Vergunning luchtvaartvertoning TT balloonfestival

Datum: 12 juni 2017

Nummer: ILT – 2017/56845

DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Defensie;

Gelezen het verzoek om vergunning van 18 april 2017 van Stichting OpStap Groningen, adres: Ribesstraat 22, 9741 NJ Groningen; tel.: +31 (6) 3439 9152; e-mail: harkegroenveld@hotmail.com;

Overwegende dat dit verzoek is getoetst aan het wettelijk kader, gesteld in:

  • artikel 17 van de Luchtvaartwet;

  • artikel 158 van de Regeling Toezicht Luchtvaart;

  • Regeling luchtvaartvertoningen;

  • artikel 8a.51 van de Wet luchtvaart;

  • artikel 5.5, derde lid, van de Wet luchtvaart;

Gezien de verklaring van geen bezwaar van 14 oktober 2016, briefnummer 2017 – 00681, van de burgemeester van de gemeente Assen en de TUG-ontheffing van de provincie Drenthe voor het tijdelijk en uitzonderlijk gebruik van het terrein door heteluchtballonnen binnen de regels van de Regeling luchtvaartvertoningen;

BESLUIT:

Artikel 1

De vergunning, bedoeld in artikel 17, eerste lid, van de Luchtvaartwet, wordt verleend aan Stichting OpStap Groningen, organisator van het TT balloonfestival te Assen. De heer H.T. Kleinsmit, woonachtig te Joure, zal als vertoningsdirecteur optreden en zal worden bijgestaan door de heer J.B.M. ten Brummelhuis uit Joure.

Artikel 2

  • 1. De vergunning, bedoeld in artikel 1, heeft betrekking op een locatie in de gemeente Assen (TT Assen-terrein, DR), geografische positie 52°57'36.81"NB – 006°31'54.66"OL, nader aangegeven op de bij deze beschikking behorende kaart (gemerkt 'bijlage 1').

  • 2. De vergunning geldt op:

    zondag 18 juni 2017 van 18.00 uur tot 22.19 uur plaatselijke tijd.

  • 3. Indien de luchtvaartvertoning niet op de in het tweede lid genoemde datum kan worden gehouden, geldt als uitwijkdatum 19, 20, 21 of 22 juni 2017 van 19.00 uur tot 22.19 uur plaatselijke tijd.

  • 4. Bij de voorbereiding en uitvoering van de luchtvaartvertoning moet worden voldaan aan de Regeling luchtvaartvertoningen.

  • 5. Er mogen geen vluchten plaatsvinden buiten de uniforme daglichtperiode – zie GEN 2.7 op www.ais-netherlands.nl.

  • 6. De vluchten worden uitgevoerd volgens de zichtvliegvoorschriften behorende bij de desbetreffende luchtruimclassificatie.

  • 7. De vertoningsdirecteur zorgt ervoor dat voor alle deelnemers een vliegplan wordt ingediend. Voor elke groep ballonnen volstaat een enkel vliegplan. De vertoningsdirecteur draagt ná de landing zorg voor het sluiten van de vliegplannen.

  • 8. Tijdens het uitvoeren van de vluchten is er een tweezijdige radioverbinding tot stand gebracht tussen de deelnemers aan de luchtvaartvertoning en de betrokken luchtverkeersleidingsdienst en wordt voortdurend op de aangewezen radiofrequentie geluisterd.

  • 9. Indien de vaarroute van de deelnemende ballonnen door de Eelde TMA gaat, stuurt de vertoningsdirecteur ten minste twee uur vóór aanvang van de ballonvaarten een overzicht van de deelnemende ballonnen per fax aan de Luchtverkeersleiding Nederland. Dit overzicht bevat minimaal een opsomming van de registraties van de deelnemende ballonnen. Het faxnummer dat voor het versturen van dit overzicht moet worden gebruikt, is 050 – 3099263.

  • 10. Indien de vaarroute van de deelnemende ballonnen door de Eelde TMA gaat, neemt de vertoningsdirecteur ten minste één uur vóór aanvang van de luchtvaartvertoning contact op met de dienstdoende luchtverkeersleider van de luchthaven Groningen Airport Eelde (tel.: 050 – 3099248); aan de voorwaarden door de dienstdoende luchtverkeersleider gesteld wordt voldaan.

