Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 28 februari 2018, nr. MinBuZa-2018.348176, tot vaststelling van beleidsregels en een subsidieplafond op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Subsidiebeleidskader NFRP Politieke Partijen Programma 2018)

De Minister van Buitenlandse Zaken;

Gelet op artikel 6 en artikel 7 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken;

Gelet op artikel 2.2, sub a en sub b, en artikel 2.3, sub a en sub c, van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006;

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Voor subsidieverlening op grond van artikel 2.2, sub a en sub b, en artikel 2.3, sub a en sub c, van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 in het kader van het Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen Politieke Partijen Programma 2018 met het oog op de financiering van activiteiten ter bevordering van de capaciteitsversterking van zusterpartijen dan wel -organisaties van Nederlandse politieke partijen gelden voor het tijdvak vanaf inwerkingtreding van dit besluit tot en met 31 december 2018 de als bijlage bij dit besluit gevoegde beleidsregels en een subsidieplafond van € 2.219.000.

  • 2. Van het in het eerste lid genoemde subsidieplafond is € 572.000 beschikbaar voor subsidieverstrekking in het kader van NFRP Matra en € 1.647.000 voor subsidieverstrekking in het kader van NRFP Shiraka.

Artikel 2

Aanvragen voor een subsidie in het kader van het Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen Politieke Partijen Programma 2018 worden ingediend vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit tot en met 30 maart 2018 aan de hand van het daartoe door de minister vastgestelde aanvraagformulier en voorzien van de op dit formulier vermelde bescheiden. 1

Artikel 3

De beschikbare middelen worden verdeeld over de aanvragers die voldoen aan de criteria neergelegd in de bij dit besluit behorende bijlage, aan de hand van een basisbedrag per aanvrager en een bedrag naar rato van het aantal zetels dat de politieke partij waaraan de aanvrager is gelieerd in de Tweede Kamer heeft.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2019, met dien verstande dat het van toepassing blijft op subsidies die voor die datum zijn verleend.

Dit besluit zal met de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, namens deze, de Directeur-Generaal Politieke Zaken, A. Haspels

BIJLAGE

1. Doelstelling

Het NFRP Politieke Partijen Programma (NPPP) is onderdeel van het Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP). Binnen het NFRP wordt onderscheid gemaakt tussen:

  • a. het Matra Programma, gericht op de ondersteuning van de overgang naar een pluriforme, duurzame en democratische rechtsstaat in landen met een EU-toetredingsperspectief in Zuidoost-Europa en landen binnen het Oostelijk Partnerschap, en

  • b. het Shiraka-programma, waarmee Nederland een bijdrage wil leveren aan duurzame transitie naar een democratisch bestel in landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

Het NPPP heeft tot doel Nederlandse politieke partijen middels twinning in staat te stellen een bijdrage te leveren aan de versterking van kadervorming en netwerkopbouw van zusterpartijen cq. -organisaties in bovengenoemde regio’s. Dit document vormt het richtsnoer voor het beoordelen van subsidieaanvragen gericht op deze versterking. Op de subsidieverstrekking in het kader van het NRFP NPPP 2018 zijn naast deze beleidsregels de Algemene wet bestuursrecht, het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 onverkort van toepassing.

2. Beschikbare middelen en verdeling

Binnen de totale budgetten van NFRP-Matra en NFRP-Shiraka is 12 procent gereserveerd voor het Politieke Partijen Programma. Een deel van dit bedrag – in 2018 € 1.540.031 – stelt de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) op basis van de Wet financiering Politieke Partijen (WfPP) beschikbaar. De minister van Buitenlandse Zaken stelt het resterende deel voor 2018 – € 2.219.000 – beschikbaar voor subsidieverstrekking in het kader van het NFRP Politieke Partijen Programma.

Van dit bedrag is € 572.000 bestemd voor subsidieverlening voor activiteiten in het kader van het Matra programma in de hierna onder 4. genoemde pre-accessielanden en landen van het Oostelijk Partnerschap en € 1.647.000 voor subsidieverlening voor activiteiten in het kader van het Shiraka programma in de onder 4. genoemde landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

De beschikbare middelen worden verdeeld aan de hand van een basisbedrag per aanvrager en voor het overige naar rato van het aantal zetels dat de politieke partij waaraan de aanvragende rechtspersoon is gelieerd in de Tweede Kamer der Staten-Generaal bezet op 1 januari 2018. De subsidie bedraagt ten hoogste de som van het basisbedrag plus een bedrag per zetel in de Tweede Kamer van de betreffende politieke partij. Dit wordt berekend als volgt.

Het totale basisbedrag bedraagt € 910.000 per jaar. Hiervan is € 235.000 beschikbaar voor het NFRP-Matra programma en € 675.000 voor het NFRP-Shiraka programma. Het basisbedrag per partij wordt berekend door het beschikbare basisbedrag per programma te delen door het aantal unieke aanvragers die voldoen aan de toepasselijke criteria.

