Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 12 december 2017, nr. FEZ (EDOC-1273272) houdende wijziging van de Regeling jaarverslaggeving onderwijs in verband met het schrappen van het verplicht gebruik van de FSR-tabel in het hoger onderwijs, aanpassing van de wijze van declaratieverantwoording in de jaarrekening, alsmede een verduidelijking van Bijlage 3 ten aanzien van de continuïteitsparagraaf in de jaarrekening

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,

Gelet op de artikelen 2, vierde lid, en 4 van het Besluit informatievoorziening WPO/WEC, artikel 18, vijfde lid, van het Bekostigingsbesluit WVO, de artikelen 2.5.3, tweede lid, en 2.5.4, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, de artikelen 5.2.1 en 5.2.2 van het Uitvoeringsbesluit WEB en artikel 2.14 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek;

Besluiten:

ARTIKEL I

De Regeling jaarverslaggeving onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3 vervalt onderdeel i.

B

Artikel 4, derde lid, komt te luiden:

Instellingen voor hoger onderwijs als bedoeld in artikel 1.8 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek nemen in het bestuursverslag een overzicht op van de vergoedingen aan en de declaraties van de individuele bestuurders. Hogescholen verantwoorden de declaraties van bestuurders in overeenstemming met de Handreiking, opgenomen in de brief van de Vereniging Hogescholen van 3 november 2016 met kenmerk 16.4347.avw (te raadplegen via www.onderwijsinspectie.nl). Universiteiten verantwoorden de declaraties van bestuurders in overeenstemming met de Handreiking verantwoording declaraties bestuurders, opgenomen in de brief van de Vereniging van Universiteiten van 7 september 2016 met kenmerk VSNU 16/214 U (te raadplegen via www.onderwijsinspectie.nl).

C

In artikel 5, tweede lid, wordt ‘artikel 3, onder e3 en i’ vervangen door: artikel 3, onder e3.

D

De Bijlagen 1 en 2 bij de regeling vervallen.

E

In Bijlage 3, paragraaf ‘A. Gegevensset’, onder A1, wordt ‘meerjarenbegroting’ vervangen door: kengetallen.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

TOELICHTING

Deze regeling wijzigt de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (RJO) en betreft:

  • een aanpassing inzake de afschaffing van het verplichte gebruik van de FSR-tabel in het hoger onderwijs;

  • een aanpassing betreffende afspraken met zowel de hogescholen (VH) als universiteiten (VSNU) over de wijze van opstellen en verantwoorden van de declaraties van bestuurders in de jaarrekening; en

  • een verduidelijking van Bijlage 3 ten aanzien van de continuïteitsparagraaf in het jaarverslag.

Afschaffing van het verplichte gebruik van de FSR-tabel

In juli 2007 is het zogeheten SiSa-Convenant gesloten tussen een aantal departementen en de VSNU waarin afspraken zijn vastgelegd om te komen tot een lastenreductie bij de verantwoording van doelsubsidies, die de universiteiten ontvangen van de departementen van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, EL&I, Economische Zaken en Financiën. Naderhand sloot de VH zich hierbij aan, en zijn deze afspraken ook van toepassing op de hbo-sector. De afspraken uit het Convenant zijn onder de naam FSR (Financiële Specifieke Rijkssubsidieverantwoording) ook opgenomen in de RJO. Het streven was dat de instellingen met de FSR-tabel verantwoording afleggen over alle overige subsidies, die van rijkswege worden verstrekt, naast de rijksbijdrage.

Gaandeweg bleek het SiSa-Convenant echter een lastig implementatietraject te ondervinden en werd een aantal tekortkomingen zichtbaar. Zo werd bij de subsidieverstrekking niet altijd rekening gehouden met de afspraken uit het Convenant en bleven in de praktijk tal van vragen en misverstanden bestaan over de toepassing van de FSR-tabel en de controle daarop. Ondanks de inzet van een speciale werkgroep om deze problemen aan te pakken, bleven er vragen en opmerkingen bestaan rond de FSR-tabel. Van de beoogde administratieve lastenreductie is soms weinig te merken en de FSR leidt volgens een aantal instellingen juist tot meer werk en meer vragen. Daarom is het initiatief genomen om in een nader overleg met een aantal gebruikers te inventariseren hoe het medio 2016 met FSR stond in de praktijk en welke wensen er bestonden om deze toch passend te maken. Er bleken dusdanige bezwaren te zijn, dat afschaffing van de verplichting opportuun werd geacht.

Artikel I, onderdelen A, C en D, voorzien in de afschaffing van het verplicht gebruik van de FSR-tabel. De instelling mag deze methodiek blijven gebruiken, maar het gebruik ervan is nu vrijwillig. Daarbij bepaalt de instelling zelf of en in welke gevallen men gebruik wil maken van de geharmoniseerde FSR-verantwoordingsmethode.

Aanpassing van de wijze van opstellen en verantwoorden van declaraties van bestuurders in de jaarrekening

Deze aanpassing behelst afspraken met zowel de hogescholen (VH) als universiteiten (VSNU) over de wijze van opstellen en verantwoorden van de declaraties van de bestuurders in het jaarverslag. Met deze aanpassing wordt aangesloten op de afspraken uit de brieven waarmee de sectoren een handreiking doen aan hun leden. Ingevolge artikel I, onderdeel B, is in artikel 4, derde lid, van de RJO opgenomen dat hogescholen de declaraties van bestuurders verantwoorden in overeenstemming met de Handreiking (brief d.d. 3 november 2016 met kenmerk 16.4347.avw van de VH) en universiteiten in overeenstemming met de Handreiking verantwoording declaraties bestuurders (brief d.d. 7 september 2016 met kenmerk VSNU 16/214 U). Omdat de verantwoording van declaraties van bestuurders thans volgens deze Handreikingen zal plaatsvinden kan Bijlage 2 bij de RJO (die voorzag in een algemeen model voor declaratieverantwoording) vervallen. Hierin is voorzien door Artikel I, onderdeel D.

Verduidelijking van Bijlage 3 ten aanzien van de continuïteitsparagraaf in het jaarverslag

Uit de analyses van de jaarverslagen die de Inspectie van het Onderwijs deze zomer heeft uitgevoerd komt onder meer naar voren dat er interpretatieverschillen kunnen ontstaan ten aanzien van de gegevens, die in de continuïteitsparagraaf van het bestuursverslag moeten worden opgenomen. Deze onduidelijkheid over de wijze van interpreteren is opgeheven door artikel I, onderdeel E, dat het begrip ‘meerjarenbegroting’ in de toelichting onder A1 heeft vervangen door ‘kengetallen’.

Administratieve lasten

De aanpassing betreffende de Continuïteitsparagraaf en de aanpassing inzake de declaraties leiden niet tot aanzienlijke verzwaring van de administratieve lasten. De aanpassing betreffende het afschaffen van de verplichting tot het gebruik van de FSR, de daarmee samenhangende werkzaamheden en de bijbehorende controle van de instellingsaccountant zullen naar verwachting leiden tot een aanzienlijke verlichting van de administratieve lasten voor de instellingen voor hoger onderwijs.

Inwerkingtreding en terugwerkende kracht

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. De regeling wordt toegepast vanaf de jaarverslaggeving over het jaar 2017. Om buiten twijfel te stellen dat de regeling reeds voor de verslaggeving over 2017 van toepassing is, is opgenomen dat de regeling bij haar inwerkingtreding terugwerkt tot en met 1 januari 2017.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

Naar boven