  • 11. Indien de windrichting zodanig is dat de verwachte vaarroute van de deelnemende ballonnen door de militair gecontroleerde TMA’s gaat, neemt de vertoningsdirecteur ten minste één uur vóór aanvang van de luchtvaartvertoning contact op met de Supervisor van AOCS NM (tel.: 0577 – 458700); aan de voorwaarden van de Supervisor wordt voldaan.

  • 12. Deze voorschriften en beperkingen gelden als uitgangspunt voor de vluchten in de Eelde TMA of militair gecontroleerde TMA’s. Het is aan de dienstdoende luchtverkeersleider om af te wijken van deze voorwaarden in het kader van de handhaving van de veiligheid en de efficiëntie.

  • 13. De eerste en de laatste ballon van de groep voeren gedurende de gehele vlucht een geactiveerde Mode S-transponder. Hierbij dient de eerste ballon de code 6450 en de laatste ballon de code 6451 te voeren.

  • 14. Het niet-doorgaan of voortijdig beëindigen van de luchtvaartvertoning wordt door de vertoningsdirecteur telefonisch doorgegeven aan de Supervisor van AOCS NM (tel.: 0577 – 458700), de Inspectie Leefomgeving en Transport (tel.: 070 – 4563434), de meldkamer van de Landelijke eenheid, afdeling Luchtvaart (tel.: 020 – 5025693) en de Operationele Helpdesk van de Luchtverkeersleiding Nederland (tel.: 020 – 4062201).

Artikel 3

Indien de windrichting zodanig is dat de verwachte vaarroute van de deelnemende ballonnen door de CTR van de luchthaven Groningen Airport Eelde gaat, gelden de volgende aanvullende voorwaarden:

  • a. de vluchten worden uitgevoerd volgens de zichtvliegvoorschriften behorende bij de desbetreffende luchtruimclassificatie;

  • b. de vluchten die plaatsvinden binnen het plaatselijke luchtverkeersleidingsgebied kunnen alleen worden uitgevoerd indien er, na het ingediende vliegplan, een klaring is verkregen van de betrokken plaatselijke luchtverkeersleidingsdienst;

  • c. de vluchten in de Eelde CTR vinden plaats volgens de zichtvliegvoorschriften behorende bij luchtruimklasse C;

  • d. de vertoningsdirecteur zorgt ervoor dat voor de ballonvaarten via ARO Schiphol een vliegplan wordt ingediend; voor elke groep ballonnen volstaat een enkel vliegplan; de vertoningsdirecteur draagt na de landing zorg voor het sluiten van de vliegplannen bij het ARO Schiphol;

  • e. als ballonnen in (meerdere) groepen vertrekken, zal de vertoningsdirecteur van het festival zorg dragen voor het aanwijzen van een leider van de groep; een serie ballonnen die tegelijkertijd of binnen een periode van 5 minuten na elkaar start, wordt gezien als een groep; na het verstrijken van deze periode zal een volgende start worden beschouwd als een nieuwe groep met een afzonderlijke leider; indien dit plaatsvindt, zal de vertoningsdirecteur in tegenstelling tot artikel 2, dertiende lid, afzonderlijke SSR-codes moeten aanvragen bij de luchtverkeersleiding van luchthaven Groningen Airport Eelde;

  • f. bij het vertrek van de groep(en) onderhoudt de leider van de groep radiocontact met de torenluchtverkeersleider op frequentie 118.700; alle andere ballonnen in de groep luisteren uit op de frequentie 122.250; opdrachten en klaringen voor de leider van de groep worden via de frequentie 122.250 kenbaar gemaakt en gelden voor alle ballonnen in de groep, tenzij uitdrukkelijk anders opgedragen;

  • g. 15 minuten vóór de eerste start neemt de vertoningsdirecteur contact op met de dienstdoende luchtverkeersleider van de luchthaven Groningen Airport Eelde (tel.: 050 – 3099248) om startinstructies en eventuele restricties te ontvangen; de vertoningsdirecteur geeft vertragingen van meer dan 15 minuten in de voorziene starttijd onmiddellijk telefonisch door op telefoonnummer 050 – 3099248;

  • h. deze voorschriften en beperkingen gelden als uitgangspunt voor de vluchten in de Eelde CTR; het is aan de dienstdoende luchtverkeersleider om af te wijken van deze voorwaarden in het kader van de handhaving van de veiligheid en de efficiëntie.

