Regeling van de Staatssecretaris van Financiën van 5 oktober 2017, 2017-174962, directie Financiële Markten, tot vaststelling van het teken van de Koninklijke Nederlandse Munt en het teken van de Muntmeester (Regeling munttekens)

De Staatssecretaris van Financiën,

Gelet op artikel 6a, derde lid, van de Muntwet 2002;

BESLUIT:

Artikel 1

Het teken van de Koninklijke Nederlandse Munt is:

Artikel 2

Het teken van de Muntmeester voor munten uitgegeven vanaf 10 oktober 2017 is:

Artikel 3

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 4

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling munttekens.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes

TOELICHTING

De grondslag voor deze regeling vormt artikel 6a van de Muntwet 2002. Hierin is bepaald dat de munten die door de Staat worden uitgegeven, worden voorzien van het teken van de Koninklijke Nederlandse Munt en het teken van de Muntmeester (tezamen: munttekens). Het derde lid bepaalt dat beide tekens worden vastgelegd bij ministeriële regeling. Met onderhavige regeling wordt hierin voorzien. Tot op heden werden de tekens van de Koninklijke Nederlandse Munt en van de Muntmeester steeds afzonderlijk weergegeven in de koninklijke besluiten die de nationale zijden van de Nederlandse euromunten en de bestanddelen van de beeldenaars van de bijzondere munten vaststellen. Nu de munttekens worden opgenomen in een ministeriele regeling is het niet langer noodzakelijk om deze tekens af te beelden in de hiervoor genoemde koninklijke besluiten. Aanleiding om deze regeling nu op te stellen is het aantreden van een nieuw algemeen directeur van de Koninklijke Nederlandse Munt, die de titel van Muntmeester voert. Aangezien iedere Muntmeester zijn eigen teken kiest, 1 moet er een nieuw muntmeesterteken moet worden vastgesteld.

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes


X Noot
1

Kamerstukken II, 2013-2014, 33 918, nr. 3, p. 82

Naar boven