Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Economische Zaken | Staatscourant 2017, 39933 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Economische Zaken | Staatscourant 2017, 39933 | Besluiten van algemene strekking |
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;
Gelet op artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden en artikel 53 van de Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europese Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen nr. 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PbEU 2009, L 309);
BESLUIT:
Tijdelijke vrijstelling als bedoeld in artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden en artikel 53 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 wordt verleend voor het gebruik van Curatio ter bescherming van de biologische teelt van appel en peer tegen schurft.
De vrijstelling is slechts van toepassing indien de gebruiksvoorschriften in de bijlage bij dit besluit worden nageleefd.
Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam
Bezwaar
Als u het niet eens bent met deze beslissing, kunt u binnen zes weken na dagtekening van dit besluit digitaal of schriftelijk een bezwaarschrift indienen.
Een digitaal bezwaarschrift kunt u indienen via ‘mijn.rvo.nl’. Om in te loggen heeft u uw gebruikerscode en wachtwoord nodig, voor de ondertekening een TAN-code. Bij een digitaal bezwaarschrift stuurt u een kopie van dit besluit mee als pdf-bestand of u stuurt een kopie per post na.
Als u schriftelijk bezwaar wilt maken, stuurt u het ondertekende bezwaarschrift naar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, afdeling Juridische Zaken, Postbus 40219, 8004 DE Zwolle. Bij een schriftelijk bezwaar stuurt u een kopie van dit besluit mee met uw bezwaarschrift.
Op mijn.rvo.nl/bezwaar vindt u meer belangrijke informatie over het digitaal en schriftelijk indienen van een bezwaarschrift.
Meer informatie
Heeft u nog vragen over uw bezwaarschrift, kijk dan op de website: mijn.rvo.nl. of bel: 088 042 42 42 (lokaal tarief).
Toegestaan is uitsluitend het professionele gebruik als insecticide door middel van een gewasbehandeling in de volgende toepassingsgebieden (volgens Definitielijst toepassingsgebieden versie 2.0, Ctgb juni 2011) onder de vermelde toepassingsvoorwaarden.
Toepassings-gebied |
Type toepassing |
Te bestrijden organisme |
Dosering (middel) per toepassing |
Maximale dosering (middel) per toepassing |
Maximaal aantal toepassingen per teeltcyclus of per 12 maanden |
Maximaal aantal liter/kg middel per ha per teeltcyclus of per 12 maanden |
Minimum interval tussen toepassingen in dagen |
Veiligheidstermijn in dagen of uiterst gewasstadium waarop toegepast mag worden |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Appel (biologische teelt) |
Gewasbehandeling tot einde bloei |
Schurft1 |
1,6 % |
16 L |
3 |
108 L per 12 maanden |
5 |
– |
Gewasbehandeling na de bloei |
1,2 % |
12 L |
5 |
30 |
||||
Peer (biologische teelt) |
Gewasbehandeling tot einde bloei |
Schurft2 |
1,6 % |
16 L |
3 |
108 L per 12 maanden |
5 |
– |
Gewasbehandeling na de bloei |
1,2 % |
12 L |
5 |
30 |
Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor natuurlijke vijanden. Raadpleeg uw leverancier van natuurlijke vijanden over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van natuurlijke vijanden.
Om niet tot de doelsoorten behorende terrestrische geleedpotigen te beschermen is toepassing uitsluitend toegestaan wanneer in de eerste 20 m van het gewas, gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij, gebruik wordt gemaakt van:
Vóór 1 mei:
– Wannerspuit met reflectieschermen en venturidoppen (minimaal 90% driftreducerend) (Lechler ID 90-015C) met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens.
– KWH k1500-3R2 VLOS 3-rijenspuit met variabele luchtondersteuning en minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens.
Vanaf 1 mei:
– een tunnelspuit met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens, of
– Wannerspuit met reflectieschermen en venturidoppen (minimaal 90% driftreducerend) (Lechler ID 90-015C) met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 3 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens, of,
– minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen in combinatie met éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij in de richting van het perceel met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens, of,
– KWH k1500-3R2 VLOS 3-rijenspuit met variabele luchtondersteuning en minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 3 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens, of,
– Venturidoppen (minimaal 90% driftreducerend) met ventilatorstand laag in combinatie met éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij in de richting van het perceel met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens.
– KWH Mistral VLBS met minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen met ventilatorstand laag.