Artikel 4

Aan de organisator wordt ontheffing verleend om kabelvliegers op te laten onder de volgende voorschriften en beperkingen:

  • a. de vliegers mogen in afwijking van artikel 2, onderdeel a, van de Regeling kabelvliegers en kleine ballons worden opgelaten tot een hoogte van maximaal 250 meter boven gemiddeld zeeniveau of zoveel lager dat onder de laagste bewolking, inclusief flarden, wordt gebleven;

  • b. de vliegers mogen worden opgelaten binnen de periode, genoemd in artikel 2, tweede en derde lid;

  • c. de vliegers mogen alleen tot een hoogte van meer dan 100 meter worden opgelaten wanneer het grondzicht 5 kilometer of meer bedraagt;

  • d. buiten de uniforme daglichtperiode (UDP)1 worden de vliegers verlicht of dienen te zijn voorzien van minimaal één ononderbroken wit licht, op ten hoogste 10 meter onder de vlieger;

  • e. de organisatie van het vliegerfeest neemt ten minste 30 minuten vóór het oplaten van de vliegers en direct ná het neerhalen ervan contact op met de luchtverkeersleiding van de luchthaven Groningen Airport Eelde (tel.: 050 – 3099248); de organisatie blijft telefonisch bereikbaar voor de luchtverkeersleiding van de luchthaven Groningen Airport Eelde via een aan die luchtverkeersleiding bekend te maken telefoonnummer;

  • f. aanwijzingen van de Landelijke eenheid, afdeling Luchtvaart, of de Inspectie Leefomgeving en Transport in het kader van de veiligheid van het luchtverkeer moeten worden nagekomen;

  • g. de vertoningsdirecteur neemt minimaal vijf werkdagen voorafgaand aan de vlucht contact op met de Operationele Helpdesk van de Luchtverkeersleiding Nederland voor het aanvragen van een Notice to Airmen (NOTAM) vanwege de activiteit met kabelvliegers. Hierbij worden de exacte locatie, hoogte alsmede het exacte tijdstip van oplaten van de kabelvliegers opgegeven.

Artikel 5

Deelnemers met een categorie B-demonstratietoestel als bedoeld in de Regeling luchtvaartvertoningen zijn uitgezonderd van de toepassing van artikel 18 van die regeling.

Artikel 6

De luchtvaartvertoning bestaat uit de onderdelen, vermeld in het programmaoverzicht dat als bijlage 2 bij deze beschikking is opgenomen.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking met ingang van 18 juni 2017 en vervalt met ingang van 23 juni 2017. Het niet of niet volledig nakomen van de voorschriften en beperkingen, genoemd in de artikelen 2 tot en met 4, kan aanleiding zijn de in deze beschikking bedoelde toestemming direct in te trekken.

DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU, namens deze, DE INSPECTEUR ILT/LUCHTVAART, M. van Velzen Senior Inspecteur

Bezwaarmogelijkheid

Tegen dit besluit kunt u binnen een termijn van zes weken na dagtekening, ingaande de dag na verzending van dit besluit, bezwaar indienen. Het bezwaar moet minimaal bevatten:

  • de naam en het adres van de indiener;

  • de dagtekening;

  • een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

  • de gronden van het bezwaar;

  • uw handtekening.

Het bezwaar kan onder vermelding van ‘bezwaar’ en het kenmerk van dit besluit worden gestuurd naar het volgende adres:

Inspectie Leefomgeving en Transport

Postbus 16191

2500 BD Den Haag

Is er sprake van onverwijlde spoed? Dan kunt u de rechtbank in het rechtsgebied van uw woonplaats verzoeken om een voorlopige voorziening te treffen.

Meer informatie over de voorlopige voorziening vindt u op www.rechtspraak.nl.

BIJLAGE 1:

Kaarten

BIJLAGE 2:

Programma

  • Opbouw en opstijging van maximaal 35 heteluchtballonnen.

  • Oplaten van maximaal 20 kabelvliegers tot een hoogte van maximaal 250 meter.


X Noot
1

Zie www.ais.netherlands.nl AIP GEN 2.7.

Naar boven