Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 24 april 2018, nr. IENW/BSK-2018/35567, tot wijziging van de Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet, de Regeling tarieven scheepvaart 2005 en de Regeling olie-afgifteboekje Rijnvaart 1995 in verband met de indexering en een aantal nieuwe tarieven

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 16, eerste en tweede lid, van richtlijn nr. 95/21/EG van de Raad van de Europese Unie van 19 juni 1995, betreffende havenstaatcontrole (PbEG L 157), de artikelen 4, tweede lid, 17, eerste lid, en 21, eerste lid, van de Meetbrievenwet 1981, artikel 14, derde lid, van de Wet havenstaatcontrole, de artikelen 2, derde lid en 10 van de Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting, artikel 311a, vierde lid, van het Wetboek van Koophandel, artikel 49, tweede lid, van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, de artikelen 6, derde lid, en 6a, derde lid, van de Zeebrievenwet, artikel 37, derde lid, van de Maatregel teboekgestelde schepen 1992, artikel 62, aanhef en onderdelen c, d en h van de Wet zeevarenden, artikel 72, eerste lid, van de Schepenwet, artikel 51, tweede lid, van de Binnenvaartwet en artikel 40, tweede lid, van de Wet voorkoming verontreiniging door schepen;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 160’ vervangen door: € 167.

B

In artikel 5 wordt ‘€ 443’ vervangen door: € 461.

C

In artikel 7 wordt ‘€ 849’ vervangen door: € 884.

D

In artikel 8 wordt ‘€ 624’ vervangen door: € 650.

E

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 146’ vervangen door: € 152.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 236’ vervangen door: € 246.

F

In artikel 13 wordt ‘€ 102’ vervangen door: € 106.

G

In artikel 14 wordt ‘€ 472’ vervangen door: € 491.

H

Artikel 14a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘USD 2.112’ vervangen door: USD 2.199.

2. In het tweede lid wordt ‘USD 168’ vervangen door: USD 175.

I

Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:

1. De in artikel 16 opgenomen tabel wordt vervangen door onderstaande tabel:

 

< 24 meter

≥ 24 meter

Geklasseerde vissersvaartuigen

   

Onderzoek eerste afgifte certificaat

 

€ 15.263

Periodiek onderzoek vernieuwing/handhaving certificaat

 

€ 2.221

Onderzoek overname met langlopend certificaat

 

€ 5.103

Niet-geklasseerde vissersvaartuigen

   

Onderzoek eerste afgifte certificaat

€ 12.324

€ 27.886

Periodiek onderzoek vernieuwing/handhaving certificaat

€ 2.071

€ 2.551

Onderzoek overname met langlopend certificaat

€ 4.820

€ 5.938

2. In het derde lid, onderdeel a, wordt ‘€ 2.549’ vervangen door: € 2.654.

3. In het derde lid, onderdeel b, wordt ‘€ 2.822’ vervangen door: € 2.938.

4. In het vijfde lid wordt ‘€ 146’ vervangen door ‘€ 152’ en ‘€ 295’ vervangen door: € 307.

5. In het zesde lid wordt ‘€ 295’ vervangen door: € 307.

J

In artikel 18, eerste lid, wordt ‘€ 849’ vervangen door: € 884.

K

In artikel 22, eerste lid, wordt ‘€ 75’ vervangen door: € 78.

L

In artikel 23, eerste lid, wordt ‘€ 1.234’ vervangen door: € 1.285.

M

In artikel 24, eerste lid, wordt ‘€ 146’ vervangen door: € 152.

N

Bijlage 1 wordt vervangen door de bijlage bij deze regeling.

ARTIKEL II

De Regeling tarieven scheepvaart 2005 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.2. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 1.450’ vervangen door: € 1.510.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 920’ vervangen door: € 958.

3. In het derde lid wordt ‘€ 412’ vervangen door: € 429.

B

In artikel 1.5., eerste en tweede lid, wordt ‘€ 157’ telkens vervangen door: € 165.

C

In artikel 1.7. wordt ‘€ 115’ vervangen door: € 120.

D

In artikel 1.8. wordt ‘€ 115’ vervangen door: € 120.

E

In artikel 1.10., eerste en tweede lid, wordt ‘€ 102’ telkens vervangen door: € 106.

F

In artikel 1.11. wordt ‘€ 121’ vervangen door: € 126.

G

Artikel 1.13. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt ‘€ 115’ vervangen door: € 120.

2. In het vierde lid wordt ‘€ 259’ vervangen door: € 270.

H

Artikel 1.14. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 396’ vervangen door: € 412.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 116’ vervangen door: € 121.

I

In artikel 1.18. wordt ‘€ 205’ vervangen door: € 213.

J

Artikel 1.21. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 44,10’ vervangen door: € 44,98.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 16,61’ vervangen door: € 16,94.

K

Artikel 1.22. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 49,64’ vervangen door: € 50,63.

2. In het tweede en het derde lid wordt ‘€ 16,61’ telkens vervangen door: € 16,94.

L

In artikel 1.23. wordt ‘€ 83’ vervangen door: € 84.

M

Artikel 1.24. wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 112’ vervangen door: € 114.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 574’ vervangen door: € 560.

3. In onderdeel c wordt ‘€ 180’ vervangen door: € 183.

4. In onderdeel d wordt ‘€ 43’ vervangen door: € 44.

N

Artikel 1.27d. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na ‘vaargebied’ en voor ‘,als’ ingevoegd: of een aanvraag voor het afnemen van het praktijkexamen schipper rondvaartboot met beperkt vaargebied en de afgifte van een verklaring schipper rondvaartboot met beperkt vaargebied.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Voor de verlenging van een verklaring schipper rondvaartboot met een beperkt vaargebied of de afgifte van een duplicaat is een tarief verschuldigd dat is vastgesteld door het CBR overeenkomstig artikel 4am van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 17, eerste lid, van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen.

O

Artikel 1.31. wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 137’ vervangen door € 143.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 137’ vervangen door ‘€ 143’ en wordt ‘€ 90’ vervangen door: € 94.

P

In artikel 1.32. wordt ‘€31’ vervangen door: €32.

Q

Artikel 2.2. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 146’ vervangen door: € 152.

2. In het tweede lid, onderdeel a, wordt ‘€ 309’ vervangen door: € 322.

3. In het tweede lid, onderdeel b, wordt ‘€ 269’ vervangen door: € 280.

R

In artikel 2.3. wordt ‘€ 146’ vervangen door: € 152.

S

In artikel 2.4 wordt ‘€ 413’ vervangen door: € 430.

T

In artikel 2.5. wordt ‘€ 1.053’ vervangen door: € 1.096.

U

Artikel 2.6. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 149’ vervangen door: € 155.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 52’ vervangen door: € 54.

V

In de artikelen 2.7., 2.8. en 2.9. wordt ‘€ 115’ telkens vervangen door: € 120.

W

Artikel 2.10. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 1.454’ vervangen door: € 1.514.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 157’ vervangen door: € 163.

3. In het derde lid wordt ‘€ 130’ vervangen door: € 135.

4. In het vierde lid wordt ‘€ 447’ vervangen door: € 465.

5. In het vijfde lid wordt ‘€ 149’ vervangen door: € 155.

X

Artikel 2.11. wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 287’ vervangen door: € 298.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 173’ vervangen door: € 180.

Y

In artikel 2.12. wordt ‘€ 164’ vervangen door: € 171.

Z

In artikel 2.13., onderdeel a, wordt ‘€ 115’ vervangen door: € 120.

AA

In artikel 2.14. wordt ‘€ 115’ vervangen door: € 120.

BB

In artikel 2.15. wordt een onderdeel toegevoegd luidende:

d. Ballastwaterverdrag:

het op 13 februari 2004 te Londen tot stand gekomen Internationaal Verdrag voor de controle en het beheer van ballastwater en sedimenten van schepen (Trb. 2005, 44).