Artikel 53 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europese Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen nr. 79/117/EEG en nr. 91/414/EEG van de Raad (PbEU 2009, L 309) (hierna: Verordening (EG) nr. 1107/2009) en artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb) maken het mogelijk in bijzondere omstandigheden tijdelijke vrijstelling te verlenen van het verbod om een niet toegelaten gewasbeschermingsmiddel binnen Nederland te brengen, op de markt te brengen, voorhanden te hebben of te gebruiken.
Tijdelijke vrijstelling kan worden verleend als een maatregel nodig blijkt voor een gecontroleerd en beperkt gebruik ter beheersing van een noodsituatie die op geen enkele andere redelijke manier te bestrijden is.
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft een advies opgesteld waarin de vraag wordt beantwoord of er sprake is van een noodsituatie.
Schurft geeft zowel kwalitatieve als kwantitatieve schade, doordat het scheuten, bladeren en vruchten aantast. Bladaantasting gaat ten koste van de productie. Vroeg in het jaar aangetaste vruchten worden misvormd of vallen vroegtijdig af. Op de vruchten veroorzaakt schurft doffe vlekken, aangetaste vruchten vallen in een lagere kwaliteitsklasse (industriefruit).
Naast de schade die in het teeltseizoen ontstaat en zichtbaar wordt, is er ook schade aan vruchten die vlak voor de oogst worden geïnfecteerd, wat pas in de bewaring zichtbaar wordt. Aan de bewaring en sortering van ongeschikt vruchten voor consumptie zijn extra kosten verbonden.
Rassenkeuze en gezond uitgangsmateriaal zijn in de teelt methoden om aantasting zoveel mogelijk te voorkomen. Daarnaast zijn er bedrijfshygiënische maatregelen die aantasting moeten tegengaan. Er zijn waarschuwingssystemen beschikbaar om het infectiemoment vast te stellen. Telers passen dit toe om het juiste bestrijdingsmoment te bepalen. Met de toepassing van deze maatregelen kan schurft niet afdoende bestreden worden.
Er zijn middelen op basis van zwavel toegelaten in de biologische teelt van appel en peer ter bestrijding van schurft. Deze middelen hebben alleen een preventieve werking. Middelen op basis van zwavel kunnen onder koude weersomstandigheden minder werkzaam zijn, regenen gemakkelijk van het blad en kunnen onder warme weersomstandigheden schade veroorzaken aan de vruchten waardoor zij van de boom vallen. In de biologische teelt van appel is een middel toegelaten op basis van kalium-waterstofcarbonaat, maar wordt niet gebruikt vanwege risico’s op gewasschade. Met name Elstar is gevoelig en dit ras omvat ongeveer de helft van het areaal biologische appelteelt.
Er is een ander middel vrijgesteld op basis van kalium-waterstofcarbonaat in de biologische teelt van appel en peer. Dit middel heeft een curatieve werking tegen schurft, maar is niet regenvast.
De aanvraag voldoet aan de eis van bijzondere omstandigheden. De toelatinghouder en sector leveren inspanningen om te komen tot een toelating. Er is perspectief voor de toelating van een middel op basis van kalkzwavel in de biologische teelt van appel en peer in Nederland waardoor een kortstondig noodverband gerechtvaardigd is.
De NVWA komt tot volgende conclusies:
• Een landbouwtechnisch doelmatige biologische teelt van appel en peer in Nederland wordt bedreigd door onvoldoende bestrijding van schurft.
• Een landbouwtechnisch doelmatige biologische teelt van appel en peer is met het beschikbare pakket aan maatregelen en middelen niet mogelijk.
• Er is perspectief voor de toelating van een middel op basis van kalkzwavel in de biologische teelt van appel en peer waardoor een kortstondig noodverband gerechtvaardigd is.
De tijdelijke vrijstelling van Curatio voor het bestrijden van schurft in de biologische teelt van appel en peer voldoet aan de criteria voor een noodsituatie.
Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) heeft een advies opgesteld waarin de vraag wordt beantwoord of er sprake is van aanvaardbare risico’s.
Voldoet aan de eisen.
Voldoet aan de eisen.
Voldoet aan de eisen.
Voldoet niet aan de eisen.
Er wordt voor de toepassing in de biologische teelt van appel een acceptabel risico verwacht voor de volgende aspecten: bijen, regenwormen, bodemmicro-organismen, actief slib en niet-doelwit planten.
