06 |
53 |
45 |
B 280 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.85 |
00 |
15 |
82 |
Wegen |
04 |
57 |
68 |
E 341 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
69.90 |
01 |
49 |
98 |
Terrein (grasland) |
01 |
54 |
13 |
B 113 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: Stedin Netten B.V., Rotterdam. |
69.92 |
03 |
84 |
99 |
Terrein (grasland) |
04 |
93 |
10 |
B 112 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.94 |
01 |
19 |
63 |
Wegen |
08 |
34 |
44 |
B 270 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.99 |
00 |
01 |
10 |
||||||
69.100 |
00 |
00 |
53 |
||||||
69.101 |
00 |
30 |
43 |
||||||
69.95 |
02 |
73 |
56 |
Leidingen – buizen |
03 |
75 |
90 |
B 116 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
69.102 |
02 |
37 |
51 |
Wegen |
04 |
80 |
35 |
B 272 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
70.11wt |
00 |
01 |
91 |
Wegen |
00 |
42 |
85 |
A 144 |
Bakkhe Vastgoed B.V., Achterveld. |
70.13wt |
00 |
10 |
27 |
||||||
70.14 |
00 |
03 |
66 |
||||||
71.5 |
00 |
22 |
40 |
Wonen erf – tuin |
01 |
44 |
00 |
B 110 |
Arie Steenwijk, Rotterdam. Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: Stedin Netten B.V., Rotterdam. |
Van de onroerende zaak, kadastraal bekend, gemeente Berkel en Rodenrijs |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Grondplan nr. |
Te onteigenen grootte |
Als |
Ter grootte van |
Sectie en nr. |
Ten name van |
||||
ha |
a |
ca |
ha |
a |
ca |
||||
2.38 |
00 |
59 |
72 |
Terrein (grasland) |
02 |
40 |
03 |
B 9387 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
2.39 |
00 |
86 |
82 |
Terrein (grasland) |
04 |
06 |
25 |
B 9389 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
2.41 |
00 |
67 |
52 |
Terrein (grasland) |
03 |
77 |
03 |
B 9391 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
2.43 |
00 |
30 |
53 |
Terrein (grasland) |
00 |
70 |
15 |
B 9393 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
2.46 |
00 |
27 |
57 |
Terrein (grasland) |
00 |
62 |
98 |
B 9395 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
2.48 |
00 |
27 |
28 |
Terrein (grasland) |
00 |
59 |
88 |
B 9397 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
2.50 |
00 |
32 |
84 |
Terrein (grasland) |
00 |
61 |
46 |
B 9399 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
2.51 |
00 |
60 |
29 |
Wegen |
01 |
06 |
63 |
B 9403 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
2.53 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
11 |
69 |
B 9401 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
2.65 |
00 |
63 |
61 |
Bedrijvigheid (industrie) terrein (grasland) |
05 |
23 |
30 |
B 3570 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
2.73 |
03 |
70 |
63 |
Terrein nieuwbouw – bedrijvigheid |
06 |
60 |
23 |
B 9405 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
2.74 |
00 |
03 |
94 |
Bedrijvigheid (agrarisch) terrein (grasland) |
00 |
51 |
90 |
B 8400 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
2.75 |
00 |
11 |
78 |
Bedrijvigheid (kas) bedrijvigheid (kas) |
00 |
96 |
70 |
B 2602 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
2.76 |
00 |
02 |
72 |
Terrein nieuwbouw – bedrijvigheid |
07 |
12 |
50 |
B 7284 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
2.78 |
03 |
14 |
00 |
||||||
3.15 |
00 |
03 |
52 |
Wonen erf – tuin |
00 |
12 |
72 |
B 10127 |
Hoogheemraadschap van Delfland, Delft. Ondergronds bouwwerk: Nv Nederlandse Aardolie Maatschappij (Kantoorhoudende Te Oldenzaal). |
