Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 6 juli 2017, nr. IENM/BSK-2017/82011, tot wijziging van de Subsidieregeling versterking omgevingsveiligheid BRZO-sector in verband met een verhoging van het subsidieplafond in 2017 en een verduidelijking ten aanzien van de samenstelling van clustersamenwerkingsverbanden

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 4, eerste en tweede lid, van de Kaderwet subsidies I en M en de artikelen 2, eerste lid, 4, eerste lid, aanhef en onderdelen c en d en 8, eerste lid, van het Kaderbesluit subsidies I en M;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling versterking omgevingsveiligheid BRZO-sector wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 vervalt ‘in ieder geval’ in de begripsomschrijving van clustersamenwerkingsverband.

B

Artikel 4, tweede lid, komt te luiden:

• 2. Het subsidieplafond voor 2017 bedraagt € 2.969.868.

C

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

Het vierde lid vervalt onder vernummering van het vijfde lid tot vierde lid.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

TOELICHTING

Algemeen deel

1. De wijziging

Deze regeling voorziet in een wijziging van de Subsidieregeling versterking omgevingsveiligheid BRZO-sector. Het doel van deze subsidieregeling is het versterken van de omgevingsveiligheid ten aanzien van industriële activiteiten met gevaarlijke stoffen binnen de BRZO-sector. Van deze sector maken ondernemingen deel uit waarop het Besluit risico’s zware ongevallen 2015 van toepassing is.

De bij deze regeling doorgevoerde wijzigingen zien in de eerste plaats op een verhoging van het subsidieplafond in 2017. Deze verhoging hangt samen met het niet bereiken van het subsidieplafond in 2016 vanwege de late inwerkingtreding van de subsidieregeling in dit jaar. Voorts is met deze wijzigingen beoogd de ontstane onduidelijkheid ten aanzien van mogelijke deelnemers aan een clustersamenwerkingsverband weg te nemen. Door de begripsomschrijving van ‘clustersamenwerkingsverband’ in artikel 1 van de subsidieregeling en het bepaalde in artikel 5, vierde lid, is de indruk ontstaan dat van een dergelijk samenwerkingsverband omgevingsdiensten en veiligheidsregio’s deel kunnen uitmaken. Dit is bij het vaststellen van de subsidieregeling echter niet de intentie geweest. Omgevingsdiensten en veiligheidsregio’s komen niet in aanmerking voor subsidie die op grond van de Subsidieregeling versterking omgevingsveiligheid BRZO-sector wordt verstrekt. Wanneer deze publiekrechtelijke rechtspersonen wel deel kunnen uitmaken van een clustersamenwerkingsverband zou dit bij de verlening van subsidie aan een dergelijk samenwerkingsverband verwarring wekken.

2. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Met de bekendmaking en inwerkingtreding van deze regeling wordt afgeweken van het beleid inzake vaste verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn van 2 maanden, zoals vastgelegd in aanwijzing 174 van de Aanwijzingen voor de regelgeving. Deze afwijking is gerechtvaardigd, omdat de doelgroep is gebaat bij een spoedige inwerkingtreding. Inwerkingtreding van de wijziging van de subsidieregeling zorgt er immers voor dat direct meer geld beschikbaar is voor subsidieverstrekking.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

Onderdeel A

De begripsomschrijving in artikel 1 van ‘clustersamenwerkingsverband’ is gewijzigd door het schrappen van de woorden ‘in ieder geval’. Hierdoor kunnen alleen nog ondernemingen en de in artikel 5, derde lid, van de subsidieregeling genoemde onderzoeksorganisaties deel uitmaken van dit samenwerkingsverband.

Onderdeel B

Door de wijziging van het tweede lid van artikel 4 is het subsidieplafond voor 2017 verhoogd, waardoor in 2017 extra ruimte ontstaat voor aanvragen.

Onderdeel C

Het vierde lid van artikel 5 van de subsidieregeling is geschrapt, omdat dit door de wijziging van de begripsomschrijving van ‘clustersamenwerkingsverband’ in artikel 1 overbodig is geworden. Door de wijziging van de begripsomschrijving kunnen omgevingsdiensten en veiligheidsregio’s geen deel meer uitmaken van een clustersamenwerkingsverband. Hierdoor staat vast dat zij ook geen aanvrager kunnen zijn van subsidie. Het schrappen van dit artikellid betekent niet dat de betrokkenheid van omgevingsdiensten en veiligheidsregio’s bij clustersamenwerkingsverbanden niet langer wenselijk wordt geacht. Vanwege de rol die zij hebben bij het bewaken van de omgevingsveiligheid wordt de betrokkenheid van deze publiekrechtelijke rechtspersonen bij clustersamenwerkingsverbanden nog steeds aangemoedigd.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma