Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 25 oktober 2017, nr. IENM/BSK-2017/224836, houdende regels voor de verstrekking van een tijdelijke subsidie aan de Stichting Geonovum (Tijdelijke subsidieregeling Geonovum 2017–2021)

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, onderdeel d, 4, eerste en tweede lid, en 5 van de Kaderwet subsidies I en M en de artikelen 2 en 4 van het Kaderbesluit subsidies I en M;

BESLUIT:

Artikel 1 (begripsbepalingen)

In deze regeling wordt verstaan onder:

basisprogramma:

ontwikkelen en beheren van geo-standaarden, het verspreiden van kennis over geo-informatie en geo-informatie-infrastructuur en advisering daarover aan het GI-beraad;

Geonovum:

Stichting Geonovum, statutair gevestigd te Amersfoort;

GI-beraad:

beraad voor Geo-informatie, bedoeld in het Instellingsbesluit GI-beraad;

Minister:

Minister van Infrastructuur en Milieu,

Artikel 2 (doel subsidie)

  • 1. De Minister kan voor de periode van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2021 op aanvraag per boekjaar subsidie verstrekken aan Geonovum voor het verrichten van activiteiten ten behoeve van het uitvoeren van het basisprogramma.

  • 2. Geen subsidie wordt verstrekt voor zover de activiteiten zijn te kwalificeren als economische activiteiten.

Artikel 3 (toepassing Afdeling 4.2.8 Awb)

Afdeling 4.2.8 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing op de op grond van deze regeling verstrekte subsidies.

Artikel 4 (maximale subsidiebedrag en subsidiabele kosten)

  • 1. Het subsidiebedrag bedraagt voor de jaren 2017 tot en met 2021 maximaal € 1.900.000,–, met een maximum per jaar van € 380.000,–.

  • 2. Als subsidiabele kosten worden uitsluitend in aanmerking genomen de naar het oordeel van de Minister noodzakelijke, rechtstreeks aan de activiteiten als bedoeld in artikel 2, eerste lid, toe te rekenen en door Geonovum gemaakte en betaalde kosten.

  • 3. Subsidiabele kosten kunnen ook betrekking hebben op de voor de indiening van de subsidieaanvraag gemaakte kosten in 2017.

Artikel 5 (aanvraag tot subsidieverlening)

  • 1. De aanvraag tot subsidieverlening dient uiterlijk op 1 november van het jaar voorafgaand aan het boekjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd bij de Minister te worden ingediend. De aanvraag bevat het door het bestuur van Geonovum, na goedkeuring van de raad van toezicht van Geonovum, vastgestelde jaarplan voor het basisprogramma, de hierbij behorende begroting en het bedrag van de gevraagde subsidie.

  • 2. In afwijking van het eerste lid wordt de aanvraag tot subsidieverlening voor het boekjaar 2017 en het boekjaar 2018 ingediend binnen een maand na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze regeling is geplaatst.

Artikel 6 (weigeringsgrond)

In aanvulling op artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht kan de Minister de subsidieverlening geheel of gedeeltelijk weigeren indien naar zijn oordeel de aanvraag onderdelen bevat die niet passen in het basisprogramma of te zijn kwalificeren als economische activiteiten.

Artikel 7 (subsidieverlening)

De Minister beslist binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag.

Artikel 8 (begrotingsvoorbehoud)

Voor zover de subsidie wordt verleend ten laste van de nog niet door de Staten-Generaal aangenomen rijksbegroting, wordt in de beschikking tot subsidieverlening vermeld dat de subsidieverlening plaatsvindt onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld in de wet tot vaststelling van de rijksbegroting, onderdeel Infrastructuur en Milieu.

