Besluit categoriale aanwijzing toezichthouders RUD Utrecht

Logo Utrecht

Besluit van de directeur van de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht van 9 februari 2017, kenmerk Z/17/577929 - 597951, tot aanwijzing van ambtenaren die zijn belast met het toezicht op de naleving van diverse wetgeving

De directeur van de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht, Gelet op: Artikel 5.11 van de Algemene wet bestuursrecht

Besluit als volgt:

Artikel 1

Met ambtenaren worden in dit besluit bedoeld zowel ambtenaren in de zin van artikel A.1, eerste lid, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies (CAP) als ook ambtenaren in de zin van artikel A.1, tweede lid, van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies en artikel 1.2, eerste lid, onder f en onder g van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en de Uitwerkingsovereenkomst (CAR-UWO).

Artikel 2

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de

wet- en regelgeving zoals genoemd in de mandaatbesluiten van de gedeputeerde staten van Utrecht en de colleges van burgemeester en wethouders van Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Eemnes, Houten, Leusden, Lopik, Nieuwegein, Soest, Utrecht en Woudenberg

worden belast de ambtenaren van de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht met de functies handhaver D, handhaver C, handhaver B en handhaver A.

Artikel 3

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de

Wet natuurbescherming op het tot het grondgebied van de provincie Utrecht behorende gedeelte van de randmeren

worden naast de onder artikel 2 belaste ambtenaren belast de ambtenaren van de Omgevingsdienst Flevoland en Gooi en Vechtstreek.

Artikel 4

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens

hoofdstuk 3a “Ontgassen” van de Provinciale milieuverordening 2013

worden naast de onder artikel 2 belaste ambtenaren belast de politieambtenaren werkzaam bij de landelijke eenheid of regionale eenheden van de politie met taakaccent nautisch.

Artikel 5

Door middel van een individueel aanwijzingsbesluit kunnen individuele ambtenaren van de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht, welke niet onder de in artikel 2 genoemde functies vallen, met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens enige wet- en regelgeving als genoemd in artikel 2 belast worden. Deze ambtenaren worden in het bezit gesteld van een afschrift van het individueel aanwijzingsbesluit waarbij zij met het toezicht op de naleving van enige wet- en regelgeving belast worden.

Artikel 6

De aangewezen ambtenaren worden in het bezit gesteld van een legitimatiebewijs als bedoeld in artikel 5:12 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 7

Alle eerdere besluiten als bedoeld in artikel 5 waarbij individuele ambtenaren zijn belast met het toezicht op enige weten regelgeving, blijven in werking zolang deze in dienst zijn van de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht.

Artikel 8

Dit besluit treedt in werking op de dag na de dag van de bekendmaking hiervan.

Artikel 9

Dit besluit kan worden aangehaald als Besluit categoriale aanwijzing toezichthouders RUD Utrecht.

Aldus vastgesteld op 9 februari 2017.

_____________________________________________________

drs. H. Jungen, directeur Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht

 

Naar boven