voorlopig |
|||||||||
5.98 |
Geheel |
Wegen |
00 |
01 |
47 |
B 9386 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.100 |
Geheel |
Wegen |
00 |
13 |
40 |
B 3573 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
5.101 |
Geheel |
Wegen |
00 |
17 |
75 |
B 9388 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.102 |
Geheel |
Wegen |
00 |
21 |
57 |
B 9390 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.103 |
Geheel |
Wegen |
00 |
11 |
75 |
B 9392 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.104 |
Geheel |
Wegen |
00 |
11 |
52 |
B 9394 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.105 |
Geheel |
Wegen |
00 |
09 |
92 |
B 9396 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.106 |
Geheel |
Wegen |
00 |
03 |
24 |
B 9398 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.108 |
Geheel |
Wegen |
00 |
03 |
81 |
B 9400 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.109 |
Geheel |
Wegen |
00 |
08 |
97 |
B 9402 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.113 |
Geheel |
Wegen |
00 |
21 |
47 |
B 9404 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.117 |
06 |
41 |
08 |
Wegen |
07 |
44 |
25 |
B 3571 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
5.153 |
00 |
23 |
41 |
Wegen |
00 |
58 |
30 |
B 8362 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Energie Delfland N.V., Delft. |
5.156 |
02 |
69 |
58 |
Wonen erf – tuin |
03 |
76 |
69 |
B 10170 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland (3x); Energie Delfland N.V., Delft. |
6.204 |
00 |
30 |
38 |
Terrein (grasland) |
02 |
00 |
40 |
B 4471 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht op gedeelte van perceel: Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V., Assen, zetel: ’s-Gravenhage. |
8.11 |
00 |
01 |
44 |
Water |
00 |
03 |
25 |
B 7936 |
Gerardus van Leeuwen, Berkel en Rodenrijs. |
Van de onroerende zaak, kadastraal bekend, gemeente Bergschenhoek |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Grondplan nr. |
Te onteigenen grootte |
Als |
Ter grootte van |
Sectie en nr. |
Ten name van |
||||
ha |
a |
ca |
ha |
a |
ca |
||||
1.103 |
Geheel |
Wonen erf – tuin |
00 |
12 |
68 |
B 4004 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
||
1.107 |
Geheel |
Wonen water |
00 |
12 |
22 |
B 4003 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
||
1.109 |
Geheel |
Berging – stalling (garage – schuur) |
00 |
05 |
65 |
B 5585 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
||
1.161 |
Geheel |
Wonen erf – tuin |
00 |
11 |
19 |
B 5693 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
||
1.162 |
Geheel |
Wonen erf – tuin |
00 |
22 |
80 |
B 4404 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
||
1.163 |
Geheel |
Erf – tuin |
00 |
05 |
20 |
B 5694 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
||
1.165 |
00 |
00 |
64 |
Wonen |
00 |
04 |
30 |
B 4012 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
2.68 |
Geheel |
Bedrijvigheid (nutsvoorziening) |
00 |
00 |
56 |
B 3076 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
||
5.133 |
Geheel |
Terrein (grasland) |
00 |
04 |
50 |
B 8054 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.134 |
01 |
56 |
10 |
Wonen erf – tuin |
10 |
85 |
74 |
B 8396 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
5.135 |
03 |
74 |
77 |
Wonen erf – tuin |
05 |
40 |
85 |
B 8275 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