Artikel 9 (verplichtingen Geonovum)

  • 1. In aanvulling op de verplichtingen, bedoeld in artikel 4:37, eerste lid, op grond van de Algemene wet bestuursrecht is Geonovum verplicht tot:

    • a. het verlenen van medewerking aan een onderzoek naar de rechtmatige en doelmatige aanwending van de ontvangen subsidiegelden, dat wordt verricht namens of in opdracht van de Minister of door de Algemene Rekenkamer en het desverlangd verstrekken van alle informatie aan degene die met dit onderzoek is belast;

    • b. het de Minister vooraf schriftelijk op de hoogte stellen in geval bekendheid wordt gegeven aan projecten, producten of standpunten met een politiek gevoelig of belangrijk beleidsmatig karakter;

    • c. het in acht nemen van het bij de subsidiebeschikking gevoegde controleprotocol;

    • d. het uitvoeren van de gesubsidieerde activiteiten op een neutrale, objectieve en niet-discriminatoire wijze;

    • e. het niet concurreren met de dienstverlening die op de markt door commerciële partijen wordt aangeboden bij het uitvoeren van de activiteiten;

    • f. het voor een ieder zonder onderscheid toegankelijk laten zijn van de activiteiten, alsmede de resultaten daarvan;

    • g. het niet bevoordelen van individuele ondernemingen met de activiteiten en de resultaten van de activiteiten kosteloos publiekelijk ter beschikking te stellen;

    • h. opdrachtverlening aan derden op basis van transparante criteria en marktconfome tarieven;

    • i. het onverwijld doen van een schriftelijke melding aan de Minister van alle omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de hoogte van de subsidie en op de rechtmatige en de doelmatige aanwending;

    • j. het onverwijld doen van een schriftelijke melding aan de Minister zodra aannemelijk is dat de gesubsidieerde activiteiten niet, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht of dat niet, niet tijdig of niet geheel aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan; en

    • k. het vormen van een egalisatiereserve.

  • 2. Indien naast de niet-economische activiteiten ook economische activiteiten worden verricht, dienen beide soorten activiteiten en de financiering ervan in de boekhouding te worden onderscheiden.

  • 3. Tevens draagt Geonovum ervoor zorg dat:

    • a. een gescheiden administratie wordt gevoerd voor de gesubsidieerde activiteiten enerzijds en de overige activiteiten anderzijds; en

    • b. een onderzoek als bedoeld in artikel 4:79, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht wordt uitgevoerd.

Artikel 10 (verplichtingen Geonovum in beschikking)

De Minister kan bij de beschikking tot subsidieverlening verplichtingen opleggen met betrekking tot:

  • a. het geven van bekendheid aan de gesubsidieerde activiteiten alsmede aan de resultaten ervan;

  • b. het zonder vergoeding aan de Minister of een door de Minister aangewezen derde verstrekken van door de Minister benodigde, op gesubsidieerde activiteiten gerichte informatie;

  • c. het verkrijgen van andere financiële middelen;

  • d. het uitbrengen van een verslag omtrent de voortgang van de uitvoering van de activiteiten steeds na afloop van een periode van twaalf maanden;

  • e. andere verplichtingen die de Minister wenselijk acht ter verwezenlijking van het doel van de subsidie; of

  • f. de omvang van de egalisatiereserve.

Artikel 11 (voorschot)

  • 1. De Minister kan een voorschot verlenen. De beschikking daartoe wordt ambtshalve gelijktijdig met de beschikking tot subsidieverlening gegeven.

  • 2. Het voorschot wordt uitgekeerd in termijnen waarvan de hoogte en de tijdstippen in de beschikking worden bepaald.

  • 3. De Minister verleent geen voorschot indien Geonovum niet heeft voldaan aan ingevolge de subsidieverlening voor hem geldende verplichtingen, dan wel indien Geonovum failliet is verklaard of hem surseance van betaling is verleend of op hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard, dan wel een verzoek daartoe bij de rechtbank is ingediend.

Artikel 12 (toestemming Minister)

Geonovum behoeft toestemming van de Minister voor de handelingen, genoemd in artikel 4:71, eerste lid, onderdelen a, b, i en j, van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 13 (aanvraag subsidievaststelling)

Geonovum dient de aanvraag tot subsidievaststelling bij de Minister in binnen dertien weken volgend op het boekjaar waarvoor de subsidie is verleend.

