TOELICHTING
Algemeen
Inleiding
Teneinde verenigingen (verenigingen van eigenaars, woonverenigingen of wooncoöperaties)
extra te stimuleren energiebesparende maatregelen te nemen, is de Subsidieregeling
energiebesparing eigen huis uitgebreid. Energiedisplays en twee varianten van thermostaten
zijn aangemerkt als aanvullende maatregelen waarvoor op grond van de subsidieregeling
subsidie kan worden verkregen. Daarnaast is een aantal aanpassingen gedaan bij de
subsidie voor advies- en proceskosten, is het subsidieplafond voor verenigingen verhoogd
en is de termijn verlengd waarbinnen de renovatie voor een zeer energiezuinig pakket
moet zijn voltooid. De subsidie voor eigenaar-bewoners is al enige tijd uitgeput.
Nieuwe subsidiabele aanvullende maatregelen: energiedisplays en slimme thermostaten
De Nederlandse overheid voert verschillende maatregelen uit om energiebesparing in
de gebouwde omgeving te stimuleren, onder andere in het kader van het Energieakkoord.
Een van deze maatregelen betreft vanaf 2015 de grootschalige aanbieding van nieuwe
digitale en op afstand uitleesbare energiemeters, ofwel slimme meters, bij kleinverbruikers
zoals huishoudens en klein zakelijke energieafnemers. De slimme meter biedt nieuwe
mogelijkheden om met behulp van zogeheten energiedisplays en slimme thermostaten het
dagelijks energieverbruik beter te controleren en daarmee als tweede stap op de kosten
hiervan te besparen.
De partijen van het Energieakkoord hebben op 23 mei 2017 nadere afspraken gemaakt
om extra energiebesparing binnen bereik te brengen. Deze afspraken zijn opgenomen
in het Convenant 10 PJ energiebesparing gebouwde omgeving1. Het convenant beoogt een markt voor energiebesparingsproducten en -diensten te stimuleren
en in 2020 een extra energiebesparing in de gebouwde omgeving te realiseren bij huishoudens
en bij kleine bedrijven en organisaties die voor hun energieverbruik niet onder de
werking van de Wet Milieubeheer vallen.
Ter ondersteuning van dit convenant is de Subsidieregeling energiebesparing eigen
huis aangepast zodat het mogelijk is subsidie aan te vragen voor energiedisplays of
twee varianten van thermostaten als aanvullende energiebesparende maatregel. De subsidie
voor deze apparaten wordt daarmee uitsluitend uitgekeerd in combinatie met andere
energiebesparende maatregelen op het gebied van isolatie en hoogrendementsglas.
Er zijn nog andere toepassingen bij de slimme meter die inzicht kunnen geven in het
energieverbruik, zoals een verbinding van de slimme meter met een app op de tablet
of telefoon. Dit zijn eveneens nuttige toepassingen. Door de lage prijs van deze applicaties
en door het uit onderzoeken blijkend lagere energiebesparend effect dan bij displays,
zijn deze echter niet zelfstandig subsidiabel gemaakt. Ze kunnen wel goed in combinatie
met de subsidiabele toepassingen worden aangeboden, bijvoorbeeld bij de slimme thermostaat
die ook actueel inzicht moet geven in het energieverbruik.
Subsidie voor advies- en proceskosten
De aanpassingen ten aanzien van de subsidies voor advies- en proceskosten zijn erop
gericht om de subsidies beter te laten aansluiten op het besluitvormingsproces van
verenigingen. Daarnaast zijn de hoogtes van die subsidiebedragen naar boven bijgesteld.
De aanvragen voor subsidie voor energiebesparing door verenigingen blijft in aantallen
en totaalbedrag achter ten opzichte van aanvragen door eigenaar-bewoners. Dit is met
name het geval voor de onderdelen energieadvies en eventuele procesbegeleiding en
meerjarenonderhoudsplan (mjop) en procesbegeleiding in combinatie met een energieadvies,
Om in aanmerking te komen voor een subsidie voor een energieadvies geldt tot nu toe
tevens de verplichting dat een vereniging moet besluiten binnen twaalf maanden ten
minste twee (energiebesparende) maatregelen te nemen. Om in aanmerking te komen voor
een subsidie voor een mjop en procesbegeleiding in combinatie met een energieadvies
geldt de verplichting dat ten minste twee (energiebesparende) maatregelen binnen tien
jaar worden uitgevoerd. Deze subsidies blijven achter doordat binnen verenigingen
positieve besluitvorming trager tot stand komt dan bij een eigenaar-bewoner die alleen
zelf een beslissing hoeft te nemen.
