Regeling van de Minister van Economische Zaken van 23 juni 2017, nr. WJZ/17076657, tot wijziging van de Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen en HR-WKK-elektriciteit in verband met de afboeking van garanties van oorsprong in geval van overschrijding van het uiterlijke tijdstip indiening rapporten

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 77 van de Elektriciteitswet 1998, 66l van de Gaswet en 29 van de Warmtewet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen en HR-WKK-elektriciteit wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 28, tweede lid, wordt ‘hoeveelheid af te boeken garanties van oorsprong = [EHE/12 * OT] / 1 MWh’ vervangen door ‘hoeveelheid af te boeken garanties van oorsprong = [EHE/365 * OT] / 1 MWh’ en ‘OT = aantal overschrijdingstijdvakken van een dag tot en met een maand’ door: OT = aantal overschrijdingstijdvakken van één dag.

B

In bijlage 3A wordt onder de kop Voorbeeld assurancerapport productie duurzame elektriciteit of hernieuwbare warmte uit biomassa ‘Tevens concluderen wij dat de door de <producent/gemachtigde van de producent> op grond van artikel 15, derde lid, van de regeling meegedeelde percentages <niet> overeenstemmen met de in bovengenoemde rapportage weergegeven verhouding van de brandstoffen’ vervangen door: Tevens concluderen wij dat de door de <producent/gemachtigde van de producent> op grond van artikel 11, vierde lid, van de regeling meegedeelde percentages <niet> overeenstemmen met de in bovengenoemde rapportage weergegeven verhouding van de brandstoffen

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 23 juni 2017

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

TOELICHTING

1. Algemeen

Onderhavige regeling wijzigt de Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen en HR-WKK-elektriciteit (hierna: Regeling GVO). De eerste wijziging (artikel I, onderdeel A) betreft een aanpassing van de sanctiemaat bij de overschrijding van het uiterste tijdstip van de indiening van het meetrapport of het assurancerapport. Tot de inwerkingtreding van onderhavige regeling werd de sanctie berekend aan de hand van het tijdvak van een maand. Dit zou ertoe leiden dat voor de overschrijding van de termijn van een dag of enkele dagen dezelfde sanctie zou worden vastgesteld als voor de overschrijding van 4 weken tot een maand, terwijl bij de geringe overschrijding van termijn de doelstelling van de Regeling GVO niet in gevaar wordt gebracht. Om te voorkomen dat onevenredig hoge sancties worden opgelegd, wordt bij onderhavige regeling in de rekenmethode het tijdvak van een maand vervangen door het tijdvak van een dag.

De tweede wijziging (artikel I, onderdeel B) betreft de correctie van een foutieve verwijzing.

2. Regeldruk

Onderhavige regeling heeft geen gevolgen voor de regeldruk

3. Inwerkingtreding

Het beleid voor vaste verandermomenten richt zich op de inwerkingtreding van voorstellen voor wet- en regelgeving en de voorbereidingstijd die nodig is voor een effectieve uitvoering van deze voorstellen. Er zijn vier vaste inwerkingtredingdata per jaar voor ministeriële regelingen: 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober. Daarnaast geldt als uitgangspunt een minimale invoeringstermijn van twee maanden tussen publicatie en inwerkingtreding van de regeling. Van de vaste inwerkingtredingsdata en de minimale invoeringstermijn kan onder meer worden afgeweken indien daarmee hoge buitensporige private of publieke kosten van vertragingen kunnen worden voorkomen. Hiervan is sprake gelet op de onder paragraaf 1 beschreven toelichting.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven