Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 2 januari 2017, nr. 1093834, tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs onder meer in verband met de bekostiging in 2017 van een aantal hogescholen ten behoeve van hun Centres of Expertise

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken;

Gelet op het artikel 4.11, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008;

Besluit:

ARTIKEL I

Bijlage 3 van de Regeling financiën hoger onderwijs komt te luiden:

Bijlage 3. bij artikel 3, tweede lid, onderdeel a, van de Regeling

Bedragen onderwijsopslag hogescholen, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, van het besluit

Hogeschool

Kwaliteit

Kwetsbare opleidingen

Bijzondere voorzieningen

Totaalbedrag

00IC

Katholieke PABO Zwolle

 

€ 243.358

€ 3.215

€ 246.573

00MF

HKU

 

€ 365.113

€ 18.005

€ 383.118

01VU

Christelijke Hogeschool Windesheim

 

€ 610.985

€ 134.937

€ 745.922

02BY

Gerrit Rietveld Academie

 

€ 791.149

€ 28.293

€ 819.442

02NR

Hotelschool Den Haag

       

02NT

The Design Academy Eindhoven

 

€ 361.309

€ 18.005

€ 379.314

07GR

Avans Hogeschool

 

€ 409.754

€ 1.172.436

€ 1.582.190

08OK

Hogeschool De Kempel

 

€ 300.314

 

€ 300.314

09OT

Iselinge Hogeschool

 

€ 270.973

 

€ 270.973

10IZ

PC Hogeschool Marnix Academie

 

€ 717.993

€ 3.858

€ 721.851

14NI

Codarts, Hs voor Muziek en Dans Rotterdam

 

€ 627.889

€ 23.792

€ 651.681

15BK

Christelijke Hogeschool De Driestar

 

€ 144.979

 

€ 144.979

21CW

Hogeschool HAS Den Bosch

   

€ 5.144

€ 5.144

21MI

HZ University of Applied Sciences

 

€ 362.448

€ 2.261.769

€ 2.624.217

21QA

Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

 

€ 616.917

€ 55.944

€ 672.861

21RI

Hogeschool Leiden

 

€ 634.582

€ 1.019.800

€ 1.654.382

21UG

Hs Interconfessionele PABO

 

€ 336.559

 

€ 336.559

21UI

NHTV internationaal hoger onderwijs Breda

   

€ 1.024.945

€ 1.024.945

21WN

NHL Hogeschool

 

€ 141.527

€ 91.736

€ 233.263

22EX

Stenden Hogescholen

 

€ 1.358.320

€ 1.138.559

€ 2.496.879

22HH

VIAA Gereformeerde Hogeschool

 

€ 453.923

€ 99.944

€ 553.867

22OJ

Hogeschool Rotterdam

 

€ 2.808.602

€ 1.040.378

€ 3.848.980

23AH

Saxion Hogescholen

 

€ 692.104

€ 2.195.218

€ 2.887.322

23KJ

Hogeschool der Kunsten Den Haag

 

€ 572.690

€ 34.081

€ 606.771

25BA

Christelijke Hogeschool Ede

 

€ 391.789

€ 576.838

€ 968.627

25BE

Hanzehogeschool Groningen

 

€ 1.378.555

€ 2.080.756

€ 3.459.311

25DW

Hogeschool Utrecht

 

€ 1.747.872

€ 1.060.312

€ 2.808.184

25JX

Hogeschool Zuyd

 

€ 1.504.471

€ 1.058.383

€ 2.562.854

25KB

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

 

€ 1.029.878

€ 1.286.591

€ 2.316.469

27NF

ArtEZ Hogeschool

 

€ 990.993

€ 33.438

€ 1.024.431

27PZ

Hogeschool INHolland

 

€ 2.330.028

€ 69.957

€ 2.399.985

27UM

De Haagse Hogeschool

 

€ 1.132.221

€ 108.674

€ 1.240.895

28DN

Hogeschool van Amsterdam

 

€ 1.037.293

€ 2.125.769

€ 3.163.062

30GB

Fontys Hogescholen

 

€ 2.210.197

€ 1.274.260

€ 3.484.457

30HD

Hogeschool Van Hall Larenstein

   

€ 28.293

€ 28.293

30TX

Vilentum Hogeschool

   

€ 3.858

€ 3.858

30VP

Thomas More Hogeschool

   

€ 1.929

€ 1.929

 

Totaal

 

€ 26.574.785

€ 20.079.117

€ 46.653.902

Bedragen onderwijsopslag van hogescholen met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, van het besluit