Het merendeel van de verenigingen die in aanmerking kunnen komen voor subsidie bestaat
uit verenigingen van eigenaars (VvE’s). Een VvE houdt meestal een keer per jaar een
vergadering. In de eerste vergadering waarbij energiebesparing op de agenda staat
kan de vergadering (of eventueel het bestuur via machtigingsbevoegdheid vooraf) positief
besluiten om een energieadvies op te laten stellen. In een tweede vergadering kunnen
de mogelijke energiebesparende maatregelen worden besproken. Wanneer de meerderheid
het erover eens is dat bepaalde energiebesparende maatregelen moeten worden uitgevoerd,
kunnen er offertes worden opgevraagd. Daarna moet nog een besluit worden genomen over
de offertes. Een positief besluit tot het nemen van energiebesparende maatregelen
kan derhalve meerdere jaren in beslag nemen. Vervolgens verstrijkt er nog een periode
om de maatregelen na opdrachtverlening daadwerkelijk uit te laten voeren. Om de positieve
besluitvorming te bespoedigen en de verenigingen meer tijd te geven wordt de termijn
om de maatregelen na de subsidie voor advies- en proceskosten daadwerkelijk uit te
laten voeren verlengd van een jaar naar vijf jaar. Voor verenigingen die alleen de
mogelijkheden tot te nemen energiebesparende maatregelen willen verkennen is het mogelijk
gemaakt subsidie te krijgen voor uitsluitend een energieadvies.
Verhogen subsidieplafond en verlengen termijn uitvoering energiezuinig pakket
In de toelichting van de oorspronkelijke regeling is destijds aangekondigd dat er
in totaal ongeveer 61 miljoen euro aan subsidie beschikbaar was voor eigenaar-bewoners
en VvE’s. De eigenaar-bewoners hebben tussen september 2016 en mei 2017 een bedrag
van ongeveer 43,7 miljoen euro aan subsidie uitgeput, inclusief een bedrag van 1,5 miljoen
euro dat is toegevoegd aan de begroting van EZK voor een integrale regeling voor verduurzaming
en versterking van woningen van eigenaar-bewoners in het aardbevingsgebied in Groningen.
Vanuit het beschikbare budget op de begroting 2018 voor energiebesparing voor VvE’s
is het subsidieplafond voor maatregelen verhoogd van 6 miljoen naar 12 miljoen euro.
Dit gebeurt omdat de top van het huidige subsidieplafond bijna gehaald wordt met de
huidige aanvragen.
Omdat is gebleken dat de termijn van twaalf maanden om het zeer energiezuinige pakket
uit te laten voeren te kort is, is deze termijn verlengd voor individuele eigenaren-bewoners
en voor verenigingen.
Toetsing regeldruk, uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid
Het plaatsen van een energiedisplay geldt als een aanvullende maatregel waarvoor subsidie
kan worden verkregen. De aanvraag kan uitsluitend worden gedaan in combinatie met
een aanvraag voor subsidie voor energiebesparende maatregelen. Voor het aanvragen
van een subsidie voor een energiedisplay hoeft de aanvrager dat slechts aan te vinken
bij de aanvraag van de subsidie voor energiebesparende maatregelen. Er is dan ook
geen sprake van additionele administratieve lasten bij de aanvraag van de subsidie,
als gevolg van deze wijziging.
Dat verenigingen met deze wijziging subsidie kunnen verkrijgen voor alleen een energieadvies
vormt een lichte lastenverlichting. Immers, voorheen kon deze subsidie uitsluitend
worden verkregen als er tevens een besluit was genomen door de vereniging dat ten
minste twee energiebesparende maatregelen binnen twaalf maanden tot uitvoering worden
gebracht. Daarnaast kan nog steeds subsidie worden aangevraagd voor een energieadvies
(eventueel met procesbegeleiding) waarbij de vereniging tevens een besluit heeft genomen
om energiebesparende maatregelen te nemen. De termijn waarbinnen de maatregelen moeten
plaatsvinden is echter verruimd, namelijk van twaalf maanden naar vijf jaar. Ook dat
is een versoepeling van de voorwaarden van de subsidieregeling.