5.136 |
Geheel |
Wegen |
00 |
09 |
20 |
B 8055 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.137 |
Geheel |
Wegen |
00 |
13 |
60 |
B 8058 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
||
voorlopig |
|||||||||
5.139 |
00 |
08 |
93 |
Wegen |
00 |
32 |
05 |
B 8059 |
Provincie Zuid-Holland, ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
10.11 |
00 |
38 |
35 |
Terrein (akkerbouw) |
05 |
71 |
40 |
B 3497 |
Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
10.12 |
00 |
73 |
91 |
Wegen |
01 |
73 |
60 |
B 5885 |
Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
10.13 |
00 |
15 |
86 |
Terrein (grasland) |
05 |
65 |
10 |
B 2631 |
Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
10.17 |
00 |
21 |
27 |
Wegen |
01 |
64 |
95 |
B 4561 |
Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
11.54 |
00 |
08 |
90 |
Terrein (grasland) |
00 |
31 |
75 |
B 8274 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
11.58 |
00 |
00 |
90 |
Water |
00 |
26 |
90 |
B 4563 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
11.61 |
00 |
08 |
97 |
||||||
11.62 |
00 |
03 |
58 |
Wonen erf – tuin |
00 |
28 |
80 |
B 8256 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Dunea N.V., Zoetermeer. |
voorlopig |
|||||||||
11.65 |
Geheel |
Wegen |
00 |
06 |
20 |
B 8254 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
||
voorlopig |
|||||||||
11.66 |
00 |
04 |
30 |
Water |
00 |
20 |
65 |
B 4570 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
11.96 |
00 |
06 |
39 |
Water |
00 |
51 |
35 |
B 4409 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
11.102 |
00 |
04 |
75 |
Berging – stalling (garage – schuur) water |
01 |
27 |
55 |
B 5811 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
11.104 |
00 |
05 |
74 |
Wegen |
01 |
04 |
40 |
B 4238 |
Eigendom belast met opstal: Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. Opstal: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
11.119 |
00 |
16 |
07 |
Water |
03 |
14 |
70 |
B 4240 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
12.5 |
00 |
16 |
65 |
Terrein (grasland) |
00 |
57 |
10 |
B 4811 |
Arie Huurman (overleden), gehuwd geweest met Emma Berkel, Bergschenhoek. |
15.6 |
01 |
42 |
09 |
Terrein (akkerbouw) |
06 |
98 |
94 |
B 3498 |
Elk 1/7 eigendom: Wilhelmus Andreas Maria van der Burg, Zeewolde; Andreas Maria Anthonius van der Burg, Berkel en Rodenrijs; Franciscus Aloysius van der Burg, Berkel en Rodenrijs; Adrianus Franciscus van der Burg, Oegstgeest; Wilhelmina Maria Barbara van der Burg, gehuwd met Duijndam, Delfgauw; Anthonius Wilhelmus Andreas van der Burg, Berkel en Rodenrijs; Barbara Catharina Maria van der Burg, gehuwd met Ronald Johannes Maria Ammerlaan, Bleiswijk. |
23.2 |
Geheel |
Wonen |
00 |
01 |
55 |
B 4011 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
||
25.29 |
00 |
22 |
67 |
Wonen met bedrijvigheid erf – tuin |
00 |
52 |
00 |
B 7952 |
Eigendom belast met erfpacht: Recreatieschap Rottemeren, Schiedam, zetel: ’s-Gravenhage. Erfpacht: Stichting Manege Hillegersberg, Bergschenhoek, zetel: Rotterdam. Einddatum: 31-12-2064. |
25.33 |
01 |
85 |
04 |
Terrein (grasland) |
02 |
16 |
23 |
B 4396 |
Recreatieschap Rottemeren, Schiedam, zetel: ’s-Gravenhage. |
25.38 |
00 |
14 |
53 |
Bedrijvigheid (nutsvoorziening) water |
00 |
15 |
00 |
B 4227 |
Recreatieschap Rottemeren, Schiedam, zetel: ’s-Gravenhage. |
25.44 |
06 |
54 |
54 |
Wonen erf – tuin |
100 |
60 |
97 |
B 8325 |
Recreatieschap Rottemeren, Schiedam, zetel: ’s-Gravenhage. |
voorlopig |
|||||||||
25.51 |
07 |
22 |
27 |
Onderwijs wegen |
90 |
48 |
30 |
B 8381 |
Recreatieschap Rottemeren, Schiedam. Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: Dunea N.V., Zoetermeer. |
26.5 |
01 |
38 |
13 |
Terrein (grasland) |
01 |
38 |
50 |
B 8053 |
Elk 1/4 eigendom: Gijsbertus van der Kuil, gehuwd met Maartje Petronella van Nieuwkerk, Bergschenhoek; Maartje Petronella van Nieuwkerk, gehuwd met Gijsbertus van der Kuil, Bergschenhoek; Petronella Kraan, gehuwd met Eliza Wilhelm van Nieuwkerk, Bergschenhoek; Eliza Wilhelm van Nieuwkerk, gehuwd met Petronella Kraan, Bergschenhoek. Aantekening recht: verkregen ten behoeve van vennootschap onder firma Fa. Van Nieuwkerk/Kraan, Bergschenhoek. |
voorlopig |
|||||||||
26.7 |
00 |
41 |
30 |
Wonen met bedrijvigheid erf – tuin |
03 |
59 |
00 |
B 4568 |
Elk 1/4 eigendom: Gijsbertus van der Kuil, gehuwd met Maartje Petronella van Nieuwkerk, Bergschenhoek; Maartje Petronella van Nieuwkerk, gehuwd met Gijsbertus van der Kuil, Bergschenhoek; Petronella Kraan, gehuwd met Eliza Wilhelm van Nieuwkerk, Bergschenhoek; Eliza Wilhelm van Nieuwkerk, gehuwd met Petronella Kraan, Bergschenhoek. Aantekening recht: verkregen ten behoeve van vennootschap onder firma Fa. Van Nieuwkerk/Kraan, Bergschenhoek. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland; Dunea N.V., Zoetermeer. Opstalrecht nutsvoorzieningen op gedeelte van perceel: Gemeente Lansingerland, Bergschenhoek, zetel: Lansingerland. |
28.17 |
00 |
07 |
25 |
Terrein (grasland) |
06 |
00 |
15 |
B 8060 |
H.J. Van Ruiten Onroerend Goed B.V., Bergschenhoek. |
voorlopig |
|||||||||
28.19 |
00 |
62 |
44 |
Bedrijvigheid (kas) bedrijvigheid (kas) |
01 |
65 |
82 |
B 4803 |
H.J. Van Ruiten Onroerend Goed B.V., Bergschenhoek. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Dunea N.V., Zoetermeer. |
28.23 |
00 |
00 |
01 |
Terrein (grasland) |
03 |
82 |
30 |
B 4628 |
H.J. Van Ruiten Onroerend Goed B.V., Bergschenhoek. |
28.25 |
00 |
03 |
19 |
||||||
28.28 |
00 |
78 |
18 |
Wonen erf – tuin |
00 |
85 |
30 |
B 8253 |
H.J. Van Ruiten Onroerend Goed B.V., Bergschenhoek. |
voorlopig |
|||||||||
28.30 |
01 |
94 |
84 |
Terrein (grasland) |
02 |
81 |
30 |
B 8056 |
H.J. Van Ruiten Onroerend Goed B.V., Bergschenhoek. |
voorlopig |
|||||||||
28.32 |
02 |
94 |
31 |
Wonen erf – tuin |
04 |
12 |
72 |
B 8371 |
H.J. Van Ruiten Onroerend Goed B.V., Bergschenhoek. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Dunea N.V., Zoetermeer. |
voorlopig |
|||||||||
28.34 |
00 |
01 |
27 |
Terrein (overige agrarisch) |
00 |
04 |
08 |
B 8372 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. Zakelijk recht als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Privaatrecht: Dunea N.V., Zoetermeer. |
voorlopig |
|||||||||
30.4 |
00 |
15 |
47 |
Terrein (grasland) |
04 |
15 |
80 |
B 8057 |
Elk 1/2 eigendom: Dirk Dijkshoorn, gehuwd met Trijntje Kramer, Berchem (België); Cornelia den Uijl, Gouda. |
30.6 |
00 |
17 |
45 |
||||||
voorlopig |
|||||||||
Van de onroerende zaak, kadastraal bekend, gemeente Hillegersberg |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Grondplan nr. |
Te onteigenen grootte |
Als |
Ter grootte van |
Sectie en nr. |
Ten name van |
||||
ha |
a |
ca |
ha |
a |
ca |
||||
1.200 |
18 |
67 |
63 |
Bedrijvigheid (nutsvoorziening) wegen |
20 |
47 |
20 |
C 6487 |
De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. |
