DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Logo Rijkswaterstaat - Dienst Noord-Holland

RWS-2017/20207

Vereiste van besluit

Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Op grond van artikel 18, eerste lid, onder a, van de Wegenverkeerswet 1994 ben ik bevoegd dit verkeersbesluit te nemen.

Motivering

Recentelijk is er akoestisch onderzoek uitgevoerd op de A9 ter hoogte van de verbindingsbogen van het Rottepolderplein-zuid. Uit het onderzoek blijkt dat Rijkswaterstaat over een lengte van 800 m niet voldoet aan de toegestane geluidproductie ingevolge het geluidproductieplafond. Om aan deze geluidsnormen te voldoen dient onder andere de aldaar geldende maximumsnelheid aangepast te worden.

De wettelijke maximumsnelheid op deze verbindingsbogen is hoger dan de werkelijke rijsnelheid van het verkeer. Het is in verband met het vorenstaande derhalve wenselijk de maximumsnelheid in overeenstemming te brengen met de werkelijke rijsnelheid van het verkeer op deze verbindingsbogen.

Het aanpassen van de bebording zal naar verwachting niet tot een wijziging van de werkelijke rijsnelheid van het verkeer leiden.

Het gaat om het plaatsen van de volgende verkeersborden:

  • Van de A205 naar de A9 in zuidelijke richting staan twee verkeerborden autosnelweg (G01) ter hoogte van hectometerpunt 3.400 zonder onderborden. Dit betekent dat men 130 km/uur mag rijden. Onder de twee verkeersborden moet een 100 km/uur bord (A01-100) geplaatst worden; zowel links als rechts op de rijbaan.

  • Bij de afrit van de A9 vanuit noordelijke richting naar de A205 mag men 100 km/uur rijden. Er staat een adviesbord 50 km/uur (A04-50). Bij de afrit van de A9 ter hoogte van hectometerpunt 41.750 moet een 70 km/uur bord (A01-70) geplaatst worden.

     

BELANGENAFWEGING

Het aanpassen van de maximumsnelheid bij het Rottepolderplein-zuid past binnen de in artikel 2, tweede lid onder a en b van de Wegenverkeerswet genoemde belangen die door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu voorkomen of beperken, respectievelijk door het verkeer veroorzaakte aantasting van het karakter of van de functie van objecten of gebieden voorkomen of bespreken.

Gevolgde procedure

Overeenkomstig artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer is overleg gepleegd met de gemandateerde namens de chef van de politie Eenheid Noord-Holland Noord. Het betrokken weggedeelte is in het beheer bij het Rijk en gelegen binnen de gemeente Haarlemmermeer.

Overeenkomstig artikel 26 van het Besluit Administratieve Bepalingen, zal dit verkeersbesluit worden gepubliceerd in de Staatscourant.

Besluit

Op grond van bovenstaande overwegingen besluit ik om:

  • 1.

    door het plaatsen van het bord A01-70 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 een maximumsnelheid van 70 km/uur in te stellen op de verbindingsboog komende vanuit noordelijke richting van rijksweg 9 (A9) richting de rijksweg 205 (A205).

  • 2.

     

    door het plaatsen van borden model A01-100 een maximumsnelheid van 100 km/u in te stellen in zuidelijke richting van rijksweg 205 (A205) richting rijksweg 9 (A9) naar Amsterdam.

Met vriendelijke groet,

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

namens deze, hoofd afdeling Vergunningverlening Rijkswaterstaat West- Nederland Noord,

mevrouw M. Nauta

 

Mededelingen

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking binnen zes weken na de dag, waarop dit besluit is bekendgemaakt, een bezwaarschrift indienen.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Milieu en worden gezonden aan de hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat West-Nederland Noord, Postbus 2232, 3500 GE te UTRECHT.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende bevatten:

 

  • 1.

    naam en adres van de indiener;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    een omschrijving van het besluit, waartegen het bezwaar is gericht; en

  • 4.

    de gronden van het bezwaar (motivering). 

Voorlopige voorziening

Gelijktijdig met of na indiening van het bezwaarschrift kan, bij een spoedeisend belang, een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend bij de voorzieningenrechter van de rechtbank binnen het rechtsgebied waarin de indiener van het bezwaarschrift zijn woonplaats heeft.  

Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • 1.

    naam en adres van de indiener;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht onder vermelding van datum en kenmerk van de beschikking;

  • 4.

    de gronden van het bezwaar (motivering). 

Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden overgelegd. Zo mogelijk wordt tevens een kopie van het besluit, waarop het geschil betrekking heeft, overgelegd. Naar aanleiding van het verzoek kan de Voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.  

Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de betrokken rechtbank wijst de verzoeker na indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn en op welke wijze het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.  

Indien het bezwaar- en/of verzoekschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van het verzoek noodzakelijk is, dient de indiener zorg te dragen voor een vertaling.

afschrift van dit besluit is gezonden aan:

Politie Noord-Holland, Infrastructuur Team Verkeer, Postbus 57, 2000AB Haarlem

 

 

Naar boven