Het totale bedrag beschikbaar voor verdeling op basis van zetelaantal is € 1.309.000. Hiervan is € 337.000 beschikbaar voor het NFRP-Matra programma en € 972.000 voor het NFRP-Shiraka programma. Het bedrag per zetel wordt berekend door de per programma geldende bedragen voor subsidieverlening op basis van zetelaantal te delen door het aantal zetels in de Tweede Kamer van de politieke partijen waaraan de rechtspersonen die de aanvragen indienen zijn gelieerd.

3. Voor wie is het NFRP Politieke Partijen Programma 2018 bedoeld?

Voor subsidieverlening in het kader van NPPP 2018 kan in aanmerking komen elke rechtspersoon die zich uitsluitend of in hoofdzaak bezighoudt met politieke vormings- en scholingsactiviteiten ten behoeve van zusterpartijen cq. -organisaties van in de Tweede Kamer der Staten-Generaal vertegenwoordigde politieke partijen, welke rechtspersoon daarvoor is aangewezen door een in de Tweede Kamer der Staten-Generaal vertegenwoordigde politieke partij.

4. Subsidiabele activiteiten

Om voor subsidieverlening in het kader van NPPP 2018 te kunnen komen dient de aanvraag te zijn gericht op activiteiten ten behoeve van politieke vorming en scholing van medewerkers en bestuurders van zusterpartijen cq. -organisaties van in de Tweede Kamer der Staten-Generaal vertegenwoordigde politieke partijen, in:

  • (a) De landen met een perspectief op EU-lidmaatschap: Albanië, Bosnië-Herzegovina, Kosovo, Macedonië, Montenegro, Servië en Turkije [NFRP-Matra].

  • (b) De landen van het Oostelijk Partnerschap, te weten: Armenië, Azerbeidzjan, Georgië, Oekraïne, Moldavië en Wit-Rusland [NFRP-Matra];

  • (c) Landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika: Algerije, Egypte, Irak, Jordanië, Libanon, Libië, Marokko en Tunesië [NFRP-Shiraka].

Onder politieke vormings- en scholingsactiviteiten worden verstaan activiteiten ter bevordering van het democratiseringsproces die verband houden met:

  • 1. het houden van politieke vormingscursussen voor leden en aspirant-leden, het kader en de gekozen vertegenwoordigers in openbare organen van hiervoor bedoelde zusterpartijen cq. -organisaties;

  • 2. het (doen) voorbereiden en samenstellen van documentatiemateriaal voor scholen, verenigingen en vergelijkbare instellingen in de doellanden, die voorlichting vragen omtrent de politieke doelstellingen van de hiervoor bedoelde zusterpartijen cq. -organisaties;

  • 3. het (laten) opleiden van personen, die met de verzorging van cursussen, of voorlichting als bedoeld onder 1 en 2 zijn belast;

  • 4. ondersteuning van op beleidsontwikkeling gerichte processen van zusterpartijen cq. -organisaties met het oog op capaciteitsopbouw, door middel van lezingen, seminars en conferenties.

Subsidie wordt conform artikel 14 van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken slechts verstrekt voor de noodzakelijke kosten van de voorgenomen activiteiten in het licht van de beoogde doelstellingen en resultaten voor zover redelijkerwijs niet gevergd kan worden dat deze uit eigen middelen of anderszins bekostigd worden. Subsidiabele activiteiten kunnen voor 100% worden vergoed.

Niet-activiteitgebonden kosten, zoals indirecte personeelskosten, en huisvestingskosten kunnen voor subsidiëring in aanmerking komen, mits deze uitgaven samenhangen met de ondersteuning van activiteiten zoals hiervoor bedoeld. Dergelijke uitgaven kunnen voor subsidiëring in aanmerking komen tot een bedrag van maximaal 20% van de totale begroting.

Rechtstreekse donaties aan zusterpartijen cq. -organisaties zijn niet subsidiabel.

Geen subsidie wordt verleend indien ten behoeve van de activiteiten waarvoor een subsidie wordt aangevraagd reeds uit anderen hoofde een subsidie dan wel een andere financiële bijdrage ten laste van de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken wordt ontvangen.

5. Criteria waaraan aanvragen worden getoetst

Om voor subsidie in het kader van NPPP 2018 in aanmerking te kunnen komen dient een aanvraag te voldoen aan de volgende criteria:

  • 1. De aanvrager is een rechtspersoon die zich uitsluitend of in hoofdzaak bezighoudt met politieke vormings- en scholingsactiviteiten ten behoeve van zusterpartijen cq. -organisaties van een in de Tweede Kamer der Staten‑Generaal (hierna: Tweede Kamer) vertegenwoordigde politieke partij, welke rechtspersoon als zodanig door die partij is aangewezen.