CC

In artikel 2.16. wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

DD

Artikel 2.17. wordt als volgt gewijzigd:

1. De in het eerste lid opgenomen tabel wordt vervangen door onderstaande tabel:

Type onderzoek

≤75 m

>75 m

Onderzoek eerste afgifte

€ 152

 

Onderzoek eerste afgifte

 

€ 305

Viseren certificaten

€ 78

 

Viseren certificaten

 

€ 78

Onderzoek hernieuwde afgifte

€ 152

 

Onderzoek hernieuwde afgifte

 

€ 152

2. In het tweede lid wordt ‘€ 360’ vervangen door: € 375.

3. In het derde lid wordt ‘€ 540’ vervangen door: € 562.

EE

In artikel 2.19. wordt ‘€ 171’ vervangen door: € 178.

FF

Artikel 2.20. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 171’ vervangen door: € 178.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

GG

In artikel 2.21. wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

HH

Artikel 2.21a. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 164’ vervangen door: € 171.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

II

Artikel 2.21b. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 146’ vervangen door: € 152.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 243.

JJ

Onder vernummering van artikel 2.21c. tot artikel 2.21d. wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.21c. Tarieven Besluit voorkoming verontreiniging door schepen in samenhang met het Ballastwaterverdrag

  • 1. Voor het beoordelen van het Ballastwaterbeheerplan en het onderzoek aan boord dat nodig is nodig voor de afgifte van een internationaal ballastwaterbeheercertificaat als bedoeld in voorschrift E-1 in de bijlage bij het Ballastwaterverdrag of als bedoeld in artikel 13a bij het Besluit voorkoming verontreiniging door schepen, is een tarief verschuldigd van € 474.

  • 2. Voor de afgifte of vervanging van een certificaat, als bedoeld in het eerste lid is een tarief verschuldigd van € 149.

KK

In artikel 2.21d. (nieuw) wordt ‘€ 160’ vervangen door: € 167.

LL

Artikel 2.22. wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘€ 227’ vervangen door: € 236.

2. In onderdeel b wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

MM

In artikel 2.24. wordt ‘€ 72’ vervangen door: € 73.

NN

Artikel 2.25. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt ‘€ 110’ vervangen door: € 112.

2. In het eerste lid, onderdeel b, wordt ‘€ 74’ vervangen door: € 75.

3. In het eerste lid, onderdeel c, wordt ‘€ 128’ vervangen door: € 126.

4. In het tweede lid wordt ‘€ 232’ vervangen door: € 229.

OO

In artikel 2.26. wordt ‘€ 146’ vervangen door: € 152.

PP

In artikel 2.27. wordt ‘€ 117’ vervangen door: € 119.

QQ

In artikel 2.28. wordt in het eerste en het tweede lid ‘€135’ telkens vervangen door: €141.

RR

In artikel 2.30. wordt ‘€ 90’ vervangen door ‘€ 94’ en wordt € 137 vervangen door: € 143.

SS

Artikel 2.33. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 137’ vervangen door ‘€ 143’ en wordt ‘€ 90’ vervangen door: € 94.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 32’ vervangen door: €33.

TT

Artikel 3.1. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 1.476’ vervangen door: € 1.537.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 507’ vervangen door: € 528.

UU

Artikel 3.1a. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en het tweede lid wordt ‘USD 2.112’ telkens vervangen door: USD 2.199.

2. In het derde lid wordt ‘USD 168’ vervangen door: USD 175.

VV

In artikel 3.2. wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

WW

Artikel 3.4. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 294’ vervangen door: € 306.

3. In het derde lid wordt ‘€ 234’ vervangen door: € 244.

XX

In artikel 3.5. wordt ‘€ 143’ vervangen door: € 149.

YY

Artikel 3.6. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 120’ vervangen door: € 118.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 140’ vervangen door: € 138.

