Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Ministerie van Economische Zaken | Staatscourant 2017, 25792 | Vergunningen |
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Printen
Delen
Splitsing en overdracht opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest, Ministerie van Economische Zaken
7 april 2017
DGETM-EO / 17047169
Procesverloop:
-
– ECL Netwerk B.V. (hierna: ECL), Stichting Nieuwland (hierna: Nieuwland) en Bernhard Plantenkwekerij B.V. (hierna: Bernhard) zijn houder van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken (hierna: EZ) van 7 april 2014, verleende opsporingsvergunning voor het gebied genaamd Luttelgeest, met kenmerk DGETM-EM/ 13214406 (Staatscourant 2014, nr. 11152);
-
– bij brief van 10 november 2016, ontvangen op 4-2-2016, hebben ECL, Nieuwland en Bernhard verzocht om toestemming, op grond van artikel 20, tweede lid in samenhang met artikel 19, aanhef en onder a van de Mijnbouwwet (hierna: Mbw) om splitsing van de opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest en aansluitend om toestemming op grond van artikel 20, eerste lid Mbw tot overdracht van een gedeelte van de afgesplitste opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest aan ECL Netwerk B.V., Stichting Nieuwland en Hoogweg Aardwarmte B.V. (hierna: Hoogweg), waarbij Hoogweg wordt aangewezen als degene die de werkzaamheden uitvoert of daartoe opdracht verleent, als bedoeld in artikel 22, vijfde lid, Mbw;
-
– Staatstoezicht op de mijnen (hierna: Sodm), heeft op verzoek van de Minister van EZ op 7 maart 2017 advies uitgebracht (kenmerk: 17032091);
-
– TNO Bouw en Ondergrond, Adviesgroep EZ (hierna: TNO), heeft, op verzoek van de Minister van EZ, op 19 maart 2017 advies uitgebracht.
Gelet op de artikelen 19, onder a, 20, eerste en tweede lid, 22, vijfde lid van de Mijnbouwwet, en de artikelen 135, 136, 141 en 142 van het Mijnbouwbesluit.
Besluit:
I: Splitsing van de opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest
Artikel 1
De opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest wordt gesplitst, zodat twee opsporingsvergunningen aardwarmte ontstaan: Luttelgeest I en Luttelgeest II.
Artikel 2
Het gebied Luttelgeest I, dat door de in artikel 1 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeente Noordoostpolder en wordt begrensd door de volgende punten en de rechte lijnen daartussen:
|
Punt |
X |
Y |
|---|---|---|
|
1 |
186000,000 |
533000,000 |
|
2 |
187903,872 |
531368,110 |
|
3 |
185055,000 |
526595,000 |
|
4 |
183251,997 |
527503,993 |
De coördinaten zijn vermeld volgens het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, zoals vermeld in artikel 1.2.2, eerste lid, onder a, van de Mijnbouwregeling.
Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 13,07 km2.
Artikel 3
Het gebied Luttelgeest II, dat door de in artikel 1 bedoelde splitsing ontstaat, ligt in de gemeenten Noordoostpolder en Steenwijkerland en wordt begrensd door de volgende punten en de rechte lijnen daartussen:
|
Punt |
X |
Y |
|---|---|---|
|
1 |
187903,872 |
531368,110 |
|
2 |
193000,000 |
527000,000 |
|
3 |
188000,000 |
521000,000 |
|
4 |
181500,000 |
524000,000 |
|
5 |
183251,997 |
527503,993 |
|
6 |
185055,000 |
526595,000 |
Op basis van deze grensbeschrijving is de oppervlakte 58,93 km2.
II: Opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest I
Artikel 1
Aan ECL Netwerk B.V., Stichting Nieuwland en Bernhard Plantenkwekerij B.V. (hierna: de vergunninghouder) wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied genaamd Luttelgeest I, zoals beschreven in I, artikel 2.
Artikel 2
Bernhard Plantenkwekerij B.V. wordt aangewezen als de persoon die de feitelijke werkzaamheden verricht of daartoe opdracht geeft als bedoeld in artikel 22, vijfde lid Mijnbouwwet.
Artikel 3
De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 17 januari 2011 ingediende aanvraag.
Artikel 4
De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarde in acht:
binnen twee jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning overlegt de vergunninghouder een geactualiseerd werkprogramma aan de Minister van Economische Zaken, dat voorziet in een onvoorwaardelijke boring in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning.
III: Opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest II
Artikel 1
Aan ECL Netwerk B.V., Stichting Nieuwland en Bernhard Plantenkwekerij B.V. (hierna: de vergunninghouder) wordt een opsporingsvergunning voor aardwarmte verleend voor het gebied genaamd Luttelgeest II, zoals beschreven in I, artikel 3.
Artikel 2
Bernhard Plantenkwekerij B.V. wordt aangewezen als de persoon die de feitelijke werkzaamheden verricht of daartoe opdracht geeft als bedoeld in artikel 22, vijfde lid Mijnbouwwet.
Artikel 3
De vergunninghouder geeft uitvoering aan het werkprogramma dat onderdeel uitmaakt van de op 17 januari 2011 ingediende aanvraag.
Artikel 4
De vergunninghouder neemt bij de uitvoering van het werkprogramma de volgende voorwaarde in acht:
binnen twee jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning overlegt de vergunninghouder een geactualiseerd werkprogramma aan de Minister van Economische Zaken, dat voorziet in een onvoorwaardelijke boring in het derde jaar na het onherroepelijk worden van de vergunning.
IV: Overdracht opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest II
Artikel 1
Aan ECL Netwerk B.V., Stichting Nieuwland en Bernhard Plantenkwekerij B.V. wordt toestemming verleend tot overdracht van de opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest II, zodat ECL Netwerk B.V., Stichting Nieuwland en Hoogweg Aardwarmte B.V. houder worden van de opsporingsvergunning aardwarmte Luttelgeest II.
Artikel 2
Hoogweg Aardwarmte B.V. wordt aangewezen als de persoon die de feitelijke werkzaamheden verricht of daartoe opdracht geeft als bedoeld in artikel 22, vijfde lid Mijnbouwwet.
Artikel 3
Hoogweg Aardwarmte B.V. dient voor aanvang van het verrichten van fysieke activiteiten op de boorlocatie, een document in waaruit blijkt dat sprake is van een volledig en geïmplementeerd veiligheids- en gezondheidssysteem inclusief een inventarisatie van de risico’s waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen der plannings-, boor-, bouw- en exploitatiefase alsmede beheersing van deze risico’s.
Deze beschikking treedt inwerking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.
Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.
De Minister van Economische Zaken, namens deze: J.M.C. Smallenbroek directeur Energie en Omgeving
Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken, na de dag waar op dit besluit is verzonden, een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK 's-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum.
Permanente link
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2017-25792.html