Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 2 oktober 2017, nr. 2017-0000145041, tot wijziging van het bedrag, genoemd in artikel 673, tweede lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek met ingang van 1 januari 2018

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 673, derde lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 673, tweede lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt ‘€ 77.000,–’ vervangen door: € 79.000,–.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2018.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 2 oktober 2017

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

TOELICHTING

Op grond van artikel 7:673, derde lid, van het Burgerlijk Wetboek wordt de hoogte van het bedrag genoemd in het tweede lid van dat artikel, betreffende de hoogte van de transitievergoeding, jaarlijks met ingang van 1 januari bij ministeriële regeling gewijzigd overeenkomstig de ontwikkeling van de contractlonen zoals deze voor het betrokken jaar, blijkens bekendmaking in de Macro-Economische Verkenningen (MEV), in het voorafgaande jaar is geraamd. Tevens is bepaald dat het bedrag daarbij wordt afgerond op het naaste veelvoud van € 1.000,–. De ontwikkeling van de contractlonen wordt blijkens de MEV geraamd op 2,2%.1 Momenteel is het bedrag € 77.000,–, bij verhoging met 2,2% resulteert dit in een bedrag van € 78.694,–. Dit bedrag wordt afgerond op het naaste veelvoud van € 1.000,–. In de onderhavige regeling wordt daarom met ingang van 1 januari 2018 het bedrag van € 77.000,– gewijzigd in € 79.000,–.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher


X Noot
1

Centraal Planbureau (2017), Macro Economische Verkenning 2018, p. 44–45, Den Haag.

Naar boven