De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 4, vijfde lid, van het Warenwetbesluit tatoeëren en piercen en artikel
57, derde lid, van de Wet publieke gezondheid;
Besluit:
ARTIKEL I
Artikel 5 van de Warenwetregeling tatoeëren en piercen wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt:
a. in onderdeel a ‘€ 405, 60’ vervangen door: € 419,40;
b. in onderdeel b ‘€ 354,90’ vervangen door: € 366,98;
c. in onderdeel c ‘€ 202,80’ vervangen door: € 209,70;
d. in onderdeel d ‘€405,60’ vervangen door: € 419,40;
e. in onderdeel e ‘€ 354,90’ vervangen door: € 366,98; en
f. in onderdeel f ‘€ 507,00’ vervangen door: € 524,25.
2. In het tweede en derde lid wordt ‘€ 25,35’ telkens vervangen door: € 26,21.
3. In het vierde lid wordt ‘€ 101,40’ vervangen door: € 104,85.
ARTIKEL II
Artikel 9 van de Regeling publieke gezondheid wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt:
a. in onderdeel a ‘€ 101,40’ vervangen door: € 104,85;
b. in onderdeel b ‘€152,10’ vervangen door: € 157,28; en
c. in onderdeel c ‘€ 202, 80’ vervangen door: € 209,70.
2. In het derde lid wordt ‘€ 101,40’ vervangen door: € 104,85.
3. In het vierde lid wordt ‘€ 25,35’ vervangen door: € 26,21.
ARTIKEL III
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2017.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M.J. van Rijn
TOELICHTING
Artikel I
In artikel 4, vijfde lid, van het Warenwetbesluit tatoeëren en piercen is bepaald
dat de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport regels stelt met betrekking
tot de hoogte van de retributies van de vergunning voor het gebruik van tatoeage-
of piercingmateriaal. De tarieven van deze retributies zijn opgenomen in artikel 5
van de Warenwetregeling tatoeëren en piercen.
De tarieven worden vanaf 2010 geïndexeerd op basis van het door het CBS vastgestelde
loonindexcijfer voor de sector overheid over het voorgaande jaar. Deze regeling verhoogt
de tarieven op grond van het CBS loonindexcijfer voor de sector overheid over 2016
met 3,4%.
Artikel II
Artikel II stelt de tarieven vast ten aanzien van sanitaire controle van schepen en
het certificaat tot vrijstelling van sanitaire controle van schepen in 2016 en indexeert
de tarieven.
Uitgangspunt voor het tarief is dat de controlewerkzaamheden geschieden door een deskundige
in dienst van de gemeentelijke gezondheidsdienst. Gekeken is naar het tarief dat gehanteerd
wordt voor de vergunningverlening tatoeage, piercing en permanente make-up. De functie-eisen
voor het uitvoeren van onderzoek ter verkrijging van een certificaat tot vrijstelling
van sanitaire controle van schepen of een certificaat van sanitaire controle van schepen
zijn vergelijkbaar met die voor de werkzaamheden van een ambtenaar op grond van de
Warenwetregeling tatoeëren en piercen.
Voor werkzaamheden buiten de gebruikelijke werktijden zijn tarieven vastgesteld van
150% en 200% van het normale uurtarief, wat overeenkomt met de bezoldigingsstructuur
die gemeenten doorgaans hanteren.
Het uurtarief voor het uitgeven van Ship Sanitation-certificaten wordt geïndexeerd
op basis van het door het CBS vastgestelde loonindexcijfer voor de sector overheid
over het voorgaande jaar.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M.J. van Rijn