Beschikking van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, houdende ontheffing voor KMN Koopmann Helicopter GmbH van het verbod VFR-vluchten uit te voeren beneden de minimum VFR-vlieghoogte boven het water

Datum: 13 november 2017

Nummer: ILT-2017/90329

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Defensie;

Gezien het verzoek om ontheffing van 2 november 2017 van KMN Koopmann Helicopter GmbH, adres: Kamerland 14, 25358 Sommerland, Duitsland; telefoonnummer: +49 4126-38903; e-mail: mail@kmn-helicopter.de;

Overwegende dat het doel van de vlucht is het fotograferen/filmen van het windmolenpark Nobelwind gelegen in de Amsterdam FIR;

Gelet op artikel 19, derde lid, van het Besluit luchtverkeer 2014 en paragraaf SERA.3105;

BESLUIT:

Artikel 1

Deze beschikking is van toepassing op een helikopter van het type Eurocopter AS 355 N met registratie D-HKMO, of een vergelijkbaar vervangende helikopter in gebruik bij KMN Koopmann Helicopter GmbH, waarmee de VFR-vluchten op een hoogte van minimaal 100 ft boven de Noordzee worden uitgevoerd voor zover het gaat om de FIR Amsterdam.

Artikel 2

Aan de gezagvoerder van het in artikel 1 bedoelde luchtvaartuig wordt van 13 november 2017 tot en met 31 december 2017 ontheffing verleend van het verbod, genoemd in paragraaf SERA.5005, onderdeel (f), van verordening (EU) nr. 923/2012, om VFR-vluchten uit te voeren boven water, beneden de minimum VFR-vlieghoogte, gedurende de daglichtperiode, zoals gepubliceerd in de in artikel 26, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van het Besluit luchtverkeer 2014, bedoelde luchtvaartgids met inachtneming van de volgende voorschriften en beperkingen:

  • a. de gezagvoerder is in het bezit van een geldig CPL of ATPL;

  • b. er wordt niet bij voortduring laaggevlogen, doch slechts gedurende de periode dat dit voor het daadwerkelijk uitvoeren van de fotovlucht noodzakelijk is; de minimale vlieghoogte is hierbij 100 ft AMSL;

  • c. de vliegroute, vlieghoogte en vliegsnelheid worden zodanig gekozen dat ingeval van een noodlanding het risico voor inzittenden en derden zoveel mogelijk wordt beperkt;

  • d. vóór en ná de vlucht is de opdracht van de opdrachtgever ter inzage aanwezig zodat deze kan worden gecontroleerd door de Landelijke eenheid, afdeling Luchtvaart, of de Inspectie Leefomgeving en Transport;

  • e. er worden geen passagiers vervoerd tijdens de foto/filmvlucht, anders dan benodigd voor het vervaardigen van het foto/filmmateriaal;

  • f. voor de inzittenden zijn voldoende zwemvesten en reddingsmiddelen aanwezig;

  • g. tijdens het uitvoeren van de vlucht is een tweezijdige radioverbinding tot stand gebracht met de betrokken luchtverkeersleidingsdienst en wordt voortdurend op de aangewezen radiofrequentie geluisterd;

  • h. vóór de aanvang van de vlucht worden ingelicht:

    de meldkamer van de Landelijke eenheid, afdeling Luchtvaart (telefoon: 088 – 662 36 16 of fax: 020 – 502 56 99 of e-mail: dlvplvt@klpd.politie.nl) en ILT (e-mail: aviation-approvals@ilent.nl), waarbij de volgende gegevens worden verstrekt:

    • 1°. naam gezagvoerder(s), registratie en model/type;

    • 2°. route en periode van de voorgenomen vlucht;

    • 3°. het nummer van deze beschikking;

  • i. één uur vóór aanvang van de vlucht wordt gecoördineerd met de Operationele Helpdesk; telefoon: 020 – 406 22 01; fax: 020 – 406 36 72; e-mail: ops_helpdesk@lvnl.nl; aan de voorwaarden door hen gesteld wordt strikt de hand gehouden.

Artikel 3

De aanvrager draagt er zorg voor dat de gezagvoerder en cameraman bekend zijn met de inhoud van deze ontheffing.

Artikel 4

De aanvrager voert bij de voorbereiding van elk project een veiligheidsanalyse uit. Daarbij wordt in kaart gebracht welke risico’s er zijn als gevolg van het uitvoeren van VFR-vluchten beneden de minimum VFR-vlieghoogte boven het water. Vervolgens worden risicobeperkende maatregelen in kaart gebracht en toegepast, zodanig dat de vlucht op een verantwoorde wijze kan worden uitgevoerd.