Artikel 14 (subsidievaststelling)

  • 1. De Minister geeft een beschikking tot subsidievaststelling binnen tweeëntwintig weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 2. Indien de beschikking niet binnen tweeëntwintig weken kan worden gegeven, deelt de Minister dit aan Geonovum mede en noemt hij daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking tegemoet kan worden gezien.

Artikel 15 (inwerkingtreding)

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

  • 2. Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2022, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op reeds verleende subsidies.

Artikel 16 (citeertitel)

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling Geonovum 2017-2021.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

TOELICHTING

Algemeen deel

Aanleiding achtergrond

De Stichting Geonovum (hierna: Geonovum) ontvangt vanaf 2007 een bijdrage van de Minister van Infrastructuur en Milieu (hierna: Minister van IenM) voor de uitvoering van het basisprogramma van Geonovum. Dit basisprogramma (standaardisatie en kennisverspreiding over de geo-informatie infrastructuur) ondersteunt het beleid van de Minister van IenM op het terrein van de nationale geo-informatie-infrastructuur (NGII), waaronder ontwikkeling en beheer van de digitale geo-standaarden. Het basisprogramma draagt bij aan de geo-basisregistraties en de digitalisering van de Omgevingswet. Voortzetting van de uitvoering van het basisprogramma is van belang voor het geo-informatiebeleid van de Minister van IenM.

Geonovum

Geonovum is een in 2007 opgerichte stichting. Het doel van deze stichting is vooral gericht op ontwikkeling, standaardisering en innovatie van de geo-informatie-infrastructuur en de uitbouw en verspreiding van kennis op dat het gebied. Geonovum tracht deze doelstelling te bereiken door nauw samen te werken met overheden, het bedrijfsleven en de wetenschap. De werkzaamheden van Geonovum vloeien voort uit het basisprogramma en specifieke opdrachten voor overheidspartijen.

Basisprogramma

Het basisprogramma van Geonovum betreft de standaardisatie en kennisverspreiding over de geo-informatie-infrastructuur. Geonovum ontwikkelt en beheert de basisset-geostandaarden en bijbehorende implementatie-instrumenten. Dit zijn onder andere:

  • het raamwerk van standaarden voor de NGII;

  • het basismodel Geo-Informatie (NEN 3610);

  • de Nederlandse metadatastandaard voor geografie en voor services;

  • de Nederlandse standaard voor uitwisseling van digitale geo-informatie;

  • de internationale standaard voor het synchroon houden van objecten in verschillende registraties; en

  • de richtlijn voor visualisatie en de handreiking Webrichtlijnen (mensen met beperking) betreffende geo-informatie.

Deze standaarden zijn van belang voor een efficiënte uitwisseling van gegevens tussen gebruikers van de NGII, waaronder overheden en het bedrijfsleven. De standaarden spelen ook een belangrijke rol in de ontwikkeling van deze infrastructuur, het open-data-beleid, de digitalisering van de Omgevingswet (Digitaal Stelsel Omgevingswet), de basisregistratie kadaster, topografie, adressen en gebouwen en ondergrond, de uitvoering van de Inspire richtlijn1 en Publieke Dienstverlening Op de Kaart (PDOK).

Geonovum stelt zich mede tot doel de overheid beter te laten presteren met geo-informatie, door de toegankelijkheid van geo-informatie te verbeteren en door de uitwisseling van geo-informatie mogelijk te maken door middel van standaarden. De toegankelijkheid van de geo-informatie wordt onder meer verbeterd door stimulering van het gebruik van de NGII.

Ter bereiking van het doel adviseert Geonovum het beraad voor Geo-informatie (GI-beraad). Het GI-beraad is een door de Minister bij het Instellingsbesluit GI-beraad ingesteld advieslichaam voor geo-informatie.

Geonovum ontvangt voor de uitvoering van het basisprogramma bijdragen van het Ministerie van Economische Zaken, het Kadaster en de Nederlandse Onderzoeksorganisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek TNO (hierna: TNO). Via de onderhavige subsidieregeling kan ook het Ministerie van IenM een bijdrage leveren.

