Besluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 8 mei 2017, nr. IENM/BSK-2017/100673, houdende de wijziging van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging directeur-generaal Rijkswaterstaat voor geluidwerende maatregelen spoorwegen met betrekking tot het treffen van geluidwerende maatregelen

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 10:3, 10:4, eerste lid, 10:9, eerste lid, en 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht;

BESLUIT:

ARTIKEL I

In artikel 1, onderdeel a, van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging directeur-generaal Rijkswaterstaat voor geluidwerende maatregelen spoorwegen wordt ‘artikel 11.38, 11.39 en 11.64 van de Wet milieubeheer’ vervangen door: de artikelen 11.38, 11.39 en 11.64 van de Wet milieubeheer en de artikelen 112 en 114a van de Wet geluidhinder.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende tegen dit besluit binnen zes weken na de dag, waarop dit bekend is gemaakt, een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Milieu, ter attentie van de Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, sector Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, Postbus 20906, 2500 EX Den Haag.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • a. de naam en het adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. vermelding van de datum en het nummer of het kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt; en

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

TOELICHTING

Met de inwerkingtreding van titel 11.3 van de Wet milieubeheer is de Minister van Infrastructuur en Milieu bevoegd om te beslissen over het treffen van geluidwerende maatregelen voor woningen langs rijkswegen en hoofdspoorwegen waar de binnenwaarde wordt overschreden. Rijkswaterstaat voert deze bevoegdheid van de minister uit.

Per 1 mei 2017 is artikel 104a van de Wet geluidhinder gewijzigd. Door deze wijziging is de minister ook bevoegd om te beslissen over geluidwerende maatregelen voor woningen langs andere wegen of spoorwegen dan rijkswegen of hoofdspoorwegen, waarvoor een hogere waarde is opgenomen in een tracébesluit. Deze taak zal ook door Rijkswaterstaat worden uitgevoerd. Voor zover het betrekking heeft op tracébesluiten voor wegen waarbij een hogere waarde is vastgesteld valt dit al binnen het algemene mandaatbesluit. Dit wijzigingsbesluit regelt de bevoegdheid om te beslissen over gevelisolatie op het onderliggend (spoor-) wegennet, bij en vanwege spoorwegwijzigingen.

Het gaat dan concreet om de situatie waarbij een wijziging van het hoofd (spoor-) wegennet de aanleg van een nieuw stuk onderliggend (spoor-) wegennet noodzaakt of een zodanige effect heeft op het bestaande onderliggend (spoor-) wegennet dat de geluidbelasting met meer dan 3 dB toeneemt. Dit laatste kan zich voordoen als bijvoorbeeld een nieuwe afslag wordt toegevoegd of een kruisend viaduct wordt verplaatst of verwijderd. Op grond van de Wet geluidhinder worden dan eerst bron- en overdrachtsmaatregelen overwogen en als deze niet doelmatig zijn of onvoldoende geluidreductie tot gevolg hebben kan voor woningen een hogere waarde besluit worden opgenomen in het tracébesluit. Na een dergelijk besluit wordt bekeken of er geluidwerende maatregelen aan de gevel van een woning moeten worden getroffen om de binnenwaarde te garanderen. Dit mandaat ziet op de beoordeling of geluidwerende maatregelen dienen te worden getroffen.

Voor zover het gaat over geluidwerende maatregelen voor woningen naast rijkswegen valt deze taak van Rijkswaterstaat onder het algemene mandaatbesluit (via het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012, het Instellingsbesluit directoraat-generaal Rijkswaterstaat 2013 en het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rijkswaterstaat 2013). Voor zover het gaat over geluidwerende maatregelen voor woningen langs hoofdspoorwegen is in 2016 een afzonderlijk mandaat gegeven (via het Besluit mandaat, volmacht en machtiging directeur-generaal Rijkswaterstaat voor geluidwerende maatregelen spoorwegen).

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

Naar boven