Regeling van het College voor Toetsen en Examens van 21 december 2017, nummer CvTE-17.01674, houdende wijziging van de Regeling omzetting scores in cijfers centrale examens en rekentoets VO 2016

Gelet op artikel 2, tweede lid, aanhef en onderdeel e, en artikel 2a van de Wet College voor toetsen en examens;

Gezien de goedkeuring van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, gegeven op 14 maart 2018, nummer 1323133;

Besluit:

ARTIKEL I WIJZIGING VAN DE REGELING OMZETTING SCORES IN CIJFERS CENTRALE EXAMENS EN REKENTOETS VO 2016

De Regeling omzetting scores in cijfers centrale examens en rekentoets VO 2016 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2 wordt ‘artikel 2a’ vervangen door ‘artikel 2, lid 2a,’

B

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3. tijdelijke speelruimte cspe

  • 1. Indien het bevoegd gezag daarvoor regels heeft gesteld, kan de directeur van een school per profielvak besluiten een hogere N-term te hanteren voor het centraal schriftelijk en praktisch examen dan de N-term die voortvloeit uit hoofde van artikel 1.

  • 2. De speelruimte, bedoeld in het eerste lid, bedraagt maximaal 0,5 meer dan de N-term volgens artikel 1.

  • 3. Indien toepassing wordt gegeven aan het eerste lid, dan meldt de directeur van de school de hogere N-term alsmede de reden van toepassing daarvan aan de Inspectie van het onderwijs.

  • 4. Dit artikel vervalt met ingang van 1 januari 2019.

C

Bijlage 3 vervalt.

ARTIKEL II INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2018.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Het College voor Toetsen en Examens, de voorzitter, P.J.J. Hendrikse

TOELICHTING

Artikel 42, tweede lid, van het Eindexamenbesluit VO bepaalt dat de directeur het cijfer voor het centraal examen in een vak vaststelt op grond van de vastgestelde score en met inachtneming van de regels, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel e, van de Wet College voor toetsen en examens. Met deze regels wordt de Regeling omzetting scores in cijfers centrale examens en rekentoets VO 2016 bedoeld, die door de onderhavige regeling is gewijzigd.

Deze wijziging is grotendeels technisch van aard, omdat de speelruimte voor het bepalen van de N-term al eerder is toegekend met het oog op de nieuw vastgestelde profielen. De inhoud van de vervallen bijlage 3 is nu grotendeels overgeheveld naar artikel 3. Met deze regeling worden enige verduidelijkingen gemaakt en een nieuwe vervaltermijn voor de speelruimte ingevoerd.

Bij de omzetting van scores in cijfers van de volgende negen profielvak cspe’s

  • bouwen, wonen en interieur

  • produceren, installeren en energie

  • mobiliteit en transport

  • media, vormgeving en ICT

  • zorg en welzijn

  • economie en ondernemen

  • horeca, bakkerij en recreatie

  • groen

  • dienstverlening en producten

hebben scholen in het examenjaar 2018 enige speelruimte bij het hanteren van de N-term. Voor de uitleg van het begrip N-term wordt verwezen naar de toelichting bij de oorspronkelijke regeling.

Deze speelruimte houdt in dat:

  • het CvTE de N-termen van de profielvak cspe’s bepaalt volgens artikel 1 van en bijlage 1 bij deze regeling;

  • scholen per profielvak cspe een hogere N-term mogen hanteren dan de N-term die het College voor Toetsen en Examens heeft vastgesteld;

  • de N-term van de school maximaal 0,5 hoger mag liggen dan de N-term van het College voor Toetsen en Examens;

  • de school deze keuze mag maken op grond van door het bevoegd gezag opgestelde regels;

  • deze schoolregels verband dienen te houden met de overgang van sectoren naar profielen en eventuele examenproblemen voor leerlingen als gevolg daarvan;

  • een hogere N-term alsmede de reden daarvan gemeld wordt aan de Inspectie van het onderwijs.

De profielvakken vormen de centraal examenstof van de geheel vernieuwde beroepsgerichte examenprogramma’s. De stof wordt getoetst met een centraal schriftelijk en praktisch examen (cspe). De beroepsgerichte keuzevakken vormen de overige gedeelten van deze nieuwe beroepsgerichte examenprogramma’s. Bij de meeste profielen worden drie of meer ‘oude’ beroepsgerichte vakken geïntegreerd. Bij het profielvak produceren, installeren en energie bijvoorbeeld zijn dat metaal-, elektro- en installatietechniek.

De combinatie van een geheel nieuwe structuur en nieuwe inhouden maakt dat de vernieuwing van de beroepsgerichte programma’s een zeer ingrijpende verandering is. De profielvak cspe’s zijn daarvan het slotstuk.

De profielvak cspe’s zijn ontwikkeld op basis van syllabi die de nieuwe centraal examenstof beschrijven en worden door de scholen geheel volgens 'de regelen der kunst' afgenomen. Het enige verschil is dat de school bij de omzetting van score naar cijfer in het examenjaar 2018 enige speelruimte heeft. De speelruimte bij de N-termen is nodig, omdat ondanks syllabusconform onderwijs kan blijken dat het profielvak cspe niet aansluit bij het gegeven onderwijs. De invoeringsmaatregel van de speelruimte helpt voorkomen dat leerlingen daarvan de dupe worden. Het bevoegd gezag kan de door hem op te stellen regels voor het hanteren van de speelruimte hieraan relateren.

In 2017, 2016 en 2015 gold dezelfde speelruimte ook. In 2016 en 2015 betrof het alleen pilot-scholen. In 2017 namen voor het eerst ook niet-pilot-scholen profielvak cspe’s af. De ervaringen uit de genoemde examenjaren leren dat de speelruimte heel hard nodig was, met name voor sommige scholen die voor het eerst profielvak cspe’s afnemen, maar ook voor scholen die dit al voor de tweede keer deden.

De speelruimte is een invoeringsmaatregel en daarom is artikel 3 een overgangsbepaling. Om die reden is in artikel 3, derde lid, een vervaltijdstip genoemd. Dat dit tijdstip 1 januari 2019 is en niet 1 augustus 2018 komt doordat rekening gehouden moet worden dat er leerlingen zijn die hun recht op herkansing niet vóór 1 augustus hebben kunnen uitoefenen.

Artikel 3 heeft geen betrekking op maritiem en techniek, omdat dit profielvak wordt afgesloten met een examen dat in eigen beheer is ontwikkeld door de scholen die door de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zijn aangewezen om onderwijs te mogen verzorgen vanuit de drie disciplines Rijn-, binnen- en kustvaart (RBK), Haven en vervoer (HV) en Jacht- en scheepsbouw (JS). Het examenprogramma voor het profielvak maritiem en techniek kent dus geen centraal ontwikkelde beoordelingsnormen en regels over de omrekening van een score naar een cijfer voor dat vak. Deze regeling heeft daarmee geen betrekking op het examen voor dat profielvak.

Het College voor Toetsen en Examens, de voorzitter, P.J.J. Hendrikse

Naar boven