Mededeling
De Minister van Buitenlandse Zaken deelt mee dat het volgende wetsvoorstel is bekrachtigd
en dat daarover het onderstaande besluit is genomen:
Nummer: MINBUZA-2017.1096318
Titel: Wet houdende goedkeuring van het op 24 oktober 2014 op de Eems tot stand gekomen
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland betreffende
het gebruik en beheer van de territoriale zee van 3 tot 12 zeemijlen
Vindplaats: Trb. 2014, 182 / Kamerstukken II 2016-2017, 34 072 nr. 3
Referendum mogelijk: ja
Binnen vier weken na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze mededeling
is geplaatst, kan iedere kiesgerechtigde met betrekking tot een verdrag waarvan is
vastgesteld dat daarover een referendum kan worden gehouden, een verzoek tot het houden
van een referendum indienen. Een verzoek wordt ingediend door het tekenen van de lijst
die voor dit verdrag beschikbaar wordt gesteld door de Kiesraad. De lijst wordt ingediend
bij de Kiesraad.
Besluit
Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 5 oktober 2017, nr. MINBUZA-2017.1096318,
houdende het besluit of over de wet houdende goedkeuring van het op 24 oktober 2014
op de Eems tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek
Duitsland betreffende het gebruik en beheer van de territoriale zeek van 3 tot 12
zeemijlen een referendum kan worden gehouden.
De Minister van Buitenlandse Zaken, in overeenstemming met de Minister van Infrastructuur
en Milieu en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Gelet op artikel 6, derde lid, van de Wet raadgevend referendum;
Besluit:
Over de wet houdende goedkeuring van het op 24 oktober 2014 op de Eems tot stand gekomen
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland betreffende
het gebruik en beheer van de territoriale zee van 3 tot 12 mijlen kan een referendum
worden gehouden op grond van artikel 4 van de Wet raadgevend referendum.
De Minister van Buitenlandse Zaken, Voor deze, Het Hoofd van de Afdeling Verdragen,
Gedurende zes dagen na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin dit besluit
is geplaatst, kan een belanghebbende tegen het besluit beroep instellen bij de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State.