Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 21 juni 2017, nr. IENM/BSK-2017/139120 tot wijziging van de Regeling taken Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen in verband met de beëindiging van een aantal CCV-examens

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 4aa, vierde lid, onderdeel b, van de Wegenverkeerswet 1994;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Artikel 1 van de Regeling taken Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen wordt als volgt gewijzigd:

A

Onderdeel a wordt als volgt gewijzigd:

1. Subonderdeel 1° vervalt.

2. In subonderdeel 4° vervalt: en buschauffeur.

3. De subonderdelen 2° tot en met 6° worden vernummerd tot 1° tot en met 5°.

4. De subonderdelen 7° en 8° vervallen.

5. Aan het slot van subonderdeel 6° wordt de puntkomma vervangen door een punt.

B

In onderdeel b wordt onder ‘2°, 4°, 5° en 6°‘ vervangen door: onder 1°, 3°, 4° en 5°.

ARTIKEL II

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2018, met uitzondering van artikel I, onderdeel A, onder 4 en 5.

  • 2. Artikel I, onderdeel A, onder 4 en 5 treedt in werking met ingang van 1 juli 2017.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Geesteranus

TOELICHTING

Algemeen

Deze regeling voorziet in het schrappen van de taak van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (hierna: CBR) een aantal examens af te nemen.

Het betreft de examens voor: logistiek medewerker, logistiek teamleider, logistiek supervisor en planner wegtransport. Tevens geldt het voor examens in aanvulling op wettelijke vakbekwaamheidsexamens voor buschauffeurs, chauffeurs betrokken bij sierteeltvervoer en chauffeurs betrokken bij het vervoer van geconditioneerde transporten.

De genoemde examens zijn niet wettelijk verplicht om de betreffende functies te mogen uitoefenen. Het schrappen van de examens heeft verschillende redenen.

Voor de productgroep ‘logistiek en planner wegtransport’ geldt dat er steeds minder van deze examens worden afgenomen. Deze examens zijn daarom voor het CBR maar moeilijk kostendekkend te organiseren. Bovendien bestaan er op de markt voldoende alternatieven voor de genoemde examens.

De bovenwettelijke examens voor buschauffeurs kunnen per 1 januari 2018 vervallen. Deze examens vormen een verplicht onderdeel van het Keurmerk Touringcarbedrijf. Het Koninklijk Nederlands Vervoer heeft aangegeven met deze examens te willen stoppen per 1 januari 2018 ten faveure van een nieuwe vorm van toetsen van de onderwerpen in kwestie. Er wordt nog bekeken of het CBR een rol kan spelen bij het eventuele examineren daarvan.

De reden voor het schrappen van de examens bij sierteeltvervoer is de volgende. De branche (TLN-deelmarkt Verenigde Sierteeltvervoerders) ziet de noodzaak om specialistische kennis over de te vervoeren bloemen en planten bij te houden. In het verleden is aan de opleiding, die ook voor het getuigschrift vakbekwaamheid meetelt, via het specialisatiereglement voor sierteeltvervoer dat behoort bij het Keurmerk Transport & Logistiek, een verplicht examen gekoppeld. Dit examen werd als zeer belastend gezien. TLN is hier met de opleiders die de training voor het getuigschrift vakbekwaamheid verzorgen over in overleg getreden. Zij zijn overeengekomen dat chauffeurs die de cursus volgen niet langer via een verplicht examen worden getoetst.

Voor het schrappen van examens voor geconditioneerd vervoer geldt iets vergelijkbaars. Het is besproken met de branche in de Logistiek, Transport en Personenvervoer Raad (LTP Raad). De branche is akkoord met het stopzetten. Men ziet meer in doorlopende aandacht middels nascholing voor de desbetreffende kennis en vaardigheden dan in een eenmalig examen.

Administratieve lasten

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten of de nalevingskosten.

Inwerkingtreding

De datum van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel A, onder 4 en 5 van deze regeling is het eerste volgende vaste verandermoment. Van de in het systeem van vaste verandermomenten opgenomen minimale invoeringstermijn van twee maanden tussen publicatie en inwerkingtreding wordt afgeweken. De doelgroep van deze regeling is al bekend met de wijziging. Artikel I, onderdeel A, onder 1, 2 en 3 en onderdeel B treedt per 1 januari 2018 in werking omdat dit met de branche is afgesproken.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Geesteranus

Naar boven