Hogeschool

Kwaliteit

Kwetsbare opleidingen

Bijzondere voorzieningen

Totaalbedrag

21CW

Hogeschool HAS Den Bosch

€ 48.130

 

€ 700.000

€ 748.130

27PZ

Hogeschool INHolland

€ 11.149

   

€ 11.149

30HD

Hogeschool Van Hall Larenstein

€ 57.578

   

€ 57.578

30TX

Vilentum Hogeschool

€ 42.435

€ 13.614

€ 261.291

€ 317.340

 

Totaal

€ 159.292

€ 13.614

€ 961.291

€ 1.134.197

ARTIKEL II INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

TOELICHTING

Algemene toelichting

1. Algemeen

Met deze regeling wordt de Regeling financiën hoger onderwijs gewijzigd. De regeling geeft uitvoering aan artikel 4.11, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008.

2. Gevoerd overleg

Een concept van de regeling is ambtelijk technisch afgestemd met de VSNU en de Vereniging Hogescholen.

3. Uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets

DUO acht de regeling uitvoerbaar en handhaafbaar.

4. Financiële gevolgen

De wijzigingen in deze regeling hebben geen gevolgen voor de Rijksbegroting. Wijziging mede vanwege de eerste en tweede suppletoire (ontwerp-) begrotingen 2017 kan op grond van artikel 2.5, vierde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek nog leiden tot nadere bepaling van de in deze regeling opgenomen bedragen en percentages.

5. Gevolgen administratieve lasten

De regeling heeft geen gevolgen voor administratieve lasten.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

De wijziging betreft de aanpassing van de bedragen opgenomen in bijlage 3 ‘bedragen onderwijsopslag hogescholen’. De bedragen worden gewijzigd om de volgende redenen.

  • a. onder de noemer kwaliteit is voor de hogescholen met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving een bedrag van € 47.622 vanwege externe validering examenkwaliteit hoger beroepsonderwijs komen te vervallen (brief van 13 februari 2013 met kenmerk 485151).

  • b. onder de noemer kwaliteit is voor de hogescholen met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving een bedrag van € 159.292 opgenomen vanwege het vrijgevallen bedrag van profilering en zwaartepuntvorming dat bestemd is voor een stijging van het tarief van inschrijvingen en graden. Wanneer het Ministerie van Economische Zaken het OCW-tarief voor inschrijvingen en graden hanteert, resteert een bedrag van € 159.292 dat naar rato van het aantal inschrijvingen en graden wordt verdeeld over de desbetreffende instellingen binnen het onderdeel onderwijsopslag in bedragen.

  • c. onder de noemer bijzondere voorzieningen is voor het jaar 2017 voor dertien penvoerende hogescholen een bijdrage opgenomen voor een of meer Centres of Expertise. Er is sprake van een bijdrage voor in totaal zestien Centres of Expertise van € 1.006.940 per Centre of Expertise. Deze Centres of Expertise werden in de periode 2013 tot en met 2016 gefinancierd via de prestatiebekostiging voor hogescholen en hebben in 2016 een positieve beoordeling ontvangen van de Reviewcommissie Hoger Onderwijs en Onderzoek. De Reviewcommissie Hoger Onderwijs en Onderzoek adviseerde om deze Centres of Expertise te blijven ondersteunen. Om die reden wordt de bekostiging van de hogescholen ten behoeve van de Centres of Expertise nog een jaar voortgezet (Kamerbrief van 17 november 2016 met kenmerk 1095515). Ook de Vereniging Hogescholen pleit voor verdere ondersteuning in 2017 van de hogescholen in verband met deze Centres of Expertise. De dertien penvoerende hogescholen zijn Avans Hogeschool, HZ University of Applied Sciences, Hogeschool Leiden, NHTV internationaal hoger onderwijs Breda, Stenden Hogescholen, Hogeschool Rotterdam, Saxion Hogescholen, Hanzehogeschool Groningen, Hogeschool Utrecht, Hogeschool Zuyd, Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, Hogeschool van Amsterdam en Fontys Hogescholen. In de beschikkingsbrieven wordt vermeld dat de dertien penvoerende hogescholen samen met de overige participerende hogescholen in het Centre of Expertise verantwoordelijk zijn voor verdere afspraken over de verdeling van het toegekende bedrag.

Artikel II Inwerkingtreding

De wijzigingsregeling heeft betrekking op het begrotingsjaar 2017 en treedt daarom met terugwerkende kracht in werking per 1 januari 2017.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

Naar boven