Gevolgde procedure en inspraak
De wijziging van deze regeling is afgestemd met de Vereniging Eigen Huis, VvE Belang,
Appartement & Eigenaar, grote gemeenten en beheerders van VvE’s. De toevoeging van
apparaten bij de slimme meter als subsidiabele maatregel is besproken met NVDE, Energie
Nederland en Uneto-VNI. RVO.nl heeft bij de aanpassing van de regeling geadviseerd
over de omschrijving van de energiedisplays en thermostaten alsmede over de duur van
de termijnen zodat de subsidieregeling goed uitvoerbaar blijft.
Notificatie
De ontwerpregeling is op 1 maart 2018 gemeld aan de Commissie van de Europese Unie,
notificatienummer 2018-0088-NL ter voldoening aan artikel 5, eerste lid, van richtlijn
(EU) 2015/1535 van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende
een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende
diensten van de informatiemaatschappij (codificatie) (PbEU 2015, L241) (notificatierichtlijn).
Het gaat hier om een kennisgeving die betrekking heeft op technische specificaties
of andere eisen die verbonden zijn met fiscale of financiële maatregelen als bedoeld
in artikel 1, eerste lid, onder f, tweede alinea, punt iii van richtlijn (EU) 2015/1535.
Voor deze kennisgeving geldt geen status-quo periode (artikel 7, vierde lid, van die
richtlijn).
Melding aan het Secretariaat van de Wereldhandelsorganisatie ingevolge artikel 2,
negende lid, van de op 15 april 1994 te Marrakech tot stand gekomen Overeenkomst inzake
technische handelsbelemmeringen (Trb. 1994, 235) heeft niet plaatsgevonden nu in casu geen sprake is van significante gevolgen voor
de handel.
Voorlichting
De voorlichting over de aanpassing van de regeling gebeurt door RVO, via de campagne
Energiebesparendoejenu en via organisaties waar VvE’s bij zijn aangesloten, zoals
VvE Belang en Appartement en Eigenaar.
Inwerkingtreding
De regeling treedt in werking met ingang van 4 april 2018.
Hierbij is geen rekening gehouden met de invoeringstermijn voor nieuwe regelgeving
van tenminste twee maanden vanaf de vaststelling van de regeling. Hiervoor is gekozen
zodat de verenigingen spoedig gebruik kunnen maken van de aanvullende mogelijkheden
die in deze wijzigingsregeling zijn opgenomen. Omdat de feitelijke aanpassing in de
procedures door RVO.nl niet mogelijk is op zondag 1 april 2018, treedt de wijzigingsregeling
in werking na het Paasweekend, op 4 april 2018.
Artikelsgewijs
Artikel I
Onderdeel B
Het subsidieplafond voor verenigingen voor energiebesparende maatregelen, aanvullende
energiebesparende maatregelen, zeer energiezuinig pakket en energieprestatiegarantie
is vastgesteld op € 12 miljoen. Het plafond voor advies- en proceskosten blijft op
€ 2 miljoen staan.
Onderdelen C en F
Als aanvullende subsidiabele maatregel zijn energiedisplays en twee varianten van
een thermostaat toegevoegd aan artikel 14. De subsidie voor het plaatsen van een energiedisplay
of een dergelijke thermostaat bedraagt € 100.
Het betreft een energiedisplay die is verbonden met de slimme meter en het gehele
actuele energieverbruik in verschillende eenheden (energie, kosten, CO2) zichtbaar maakt.
De verbinding tussen de slimme meter en de energiedisplay kan via een verbindingskabel
of draadloos tot stand gebracht worden. Een energiedisplay komt in twee uitvoeringen
voor.
De eerste variant kent geen uitgebreide functionaliteiten voor verbruiksanalyses achteraf
of grafische presentaties, maar is vooral bedoeld als laagdrempelig hulpmiddel voor
energiebewustwording.
De tweede variant is gekoppeld aan een energiemanagementsysteem. Een energiemanagementsysteem
is een op de slimme meter aan te sluiten applicatie die niet alleen de actuele energieverbruiksdata
voor de consument zichtbaar maakt, maar deze informatie daarnaast ook op een systematische
manier verwerkt tot managementinformatie voor verbetering van de energieverbruiksprestaties.
Hierbij kan gedacht worden aan additionele functionaliteiten op het gebied van historische
analyses, verbruik en aansturing van individuele apparaten, vergelijking met andere
huishoudens of milieuparameters zoals CO2-uitstoot, en het prognosticeren van de jaarrekening. De slimme meter stuurt hiertoe
actuele meetdata naar een commerciële aanbieder voor directe verwerking, analyse en
online terugkoppeling van energieverbruik. Om dit mogelijk te maken is in veel gevallen
een contract met de leverancier van het energiemanagementsysteem nodig.
