In artikel IV van de Wet van 25 januari 2017, houdende wijziging van de Wet minimumloon
en minimumvakantiebijslag en enige andere wetten in verband met de verlaging van de
leeftijd waarop men recht heeft op het volwassenminimumloon, in verband met stukloon
en meerwerk en enige andere wijzigingen (Stb. 2017, 24) worden de normbedragen, genoemd in de artikelen 2, tweede lid, onderdeel b, onder
1° en zevende lid, onderdeel b, onder 1°, en 44f, eerste lid, van de Toeslagenwet
(TW) gewijzigd. Deze wijziging treedt met ingang van 1 juli 2017 in werking.1 De normbedragen in de genoemde artikelen van de TW zijn afhankelijk van het wettelijke
minimum (jeugd-)loon. Omdat de wet voorziet in wijziging van het wettelijke minimum(jeugd-)loon
(22-jarigen krijgen recht op het volwassenenminimumloon en 18 tot en met 21-jarigen
krijgen recht op een hoger minimumjeugdloon) moesten ook de normbedragen in de genoemde
artikelen worden aangepast. De in het wetsvoorstel opgenomen bedragen zijn gebaseerd
op de op dat moment bekende normbedragen voor de TW. Dit betreft grotendeels de normbedragen
in de TW zoals die luidden per 1 juli 2016. Aangezien die normbedragen op grond van
artikel 9 TW inmiddels per 1 januari 2017 zijn geïndexeerd, zijn deze bedragen niet
(meer) juist.
In artikel XVIII van de wet is daarom voorzien in de bevoegdheid voor de Minister
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om de bedoelde bedragen, genoemd in de artikelen
2, tweede en zevende lid, en 44f, eerste lid, van de Toeslagenwet eenmalig aan te
passen aan de wijziging van de bedragen op grond van artikel 9 van de Toeslagenwet
en indien de percentages van het minimumloon op grond van artikel 8, derde lid, van
de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag worden gewijzigd na de datum van inwerkingtreding
van artikel IV, onderdelen B en C, van deze wet. Deze datum van inwerkingtreding is,
zoals hiervoor aangegeven, 1 juli 2017. Van deze bevoegdheid wordt in onderhavige
regeling gebruik gemaakt. Deze regeling voorziet dus alleen in het alsnog aanbrengen
van de gemiste indexering per 1 januari 2017 van de in de genoemde wet van 25 januari
2017 opgenomen en per 1 juli 2017 in de TW opgenomen normbedragen. De bedragen die
in het wetsvoorstel zijn opgenomen onder artikel 2, tweede lid, onderdeel b, onder
1°, en artikel 44f, eerste lid, onderdeel b, onder 1°, van de TW zijn echter al wel
de per 1 januari 2017 geïndexeerde bedragen. Deze bedragen worden derhalve op dezelfde
hoogte vastgesteld. Daarnaast en daarna zullen de normbedragen op de gebruikelijke
wijze op grond van artikel 9 van de TW per 1 juli 2017 worden geïndexeerd. Dit betreft
niet alleen de normbedragen in de artikelen 2, tweede en zevende lid, en 44f, maar
ook de normbedragen in de artikelen 2, eerste lid, en 8, eerste lid. Op grond van
artikel 9, tweede lid, van de TW zullen de aldus aangepaste bedragen door of namens
de minister in de Staatscourant worden bekend gemaakt.