11.120 |
00 |
14 |
74 |
Water |
01 |
51 |
65 |
B 9691 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
11.122 |
00 |
05 |
27 |
Wegen |
00 |
38 |
70 |
B 9688 |
Eigendom belast met opstal: Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. Opstal: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
11.124 |
00 |
79 |
91 |
Wonen terrein (grasland) |
02 |
13 |
70 |
B 9692 |
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Rotterdam. |
32.6 |
00 |
00 |
05 |
Wonen erf – tuin |
01 |
01 |
40 |
B 1629 |
Elk 1/2 eigendom: Jacobus Benjamin Schot, gehuwd met Dolly Reijerse, Rotterdam; Dolly Reijerse, gehuwd met Jacobus Benjamin Schot, Rotterdam. |
35.4 |
00 |
10 |
75 |
Bedrijvigheid (kas) erf – tuin |
00 |
69 |
85 |
B 2524 |
Elk 1/2 eigendom: Edwinus Franciscus Heppe, gehuwd met Adriana Johanna Houweling, Rotterdam; Adriana Johanna Houweling, gehuwd met Edwinus Franciscus Heppe, Rotterdam. |
39.40 |
00 |
01 |
47 |
Water |
00 |
24 |
25 |
D 1 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
39.42 |
00 |
86 |
67 |
Wonen wegen |
18 |
48 |
60 |
B 9680 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
39.80 |
00 |
02 |
41 |
Wegen |
00 |
86 |
19 |
D 1241 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
39.83 |
08 |
91 |
17 |
Wegen |
25 |
74 |
10 |
B 9640 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
39.85 |
00 |
02 |
84 |
Wegen |
01 |
43 |
00 |
I 709 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
39.89 |
Geheel |
Bouwwerken – waterwerken |
00 |
08 |
30 |
I 716 |
Eigendom belast met opstal: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Opstal: De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. |
||
39.90 |
00 |
27 |
36 |
Wegen |
01 |
73 |
89 |
B 9646 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
39.91 |
01 |
36 |
74 |
Berging – stalling (garage – schuur) wegen |
05 |
03 |
01 |
B 9648 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
voorlopig |
|||||||||
41.21 |
00 |
13 |
37 |
Terrein (natuur) |
01 |
36 |
90 |
C 5852 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
42.14 |
00 |
59 |
92 |
Openbaar vervoer |
00 |
85 |
13 |
C 7165 |
Rail Side B.V., Rotterdam. Opstalrecht nutsvoorzieningen: Kabelexploitatiemaatschappij West-Holland B.V., Dordrecht. |
42.15 |
00 |
30 |
20 |
Water |
01 |
03 |
35 |
C 7182 |
Rail Side B.V., Rotterdam. Opstalrecht nutsvoorzieningen: Kabelexploitatiemaatschappij West-Holland B.V., Dordrecht. |
42.19 |
00 |
00 |
23 |
Openbaar vervoer |
00 |
00 |
27 |
C 6496 |
Rail Side B.V., Rotterdam. Opstalrecht nutsvoorzieningen: Kabelexploitatiemaatschappij West-Holland B.V., Dordrecht. |
44.17 |
00 |
00 |
28 |
Openbaar vervoer |
03 |
26 |
00 |
C 6498 |
Railinfratrust B.V., Utrecht. |
44.21 |
00 |
18 |
02 |
||||||
44.24 |
00 |
10 |
60 |
||||||
Van de onroerende zaak, kadastraal bekend, gemeente Kralingen |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Grondplan nr. |
Te onteigenen grootte |
Als |
Ter grootte van |
Sectie en nr. |
Ten name van |
||||
ha |
a |
ca |
ha |
a |
ca |
||||
47.40 |
00 |
03 |
77 |
Wegen |
00 |
68 |
45 |
L 2053 |
Gemeente Rotterdam, Rotterdam. |
47.41 |
Geheel |
Bouwwerken – waterwerken wegen |
00 |
28 |
75 |
L 2054 |
Eigendom belast met opstal: Gemeente Rotterdam, Rotterdam. Opstal: De Staat (Infrastructuur en Milieu), ’s-Gravenhage. |
||
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2018-18733.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.