Voor vogels en zoogdieren is een acuut risico niet uitgesloten – normoverschrijdingsfactors zijn 5 en 11.6, respectievelijk. Voor het lange-termijn risico voor vogels en zoogdieren geldt dat geen gegevens beschikbaar zijn om te bepalen of dit risico wel of niet acceptabel is.
Het acute risico voor waterorganismen is zo groot dat er geen driftreducerende maatregelen beschikbaar zijn die de drift zodanig reduceren dat een acceptabel risico wordt bereikt. Zelfs met de strengste maatregel die is voorgesteld door de aanvrager, is de overschrijding van de acute norm voor vissen nog een factor 2.8. Met betrekking tot het niet-doelwit arthropoden in-field risico is het niet duidelijk of herstel mogelijk is binnen een jaar.
Voor het chronische risico voor waterorganismen en sedimentorganismen geldt dat op basis van de huidige beschikbare gegevens niet te bepalen is of het risico wel of niet acceptabel is.
Het College constateert dat ondanks risicoreducerende maatregelen / restrictiezinnen het risico onvoldoende gereduceerd kan worden ten aanzien van vogels, zoogdieren, waterorganismen en niet-doelwit arthropoden.
Mocht besloten worden het risico voor waterorganismen en niet-doelwit arthropoden te accepteren zijn er de volgende risicoreducerende maatregelen te nemen:
Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor natuurlijke vijanden. Raadpleeg uw leverancier van natuurlijke vijanden over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van natuurlijke vijanden.
Om niet tot de doelsoorten behorende terrestrische geleedpotigen te beschermen is toepassing uitsluitend toegestaan wanneer in de eerste 20 m van het gewas, gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij, gebruik wordt gemaakt van:
Vóór 1 mei:
– Wannerspuit met reflectieschermen en venturidoppen (minimaal 90% driftreducerend) (Lechler ID 90-015C) met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens.
– KWH k1500-3R2 VLOS 3-rijenspuit met variabele luchtondersteuning en minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens.
Vanaf 1 mei:
– een tunnelspuit met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemete vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens, of
– Wannerspuit met reflectieschermen en venturidoppen (minimaal 90% driftreducerend) (Lechler ID 90-015C) met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 3 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens, of,
– minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen in combinatie met éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij in de richting van het perceel met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens, of,
– KWH k1500-3R2 VLOS 3-rijenspuit met variabele luchtondersteuning en minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 3 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens, of,
– Venturidoppen (minimaal 90% driftreducerend) met ventilatorstand laag in combinatie met éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij in de richting van het perceel met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 4,5 meter gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelsgrens.
– KWH Mistral VLBS met minimaal 90% driftreducerende spuitdoppen met ventilatorstand laag.
Een tijdelijke vrijstelling van het gewasbeschermingsmiddel op basis van kalkzwavel is gewenst, omdat zonder deze vrijstelling de biologische teelt van appel en peer op geen enkele andere redelijke wijze te beschermen is tegen schurft. Hierdoor wordt de doelmatige biologische teelt van appel en peer bedreigd waardoor de bedrijfsvoering van telers in gevaar komt. Tevens zijn de risico’s van de tijdelijke vrijstelling beschouwd met het oog op het beperkte areaal van de biologische fruitteelt in Nederland.
Belanghebbenden spannen zich in om op korte termijn te beschikken over een regulier toegelaten gewasbeschermingsmiddel. Tevens werken belanghebbenden, waaronder de biologische fruitteeltsector, aan oplossingen voor de lange termijn. Het verlenen van deze tijdelijke vrijstelling moet dan ook nadrukkelijk in het licht worden gezien van deze inspanningen.
– Een middel op basis van kalkzwavel is in 2017 vrijgesteld voor appel in Luxemburg, Slowakije en Tsjechië en vrijgesteld voor appel en peer in Duitsland en België.
– Een middel op basis van kalkzwavel heeft van 1 april 2008 tot 31 december 2014 een toelating gehad als Dringend Vereist Gewasbeschermingsmiddel (DVG) in de biologische teelt van appel.
In het Wettelijk Gebruiksvoorschrift (zie bijlage bij dit besluit) zijn de risico reducerende maatregelen overgenomen die door het Ctgb zijn voorgesteld.
De adviezen van de NVWA en het Ctgb overwegende, heb ik besloten om op grond van artikel 38 van de Wgb tijdelijke vrijstelling te verlenen voor het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel Curatio ter bescherming van de biologische teelt van appel en peer tegen schurft.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt op 28 augustus 2017.
De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2017-39933.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.