Openbare kennisgeving van de publicatie van de reactie op de zienswijzen en het advies van de Commissie voor de m.e.r. ten aanzien van het voornemen tot het opstellen van een Milieueffectrapport (MER) voor de luchthaven Gilze-Rijen en van de Notitie Reikwijdte en detailniveau, Ministerie van Defensie

De Minister van Defensie is voornemens, mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, voor de militaire luchthaven Gilze-Rijen een luchthavenbesluit vast te laten stellen. Het luchthavenbesluit legt het gebruik van de luchthaven door militaire en burgervliegtuigen en de invloed hiervan op de omgeving vast.

In het luchthavenbesluit worden het terrein van de luchthaven (het luchthavengebied) en het gebied buiten de luchthaven waar beperkingen gelden voor de omgeving (het beperkingengebied) vastgelegd. Het beperkingengebied is opgebouwd uit de geluidszone als weergave van de geluidsbelasting van het gezamenlijke luchtverkeer (waarbinnen regels gelden voor de bouw van woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen), de obstakelbeheergebieden (waar maximaal toelaatbare hoogtes gelden voor objecten) en het vogelbeheersgebied (waarbinnen regels gelden voor een bestemming die of een gebruik dat vogels aantrekt). Ook legt het luchthavenbesluit de openstellingstijden en een maximum aantal recreatieve vliegbewegingen per jaar vast.

Als voorbereiding op het luchthavenbesluit wordt een Milieueffectrapport (MER) opgesteld. Daarvoor moet eerst worden vastgesteld welke onderwerpen er in aan bod komen. Hiervoor is op 3 juni 2016 een “Concept Notitie Reikwijdte en detailniveau Milieueffectrapport luchthaven Gilze-Rijen” (CNR&D) gepubliceerd en ter inzage gelegd. De CNR&D is ook voor advies voorgelegd aan de Commissie voor de milieueffectrapportage.

Het Ministerie van Defensie en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu hebben een reactie opgesteld op de ingediende zienswijzen en op het advies van de Commissie voor de m.e.r. Op grond van deze reactie is vervolgens een definitieve “Notitie Reikwijdte en detailniveau” opgesteld, waarin wordt gemarkeerd welke passages op grond van de zienswijzen en het advies van de Commissie voor de m.e.r. zijn aangepast. De reactie en de NR&D, beide gedateerd 15 december 2016, zijn toegestuurd aan de indieners van zienswijzen en aan de Commissie voor de m.e.r.

Naar boven