Beleidsregel van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 13 maart 2018, 2018-0000041739, over de vaststelling van de boete bij verwijtbaar overschrijden van de inburgeringstermijn (Beleidsregel boetevaststelling inburgering)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 34, onderdelen c en d, van de Wet inburgering en artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Bij de vaststelling van de hoogte van de boete, bedoeld in artikel 34, aanhef en onderdelen c en d, van de Wet inburgering wordt gekeken naar:

    • a. het aantal uren dat de inburgeringsplichtige heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of een cursus Nederlands als tweede taal bij een instelling met het Blik op Werk keurmerk;

    • b. het aantal keren dat de inburgeringsplichtige de onderdelen van het inburgeringsexamen of staatsexamen Nederlands als tweede taal heeft afgelegd.

  • 2. De hoogte van de boete wordt vastgesteld aan de hand van de boetetabel zoals opgenomen in de bijlage bij deze beleidsregel.

Artikel 2

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 juli 2018.

Artikel 3

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel boetevaststelling inburgering.

Deze beleidsregel zal met de toelichting en de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 13 maart 2018

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

BIJLAGE BEHORENDE BIJ ARTIKEL 2

   

Gevolgde uren inburgeringscursus of cursus Nederlands als tweede taal

0 t/m 149

150 t/m 299

300 of meer

Aantal keren onderdelen van het inburgerings- of staatsexamen Nederlands als tweede taal afgelegd

Niet alle onderdelen minimaal 1x

€ 1.250,00

€ 875,00

€ 500,00

Alle onderdelen minimaal 1x

€ 1.000,00

€ 625,00

€ 250,00

De niet behaalde onderdelen minimaal 2x

€ 750,00

€ 375,00

*

* Degene die minimaal 300 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus Nederlands als tweede taal en de niet behaalde onderdelen van het inburgeringsexamen of het Staatsexamen Nederlands als tweede taal minimaal twee keer heeft afgelegd komt op grond van artikel 2.4c, eerste lid, van de Regeling inburgering in aanmerking voor verlenging van de inburgeringstermijn wegens een niet verwijtbare overschrijding van de inburgeringstermijn. In dat geval is het opleggen van een boete niet aan de orde.

TOELICHTING

In artikel 31 van de Wet inburgering is geregeld dat bij het verwijtbaar niet voldoen aan de inburgeringsplicht binnen de inburgeringstermijn, een boete wordt opgelegd aan de inburgeringsplichtige. Op grond van artikel 34 bedraagt die boete ten hoogste € 1.250,00. In deze beleidsregel wordt de hoogte van de boete per specifieke situatie vastgelegd.

Voor het vaststellen van de hoogte van de boete wordt gekeken naar het aantal uren dat de inburgeringsplichtige heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of een cursus Nederlands als tweede taal (hierna: NT2) bij een instelling met het Blik op Werk keurmerk en het aantal keren dat de inburgeringsplichtige de onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 heeft afgelegd.. Deze criteria sluiten aan bij de criteria op grond waarvan ontheffing van de inburgeringsplicht (artikel 2.4 van de Regeling inburgering) en verlenging van de inburgeringstermijn (artikel 2.4c van de Regeling inburgering) wordt verleend.

Afhankelijk van het aantal uren dat een inburgeringscursus of een cursus NT2 gevolgd is bij een instelling met het Blik op Werk keurmerk en deelname aan de onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 wordt de hoogte van de boete vastgesteld op basis van de tabel in de bijlage. Hierbij geldt in het algemeen dat hoe meer inspanningen de inburgeringsplichtige heeft verricht des te lager de boete. Op deze manier wordt invulling gegeven aan het proportionaliteit beginsel.

In het kader van de toepassing van de beleidsregel zijn er op basis van de tabel in de bijlage acht situaties te onderscheiden:

  • 1) Indien de inburgeringsplichtige minder dan 150 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus NT2 en niet alle onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 minimaal één keer heeft afgelegd bedraagt de boete € 1.250,00.

  • 2) Indien de inburgeringsplichtige minimaal 150 uur en maximaal 299 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus NT2 en niet alle onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 minimaal één keer heeft afgelegd bedraagt de boete € 875,00.

  • 3) Indien de inburgeringsplichtige minimaal 300 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus NT2 en niet alle onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 minimaal één keer heeft afgelegd bedraagt de boete € 500,00.

  • 4) Indien de inburgeringsplichtige minder dan 150 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus NT2 en alle onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 minimaal één keer heeft afgelegd, bedraagt de boete € 1.000,00.

  • 5) Indien de inburgeringsplichtige minimaal 150 uur en maximaal 299 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus NT2 en alle onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 minimaal één keer heeft afgelegd, bedraagt de boete € 625,00.

  • 6) Indien de inburgeringsplichtige minimaal 300 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus NT2 en alle onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 minimaal één keer heeft afgelegd, bedraagt de boete € 250,00.

  • 7) Indien de inburgeringsplichtige minder dan 150 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus NT2 en de niet behaalde onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 minimaal twee keer heeft afgelegd, bedraagt de boete € 750,00.

  • 8) Indien de inburgeringsplichtige minimaal 150 uur en maximaal 299 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus of cursus NT2 en de niet behaalde onderdelen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen NT2 minimaal twee keer heeft afgelegd, bedraagt de boete € 375,00.

Naar boven