Doel van de subsidie

Het basisprogramma van Geonovum, (ontwikkelen en beheren van geo-standaarden, verspreiden van kennis en advisering van GI-beraad over geo-informatie en geo-informatie-infrastructuur) is van belang voor het Geo-informatie-beleid van de Minister van IenM. Continuïteit in de uitvoering van het basisprogramma is tevens van belang voor het gebruik van en de verdere ontwikkeling van de geo-informatie-infrastructuur. Met subsidie kan deze continuïteit worden gewaarborgd.

Ten behoeve van de uitvoering van het basisprogramma heeft Geonovum vanaf 2007 subsidie ontvangen. Dit geschiedde door middel van subsidiebeschikkingen. Voor de continuïteit is ervoor gekozen om deze subsidiestroom thans te regelen in een subsidieregeling voor de duur van vijf jaar.

Wettelijk kader

Artikel 3, eerste lid, onder d, van de Kaderwet subsidies I en M geeft de mogelijkheid om bij ministeriële regeling subsidies te verstrekken voor activiteiten die passen in het beleid inzake ruimtelijke ordening. Deze wet vormt de wettelijke basis voor de onderhavige regeling.

Verder is een grondslag voor deze regeling gelegen in het Kaderbesluit subsidies I en M. Het betreft hier een per boekjaar verstrekte subsidie aan een rechtspersoon en doordat in artikel 3 van de onderhavige regeling afdeling 4.2.8 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) van toepassing is verklaard (de Awb-regeling voor per boekjaar verstrekte subsidies aan rechtspersonen) is er sprake van een subsidie als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, van het Kaderbesluit subsidies I en M. Op de verstrekking van dergelijke subsidies zijn hoofdstukken 3 tot en met 11 van het Kaderbesluit niet van toepassing. De afdelingen 4.2.1 tot en met 4.2.7 Awb zijn van rechtswege van toepassing op de subsidieverstrekking.

Maximum subsidiebedrag

Voor de jaren 2017-2021 kan maximaal € 1.900.000,–, subsidie worden verstrekt. Per boekjaar is maximaal een bedrag van € 380.000,– beschikbaar (een vijfde van het totale maximumbedrag). Met het totaal van de bijdragen van het Ministerie van Economische Zaken, het Ministerie van IenM, het Kadaster en TNO, (in totaal maximaal € 730.000,– per jaar) wordt Geonovum in staat geacht het basisprogramma adequaat uit te kunnen voeren.

Risicoanalyse

Uit een risicoanalyse is gebleken dat de risico’s over de hele linie als zeer laag worden beoordeeld. Het opnemen van specifieke maatregelen in deze regeling om risico’s beter te beheersen was derhalve niet nodig.

Administratieve lasten

De totale administratieve lasten komen op circa € 2.300,– per jaar. Dit is circa 0,12% van het subsidiebedrag voor de periode 2017–2021.

Consultatie

Er heeft geen internetconsultatie plaatsgevonden omdat hier sprake is van een ministeriële regeling die geen significante verandering brengt in de rechten en plichten van burgers, bedrijven en instellingen of die grote gevolgen heeft voor de uitvoeringspraktijk. Op grond van het kabinetsstandpunt inzake internetconsultatie2 kon internetconsultatie achterwege blijven.

Vaste verandermomenten

Er is gekozen voor een inwerkingtreding na publicatie in de Staatscourant. Hiermee wordt afgeweken van een voor ministeriele regelingen geldend vast verandermoment en van de publicatietermijn. Dit is wenselijk, omdat het voor Geonovum (de subsidieaanvrager) van belang is dat de subsidie op korte termijn kan worden aangevraagd en verleend. Voor de continuïteit van de werkzaamheden van Geonovum is het noodzakelijk dat de inwerkingtreding op korte termijn geschiedt. Aanmerkelijke ongewenste publieke nadelen worden hiermee voorkomen. Gebruik wordt gemaakt van de uitzondering op de vaste verandermomenten op grond van aanwijzing 174, vierde lid, aanhef en onderdeel a, van de Aanwijzingen voor de regelgeving.

Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2022. Voor die datum stelt de Minister een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de verstrekte subsidie op.

Artikelsgewijs

Artikel 2 (doel subsidie)

Dit artikel geeft aan voor welke activiteiten subsidie kan worden verleend. Zie hiervoor het algemene deel van de toelichting. In het tweede lid is aangegeven dat het moet gaan om niet-economische activiteiten.

Dit lid ziet erop dat er geen subsidie wordt verstrekt voor activiteiten die als marktactiviteiten zijn te kwalificeren, waardoor er (met de gesubsidieerde activiteiten) marktverstoring door Geonovum optreedt. Dit zal jaarlijks bij het activiteitenplan worden nagegaan. Doordat er enkel voor niet-economische activiteiten van Geonovum subsidie kan worden verstrekt is er geen sprake van staatssteun in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

Artikel 3 (toepassing Afdeling 4.2.8 Awb)

Op de subsidies aan Geonovum wordt Afdeling 4.2.8 van de Awb van toepassing verklaard. Die afdeling bevat specifieke regels voor per boekjaar verstrekte subsidies aan rechtspersonen. Die regels zijn voor de onderhavige regeling wenselijk.

Artikel 4 (maximale subsidiebedrag en subsidiabele kosten)

Dit artikel geeft het maximale subsidiebedrag voor de gehele duur van de regeling en per boekjaar. Als subsidiabele kosten worden uitsluitend in aanmerking genomen de naar het oordeel van de Minister noodzakelijke, rechtstreeks aan het basisprogramma toe te rekenen en door Geonovum gemaakte en betaalde kosten. Deze zullen bij de subsidievaststelling worden bepaald.

Een deel van de subsidiabele kosten is al vanaf begin 2017 gemaakt. In dit artikel wordt voorzien dat deze kosten voor subsidie in aanmerking komen.

Artikel 5 (aanvraag tot subsidieverlening)

De subsidieverlening geschiedt op aanvraag. De aanvraag dient uiterlijk op 1 november van het jaar voorafgaand aan het boekjaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd te zijn ingediend. Voor de boekjaren 2017 en 2018 is, gelet op de inwerkingtreding van de regeling, bepaald dat binnen een maand na publicatie van de regeling de aanvraag moet zijn ingediend.

Tevens bepaalt dit artikel in aanvulling op artikel 4:61 Awb welke bescheiden naast het activiteitenplan en de begroting (4:61, eerste lid, Awb) dienen te worden bijgevoegd, alsmede de inhoud ervan. Artikel 4:65 Awb bevat een verplichting om bij de aanvraag mededeling te doen van eventuele andere aangevraagde subsidies voor dezelfde activiteiten.

Artikel 6 (weigeringsgrond)

De subsidie wordt verstrekt voor de uitvoering van het basisprogramma. De subsidie kan geheel of gedeeltelijk worden geweigerd als onderdelen van de aanvraag niet passen binnen het basisprogramma van Geonovum.

Artikel 7 (subsidieverlening)

Nadat de aanvraag tot subsidieverlening is ontvangen zal de subsidie binnen dertien weken worden verleend.

Artikel 8 (begrotingsvoorbehoud)

De Awb biedt de mogelijkheid in de beschikking een begrotingsvoorbehoud op te nemen (artikel 4:34 Awb). In dit artikel is hiervan gebruikgemaakt. Op grond van dit voorbehoud kan de Minister de subsidieverlening met inachtneming van een redelijke termijn intrekken of ten nadele van Geonovum verlagen (art.4:50 Awb) indien in de jaarlijks door de Staten-Generaal vast te stellen rijksbegroting (onderdeel Infrastructuur en Milieu) onvoldoende gelden zijn opgenomen voor het betreffende jaar. Het eventueel beroep op een begrotingsvoorbehoud moet door de Minister binnen vier weken na het aannemen van de begrotingswet worden gedaan.