  • 2. De activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd vloeien voort uit een gericht verzoek om, of een intentieverklaring van, samenwerking tussen een in de Tweede Kamer vertegenwoordigde politieke partij met een politieke zusterpartij in één of meer van de landen genoemd in paragraaf 4, dan wel, vooruitlopend op de oprichting van een politieke partij, van een andere geestverwante organisatie in dat land, tenzij de aanvraag zich bij gebrek aan een dergelijke partner mede richt op de identificatie van de partner.

  • 3. De activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd zijn activiteiten ten behoeve van politieke vorming en scholing, zoals omschreven in paragraaf 4., van medewerkers en bestuurders van een partner zoals bedoeld in criterium 2 in de in paragraaf 4. genoemde landen. In gevallen waarin nog niet een dergelijke partner is geïdentificeerd, kan de aanvraag mede zijn gericht op de identificatie van de partner.

  • 4. De politieke zusterpartij dan wel, vooruitlopend op de oprichting van een politieke partij, een andere geestverwante organisatie, in het land waarop de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd zich richten, stelt zich ten doel de democratische rechtsstaat te bevorderen, de rechten van de mens te waarborgen en de vreedzame relaties met de buurlanden te bevorderen.

  • 5. Om in aanmerking te kunnen komen voor een subsidie in het kader van NPPP 2018 dient de aanvrager in staat te zijn tot een adequaat financieel beheer en dient hij door ervaringsdeskundigheid met betrekking tot de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd een doelgerichte en doelmatige uitvoering van de activiteiten te kunnen waarborgen.2

6. Uitvoeringsaspecten

Indien een aanvraag wordt gehonoreerd wordt subsidie verleend door middel van een subsidieverleningsbeschikking. Daaraan worden ook verplichtingen verbonden. Zo dient de geleverde prestatie verantwoord te worden middels een inhoudelijke- en financiële eindrapportage. Voor projecten met een begroting hoger dan € 125.000 dienen in aanvulling op de rapportage de gemaakte kosten te worden verantwoord middels een bestuursverklaring. In deze verklaring geeft de aanvrager onder meer aan wat het totaalbedrag is van de gerealiseerde subsidiabele kosten.

Na ontvangst van het verzoek om vaststelling van de subsidie stelt de minister binnen 13 weken de subsidie vast. Op basis daarvan vindt verrekening met de subsidieontvanger plaats. Gelden die de minister beschikbaar heeft gesteld en die na vaststelling resteren worden onvoorwaardelijk en omgaand aan de minister geretourneerd.

Ten behoeve van terugkoppeling en kwaliteitsverbetering wordt door het Ministerie van Buitenlandse Zaken in ieder geval een maal per jaar een bijeenkomst belegd met de organisaties die op grond van dit programma subsidies ontvangen. Uitwisseling van relevante werkervaring tussen uitvoerende partijen onderling en tussen partijen en het ministerie staan daarbij centraal.

7. Hoogte en duur van de subsidie

De subsidieverlening kan gedurende het subsidietijdvak worden gewijzigd, indien een wijziging in de samenstelling van de vertegenwoordiging in de Tweede Kamer daartoe naar het oordeel van de minister van Buitenlandse Zaken noopt.

Het subsidietijdvak waarin activiteiten mogen worden uitgevoerd loopt vanaf de dag na die waarop de aanvraag wordt ingediend tot en met 31 december 2018.

8. Aanvraag, aanvraagtermijn en besluitvormingstermijn

De aanvraag:

De aanvraag dient, in het Nederlands of het Engels, te worden ingediend aan de hand van het door de minister van Buitenlandse Zaken daartoe vastgestelde aanvraagformulier, waarbij voor MATRA en Shiraka aparte formulieren gebruikt dienen te worden.3 De aanvraag dient vergezeld te zijn van:

  • een begroting conform het verstrekte format

  • Kopie oprichtingsstatuten aanvrager

  • Indien een partner al is geïdentificeerd: verzoek tot of intentieverklaring van samenwerking tussen aanvrager en politieke zusterpartij

  • Indien al een politieke zusterpartij bestaat: kopie oprichtingsstatuten van de politieke zusterpartij, dan wel een ander document waarmee aannemelijk wordt gemaakt dat deze zusterpartij zich ten doel stelt de democratische rechtsstaat te bevorderen, de rechten van de mens te waarborgen en de vreedzame relaties met de buurlanden te bevorderen.

  • Checklist Organisational Capacity Assessment (COCA) aanvrager, inclusief informatie zoals toegelicht in het aanvraagformulier (ad. E)

In het format van deze formulieren mogen geen wijzigingen worden aangebracht.

