Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2017, 68822 | Interne regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2017, 68822 | Interne regelingen |
De Secretaris-Generaal van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 10:3, eerste lid, 10:4 eerste lid, en 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht;
Gelezen de uitvoeringstoets van de voorzitter van het CAK van 13 september 2017;
Gelet op de instemming van de voorzitter van het CAK;
Besluit:
In dit besluit wordt verstaan onder:
het CAK, genoemd in artikel 6.1.1, eerste lid, van de Wet langdurige zorg.
de voorzitter van het CAK.
Aan de voorzitter wordt volmacht verleend tot het sluiten van vaststellingsovereenkomsten met personen die met toepassing van een Verordening van de Raad van de Europese Gemeenschappen dan wel toepassing van zodanige verordening krachtens de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte met terugwerkende kracht van langer dan vier maanden verzekeringsplichtig worden ingevolge de Zorgverzekeringswet.
Bij afwezigheid of verhindering van de voorzitter worden, voor de duur van de afwezigheid of verhindering, diens bevoegdheden uitgeoefend door de plaatsvervanger, behoudens de bevoegdheid tot het verlenen of intrekken van een volmacht.
De voorzitter kan ondervolmacht verlenen aan onder hem ressorterende functionarissen tot het geheel of gedeeltelijk uitoefenen van zijn op grond van dit besluit toegekende bevoegdheden.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Secretaris-Generaal E. Gerritsen
Op 4 juni 2015 heeft het Hof van Justitie (EU) uitspraak gedaan in de zaak Fischer-Lintjens (C 543/13). De uitspraak ziet op de toepassing van de aanwijsregels van Verordening (EEG) nr. 1408/71, de rechtsvoorganger van Verordening (EG) nr. 883/2004, met betrekking tot de ziektekostendekking voor gepensioneerden. Nederland werd in die casus, door de toekenning met terugwerkende kracht van een wettelijk pensioen, bevoegd om op te komen voor de ziektekosten met ingang van de ingangsdatum van het pensioen. Er ontstond echter een hiaat in de ziektekostendekking voor betrokkene, doordat de Zvw het sluiten van een zorgverzekering met terugwerkende kracht beperkt. Een zorgverzekering kan immers hooguit vier maanden terugwerken tot het moment waarop de verzekeringsplicht ontstond. Het Hof van Justitie (EU) oordeelde dat dit hiaat in de ziektekostendekking in strijd is met het Europese recht.
Er is een wetsvoorstel in voorbereiding, dat voorziet in de definitieve codificatie naar aanleiding van het arrest Fischer-Lintjens. Dit wetsvoorstel regelt in de Zvw dat mensen die door toepassing van de aanwijsregels uit de coördinatieverordening sociale zekerheid met terugwerkende kracht onderworpen raken aan de Nederlandse wetgeving, recht hebben op vergoeding door het CAK van zorgkosten over de in het verleden liggende periode. De periode die gedekt wordt vangt aan met ingang van de datum waarop betrokkene verzekerd is voor de Wlz en verzekeringsplichtig is ingevolge de Zvw (bijvoorbeeld de ingangsdatum van een met terugwerkende kracht toegekend pensioen) en eindigt wanneer betrokkene te horen heeft gekregen verzekeringsplichtig te zijn. Zij hebben dan nog vier maanden de tijd om een zorgverzekering te nemen in aansluiting op de periode waarvoor de zorgkosten door het CAK gedekt worden. Om te voorkomen dat men zich bewust niet verzekert, geldt als voorwaarde dat de betrokkenen zich in die periode hebben gecommitteerd aan het ziektekostenstelsel dat – achteraf ten onrechte – op hen van toepassing was. De desbetreffende bepaling in de Zvw zal worden uitgewerkt bij ministeriële regeling.
Vooruitlopend op dit wetsvoorstel krijgt de voorzitter van het CAK een volmacht van de minister van VWS om vergelijkbare gevallen namens de Staat door middel van vaststellingsovereenkomsten met de betrokken personen af te handelen. De kosten hiervan zullen worden gedekt vanuit het Zorgverzekeringsfonds. Artikel 39 van de Zorgverzekeringswet voorziet in een rechtsgrondslag hiervoor.
De vaststellingsovereenkomsten bevatten een finale vereffening over de betreffende periode van:
– door betrokkene verschuldigde standaardpremie voor de Zorgverzekeringswet;
– door betrokkene verschuldigde inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet;
– door betrokkene verschuldigde inkomensafhankelijke premie voor de Wet langdurige zorg;
– door de Staat verschuldigde zorgtoeslag;
– door de Staat te vergoeden gemaakte zorgkosten.
Bij in Nederland wonende personen wordt, voor in Nederland verstrekte zorg, uitgegaan van de opgaaf van het orgaan van de woonplaats in Nederland.
Voor overige verstrekte zorg wordt uitgegaan van de opgaaf van het bevoegde orgaan in het land waar betrokkene (ten onrechte) verzekerd was: daarbij wordt bij de hoogte van de te bepalen vergoeding (tarieven, pakket, eigen bijdrage) uitgegaan van de wetgeving van dat land.
Ten behoeve van het opstellen van de vaststellingsovereenkomsten verwerkt het CAK persoonsgegevens van betrokkenen. Een deel van deze gegevens wordt aan het CAK verstrekt door de Belastingdienst en de verzekeraar die de functie van orgaan van de woonplaats in het kader van Verordening (EG) nr. 883/2004 vervult. Grondslag voor de verstrekking van deze gegevens is artikel 88 van de Zorgverzekeringswet. Waar van toepassing zal het CAK aan betrokkene toestemming vragen voor bijzondere persoonsgegevens, zoals medische gegevens.
De Secretaris-Generaal E. Gerritsen
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2017-68822.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.