Artikel 9 (verplichtingen)

In dit artikel zijn de verplichtingen opgenomen voor Geonovumdie op grond van artikel 3:38, eerste lid, van de Awb naast de verplichtingen van artikel 4:37, eerste lid, Awb kunnen worden opgelegd. In het bijzonder is in het derde lid van dit artikel nog bepaald dat de administratie zodanig moet zijn ingericht dat er een gescheiden administratie van kosten en baten wordt gevoerd voor de gesubsidieerde activiteiten enerzijds en de overige activiteiten anderzijds. Tevens is bepaald dat het onderzoek als bedoeld in artikel 4:79, eerste lid, Awb wordt uitgevoerd en dat dit onderzoek geschiedt met in achtneming van hetgeen daarover is bepaald in het controleprotocol. Dit heeft overigens ook tot gevolg dat een aanvraag tot vaststelling van de subsidie vergezeld moet gaan van een verklaring van een accountant over de naleving van de verplichtingen op grond van artikel 4:79 Awb

Artikel 10 (verplichtingen in de subsidiebeschikking)

In dit artikel zijn een aantal verplichtingen opgenomen die opgelegd kunnen worden in de subsidiebeschikking. Artikel 4:38, eerste en tweede lid, Awb biedt deze mogelijkheid.

Artikel 11 (voorschot)

Dit artikel geeft wordt de Minister de mogelijkheid om bij beschikking een voorschot te verlenen, tegelijkertijd met de beschikking tot subsidieverlening. Een voorschot wordt echter niet verleend als er niet voldaan is aan de verplichtingen die samenhangen met de subsidiebeschikking, als er sprake is van faillissement, surseance van betaling, of van schuldsanering of een verzoek daartoe bij de rechtbank is ingediend.

Artikel 12 (toestemming Minister)

Op grond van dit artikel behoeft Geonovum toestemming van de Minister als Geonovum een rechtspersoon op zou willen oprichten dan wel daarin zou willen deelnemen, de statuten zou willen wijzigen, zichzelf als rechtspersoon zou willen ontbinden, of als Geonovum aangifte tot faillissement zou willen doen of surseance van betaling zou willen aanvragen.

Artikel 13 (aanvraag subsidievaststelling)

Ter afronding van het subsidieproces dient Geonovum een aanvraag in tot subsidievaststelling. In artikel 4:75 Awb is aangegeven welke stukken daarbij dienen te worden gevoegd. Het gaat dan om het activiteitenverslag, het financieel verslag en een accountantsverklaring.

Ingevolge artikel 4:79 Awb maakt dient de accountantscontrole zich eveneens uit te strekken tot de vraag of Geonovum zich heeft gehouden aan verplichtingen die in het kader van de subsidieverstrekking zijn gesteld. Daarbij gaat het om verplichtingen die voortvloeien uit de Algemene wet bestuursrecht maar ook uit de onderhavige subsidieregeling.

Artikel 14 (subsidievaststelling)

Dit artikel geeft aan dat de Minister binnen tweeëntwintig weken nadat de aanvraag tot subsidievaststelling is ingediend de subsidie dient vast te stellen. Indien de aanvraag tot subsidievaststelling overigens niet tijdig is ingediend kan de Minister de subsidie op grond van de artikelen 4:44, vierde lid, en 4:47, onder b, Awb ambtshalve vaststellen.

Artikel 15 (inwerkingtreding)

Om de continuïteit van de uitvoering door Geonovum van het basisprogramma te waarborgen voorziet het eerste lid van dit artikel in een terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2017.

Het tweede lid geeft aan dat de regeling vervalt per 1 januari 2022, maar in verband met de afwikkeling van de reeds verleende subsidies van toepassing blijft op die subsidies. Dit is met name van belang voor de subsidievaststelling.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Richtlijn 2007/2/EG van het Europees Parlement en de Raad van 14 maart 2007 tot oprichting van een infrastructuur voor ruimtelijke informatie in de Gemeenschap (Inspire) (PbEU 2007, L 108).

X Noot
2

Kamerstukken II 2009/10, 29 279, nr. 114 en Kamerstukken II 2012/13, 29 362, nr. 224.

Naar boven