In het beschrijvende deel van de aanvraag worden de activiteiten specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, en tijdsgebonden (SMART) geformuleerd.

Aanvragen dienen compleet en zonder voorbehoud te worden ingediend, rechtsgeldig ondertekend door de daartoe namens de aanvragende organisatie bevoegde persoon met vermelding van naam en functie.

Het is niet mogelijk om een voorlopige aanvraag in te dienen.

De aanvragen voor een subsidie in het kader van het NPPP 2018, voor zowel het NFRP-MATRA programma als het NFRP-Shiraka programma, worden bij voorkeur digitaal ingediend via:

matra2017-2020@minbuza.nl.

Als moment van indiening geldt het tijdstip waarop de e-mail door het systeem voor gegevensverwerking van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is ontvangen. Houd er rekening mee dat bestanden groter dan 14MB niet kunnen worden ontvangen. E‑mails groter dan 14MB dienen in kleinere e-mails te worden verdeeld. Hierbij geldt dat het moment waarop de gehele aanvraag, inclusief de laatste e-mail, is ontvangen geldt als tijdstip waarop de aanvraag is ingediend. Daarbij dienen de e-mails genummerd te worden in de onderwerp-regel, waarbij duidelijk is hoeveel e-mails de aanvraag in totaal behelst.4

Eventuele technische problemen bij verzending komen voor rekening en risico van aanvrager.

Aanvragen per post kunnen worden gestuurd naar:

Voor MATRA:

Ministerie van Buitenlandse Zaken

Directie Europa

t.a.v. Tom Harmsen

Postbus 20061

2500 EB ’s Gravenhage

Voor Shiraka:

Ministerie van Buitenlandse Zaken

Directie Noord-Afrika en Midden-Oosten

t.a.v. Bert Meijerman

Postbus 20061

2500 EB ’s Gravenhage

Als u de aanvraag persoonlijk of per koerier wilt aanleveren, dan kunt u de aanvraag (laten) afgeven bij het afgifteloket voor poststukken (expeditie) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Rijnstraat 8, 2515 XP ’s-Gravenhage.

Als moment van indiening geldt het moment waarop de aanvraag op het Ministerie van Buitenlandse Zaken is ontvangen.

Indien de aanvraag niet aangetekend wordt verzonden berust het risico dat de aanvraag niet of te laat wordt ontvangen door het ministerie bij de aanvrager.

Indien de aanvraag per post wordt ingediend (anders dan met de aanduiding “port betaald”) wordt de aanvraag nog als tijdig ingediend beschouwd, als de aanvraag voor het einde van de termijn ter post is bezorgd, waarbij het datumstempel van de post doorslaggevend is, en niet later dan een week na afloop van de termijn is ontvangen.

Bij gebruikmaking van een enveloppe met de aanduiding ‘port betaald’ is de datum van ontvangst bepalend bij het vaststellen of de aanvraag tijdig, d.w.z. uiterlijk 30 maart 2018 23.59 uur, is ingediend. Houdt hierbij rekening met de omstandigheid dat de datum van ontvangst wordt vastgesteld aan de hand van het tijdstip van inschrijving en dat ’s avonds en op zaterdag en zondag geen post wordt ingeschreven.

In het kader van de aanvraagprocedure wordt met nadruk gewezen op artikel 7, derde lid, van het Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken. Mocht een aanvraag onvolledig worden ingediend, dan kan de minister vragen om een aanvulling. Als datum en tijd van ontvangst van de aanvraag zal vervolgens gelden de datum en tijd waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen. Daarnaast geldt in het algemeen dat het niet compleet indienen van aanvragen of onvoldoende onderbouwen van antwoorden mogelijk leidt tot afwijzing van een subsidieaanvraag op basis van de toepasselijke criteria.

Ook op artikel 9 van het Subsidiebesluit wordt in het bijzonder gewezen. Een aanvraag die betrekking heeft op activiteiten die reeds zijn gestart op het moment waarop de subsidie wordt aangevraagd, wordt afgewezen.

Aanvraagtermijn: De aanvragen dienen schriftelijk vóór 31 maart 2018 bij de Minister van Buitenlandse Zaken te worden ingediend. Aanvragen die niet uiterlijk op 30 maart 2018 zijn ontvangen, worden afgewezen.

Besluitvormingstermijn

Op de aanvragen zal worden beslist binnen 13 weken na de uiterste dag waarop aanvragen kunnen worden ingediend, dat wil zeggen 29 juni 2018.


X Noot
2

Artikel 4 Subsidiebesluit Ministerie van Buitenlandse Zaken.

X Noot
4

Bijvoorbeeld: e-mail 1 van 5, e-mail van 2 van 5 etc. tot ‘e-mail 5 van 5’.

Naar boven