ZZ

Artikel 3.7. wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 120’ vervangen door: € 118.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 140’ vervangen door: € 138.

AAA

In artikel 3.8. wordt ‘€ 66’ vervangen door: € 68.

BBB

In artikel 3.9. wordt ‘€ 133’ vervangen door: € 138.

CCC

In artikel 3.10. wordt ‘€ 270’ vervangen door: € 281.

DDD

Na artikel 3.10. worden twee artikelen toegevoegd, luidende:

Artikel 3.11. Tarief bekwaamheidsbewijzen Polar-Code

Voor de afgifte van het bekwaamheidsbewijs ingevolge de op grond van hoofdstuk XIV-1.1 van het SOLAS-verdrag toepasselijke Polar-Code als bedoeld in artikel 36a van het Besluit zeevarenden handelsvaart en zeilvaart, is een tarief verschuldigd van € 120.

Artikel 3.12. Tarief bekwaamheidsbewijzen IGF-Code

Voor de afgifte van het bekwaamheidsbewijs ingevolge de op grond van hoofdstuk II-1/2.29 van het SOLAS-verdrag toepasselijke IGF-Code als bedoeld in artikel 39a, tweede en derde lid, van het Besluit zeevarenden handelsvaart en zeilvaart, is een tarief verschuldigd van € 120.

EEE

In artikel 4.1. wordt ‘€ 160’ vervangen door: € 167.

FFF

In artikel 4.2. wordt ‘€ 75’ vervangen door: € 78.

ARTIKEL III

Artikel 2 van de Regeling olie-afgifteboekje Rijnvaart 1995 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘€ 49,64,’ vervangen door: € 50,63,.

2. In het tweede lid wordt ‘€ 36,23,’ vervangen door: € 36,95,.

3. In het derde lid wordt ‘€ 16,61,’ vervangen door: € 16,94,.

ARTIKEL IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in het kader van de wijziging van de Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet tevens in het Afkondigingsblad van Aruba, in het Publicatieblad van Curaçao en in het Afkondigingsblad van Sint Maarten worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

BIJLAGE ALS BEDOELD IN ARTIKEL I, ONDERDEEL N, BIJ DE REGELING TOT WIJZIGING VAN DE REGELING NEDERLANDSE TARIEVEN SCHEPENWET

Bijlage 1 als bedoeld in artikel 4 van de Regeling Nederlandse tarieven Schepenwet

Tarief onderzoek van niet-geklasseerde schepen en aannemersmateriaal
 

<500 GT

≥500 GT

Vrachtschip

   

Hernieuwde afgifte

€ 5.459

€ 6.992

Viseren certificaten

€ 1.245

€ 2.047

Aannemersmateriaal met voortstuwing

   

Hernieuwde afgifte

€ 6.361

€ 8.631

Viseren certificaten

€ 1.336

€ 2.139

Aannemersmateriaal zonder voortstuwing

   

Hernieuwde afgifte

€ 2.410

€ 3.054

Viseren certificaten

€ 777

€ 884

Aannemersmateriaal zonder voortstuwing, inclusief bemand werken

   

Hernieuwde afgifte

€ 2.410

€ 3.054

Viseren certificaten

€ 884

€ 884

Supply- en supportschip

   

Hernieuwde afgifte

€ 4.581

€ 6.992

Viseren certificaten

€ 884

€ 2.047

 

≥24 meter

Sleepboot

 

Hernieuwde afgifte

€ 5.567

Viseren certificaten

€ 1.510

Personentender

 

Hernieuwde afgifte

€ 4.581

Viseren certificaten

€ 1.397

Patrouille-, peil- en meetvaartuig

 

Hernieuwde afgifte

€ 4.581

Viseren certificaten

€ 1.397

TOELICHTING

Algemeen

Deze regeling wijzigt onder meer tarieven die de Inspectie Leefomgeving en Transport (hierna: ILT) hanteert op beleidsterreinen van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Onder het kopje ‘indexering’ worden de wijzigingen van de tarieven in verband met de inflatiecorrectie toegelicht. Het artikelsgewijze gedeelte licht de onderdelen toe die niet behoren tot de indexering van de tarieven.

Indexering

Op 1 juni 2010 is de afgifte van een aantal vergunningen door de toenmalige Minister van Verkeer en Waterstaat overgedragen aan Kiwa N.V. (hierna: Kiwa). De overeenkomst met Kiwa voorziet in een jaarlijkse stijging van de door Kiwa gehanteerde tarieven met een inflatiecorrectie en vanaf 1 januari 2014 tevens in een daling van de tarieven met een efficiencyfactor. Deze factor bedraagt per 1 januari 2017 en per 1 januari 2018 in totaal voor de binnenvaart 4% en voor de koopvaardij en visserij 3%. De efficiencyfactoren, zoals overeengekomen in de overeenkomst met Kiwa, zijn alleen toegepast op de kostendekkende tarieven. Dit is gebeurd met het oog op het Rijksbeleid zoveel mogelijk kostendekkende tarieven te hanteren. Immers het toepassen van efficiencyfactoren op niet-kostendekkende tarieven zou tot een verlaging van het tarief leiden wat haaks staat op het Rijksbeleid. Per saldo leidt dit bij een inflatiecorrectie over 2016 en 2017 van 1,8% tot een tariefmutatie voor de koopvaardij en visserij -1,2%. Hierbij kan de tariefwijziging per individueel product iets afwijken vanwege afronding.

Voor de vergunningverlenende werkzaamheden van de ILT worden tevens tarieven in rekening gebracht. Uitgangspunt van het kabinetsbeleid is ook ten aanzien van de ILT-tarieven dat zoveel mogelijk kostendekkende tarieven in rekening worden gebracht. Veel tarieven die de ILT tot nu toe hanteert zijn niet kostendekkend. Omdat de tarieven voor het laatst zijn geïndexeerd (inflatiecorrectie) per 1 januari 2016 is nu besloten de tarieven met een inflatiecorrectie aan te passen voor de jaren 2016 en 2017. Door het toepassen van een gewogen gemiddelde van de percentages Prijs overheidsconsumptie netto materieel (IMOC) en CAO sector Overheid (publicatie CPB, september 2017) zullen de tarieven stijgen met 4,12%. Hierbij kan de tariefwijziging per product iets afwijken door de afronding van de bedragen.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel II

Onderdeel N

Met ingang van 1 december 2017 is in de Binnenvaartregeling de mogelijkheid opgenomen om het praktijkexamen schipper rondvaartboot beperkt vaargebied af te leggen. Met deze wijziging van artikel 1.27d. wordt het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) de bevoegdheid verleend om voor de afgifte van de verklaring schipper rondvaartboot met beperkt vaargebied, het afnemen van de daarvoor vereiste examens, de verlenging van de verklaring en de afgifte van een duplicaat, tarieven te heffen. De tarieven worden opgenomen in de Regeling tarieven Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen die door het CBR wordt opgesteld en in de Staatscourant bekend wordt gemaakt.

Onderdeel JJ

Met ingang van 8 september 2017 is een nieuw verdrag van de Internationale Maritieme Organisatie van de Verenigde Naties in werking getreden, de Ballastwater Management Conventie. Schepen (koopvaardij en visserij) met een brutotonnage van 400 ton of meer moeten over een ballastwaterbeheercertificaat beschikken. In het kader hiervan zijn twee tarieven vastgesteld, namelijk een tarief voor het beoordelen van het Ballastwaterbeheerplan en het onderzoek aan boord (inclusief afgifte van een ballastwaterbeheercertificaat) en een tarief voor de afgifte of vervanging van een ballastwaterbeheercertificaat.