Artikel 5

Bij het niet of niet volledig nakomen van de voorschriften of beperkingen kan deze ontheffing worden ingetrokken.

Artikel 6

Deze beschikking treedt in werking met ingang van 13 november 2017 en vervalt met ingang van 1 januari 2018, tenzij deze voortijdig wordt ingetrokken.

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, namens deze, DE INSPECTEUR ILT/LUCHTVAART, G. Kruiswijk Senior Inspecteur

Bezwaarmogelijkheid

Tegen dit besluit kunt u binnen een termijn van zes weken na dagtekening, ingaande de dag na verzending van deze brief, bezwaar indienen. Het bezwaar moet minimaal bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

  • de gronden van het bezwaar;

  • uw handtekening.

Het bezwaar kan onder vermelding van ‘bezwaar’ en het kenmerk van deze brief gestuurd worden naar het volgende adres:

Inspectie Leefomgeving en Transport

Postbus 16191

2500 BD Den Haag

Is er sprake van onverwijlde spoed? Dan kunt u de rechtbank in het rechtsgebied van uw woonplaats verzoeken om een voorlopige voorziening te treffen.

Meer informatie over de voorlopige voorziening vindt u op www.rechtspraak.nl.

TO WHOM IT MAY CONCERN

THE CIVIL AVIATION AUTHORITY THE NETHERLANDS

Article 1

This decision is applicable to the aeroplane with registration mark D-HKMO (type Eurocopter AS 355 N) or a similar replacement aeroplane used by KMN Koopmann Helicopter GmbH, for VFR-flights on a minimum height of 100 ft AMSL above the Noordzee in the FIR Amsterdam area.

Article 2

Exemption is granted to the pilot-in-command of the aircraft mentioned in article 1 from November 13th 2017 up to and including December 31st 2017 from the prohibition mentioned in paragraph SERA.5005, article (f) of European regulation No. 923/2012, to perform VFR flights above water, below the minimum VFR flight altitude, during daylight period, as published in the aeronautical information publication (AIP) (www.ais-netherlands) mentioned in article 26, section 1, article a, 1°, of the Besluit luchtverkeer 2014, with due consideration of the following terms and conditions:

  • a. the PIC holds a valid CPL or ATPL;

  • b. low flying operations shall not be performed continuously but only during the period necessary for the actual research flights; the minimum allowed flight altitude is 100 ft AMSL;

  • c. the route, height and airspeed are determined such that in case of an emergency landing the risk for crew, passengers and third parties is limited as much as possible;

  • d. before and after the flight the assignment is available for control for the National Aviation Police or CAA-NL;

  • e. there are no passengers on board during the photo/film flight other than people who are essential for gathering photo/film material;

  • f. sufficient rescue equipment such as life jackets is available for the crew and passengers;

  • g. during the flight two way communication is accomplished between the aircraft and the applicable air traffic control station and the designated radio frequency is continuously monitored;

  • h. before the flight the following parties shall be informed:

    the reporting facilities of the National Aviation Police (Landelijke eenheid, department Luchtvaart) (tel.: 0031(0)88-6623616 or fax: 0031(0)20-5025699 or e-mail: dlvplvt@klpd.politie.nl) and CAA-NL (ILT) (e-mail aviation-approvals@ilent.nl) providing the following information:

    • 1°. PIC name, registration mark and aircraft model/type;

    • 2°. route and timeframe of the intended flight;

    • 3°. unique identification number of this decision;

  • i. one hour before the flight contact shall be made with the Operationele Helpdesk; tel.: 0031(0)20-4062201; fax: 0031(0)20-4063672; e-mail: ops_helpdesk@lvnl.nl; any additional conditions shall be strictly adhered to.

Article 3

The applicant shall make sure that the PIC and the camera man are familiar with the content of this decision.

Article 4

The applicant shall perform a risk assessment for the operations, specifically for low flying operations above water. Risk mitigating measures are identified and applied such that the flight can be performed safely.

Article 5

This decision can be revoked if the terms and conditions are not fully complied with.

Article 6

This decision becomes into force on November 13th 2017 and expires on January 1st 2018, unless revoked before.

Above is a courtesy translation only, in all cases the original Dutch approval (ILT-2017/90329) is the only legally binding text.

CIVIL AVIATION AUTHORITY NETHERLANDS

Naar boven