Beleidsregel van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 15 augustus 2017, nr. WJZ/17116611, houdende wijziging van de Beleidsregels van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 6 juni 2012, nr. 267278, houdende vaststelling van beleidsregels inzake schelpdierverplaatsingen in verband met de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op artikel 2.7 van de Wet natuurbescherming en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

ARTIKEL I

De Beleidsregels van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 6 juni 2012, nr. 267278, houdende vaststelling van beleidsregels inzake schelpdierverplaatsingen worden als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt in de omschrijving van het begrip ‘minister’ ‘Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie’ vervangen door: Minister van Economische Zaken.

B

Aan hoofdstuk I wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 1a

Deze beleidsregel is gebaseerd op artikel 2.7 van de Wet natuurbescherming en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht.

C

In de aanhef van artikel 2 wordt ‘artikel 19d van de Natuurbeschermingswet 1998’ vervangen door: artikel 2.7 van de Wet natuurbescherming.

D

In de aanhef van artikel 3 wordt ‘artikel 19d van de Natuurbeschermingswet 1998’ vervangen door: artikel 2.7 van de Wet natuurbescherming.

E

Het opschrift van hoofdstuk IV komt te luiden: Slotbepalingen.

F

In hoofdstuk IV wordt na het opschrift een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3a

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel vergunningverlening schelpdierverplaatsingen.

ARTIKEL II

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin hij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

Deze beleidsregel zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 15 augustus 2017

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

TOELICHTING

1. Doel en aanleiding

De Beleidsregels van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 6 juni 2012, nr. 267278, houdende vaststelling van beleidsregels inzake schelpdierverplaatsingen (hierna te noemen: Beleidsregels) bieden het toetsingskader voor de vergunningverlening op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 voor het importeren en uitzaaien van mariene schelpdieren in de Oosterschelde en voor het transport van mosselzaad uit de Oosterschelde naar de Nederlandse Waddenzee.

Op 1 januari 2017 is de Wet natuurbescherming in werking getreden, die in de plaats is gekomen van de voormalige Natuurbeschermingswet 1998. De inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming noopt tot wijziging van de Beleidsregels. Onderhavige beleidsregel voorziet daar in.

2. Inhoud onderhavige beleidsregel

De in de Beleidsregels opgenomen voorwaarden waaronder op grond van de natuurwetgeving vergunningen kunnen worden verleend moeten waarborgen dat bij schelpdierverplaatsingen naar Natura 2000-gebieden de instandhoudingsdoelstellingen van die gebieden niet in gevaar worden gebracht als gevolg van meeliftende zogenoemde ‘probleemsoorten’. De Minister van Economische Zaken blijft ook na de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming het bevoegd gezag voor de vergunningverlening voor dergelijke activiteiten (artikel 1.3, vijfde lid, van de Wet natuurbescherming, in samenhang met artikel 1.3, eerste lid, onder f, en tweede lid, van het Besluit natuurbescherming).

Onderhavige beleidsregel voorziet in het opnemen van een nieuwe grondslag voor de Beleidsregels (nieuw artikel 1a van de beleidsregel; zie artikel I, onderdeel B), nu de grondslag van de voormalige Natuurbeschermingswet 1998 is vervallen. De grondslag is nu gelegen in artikel 2.7 van de Wet natuurbescherming en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, dat bestuursorganen de bevoegdheid geeft om over hun eigen bestuursbevoegdheid beleidsregels vast te stellen.

Daarnaast voorziet onderhavige beleidsregel in een technische, niet-inhoudelijke, wijziging in de zin dat verwijzingen naar ‘artikel 19d van de Natuurbeschermingswet 1998’ worden vervangen door verwijzingen naar ‘artikel 2.7 van de Wet natuurbescherming’.

Tenslotte is in een nieuw artikel 3a van de beleidsregel een citeertitel opgenomen (zie artikel I, onderdeel F).

In artikel 9.4 van de Wet natuurbescherming is het overgangsrecht opgenomen met betrekking tot op grond van artikel 19d van de Natuurbeschermingswet 1998 verleende vergunningen voor schelpdierverplaatsingen.

De in paragraaf 3.8 van de Wet natuurbescherming, in titel 3.5 van het Besluit natuurbescherming en in artikel 3.29 van de Regeling natuurbescherming opgenomen bepalingen om te voorzien in de uitvoering van Verordening (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 20141 blijven onverkort van kracht.

3. Vaste verandermomenten

Onderhavige beleidsregel treedt met terugwerkende kracht tot 1 januari 2017 in werking, omdat op die datum de Wet natuurbescherming in werking is getreden. Gelet op het technische karakter van de beleidsregel en het belang van actualiteit van de verwijzingen in regelingen voor burgers en bedrijven, wordt afgeweken van het beleid inzake de vaste verandermomenten.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam


X Noot
1

Verordening (EU) nr. 1143/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 betreffende de preventie en beheersing van de introductie en verspreiding van invasieve uitheemse soorten (PbEU L 317)

Naar boven