Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 6 december 2017, nr. IENM/BSK-2017/293289, houdende wijziging Uitvoeringsregeling en beleidsregel BDU verkeer en vervoer

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 4, derde lid, van het Besluit BDU verkeer en vervoer;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Uitvoeringsregeling en beleidsregel BDU verkeer en vervoer wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De gegevens die benodigd zijn voor het bepalen van de omgevingsadressendichtheid en het aantal woningen, bedoeld in het eerste lid, worden ontleend aan de bij het Centraal Bureau voor de Statistiek daaromtrent beschikbare gegevens. Voor de omgevingsadressendichtheid en voor het aantal woningen is dat de stand van zaken per 1 januari 2017.

2. In het derde lid wordt in onderdeel a ‘0,973’ vervangen door ‘0,981’ en wordt in onderdeel b ‘1,023’ vervangen door: 1,016.

B

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3

Het absolute aandeel bedraagt voor het uitkeringsjaar 2018 het bij de uitkeringsontvanger genoemde bedrag in onderstaande tabel:

Uitkeringsontvanger

Bedrag (x 1.000 euro)

Openbaar lichaam, als bedoeld in artikel 36b, eerste lid, onderdeel a, Besluit personenvervoer 2000

18.570

Openbaar lichaam, als bedoeld in artikel 36b, eerste lid, onderdeel b, Besluit personenvervoer 2000

48.070

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van de uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

TOELICHTING

Algemeen

Op grond van artikel 5, eerste lid, van de Wet BDU verkeer en vervoer vindt de verdeling van het voor het totaal van de brede doeluitkeringen beschikbare bedrag plaats op grond van gebiedsgerichte structuurkenmerken en andere kenmerken. Voor iedere ontvanger wordt op basis van deze structuurkenmerken het percentuele aandeel en op basis van de andere kenmerken het absolute aandeel berekend van het voor het totaal van de uitkeringen beschikbare bedrag.

Openbare lichamen als bedoeld in artikel 20, derde lid, van de Wet personenvervoer 2000 – de twee vervoerregio’s die als zodanig zijn aangewezen – ontvangen een uitkering op basis van de voorbereiding en de uitvoering van het regionaal verkeer- en vervoerbeleid (hierna: de brede doeluitkering) voor het uitkeringsjaar 2018. De twee als zodanig aangewezen vervoerregio’s zijn de Metropoolregio Rotterdam Den Haag en de Vervoerregio Amsterdam.

De onderhavige regeling wijzigt de Uitvoeringsregeling en beleidsregel BDU verkeer en vervoer. De wijziging omvat een nieuwe grondslag voor het bepalen van de omgevingsadressendichtheid (OAD) en voor het bepalen van het aantal woningen. Ook strekt deze wijziging tot vervanging van de absolute aandelen voor de uitkeringsontvangers van de brede doeluitkering.

De beide vervoerregio’s hebben onder verwijzing naar artikel 2, vierde lid, van de Uitvoeringsregeling en beleidsregel BDU verkeer en vervoer verzocht om actualisering van de gegevens in het tweede lid, vanwege de gewijzigde grondslag voor de bepaling van de omgevingsadressendichtheid, en om actualisering van de rekenfactor, genoemd in het derde lid, voor de berekening van de BDU-bijdrage voor de jaren 2018 tot en met 2021.

De twee vervoerregio’s hebben met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat afgesproken dat de verdeelsleutel voor het relatieve deel van de brede doeluitkering één keer per bestuursperiode wordt aangepast op basis van de dan geldende gegevens. De laatste keer is geweest in 2015. Er zijn nu redenen om de verdeelsleutel aan de orde te stellen.

1. Trendbreuk in één van de verdeelsleutels

De berekening van de uitkering kent twee variabele verdeelsleutels en een vaste verdeelsleutel. De variabele verdeelsleutels zijn de omgevingsadressendichtheid en het aantal woningen. De vaste verdeelsleutel is de regiofactor. In 2015 heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek een wijziging ingevoerd in de grondslag voor de berekening van de omgevingsadressendichtheid: in plaats van de adressen volgens Post-NL worden de verblijfplaatsen volgens de BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen) gebruikt. Door de wijziging van de grondslag neemt de omgevingsadressendichtheid voor beide vervoerregio’s af, maar niet in dezelfde mate. Zonder correctie zou de wijziging in de grondslag voor de berekening van de omgevingsadressendichtheid leiden tot een niet bedoeld herverdelingseffect. Voor de omgevingsadressendichtheid en voor het aantal woningen is dat de stand van zaken per 1 januari 2017.

2. Opheffen onbedoelde herverdeling

Het niet bedoelde herverdelingseffect wordt gecompenseerd door de regiofactor van de beide vervoerregio’s te wijzigen. Met de aanpassing van de regiofactor wordt de trendbreuk in de omgevingsadressendichtheid gecompenseerd.

De absolute aandelen voor de twee uitkeringsontvangers zijn het gevolg van de toevoeging van extra middelen aan de middelen van de brede doeluitkering in verband met afspraken met de beide vervoerregio’s, zoals bijvoorbeeld Beter Benutten en een Rijksbijdrage die is gekoppeld aan het kwaliteitsprogramma Blankenburgverbinding.

Administratieve lasten

De onderhavige wijzigingsregeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burgers en het bedrijfsleven. Daarom heeft geen internetconsultatie plaatsgevonden.

Vaste verandermomenten

De minister van Infrastructuur en Waterstaat moet ingevolge artikel 2, eerste lid, van het Besluit BDU verkeer en vervoer, de brede doeluitkering voor het uitkeringsjaar 2018 uiterlijk in december 2017 verstrekken. Dit zou betekenen dat volgens het systeem van de vaste verandermomenten de wijziging in beginsel op de eerste dag van een kwartaal, te weten 1 oktober 2017, in werking zou moeten zijn getreden. Omdat de hoogte van de absolute aandelen verband houdt met het ter beschikking stellen van middelen in de Rijksbegroting 2018 is dat echter niet haalbaar gebleken.

De ontvangers van de brede doeluitkering zijn gebaat bij spoedige inwerkingtreding van de onderhavige wijzigingsregeling. Deze wijzigingsregeling heeft een directe relatie met het uitkeringsjaar van de brede doeluitkering. Er is dan ook ter voorkoming van grote publieke nadelen besloten om af te wijken van de toepassing van de vaste verandermomenten van wet- en regelgeving.

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A

In artikel 2 wordt zowel voor het bepalen van de omgevingsadressendichtheid als voor het aantal woningen uitgegaan van de stand van zaken per 1 januari 2017.

De rekenfactor is aangepast om de herverdeeleffecten te voorkomen.

Onderdeel B

De nieuwe tabel in artikel 3 bevat de absolute aandelen voor de twee uitkeringsontvangers voor het uitkeringsjaar 2018.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

Naar boven