Onderdeel DDD

Kiwa geeft per 1 januari 2017 bekwaamheidsbewijzen ingevolge de IGF-Code (International Code of Safety for Ship Using Gases or Other Low-flashpoints Fuels) af en de Polar-Code bekwaamheidsbewijzen per 1 januari 2018. De processen zijn vergelijkbaar met de afgifte van bekwaamheidsbewijzen voor tankers en om die reden gaat eenzelfde tarief gelden. In december 2016 zijn er wijzigingen aangebracht in het Besluit Zeevarenden handelsvaart en zeilvaart en de Regeling Zeevarenden in verband met de implementatie van de IGF-Code en Polar-Code. Elke zeevarende die dienst doet op schepen waar de IGF-Code op van toepassing is moet beschikken over een IGF-Code bekwaamheidsbewijs. Zeelieden die dienst doen op schepen in polaire wateren moeten beschikken over een Polar-Code bekwaamheidsbewijs. Voor de afgifte van deze bewijzen is € 120 verschuldigd.

Administratieve lasten en nalevingskosten

Voor de sector scheepvaart wordt het financiële kosteneffect van de wijziging van de tariefregeling in verband met de introductie van nieuwe vergunningen en bekwaamheidsbewijzen op € 22.000 per jaar becijferd. Het betreft voor deze sector een zeer gering bedrag. De jaarlijkse opbrengst tarieven scheepvaart bedraagt c.a. € 2,5 mln.

Inhoudelijke nalevingskosten zijn de directe kosten voor het bedrijfsleven van naleving van inhoudelijke verplichtingen als gevolg van wet- en regelgeving. Het zijn dus niet de door de overheid gemaakte kosten. Het zijn bijvoorbeeld de tijd en daarmee samenhangende kosten die een bedrijf nodig heeft om een aanvraag in te dienen.

De inhoudelijke nalevingkosten voor de nieuwe vergunningen en bekwaamheidsbewijzen bedragen nog geen € 3.000 per jaar.

Internetconsultatie

De onderhavige regeling is aangeboden voor internetconsultatie. De reacties op de internetconsultatie hebben niet geleid tot inhoudelijke wijzigingen.

Nieuw tariefstelsel

Brancheorganisaties hebben in de internetconsultatie aangegeven informatie te missen over de invoering van het nieuwe tariefstelsel. Hier kan het volgende over worden opgemerkt. De afgelopen vier jaar is toegewerkt naar de invoering van een nieuw tariefstelsel. De Tweede Kamer is hier enkele malen over geïnformeerd, het laatst in juni 2017.1 In juli 2016 vond er een tweede consultatiebijeenkomst voor brancheorganisaties plaats. Omdat het vervolg nog niet was uitgekristalliseerd vraagt de invoering meer tijd dan verwacht. Op 29 november 2017 sprak de Minister in antwoord op een Kamervraag over het tarief voor taxivergunningen de verwachting uit dat begin 2018 de consultatie zal worden georganiseerd.2 Het voornemen is bij de volgende consultatiebijeenkomst de op het herziene tariefstelsel gebaseerde concepttariefregeling te agenderen. Na de consultatie en de verwerking van de reacties, zal de Regeling worden aangeboden aan de Tweede Kamer. Tot slot volgt publicatie in de Staatscourant en het in werking treden van de nieuwe tariefregeling.

Inwerkingtreding

Op grond van het kabinetsbeleid inzake vaste verandermomenten treden ministeriele regelingen in werking met ingang van 1 januari, 1 april, 1 juli of 1 oktober. Bekendmaking geschiedt uiterlijk twee maanden voor inwerkingtreding. In deze wijzigingsregeling wordt afgeweken van deze termijn van twee maanden en van de vaste verandermomenten. Dit vanwege het feit dat het doorschuiven van de inwerkingtreding naar het volgende vaste verandermoment (1 juli 2018) zal leiden tot nadelige (financiële) gevolgen voor de ILT en Kiwa.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Kamerstukken II 2016/17, 29 984, nr. 717, p. 2 en 3.

X Noot
2

Kamerstukken II 2017/18, 2017Z16638.

Naar boven