Daarnaast zijn de volgende twee varianten van een thermostaat opgenomen als aanvullende
subsidiabele maatregel. Ten eerste een thermostaat die het energieverbruik binnen
de woning afstemt op het leefgedrag van de bewoners en verbonden is met een energiemanagementsysteem
dat inzicht geeft in het gehele actuele energieverbruik in de woning. De tweede variant
is een thermostaat die naast de gebruikelijke functies zoals aan-en uitschakelen van
de verwarming op basis van temperatuur en/of tijdstip, ook individuele ruimteverwarming
mogelijk maakt, waarbij voor elk ruimte afzonderlijk het aanwarmgedrag zelflerend
aangepast kan worden via speciale radiatorthermostaten. Deze variant kan tevens gekoppeld
zijn aan een energiemanagementsysteem.
Onderdeel D
In onderdeel a bij het eerste lid van artikel 9 is de daar genoemde termijn van twaalf
maanden gewijzigd in zestig maanden. Dat betekent dat een vereniging subsidie kan
krijgen voor een energieadvies of een energieadvies met procesbegeleiding en de vergadering van eigenaars
of algemene ledenvergadering heeft besloten tot het binnen zestig maanden in uitvoering
nemen van ten minste twee energiebesparende maatregelen. Met het verlengen van deze
termijn kunnen verenigingen gemakkelijker voldoen aan de eisen die worden gesteld
om subsidie te verkrijgen. In het algemeen deel van deze toelichting is al toegelicht
dat het besluitvormingsproces binnen verenigingen langer duurt dan bij individuele
eigenaar-bewoners.
Voor eenzelfde termijn als bij een mjop (tien jaar) is niet gekozen, omdat hiermee
het risico is verkleind dat de vergadering het eerder positieve besluit voor het nemen
van energiebesparende maatregelen in een volgende vergadering teniet doet.
Daarnaast is een nieuw onderdeel c toegevoegd aan het eerste lid van artikel 9. Met
deze wijziging is het ook mogelijk om subsidie te krijgen voor een energieadvies.
Dat energieadvies moet voldoen aan de eisen die zijn opgenomen in het tweede lid van
artikel 9.
Het energieadvies is na 1 september 2016 opgesteld door een certificaathouder en bevat
een nauwkeurige omschrijving van de bestaande situatie op basis van een ter plekke
door een EPA-adviseur uitgevoerde technische en bouwkundige beoordeling van de schil
en de installaties van het gebouw of van de groep van gebouwen, alsmede een beschrijving
van de mogelijke energiebesparingsmaatregelen met voor- en nadelen en de keuzemogelijkheden
per maatregel, een inschatting van de investering en van de te realiseren energiebesparing.
Een energieadvies maakt de terugverdientijd van de voorgenomen investeringen inzichtelijk
en geeft een algemene uitleg over het realiseren van een zeer energiezuinig pakket
of een NulopdeMeter-woning met een beeld van de typen maatregelen die nodig zouden
zijn om dit niveau in het betrokken gebouw of groep van gebouwen te bereiken.
Wanneer een vereniging een concreet energieadvies klaar heeft liggen zal sneller worden
overgegaan tot het nemen van energiebesparende maatregelen. De toekomstige energiebesparing
is immers dan inzichtelijk gemaakt.
Onderdeel E
De hoogtes van de subsidiebedragen in artikel 13 zijn naar boven bijgesteld. Uit ervaringen
uit de praktijk bleek dat de nieuwe bedragen de daadwerkelijke kosten dichter naderen.
Zowel de gestaffelde bedragen naar grootte van de vereniging als de 75% van de gemaakte
kosten worden gehandhaafd. Hierdoor blijft overeind dat verenigingen het belang moeten
inzien van het nemen van energiebesparende maatregelen en dat verenigingen daar ook
zelf investeringen voor moeten doen.
Daarnaast zijn in het nieuwe derde lid van artikel 13 de subsidiebedragen opgenomen
voor het energieadvies waarvoor verenigingen subsidie kunnen aanvragen (het nieuwe
onderdeel van artikel 9).
Onderdeel G
Omdat is gebleken dat de termijn van twaalf maanden om het zeer energiezuinige pakket
uit te laten voeren te kort is, is deze termijn verlengd met vier maanden voor individuele
eigenaren-bewoners en twaalf maanden voor verenigingen.
Artikel II
Inwerkingtreding vindt plaats met ingang van 4 april 2018.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren