Besluit van de Minister van Justitie en Veiligheid 30 november 2017, nr. 2162104, houdende wijziging van het besluit van 11 oktober 2017 nr. 2136917, Staatscourant 2017 nr. 59209

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Overwegende:

Dat naar aanleiding van de ervaringen in een proefsessie gehouden op 3 november 2017 met een kleine groep nabestaanden van de crash met vlucht MH17 is besloten om in plaats van een schermafdruk of ‘still’, bewegende beelden aan de nabestaanden te verstrekken;

Dat de privacy van andere op die beelden zichtbare personen wordt gewaarborgd, nu deze bewegende beelden slechts worden verstrekt nadat andere op die beelden zichtbare personen dan de/het betreffende slachtoffer(s), onherkenbaar zijn gemaakt.

Gelet op artikel 39g juncto artikel 14 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Besluit van 11 oktober 2017, nr. 2136917, wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, tweede lid, komt te luiden:

Verstrekking houdt in het tonen van de in lid 1 bedoelde camerabeelden en het, indien mogelijk, verstrekken van bewegende beelden aan de nabestaanden.

B

Artikel 2, onderdeel c, komt te luiden:

Verstrekken van bewegende beelden is slechts mogelijk nadat andere op die beelden zichtbare personen dan de/het betreffende slachtoffer(s), onherkenbaar zijn gemaakt, zodat hun privacy door de verstrekking van de afdrukken niet wordt geschonden.

ARTIKEL II

Dit besluit wordt in de Staatscourant geplaatst en treedt per 1 januari 2018 in werking.

’s-Gravenhage, 30 november 2017

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

Naar boven